Wie had dat enkele weken terug voor mogelijk gehouden? Een indoorfestival, met echte bands zonder afstand te hoeven houden! Op Soulcrusher in Doornroosje in Nijmegen was corona gewoon weer dat gele biertje en was de duistere kant van de metal het virus waar de bezoekers aan leden. Zware Metalen stuurde Remco Faasen op vrijdag erheen om alle bands te zien, maar kreeg hulp van Tim Betting (TB) bij Noctambulist. Jurgen van Hest maakte alle foto’s.
De aftrap van de 2021-editie van Soulcrusher wordt gedaan door Radeloos /// Ziedend, een vanuit Nijmegen opererend gezelschap dat vandaag pas het tweede optreden in het bestaan heeft. De wortels van de heren liggen duidelijk in de punk, maar de muziek wordt gemixt met black metal. Dat leidt tot wat de band zelf noemt post-blackened neocrust. Of: een mix van crustpunk, black metal en powerviolence. Tijd om te lang over al deze subgenres na te denken is er niet, want in de kleine zaal pakken de vijf het publiek direct bij de strot. De nummers zijn niet lang (want: punk!) maar wel afwisselend genoeg en voorzien van de nodige melodie om het behapbaar te houden.
Giel heeft een fijne, ijselijke grunt onder zijn dreads verstopt en leeft volop met de muziek mee. Hij staat geen seconde stil en heeft precies de juiste arrogante uitstraling die een frontman nodig heeft. Zolang de muziek speelt dan, want bij het aankondigen van nummers of het houden van een kort praatje oogt hij bijna verlegen. Radeloos /// Ziedend verwerkt de melodieuze kant van de punk met de agressie van black metal tot een smakelijk geheel en weet meerdere gezichten te tonen. Zonder al te veel moeite krijgen de mannen het publiek mee: een naam om in de gaten te houden.
Wat krijg je als je het lijf van Fields of the Nephilim, de ernst van Deafheaven, de indringendheid van Alcest en de ziel van The Cure met elkaar vermengt? Het antwoord op deze vraag opent op vrijdagmiddag het hoofdpodium: Noctambulist. Doordat er maar liefst drie gitaristen op de planken staan, weet de band een rijke klank te produceren. Hoewel in de muzikale catacomben van heimat Tilburg al wordt gefluisterd over mogelijk nieuw werk, brengen de heren vandaag het eerder dit jaar verschenen Noctambulist – I -Elegiën integraal ten gehore. Vanaf het moment dat het eerste akkoord van Klatergoud door de zaal schalt, is duidelijk dat een plek op het hoofdpodium volledig terecht is.
De emotionele krijs van J.D. Kaye vormt een mooi contrast met de imponerende kreten van Sam C.A. De muzikale diepte die wordt geproduceerd door het gitaarwerk van Stef Heesakkers, Tristan Tabbers en J.D Kaye in combinatie met het baswerk van Sam C.A. en het drummen van Mitchell Scheerder, neemt het publiek probleemloos mee op een reis naar de grauwe diepten van de geest. Als op de climax van Vagevuur de draaiende lampen boven het publiek aan gaan, slaat het licht als zwarte regen op ons neer. “Voorbij de tunnel schittert licht, een helse brand door mij gesticht” klinkt het. Wát een impact. Noctambulist is een band waar we hopelijk nog veel van zullen horen. Ik verwacht dat ze binnen korte tijd (met recht) bovenaan de line-up zullen staan. (TB)
Oh ja, dat waren we door corona helemaal vergeten: volle zalen. Doornroosje opereert noodgedwongen op 75 procent van de capaciteit, maar het is een raadsel waar de weggehouden 25 procent een plek had moeten krijgen in de kleine zaal als Firebreather begint. Na Noctambulist snel nog wat eten = achteraan sluiten bij het optreden van deze Zweden. Voor het benadrukken van hun sombere stoner doom zijn er extra versterkers op het podium geplaatst. Daarmee wordt die kenmerkende drone/slugdetoon geproduceerd die erg zijn best doet het net naar binnen gelepelde Mexicaans via de verkeerde uitgang weer naar buiten te werken. Zanger/gitarist Mattias Nööjd heeft een aardige strot maar het had wel wat donkerder gemogen voor deze muziek. En hoewel de band met het binnen het genre toegelaten niveau van enthousiasme speelt, wil de vonk bij mij maar niet overslaan. Daarvoor is het allemaal toch wat teveel van hetzelfde én zit de waanzinnige presentatie van Noctambulist nog te vers in het geheugen.
