Tons Of Rock 2019: zangles van Powerwolf en slowjams van Def Leppard (zaterdag)

In de afgelopen zomer heeft Zware Metalen verslag gebracht van ontelbare festivals: van Graveland en Pitfest tot Summer Breeze en Metal Méan. Er ontbreekt er echter nog één: Tons Of Rock. Na het openingsconcert van Accept, het weergaloos ingestudeerde Kiss en het betraande afscheid van Slayer raakt het afsluitende zaterdagverslag verloren. Hier treft u de recent ontdekte notities van een schrijver die zijn nachtrust verloren heeft aan hypotheekadviseurs, notarissen, taxateurs en bouwkundige inspecteurs.

Na de monumentale optredens van de dagen ervoor lijken de hoogtepunten van Tons Of Rock 2019 voornamelijk achter ons gelaten, maar toch levert de afsluitende zaterdag enerverende optredens op. Zo krijgen we uitgebreid zangles van Powerwolf, wakkeren we ons primatenverleden aan tijdens de lompe old-school death metal van Obliteration, vieren we een vuig rockfeestje met Gluecifer, draaien we ons misselijk op de pitroerende thrash van Testament en zingen we beschoten ons jeugdsentiment weg bij Def Leppard.

Lees ook ons verslag van het openingsconcert van Accept, de donderdag met Kiss en de vrijdag met Slayer!

Black Viper (Vampire Stage)

Tweeënhalf paardenkop komt opdagen voor de opening van deze laatste festivaldag, maar die paardenkoppen worden fijntjes verwelkomd door een onmiskenbare Rob Halford-krijs. Het Noorse Black Viper levert een flinke schop onder de kont met een ongecompliceerde metalviering. De outfitomschrijving van de bandleden die je in een modeblad zou aan kunnen treffen, spreekt meer tot de verbeelding dan een verhandeling van de gespeelde muziek. Geschubde armpantsers worden vastgehouden door gespjes en lange haren draperen over zwarte leren jacks – opengehouden zodat een shirt van Armory of Agent Steel zichtbaar is. Gitaristen dragen roodwitte high top Nikes met verwassen, lichtblauwe spijkerbroeken die omhoog gehouden worden door kogelriemen. Zanger Salvador Armijo speelt met een bierblik in de hand de gitaarpartijen in de lucht mee; dit is speed/heavy/thrash-metal voor en door liefhebbers. De vorig jaar verschenen debuutplaat Hellions Of Fire had drie decennia geleden als cultklassieker kunnen fungeren en het is dus jammer dat dit met flair en old-school uitstraling gebrachte optreden even snel voorbij is als de vingervlugge riffs.

Obliteration (Vampire Stage)

Wanneer je een wapperend gestreept logo als dat van Blood Incantation ziet, weet je wel hoe laat het is. De old-school doomdeath is met bands als Spectral Voice en Tomb Mold razend populair, maar het Noorse Obliteration jaagt dit moddervette genre al bijna twintig jaar aan en is getraind in het geven van onvergevingsgezinde optredens. Zo won het al een Noorse grammy en stond het vorig jaar uitgebrachte Cenotaph Obscure in de jaarlijst van menig deathmetalfanaat. In navolging van de landgenoten Execration wordt er heerlijk gemalen alsof het Autopsy, Obituary of Morbid Angel betreft. De beestachtige manie met subtiele blackmetalinvloeden is echter de onderscheidende factor. De primaten-keelklanken klinken haast als hardcorige schreeuwen en de trage blastbeats lijken uit de maat te lopen. Aanvoerder Sindre Solem raakt verwikkeld in zijn eigen gitaardraad, leegt zijn neusgaten, spuugt op het podium, stampt op zijn pedalen en luidt met lugubere strijdkreten de nummers in. Als je één van de Noorse bands uit dit verslag zou moeten beluisteren, dan is het Obliteration wel. Dit is namelijk een van de weinige overtuigend venijnig en ongezellige optredens van Tons Of Rock 2019.

Powerwolf (Scream Stage)

In Nederland is Powerwolf groot genoeg om een festival als Into The Grave af te sluiten, maar de razend populaire powermetalband debuteert tijdens Tons Of Rock 2019 in Noorwegen. De mensen die er deze zomer in Leeuwarden bij waren, kunnen het bevestigen: oefen je toonladders voordat je naar een optreden van Powerwolf gaat. De poppy hooks van de spiegelgladde zangrefreinen worden namelijk keer op keer collectief ingestudeerd voordat ieder nummer ingezet wordt. En dan gaat het niet om één zanglijn, maar om drie of vier verschillende die tot overmaat van ramp ook nog eens ellenlang duren. Het spelen van een nummer neemt vier minuten in beslag, het instuderen van de hooks ook. Speel gewoon je marginale simpletonmuziek! Maar daar houdt de theatraliteit niet op, want als er niet gezongen wordt, verplicht hypeman (en sporadische toetsenist) Falk Schlegel tot meeklappen of juichen. Deze onzin is toch in geen enkel opzicht goed te praten? Gitaarsolo’s worden bijvoorbeeld alleen gebruikt om met een grote Powerwolf-vlag te wapperen. Het ontbreken van een knipoog maakt beangstigend duidelijk dat dit geen satire betreft, dus waarom zou je dan nog iets over de muziek zeggen? Noorwegen was beter af geweest zonder deze gênante vertoning en Ghosterige poppenkast met pompeus gouden vogels en zilveren standbeeldschmink.

