Twintig jaar. Twintig jaar bestaat uw favoriete webzine gericht op de betere muziek. De grootste in het Nederlands taalgebied. Begonnen als hobbyproject van een ICT’er, uitgegroeid tot een multimediaal merk met twee miljoen paginaweergaven per jaar, 25.000 likes op Facebook, 3.000 volgers op Instagram en een succesvolle podcast. De ruim vijftig koppen tellende redactie zorgt elke dag weer voor nieuwsberichten, reviews, concertverslagen en interviews en geeft kaartjes weg voor concerten in de kleinste zalen tot de grootste velden. In deze rubriek blikken we elke week in 2020 terug op onze geschiedenis.
Aflevering 10: zomaar wat pareltjes van de redactie (deel 3)
In deel 2 van deze verzameling pareltjes van de redactie, ontpopten redacteuren Henri Dypfrys en Bart Alfvoet zich tot de ware geschiedschrijver van Zware Metalen. Zij diepten voor dit deel nog meer uit hun geheugen:
1. Us, from Outside – Inspired by the Threat of Failure
‘Slechter wordt het niet’, zegt Bart Alfvoet in 2020 over de Amerikaanse post-hardcoreband waarvan hij in 2010 het album Inspired by the Threat of Failure reviewde. Mildheid komt blijkbaar met de jaren, want tien jaar terug hanteerde Alfvoet de botte bijl:
Us, From Outside is het beste argument voor de doodstraf.
Of iets subtieler:
Misschien gokken deze pubers op de popmarkt, kan zijn. Ik hoop dan ook dat het marktaandeel van boulemische bakvissen met hoge snelheid uitsterft en deze band mee in het rioolputje trekt.
Us, from Outside bracht nog een plaat uit en gooide in 2013 het bijltje erbij neer.
Toch niet alledaags: een interview met blackmetalgrootheid Varg Vikernes van Burzum. We spraken de controversiële muzikant die tegenwoordig Louis Cachet heet, in 2012. Umskiptar was toen net uit: het album waarop Burzum zijn blackmetalroots definitief vaarwel zei. De antwoorden van de Noor waren meestal kleiner dan de vragen, maar dat mocht de pret niet drukken.
Het is geen geheim dat jij net als vele anderen culturele identiteit aanziet als een primordiaal aspect van ons zijn. Natuurlijk werkt dat langs twee kanten. Wat vind je bijvoorbeeld van Spaanse viking bands, of Brazilianen die zichzelf zien als strijders in het legioen van Thor? Is dat minder schadelijk omdat het op kleine schaal plaatsvindt of omdat er geen controlerende kracht achter zit?
Ik zie het vooral als schrijnend, net zoals ik het schrijnend vind wanneer Europeanen knielen voor een gekruisigde Jood en bidden voor een valse Hebreeuwse godheid.
Vier jaar eerder sprak Bart Alfvoet Kris Verwimp. Geen naam die bij de grote massa direct een belletje doet rinkelen, maar wel een bekende naam voor intimi. De Belg ontwerpt namelijk hoezen voor de platen van onder meer Marduk, Immortal, Absu, Ancient Rites, Arch Enemy en Moonsorrow. Hij kreeg onder meer de vraag hoe he allemaal begon:
Wel, ik stond op een stripbeurs met een kraam toen ik werd aangesproken door de eigenaar van het label dat The Diabolic Serenades van Ancient Rites zou heruitbrengen op LP, iemand die voor Aardschok werkte. Ik was enthousiast en zou hem nog iets laten weten. Ik weet nog toen hij weg was, dat mijn buurman die het allemaal aangehoord had zei: “ik zou dat toch niet doen hoor, dat zijn satanisten!”. Hahaha! Maar het liep goed en het is ook het werk waar ik de meeste waarde aan hecht, ook al is verre van mijn sterkste werk.
Absu – Tara en Marduk – Those of the Unlight
4. Eversin – Divina Distopia en interview met Eversin
Het leven van een reviewer is niet altijd makkelijk en Bart Alfvoet kan uit ervaring putten. Er komt veel muziek uit waar je als luisteraar niet zoveel mee kan. Bijvoorbeeld de debuutplaat van het Italiaanse Eversin.