Dan maar Autarkh in de grote zaal bekijken. Deze band ontstond na de ontbinding van het machtige Dodecahedron. Gitarist Michel Nienhuis is nu zanger/gitarist waar Joris Bonis zijn snaarinstrument heeft weggelegd om zich helemaal te concentreren op geluidseffecten. De band is aangevuld met nog een zanger/gitarist (David Luiten), nog een sounddesigner (Tijnn Verbruggen) en een bassist (Desmond Kuijk), maar dus geen drummer. En hadden we met Radeloos /// Ziedend al een band die uit meerdere vaatjes tapte, Autarkh gaat daar nog even rustig overheen. De basis van de muziek is namelijk industrial. Niet richting Ministry, maar meer dance georiënteerd: intelligent dance music. Dat klinkt als een contradictio in terminus, maar dat is het niet. Voor de precieze uitleg verwijs ik u graag naar de review van debuutplaat Form in Motion door collega Alfvoet, want die heeft alle platen die ooit zijn uitgebracht minstens één keer gehoord en weet daar uit het blote hoofd aan te refereren.
Schrijver dezes hoort vooral hoe alle invloeden elkaar prima versterken, wat leidt tot een band die prima past binnen het vakje ‘metal’. Uiteraard niet in de klassieke zin van het genre, maar fokking hard is het allemaal wel. En ja, natuurlijk spelen de elektronische hulpmiddelen een grote rol, maar er staan ook gewoon nog twee gitaristen en een bassist om ervoor te zorgen dat het té gortig wordt. Voor puristen die de hele dag Deicide draaien is het dat natuurlijk wél, maar die lezen dit toch niet.
Autarkh weet simpelweg op fascinerende wijze totaal buiten de vaste paden te lopen, met boeiende, intelligente muziek. En dan niet in de stijl van Mysticum, dat is toch teveel meespelen met een drumcomputer, maar gewoon op z’n… Autarkh’s. Van dromerig kalm naar gruwelijk hard in een paar stappen. Een fascinerend groepje dat een prima optreden aflevert.
Vooordat Pothamus diens optreden in de kleine zaal start, bekijk ik even bij welk label deze band onderdak heeft… Aha, Consouling Sounds, vooral bekend van Amenra. Dan weten we het wel: een loodzware trip naar de oneindige leegte. Soms fragiel en kwetsbaar, soms snoeihard. Een trio ditmaal, met drummer Mattias prominent op het podium, geflankeerd door zanger/gitarist Sam en bassist Michael. En inderdaad, we beginnen kalm tot aan de geluidsexplosie waarvan je wist dat die zou komen (inclusief stroboscopen die flink hun best doen je irissen weg te branden), al maken de heren uit Mechelen het niet té gek. Geen allesverwoestende black metal, meer keiharde rock.
De muziek van Pothamus drijft op de drums van Mattias, die naast zijn gewone drumstick gebruikmaakt voor een stok die je normaal gesproken bij een fanfare hanteert, om zijn geluid meer bombast mee te geven. Als zanger komt Sam niet veel in actie en als hij dat doet is het meer om een hoog achtergrondgeluid te laten horen. En hoewel Mattias heel aardig kan trommelen, weet ook hij niet te voorkomen dat de nummers op een gegeven moment wel wat op elkaar gaan lijken en eerder een langgerekt werkstuk vormen. De heren doen hun best de aandacht vast te houden, maar moeten ervoor vechten. Het wordt een beetje een uitputtingsslag. En dan vooral voor die arme drummer.
The Ruins of Beverast gaat gelijk vol in de aanval in de grote zaal, maar schakelt ook net zo gemakkelijk terug om het wat kalmer aan te doen. Om daarna het gaspedaal weer stevig in te trappen. De toetsen (bedacht door het enige bandlid Alexander von Meilenwald, live uitgevoerd door Job Bos (Dark Fortress, ex-Satyricon (live)), spelen een prominente rol in de muziek. De band wisselt voortdurend tussen kiezelharde black metal en sferische geluidsescapades, waarbij opvalt dat het werk van lichtman voor The Ruins of Beverast zijn de gemakkelijkste job ter wereld is. Alle spots op rood en koffie drinken maar, om na een kwartiertje terug te komen en een ander kleurtje te kiezen. Het zorgt ervoor dat nauwelijks te zien is met wie we te maken hebben, maar dat is wel geheel in lijn met de acts op dit festival. Wie zich tot het publiek richt, is af, zo lijkt het devies.
