Een vertrouwde helletocht – Soulcrusher Dag 1

De Nijmeegse slooptweedaagse staat weer voor de deur. En net als de vierdaagse tegenhanger voor wandelaars is er één ding zeker: het wordt afzien. Maar dan in de goede zin van het woord. Zonder al te veel concessies is er dit jaar weer een interessante line-up samengesteld, met zowel verrassende als minder verrassende namen. Maar bovenal geldt: Soulcrusher staat garant voor goed geluid, toffe shows en een fijne ambiance. Dat is dit jaar niet anders. Friso Veltkamp doet verslag en Ruth Mampuys schiet de foto’s.

Een unicum is dat ik op tijd arriveer. Geen vertragingen met de trein dit keer, alles verloopt soepel. Dat belooft alvast veel goeds voor dit weekend. Nadat ik mijn  spullen bij de garderobe heb opgeborgen, heb ik nog even tijd om te oordelen of ik verschillen zie met de editie van vorig jaar. Die zijn er, al zitten ze in de details Zo is het derde podium (in het café) weggehaald. Die plek zal gebruikt worden voor mensen die even rust willen, of willen genieten van de Soulcrusher stout Zielenknijper. Enerzijds jammer dat het podium weg is, maar ik snap het ook wel, het bevordert namelijk de doorstroom. Het programma is wel weer helemaal volgepropt. Je kan vanaf drie uur s’middags tot ver na middernacht onafgebroken van muziek genieten. Af en toe iets meer rustpauzes had ik persoonlijk wel fijn gevonden, want sommige acts dit weekend vragen (of eisen) behoorlijk wat van je concentratie en uithoudingsvermogen. Je hoeft natuurlijk niet alles te zien, maar ja, er staat nu eenmaal zoveel interessants op het programma!

Wat betreft de line-up: het duurde enige tijd voor de organisatie de line-up compleet had. Het ontbreken van grote namen zorgde er dan weer voor dat mensen twijfelden om een kaartje te kopen. Uiteindelijk is echter alles goed gekomen en kon de organisatie gewoon weer het bordje “uitverkocht” voor de kassa hangen. Als je de lijst van bands dit jaar bekijkt, is het wel opvallend dat er geen doomband te vinden is. Waar vorig jaar onder andere Ahab nog wel voor een mooie doom-impasse zorgde, is er dit jaar vooral veel beukwerk te horen. Daarentegen ontbreekt er wel een grindcoreband. De organisatie koos dit keer voor wat meer electro-acts. Het mooie is dat dit ook gewoon geaccepteerd wordt door het publiek, dat meestal wel de moeite neemt om een band te bekijken.

Deze editie begint overigens niet met gebeuk maar met een Italiaanse chanson. Ponte Del Diavolo is een gezelschap uit Piemonte dat een wat eigenaardige mix van doom, black en theater brengt. Dat laatste aspect komt vooral van blikvangster Erba, die subiet de prijs krijgt voor meest dramatische voordracht van het hele weekend. Knielend, wild bewegend of gewoon met haar armen over elkaar staand, ze eist de aandacht op. Als ze dat al niet deed vanwege haar voorkomen of haar stem. Want zingen kan Erba. Ze haalt de hoge en de lage tonen, alleen van haar growls ben ik minder onder de indruk. Wel vet hoe ze tijdens Covenant dezelfde frase maar blijft herhalen.

Goed spelen kan de band ook. De muziek kun je het beste plaatsen in de doommetalhoek. Maar dan wel met uitspattingen. De ene keer komt er een snellere, bijna punkachtige riff voorbij, de andere keer wordt er vol venijn een blackmetalriff over het publiek uitgestort.

De bandleden zelf staan er wat statisch bij, maar goed, dat wordt ruimschoots gecompenseerd door Erba, en genieten lijken de mannen wel van de muziek. En dat die er wat statisch bij staan betekent niet dat de band niet fel uit de hoek kan komen. Zo zijn er sporadisch felle blackmetalriffs te horen die ook wel tegen post metal aanschuren, zoals in La Razza. Tijdens deze momenten vind ik de band het meest indruk maken. De setlist vind ik daarom goed samengesteld: deze houdt de aandacht vast. Laatste nummer Ave overtuigd tot het einde en brengt alles wat deze band heeft: theater, meeslependheid en vette riffs. Prima binnenkomer.

Elk jaar staan er op Soulcrusher wel wat meer toegankelijke acts uit het electrospectrum. Dat is dit jaar niet anders. Zetra uit London mag de purple stage openen. In eerste instantie doet het tweetal dat voor een volle zaal, maar dat verandert snel.