Dit is kattegejank van de bovenste plank. Een muzikaal nekschot aub.
Het viel niet in goede Italiaanse aarde. Zoals het een goed medium betaamt gaf Zware Metalen de heren de kans zich te verdedigen middels een interview.
Ik denk dat je oordeel veel te hard is, zonder de essentie van het album te zoeken. Je vond de vocalen slecht en dat is een reden om een erg lage score te geven. Er is veel meer aanwezig op dit album, niet alleen mijn vocalen. Mijn zang verdient geen 10 op 100 en de instrumentale gedeeltes verdienen zeker meer dan een 60. Overal zou ik dit album zeker een 65 willen zien halen.
Voor Zware Metalen chroniqueur Henri Dypfrys is de review van de samensteller van deze rubriek van het laatste album van Ghost hem bijgebleven. Prequelle kreeg in 2018 overal laaiende kritieken, maar uw redacteur was niet onder de indruk en dat is blijven hangen bij Dypfrys.
Na drie heerlijke albums heeft Ghost-allesbepaler Tobias Forge zijn hand overspeeld, zoveel is duidelijk. Wat de rol van de eerdere Nameless Ghouls aanvankelijk was, zal de rechtszaak uitwijzen, maar als we ervan uitgaan dat Forge het nu allemaal alleen bepaalt dan lijkt dat geen goed idee. Prequelle is gewoon slecht. De hardere muziek is met een lamp nog niet te vinden, het duistere occult-mystieke dat Ghost zo bijzonder maakte is grotendeels verdwenen en de paar songs die er bovenuit steken zijn slechts een magere toevoeging aan de banddiscografie. Bovendien mag je je als luisteraar afvragen hoe serieus je genomen wordt als er op een plaat met een totale speelduur van nog geen veertig minuten twee instrumentale nummers met een lengte van ruim elf minuten staan. Prequelle doet simpelweg afbreuk aan wat Ghost de afgelopen jaren heeft opgebouwd. Laten we bidden tot welke god dan ook dat dit een eenmalige vergissing is.
Nu twee jaar later blijken er toch wel wat tracks van Prequelle te zijn blijven hangen. Maar meer dan een magere voldoende zou de plaat ook nu niet krijgen.
Het Duitse blackmetalgezelschap Drautran bracht slechts één plaat uit en die is blijven hangen bij Henri Dypfrys, die de recensie van Count Usher uit 2007 graag weer eens naar boven brengt.
De combinatie van agressieve, chaotische black-metal en serene akoestische passages zorgt voor een ongekende dynamiek. De nummers zijn stuk voor stuk van hoog niveau. Het zijn geen pakkende, hapklare brokken, maar kleine groeibriljantjes. De zang is overigens ziek en wanhopig genoeg om de kamerplanten tot zelfmoord te dwingen. Schitterend allemaal!
‘Haha deze was ook mooi. Waar gaat dit over?! Alles is vaag aan deze!’, schrijft Dypfrys. Het gaat in ieder geval over een review van Bart Alfvoet uit 2017 van Synthsatan, dat eerder dit jaar overigens een debuutalbum uitbracht. Synthsatan is primarily a fictional anthology that treats feelings through dark allegories about the future of the planet to the ends of space. The albums connect in a subtle and subjective linear storytelling, schrijft de band zelf. Alfvoet kon in ieder geval niet veel met de EP Lonely Octopus in Space:
Ik vond het niet bijzonder, tot ik toevalligerwijze een vluggertje had tijdens een luistersessie, die eindigde in een overvloedig orgasme dat bijzonder goed gesmaakt werd. Sindsdien vind ik Synthsatan net iets beter. Ik raad jullie hetzelfde aan, maar dan wel een ander wijfje als het even kan.