Het hoogste woord is vanzelfsprekend voor de heer Von Meilenwald, die af en toe ondersteuning krijgt van gitarist Arioch (Michael Zech in Secrets of the Moon). Het publiek pakt de aangereikte presentjes graag aan, maar achterin de zaal betrap ik mijzelf erop de seconden weg te tellen. Ja, het is goed wat The Ruins of Beverast hier laat horen, maar ook wat eentonig en langdradig. Ik besluit mezelf te dwingen beter te luisteren (ik ben er nu toch) en dan weet de band me toch wat meer te grijpen. Deze band kan namelijk écht hard spelen en de toetsen weten dat lekker te versterken.
Toch blijft het tweeledig: ik zweef van goed terug naar matig en dan weer naar heerlijk. Want dat keyboard voegt dus écht wel wat toe, maar moet dat áltijd? Kan fat ding niet eens een keer uit? Maar dan komen de snelle, agressieve stukken weer en laat ik me inpakken als alles op zijn plek valt. Gek word ik ervan.
Wat krijg je als je de agressie van hardcore mixt met de furie van black metal? Juist: Hexis. Een band die het woord ‘rust’ niet kent en als een waanzinnige tekeergaat. Het is mij niet geheel duidelijk wie er nou naast zanger Filip allemaal vast in Hexis zit of is ingehuurd en wie dat dan precies zijn, maar naast Filip stuitert vooral de bassist er constant op los. En Filip klinkt ook nog eens ontiegelijk boos, zoals hij zijn teksten in de microfoon blaft. Waarom toch, Filip? Het leven is toch mooi? We mogen weer naar een festival!
Blackened hardcore noemt de band zelf zijn muziek en die term dekt de lading volledig. Vanuit de hardcore is het onmogelijk om niets tegen het publiek te zeggen en dus breekt Filip met de ongeschreven afspraak vandaag als hij simpelweg om een pit vraagt. En waarom ook niet? De muziek van Hexis is er uitermate geschikt voor. Het black metal-deel zit hem er dan vooral weer in dat de muzikanten stuiterende silhouetten blijven.
Noctambulist was de beste band van vandaag, Hexis de verrassendste. Pas op ruim driekwart van het concert wordt er wat gas teruggenomen en produceren de metalstuiterballen een langzaam, driegend nummer, waarbij Filip de zang nog wel steeds uit zijn tenen haalt, dus wat dat betreft is uitrusten er niet bij. We krijgen nog twee testosteronnummers waarbij de mannen weer springen alsof er geen morgen komt: de snelheden die de muzikanten halen zijn welhaast onmenselijk. Dat Hexis er vervolgens uitgaat met een knal is een understatement.
Subtiliteit en Bölzer (pas de eerste band vandaag met een serieuze podiumaankleding vandaag), gaan niet samen. Dat kan ook niet met slechts een drummer en een zanger/gitarist in de gelederen. De blikvanger van dag 1 is pas vlak voor het festival ingevlogen als vervanger voor Enslaved, maar dat is bepaald geen straf. Een portie Bölzer gaat er elke dag van de week wel in. Verborgen in mist en schaduw geselt HzR zijn drumstel, terwijl KzR voor hem zijn schizofrene arsenaal aan zangstemmen tevoorschijn haalt, terwijl hij geen noot op zijn gitaar mist. Het geluid van de Zwitsers vult al snel alle hoeken van de zaal: er is geen ontkomen aan de Zwitserse furie die met de nauwkeurigheid van een koekoeksklok wordt gebracht. Vakkundig sloopwerk door de BV Bölzer.
Het was vandaag hier en daar toch best een beproeving, de eerste dag van dit prachtige festival, zeker vooruitblikkend op wat zaterdag nog komen gaat, maar Bölzer maakt in één klap alles goed. De poespas is op een alp achtergebleven, het is gewoon doeltreffend rammen met die heerlijke mix van black en death metal, met daar bovenuit de woeste grunt van KzR die ons bij de hand neemt op een reis door het meest gekleurde pallet aan zwarte klanken die je met twee muzikanten kunt maken. Helaas komt aan alles een einde en aan het optreden van Bölzer komt dat zelfs vijf minuten te vroeg. Maar goed, dat geeft de tijd om de enorme afstand tussen concertzaal en station te overbruggen (een understatement: de trein stopt letterlijk naast de deur), wat betekent dat de death/doomers van Krypts zonder een schrijver moeten doen. Maar gelukkig hebben we de foto’s nog.
Lees ook: dag 2 van Soulcrusher en de genadeloze afstraffing van de mens zonder oordopje.
Datum en locatie
1 oktober 2021, Doornroosje, Nijmegen
Foto's:
Jurgen van Hest (Jvh013Photo)