Niet iedereen is namelijk gecharmeerd van dit electroduo, waarbij synths uiteraard de hoofdrol opeisen. Dat ligt niet zozeer aan de muzikale smaak, maar meer aan het muzikale gebodene. Zo interessant is het namelijk niet wat Zetra brengt. De sub-bassen dreunen af en toe hard door de zaal, de zanglijnen zijn toegankelijk, maar het beklijft nergens. Dit is meer muziek voor een Fritz Kola feestje in een verlaten fabriekspand in Berlijn om drie uur s ’nachts.  Het is te monotoon, te voortkabbelend. Het is het net niet. Sporadisch duiken er nog wel wat interessante momenten op, zoals de drumaccenten in Suffer Eternally, maar het is allemaal te weinig. De zaal stroomt daarom geheel leeg, om zich op te laden voor de eerste black metal band van de dag.

Dat is namelijk Lamp Of Murmuur. Over die band zijn de meningen verdeeld; de recensies van de laatste plaat zijn dan wel overwegend lovend, maar een deel van de scene zal schouders ophalend zeggen dat het posers uit LA zijn. Wat moeten die met black metal? Nou ja, in ieder geval een volle zaal trekken. En dat niet alleen: ik sta achter een aantal vrouwelijke personen die er een serieuze choreografie op nahouden bij de band. Soms is het fascinerender te kijken naar deze dansbewegingen dan wat de band brengt. Dat is namelijk op Scandinavisch gestoelde leest. Dissection lijkt een uitgesproken favoriet te zijn bij de bandleden.

Maar goed. Een volle zaal mensen die wel hongerig zijn naar wat zwartgeblakerd metaal dus. Dat krijgt het publiek ook gelijk met de goede openingssong waarbij aan de hand van uptempo stukken en snijdende gitaarlijnen een prima nummer opgebouwd wordt. De band vergeet daarbij niet ook wat toegankelijke stukken in de muziek te voegen.

Het geluid staat overigens teringhard, iets wat we vaker terug zullen merken tijdens dit festival. Op zich geen enorm probleem, want de riffs denderen lekker door de zaal. Het volume lijkt ook wel een goed effect te hebben op het publiek, die de band met veel enthousiasme verwelkomt.

Er zijn echter ook wat minpunten. Wat moet die effectbak op de microfoon? Is dat nodig? Redt zanger M. het niet zonder? En visueel zou de band wel iets meer mogen uitpakken. Als je al uit LA komt, gooi dan even wat showelementen in je show. Maar de band houdt het bij een wat obligate lichtshow en een afzichtelijke cape om de schouders van bandleider M. Wat je er ook van vindt, ik heb me niet echt verveeld gedurende de veertig minuten. Dat is ook wat waard.

Weet je waar ik een gruwelijke hekel aan heb? En ja, het is ook de NS, maar daar doel ik nu even niet op. Jazz. Ik kan he-le-maal niets met die muziekstroming. Voor mij vervalt het vaak in snordraaierij, intellectueel geklier met maatsoorten en ritmes. En er wordt ook vaak nog eens geprutst met allerhande blaasinstrumenten als trompetten en klarinetten. Nou, Five The Hierophant gebruikt een saxofoon en brengt een soort jazz met rock en metal elementen en trekt gelijk veel bekijks.

Eeeen dat is terecht! Want het is buitengewoon fascinerend om te horen wat deze mannen vandaag allemaal laten horen. Vaak is er voor mij geen touw aan vast te knopen maar het intrigeert wel. Zo wisselen de mannen uit London tussen voortstuwende tempo’s en sfeervolle, zorgvuldig opgebouwde stukken. Het geheel doet bovenal enorm filmisch aan, wat nog eens versterkt wordt door de wat mysterieuze aankleding: de mannen hebben allemaal monnikskappen op en spelen vrijwel continu onder een oranje licht.

Alle nummers zijn zorgvuldig gestructureerd. Kwade tongen zullen zeggen dat die vaak te lang duren, maar mij stoort dat allerminst. Helemaal omdat het geluid echt fenomenaal is. Alles is perfect van elkaar te onderscheiden en de instrumenten klinken helder en mooi.  De drums klinken af en toe vrij hard, maar dat benadrukt alleen maar de urgentie van de muziek. De band heeft net een nieuwe plaat uit, Apeiron getiteld, waar vandaag ook enkele nummers van gespeeld worden, waaronder het titelnummer.

Eenmaal overgegeven aan de klanken van de band voelt de muziek van dit collectief als een warm deken en is het aangenaam vertoeven in de bij vlagen zalvende klanken van deze band. Ik ga nu niet gelijk honderden jazzplaten aan mijn collectie toevoegen, maar Five The Hierophant verdient wel een plekje in mijn verzameling.