‘Deze is me ook bijgebleven, de muziek was ver-schrik-ke-lijk.’ Was gekend: Bart Alfvoet. In 2018 kwam dit solo-project van de in Rotterdam wonende Wouter Fornana onder de aandacht van Zware Metalen’s veelschrijver. Het werd een slachtveld, met een score van 20/100:
Met alle respect, echt met alle respect, maar het gaat me niet lukken hier één ongenuanceerd positief woord over uit te brengen. Het is dan wel naar eigen zeggen futuristisch en sci-fi death metal, dan nog. Zelfs in de categorie avant-garde zou dit compleet afgekraakt worden. Dit On a Journey Through Time and Space klinkt als een melodoomdeath-demo van iemand die onder invloed van erg sterke weed (zie ook embleem van de band) Iron Maiden probeert na te spelen. Geen drie seconden aan een stuk wordt er binnen de maat gespeeld (er is geen maat!!), er is totaal geen samenspel en het klinkt allemaal extreem amateuristisch. Ik zou bijna gaan geloven dat het opzettelijk is. Als het namelijk niet zo is, dan zou ik durven zeggen dat ik het beter zou kunnen … met mijn piemel. En ook al heb ik een zeer krachtige en betrouwbare piemel, hij dient niet om gitaar mee te spelen.
Ook nu werd de muzikant om een reactie gevraagd middels een interview:
Dit album was echter een groot experiment, ook voor mezelf. Ik heb op dit album geprobeerd een nieuwe, eigen stijl te ontwikkelen door verschillende genres, waaronder met name melodische death, old school death, heavy maar ook wel synthwave, op een geloofwaardige manier aan elkaar te koppelen. Ik weet dat de uitvoering van de nummers niet perfect is en dat de productiekwaliteit ook nog wel echt te wensen overlaat. Vooral het nummer J.C. Denton is op sommige plaatsen qua ritme en qua timing echt niet goed gelukt. Ik heb er nog aan gedacht om dit nummer van de plaat te verwijderen maar ik vond desondanks dat dit nummer qua thematiek wel op het album paste. Ik kan me voorstellen dat deze plaat misschien amateuristisch klinkt, maar ik was wel tevreden met het uiteindelijke resultaat of wat ik tot nu toe heb bereikt.
Het album bevat daarnaast ook veel aparte maatsoorten. De intro van het nummer The Dark Ages, met de dodenmarsdrums, begint bijvoorbeeld in een 21/6 maat. Ook heb ik bijvoorbeeld veel 6/4 maten gebruikt in een nummer als This Perfect Day. Ik vind echter de bewering dat er op het album geen drie seconden in dezelfde maat gespeeld zou worden of dat er helemaal geen structuur zou zitten in de nummers op dit album wel schromelijk overdreven. Als je echter z’n azijnpisser bent die vindt dat alles op een album continu op elkaar moet lijken of dat alles in een standaard vierkwartsmaat gespeeld moet zijn dan is dit album ook inderdaad niet aan jou besteed. Als ik een volgend solo album zou maken zou ik het echter nu wel anders gaan aanpakken en sowieso meer tijd nemen om een betere productie en een strakkere uitvoering van de nummers te bereiken.
Walter Fornication ligt momenteel aardig stil, drijvende kracht Fornana is druk bezig met een nieuw project: Complex Entity: Project Sentient.
Tot slot diepte Henri Dypfrys deze review uit 2010 op. Голос Сталі (The Voice of Steel) is de zesde en voorlaatste plaat van het Oekaïense Nokturnal Mortem en is ook tien jaar naar dato nog steeds ‘briljant’.
Ik kan u zeggen, dit is naar grote waarschijnlijkheid het beste “folk” black metal album dat ik ooit gehoord heb.
Schitterende solo’s, galopperende drums, tussentijdse sfeervolle intervallen, opnieuw een versnelling… passages met folkloregefluit en steeds blijft het spektakel beklijvend, een extreem uitgesponnen climax. Wat een nummer!
Opmerkelijk: Zware Metalen is 6 september 2016 overgestapt op een nieuwe website: degene waar je nu dit arikel leest. Alle artikelen van voor die datum zijn overgeheveld naar die nieuwe site. De review van dit album is daar negen jaar na het verschijnen nog eens voorzien van een reactie. ‘Een beetje een late reactie’, vindt de reageerder zelf ook.