Kalmah (Vampire Stage)

Om te laten zien dat power metal geen kneuzenfestijn hoeft te zijn waarbij goedkoop publiekstheater het ontbreken van muzikaliteit moet maskeren, treedt Kalmah aan in de kleinste festivaltent. Het contrast met het zojuist ondergane Powerwolf is schrijnend. Kalmah levert namelijk kwalitatief hoogstaande melodeath met middeleeuwse synths die niet voor een kazige of kitscherige sfeer zorgen. De vijf mannen hebben aan vijf instrumenten genoeg en bieden een Finse masterclass die niet onderdoet voor Wintersun, Omnium Gatherum of Children Of Bodom. Door de vikinggrunt en het energieke drumspel is de muziek enigszins ontoegankelijk, maar het afstandelijke en nerdy gevoel voor humor van aanvoerder Pekka Kokko breekt het ijs. Het optreden is één wervelwind van divers gitaarspel en het als Lady en de Vagebond op elkaars gitaarhalzen spelen is slechts een voorbeeld van de waaghalzerij van de broers Antti en Pekka. Toch trekt Kalmah het minste publiek van alle optredens die we tijdens Tons Of Rock 2019 zien, waarschijnlijk omdat Dream Theater tegelijkertijd speelt, maar wij zijn allang blij dat ons vertrouwen in het metalgenre weer hersteld is.

Testament (Scream Stage)

Dan is het tijd voor een van de meest consistente thrashmetalbands aller tijden: Testament. Succes gegarandeerd dus, want als toeschouwer weet je dat zanger Chuck Billy een geanimeerd optreden neer zal zetten. Zijn verplaatsbare microfoonstandaard fungeert namelijk niet alleen als denkbeeldige gitaar, maar ook als honkbalknuppel om uit het publiek aangegooide strandballen terug te meppen of als pollepel om tijdens Into The Pit een circlepit sneller te doen draaien. Het nieuwere materiaal van Testament is wat groovender, maar er wordt vanavond pittig gemusiceerd omdat veel oude nummers gespeeld worden. De boel kakt tijdens het uitgebreide gesoleer soms wat in en de zang komt aanvankelijk niet boven de uitbundige basdrums uit, maar de galopperende drumpatronen blijven onverstoord de energieke tempo’s dicteren die grote pits uitlokken. Er wordt gedreven door die technische mankementen heen gespeeld en tegelijkertijd bewijst het oerdegelijke Testament dat het geen paard is dat maar één kunstje kan. Er wordt namelijk moeiteloos omgeschakeld van het rockende en meezingbare Electric Crown naar de Hetfield-zang van Practice What You Preach of van het hakkende Over The Wall naar de breakdowngedreven afsluiter The Formation Of Damnation. Het stilvallen en dan terugkomen met een monsterlijke riff krijgt een grote festivaltent aan het pitten en crowdsurfen.

In Flames (Main Stage)

Het moet lastig zijn om vijf albums op een rij uit te brengen die ongewaardeerd blijven. In Flames is dat ongeluk toebedeeld. Hoeveel bands hebben het Gotenburgse gitaargeluid wel niet gekopieerd en het in een moderne gietvorm gegoten? En als de innovator zich waagt aan eenzelfde toegankelijke knieval, wordt het ineens afgewezen? Zanger Anders Fridén ziet er terecht gehavend uit. Eerlijkheid gebiedt te zeggen: de hedendaagse muziek van In Flames is grosso modo nogal slap. Aangezien er geen originele bandleden meer over zijn, hadden de bandleden wellicht beter in 2010 met een andere naam onderaan de totempaal moeten beginnen. Vandaag neemt het grote In Flames het hoofdpodium in met een metalcorige energie en vermoeide routine. Opener Voices van het recent uitgebrachte I, The Mask is nog te doen, maar Everything’s Gone ploetert maar voort. Hebben de heren er zelf nog wel zin in? Het concert leeft wat op zodra Pinball Map gespeeld wordt, maar de Bring Me The Horizon-adaptatie Call My Name en de draaiende Parkway Drive-grooves van All For Me rieken naar weerzin. De persistente overdaad van basdrum laat zijn dat het effectbejag een bewuste keuze is. De altmetalgevoeligheid komt vandaag niet over en het afsluitende Cloud Connected heeft een verlossend effect op de festivalweide.