Had Five The Hierophant al een goed geluid, bij Dödsrit kun je er zeker van zijn dat dat zo is. Ik heb de band inmiddels een paar keer live gezien, en elke keer was het geluid imposant (in het bijzonder de show op Roadburn). Vanavond is dat niet anders, al duurt het wel een paar nummers voor alles goed is afgesteld. Aanvankelijk staan de drums namelijk veel en veel te hard, waardoor de interessante riffs van opener Irjala enigszins bedolven worden onder hard klinkende mokerslagen.

Dit jaar heeft de band de prachtplaat Nocturnal Will uitgebracht, waarbij er meer invloeden van heavy metal in de black metal met crust punk is verweven. Dat werkt natuurlijk goed op een festival en het publiek reageert enthousiast bij het genoemde Irjala en Celestial Will, waar menig melodieuze leads te horen zijn. Gelukkig is bij laatstgenoemde nummer het geluid ook weer voller zoals we van de band gewend zijn en dan hoor je hoe goed de nummers van Dödsrit zijn, niet alleen het nieuwe werk, maar ook het van Mortal Coil afkomstige Shallow Graves is wat mij betreft een hoogtepunt in de set vanwege de razende riffs die in dit nummer zitten.

Dödsrit is een geoliede machine geworden, zowel muzikaal als in hun presentatie. De band staat als een front voor het podium en met name Geor heeft naast een brute stem ook een brute manier van zijn gitaar hanteren. De band heeft ook wat bijkomende lampen op het podium staan en wanneer deze worden gebruikt draagt dat veel meer bij aan sfeer dan de standaard zaallichten. Sfeer is sowieso wel in de muziek gevlochten, zoals in Apathetic Tongues, waarbij het publiek als een golf meedeint op de gespeelde riffs. Dödsrit overtuigt en had best wat later op de bill mogen staan. Nu lijkt de band vooral te fungeren als de openingsband voor het avondprogramma.

Ik ben de enige recensent van Zware Metalen vandaag, en ook ik moet af en toe iets eten, dus ik verkies Gost als mijn eetband. Dat doen wel meer festivalbezoekers. Wat zeg ik: dat doen er heel veel. Hierdoor staan er dubbeldikke rijen bij de plaatselijke dönerzaak  en de bekende stationskeet. Gelukkig biedt de stad veel fijne eetgelegenheden waar ik totaal geen gebruik van maak en bij de eerste de beste cafetaria veel te dure friet naar binnen schuif. Ruth nam wel nog de moeite wat plaatjes te schieten.

Ik ben gelukkig nog op tijd terug voor Inter Arma. De band heeft dit jaar een buitengewoon interessante plaat, New Heaven, uitgebracht (die overigens al integraal op Roadburn is gespeeld), waarop de band een mix laat horen van… nou ja, wat eigenlijk niet? Doom, progrock, death metal, het vormt een geheel dat op een vrij natuurlijke en bovenal knappe manier is gecomponeerd. Vandaag presenteren de Amerikanen enkele nummers van dit album, aangevuld met andere songs uit hun rijke oeuvre.

Inter Arma is natuurlijk altijd al een dwarse band geweest waarvan de bandleden doen waar ze zelf zin in hebben. Het publiek heeft maar te volgen. Deze houding siert de band, maar maakt het niet altijd even gemakkelijk. Het is namelijk wel opletten wat er gebeurt. Want zo minimalistisch (en bijna nihilistisch) als de lichtshow is, zo rijk is het muzikale palet dat deze band uit Richmond brengt. Het ene moment krijg je onvervalste doom death voorgeschoteld (New Heaven en The Children The Bombs Overlooked hakken er aardig in),  en het volgende moment bevind je je in een uitgesponnen progressief jaren ’70-achtig stuk, dat fascinerend wegluistert.

Maar bovenal is Inter Arma natuurlijk heel erg metal en heel erg duister. De bandleden slepen je mee in hun draaikolk, de sfeerzetting is donker en verontrustend, maar alles wordt met grote precisie gespeeld en is daarnaast buitengewoon doordacht. Wellicht is er mede daardoor op het podium niet bijzonder veel te zien. Geen poespas, geen opsmuk, gewoon een band die zijn eigenwijze muziek speelt. Ik kan er mijn aandacht niet de hele tijd bij houden, maar voor velen is dit wel een van de hoogtepunten van de dag.

Even uitblazen bij de black metal van Woe. Dat kan ook wel, want de band brengt een soort black metal die als een warme deken over je heen wordt gelegd. De nummers klinken namelijk erg organisch. Het gitaargeluid is wat schel, maar dat stoort niet echt. De band heeft er zichtbaar zin in en speelt met een gretig enthousiasme. Daarbij wordt er overigens niet alleen op volle snelheid doorgeramd, maar schakelt de band regelmatig terug naar meer midtempo stukken. Dat draagt bij aan dynamiek en sfeer.  Dat laatste wordt sowieso versterkt door allerlei achtergrondgeluiden.