Gluecifer (Scream Stage)

Als je in Oslo bent en Gluecifer speelt, dan ga je naar Gluecifer. Met Obliteration hebben we eerder vandaag onze deathmetalfix al gehad en dus laten we Carcass links liggen voor de zelfverklaarde Kings Of Rock. Na vijftien jaar inactie is die grandioze zelfoverschatting echter totaal niet misplaatst. Het maakt niet uit of je Gluecifer ziet als een vlotte punkband (denk aan The Bronx) of als een aanstekelijke hardrockband (denk aan The Hellacopters); dit is waar de Turbojugend en dragers van Kvelertak-shirts samenkomen. Vanaf opener I Got A War vliegen de halfvolle bierglazen door de lucht en verandert de festivaltent in een vuig punkhol. De hooks zijn nog plezieriger dan die van The Hives, de riffs nog fouter dan die van JetGluecifer is in zijn thuisstad de beste rockband ter wereld en moet oppassen dat het de rock niet onder afsluiter Def Leppard vandaan speelt. Met de haarlijn van Jack Nicholson in The Shining en de frontmankwaliteiten van Iggy Pop blaast zanger Biff Malibu het optreden op. De als Nikki Sixx verklede gitarist Captain Poon verdient ook waardering te krijgen voor zijn emohaar, foutwitte outfit en Corona’s. Het nummer Douchebag Status moet haast wel door Pepijn Lanen geschreven zijn ter ere van deze snarenplukker. De slaggitaar blijkt van vitaal belang en loodst het optreden naar de apotheose Desolate City, waar de eenzame Noren zich volledig identificeren met de “slow night in a desolate city”-lyriek. Gelukkig levert het antithetische Gluecifer deze avond een verzetje van mythische proporties.

Def Leppard (Main Stage)

Noorwegen is zo verknocht op gitaarmuziek dat in ditzelfde weekend Def Leppard en Kiss even verderop ook spelen tijdens Trondheim Rocks. Toch trekt de festivalafsluiter Def Leppard beduidend minder bekijks dan Kiss (of zelfs Volbeat). Vanavond wordt echter bewezen dat het niet misplaatst is, want het publiek zingt de gedateerde rocknummers uit volle borst mee. De muziek is zoeter dan mijn grapefruitsapje, maar de nostalgiebril van de toeschouwers is nog meer roze gekleurd. Vóór het hiphoptijdperk bracht Def Leppard namelijk de ultieme stripclubmuziek en dit zorgt ervoor dat de meest beschonken mensen vol overgave dansen op de hitsige riffs van Let It Go. Aangezien de band groot geworden is tijdens het gouden MTV-tijdperk, is dit optreden voor velen een nostalgisch meezingfeest. Def Leppard gaat maar al te graag op deze wens in door voornamelijk nummers van Hysteria, High ‘n’ Dry en Pyromania te spelen. De volumeknop wordt maximaal naar rechts gedraaid, maar het publiek komt er nog steeds boven uit.

Helaas is de ballad When Love And Hate Collide een vibekill van epische proporties en het opvolgende Let’s Get Rocked te laagbegaafd. De aandacht van deze millennial begint te verslappen en dwaalt af naar de kledingkeuze van de bandleden. Voor de fluorescerende neonverlichting springen de spandex- of spijkerbroeken met de meest dubieuze kleurspoelingen in het oog. Het is bij Def Leppard klaarblijkelijk verplicht om een sjaal aan je gitaar vastgeknoopt te hebben, bassist Rick Savage lijkt met zijn blondgeverfde krulhaar sprekend op Anneke van Giersbergen en drummer Rick Allen draagt een Tron-achtige koptelefoon. De heren zijn ondanks hun leeftijd in uitstekende fysieke vorm, al wordt zanger Joe Elliott geholpen door een prominente backing track. Het akoestische Two Steps Behind is een typisch afgrijselijk nummer uit de jaren ’90 en klinkt als schurend piepschuim. Het schuifelnummer Love Bites bevalt beduidend beter, Man Enough krijgt de heupen weer aan het wiegen en de aanstekers gaan tijdens Bringin’ On The Heartbreak de lucht in. Pour Some Sugar On Me is, zoals verwacht, het beste feelgoodmoment van Tons Of Rock 2019, maar het kruit is hiermee wat vroeg verschoten. De toegift met Rock Of Ages en Photograph mag er wezen, maar van Def Leppard zijn we niet heel geil geworden. Missie gefaald?

Lees ook ons verslag van het openingsconcert van Accept, de donderdag met Kiss en de vrijdag met Slayer!

Foto’s:

Niek van de Vondervoort (website)

Datum en locatie:

29 juni 2019, Ekeberg, Oslo, Noorwegen

Link:

Tons Of Rock