Qua presentatie is het vooral “what you see is what you get”. Ook hier geen opsmuk, geen corpse paint of visuals, maar gewoon rammen en spelen. En zo hoor je prima uitvoeringen van onder ander Scavenger Poets en Distant Epitaphs, afkomstig van de laatste plaat Legacies Of Frailty.

Zanger Chris is qua uitstraling het boegbeeld van de band, maar hij eist ook regelmatig de aandacht op door de staccato zanglijnen die hij de microfoon in brult. Die geven de band enerzijds een agressieve wending, maar zorgen door de veelheid ervan dat je ook het optreden ingezogen wordt. De band sluit uiteindelijk af met Far Beyond The Fracture Sky dat er met zijn tremoloriffs ongenadig hard inbeukt. Woe overtuigt vandaag.

Dan volgt er nog meer black metal in de vorm van Blackbraid, die net als Lamp Of Murmuur uit de VS Komt. En daar houden de overeenkomsten wel op: waar laatstgenoemde uit Los Angeles afkomstig is, komt Blackbraid uit de wildernis van het Adindorackgebergte. En in plaats van op Scandinavisch geschoeide leest is Blackbraid meer van de meeslepende, contemporaine soort, wat wel aansluit op de afkomst. De band heeft inmiddels twee platen uit, simpelweg getiteld I en II, die vandaag ruimschoots worden gepresenteerd.

Blackbraid laat de muziek goed ademen door sporadisch rustpunten in te bouwen die vooral bestaan uit inheemse intermezzo’s. Daaromheen gaat de band maar door met vette riffs spelen. Vanaf The Spirit Returns is het direct raak en wordt de ene na de andere voltreffer op het publiek afgevuurd. Het is niet allemaal even strak, maar goed, voor dit tijdstip laat het publiek (en ik ook) het net als de veelvuldig getapte biertjes, goed smaken. De uitvoering van The Wolf That Guides The Hunters Hand is echt fenomenaal, zeker ook omdat de lichtshow hier op aansluit, er wordt zodoende een bijzondere ambiance gecreëerd. Maar eigenlijk is er voor elk nummer wel wat te zeggen, van de opener The Spirit Returns tot aan Blood Soaked Soil is het gewoon goed.

De band reageert daarop door ook fel van leer te trekken en er worden flink wat metal poses afgetikt, maar hey, we staan ook op een metalfestival. Hoewel de band een veredeld soloproject is van Sgah’gahsowáh, is daar vandaag op het podium niet veel van te merken. Hier staat echt een band te spelen en is er ook nog enige interactie onderling en vinden er wat omhelzingen plaats. De band gaat ongetwijfeld goed op de reactie van het publiek, dat de hele show wel blijft staan kijken. Dat verdient de band ook. Een van de betere shows van de dag!

Ik moet eerlijk bekennen dat ik bij Hippotraktor mijn notitieblok (lees telefoon) grotendeels heb opgeborgen. Even rust, me even zonder oplettend oor en oog mee laten voeren door de klanken van dit Belgische gezelschap, waar sinds een paar jaar Stefan van Psychonaut deel van uitmaakt. Die neemt de zang ook voor zijn rekening en staat zijwaarts op een verhoging, richting drummer Lander.

De band heeft net een nieuwe plaat uit, waarvan vandaag Stasis, The Reckoning en Renegade worden gespeeld. Deze nummers maken grote indruk, met name door de variëteit die in de muziek is geslopen. Sludge, post metal en sfeervolle passages wisselen elkaar af. Zanger Stefan hanteert dezelfde soort zang als bij Psychonaut waardoor de vergelijkingen met die band onvermijdelijk zijn. Ik vraag me ook af wat de toegevoegde waarde voor Stefan is. Afijn, laten we niet te veel klagen, want Hippotraktor is wel gewoon een erg vette band en met name Renegade echt een topnummer. Een goede show om de eerste dag mee af te sluiten!

Health is de afsluiter vandaag. Ik kijk een paar nummers, maar moet uiteindelijk ook mijn trein halen. Dat lukt wel, behalve dat ik direct vanwege alle indrukken en het bier in slaap val en midden in de nacht wakker wordt in Roosendaal. Taxi terug, niet goedkoop, dat wordt morgen minder merch kopen. Ruth bleef wel wakker en zorgde voor wat fraaie foto’s bij Health en Thantifaxath.

(Health)

(Thantifaxath)

Datum en locatie

11 oktober 2024, Doornroosje, Nijmegen

Foto's:

Ruth Mampuys (Ruth-Less Photography website en Facebook)

Link: