White Ward – False Light

De heren van White Ward zijn terug! En hoe! Hun nieuwste boreling, False Light, zag recentelijk het levenslicht. Het album baseert zich op de werken van Carl Jung en Jack Kerouac, maar meer nog op Intermezzo: een verhaal uit 1908, afkomstig van de hand van hun landgenoot en ook Oekraïner, Mykhailo Kotsubinsky. Nochtans zijn de gebruikte thema’s zeker niet gedateerd. Ze omvatten onderwerpen als natuurrampen en catastrofes, huiselijk geweld, brutaliteit door politie en overheidsdiensten, het lege of bijna onmenselijke karakter van een grootstad… Je leest het goed. Een ideale voedingsbodem dus voor de door jazz, post-rock, post-punk en heel-wat-andere-genres-geïnfuseerde black metal. Iets wat we natuurlijk al langer wisten. De heren brachten zo al heel wat magische platen uit, waarvan Love Exchange Failure tot op heden wel het summum bleek te zijn. Ook live bleken de heren bijzonder sterk trouwens. Ik zag hen op het Into The Void Festival, ergens in 2019.

We werden in afwachting van deze plaat natuurlijk al wel wat warm gedraaid middels videoclips voor de nummers Cronus en Leviathan. We hadden als fan van het eerste uur dus al wel meteen door dat er aan de bovenvermelde succesformule absoluut niks veranderd bleek te zijn. Enkele weken geleden bracht Cronus ons zo voor het eerst in contact met de heldere zanglijnen van Vitaliy Havrilenko die het geheel een meer dan beladen post-rock gevoel geven. Gelukkig zijn de heren nog altijd niet vies van een snelle blastbeat die samen met innovatieve gitaarlijnen en -leads verscheurd worden door de vlijmscherpe keelgeluiden van de heer Pechatkin. De warme, dark-jazzy saxofoonpartijen van de heer Dudko katapulteren je bij momenten ook weer naar die groezelige nachtclub in een vochtige, vortige miljoenenstad waarover ik al sprak in de review van het album Love Exchange Failure.

En dan hadden we enkele maanden vóór Cronus al de openingstrack te horen en te zien gekregen. Leviathan is een nummer dat vlot de dertien minuten haalt. Een nummer dat in echte White Ward-traditie de ruimte en tijd krijgt om volledig te ontplooien. Wat dwalende elektronica stuurt mijn gevoel naar de heuvel, waarop het verlaten huis, vanop de cover, gebouwd staat. Je dient eerst natuurlijk de dorre grashalmen aan de kant te manoeuvreren alvorens je wel echt een wandelpad te zien krijgt. Met behulp van sturende saxofoontonen en dreunende tompartijen ben je al snel waar je moet zijn. Een messcherpe wind, luister opnieuw naar de vocalen van de heer Pechatkin, blaast je zo net niet helemaal omver. Vervolgens laat de band je op verkenning gaan door het vochtige, rotte huis dat ze vermoedelijk gebruiken als symbool voor de malaise waarin je als persoon wel eens kan verglijd geraken. Nog voordat je helemaal verdwaald bent in vochtige hoeken of diepe spelonken, trekken ze je wel weer bij de les. Rond minuut negen roffelt de heer Karamushko je wakker om je over een magisch gitaartapijt te laten lopen. Een vloerkleed dat ergens rond minuut elf behoorlijk diep, donker, zwart aanvoelt. Met een uiterste precisie wordt je op hoge snelheid duidelijk gemaakt dat je het huis toch het best kunt verlaten. Er staat immers iets op til, dat voel je.

Waar brengt de rest van de plaat mijn gevoel vervolgens naar toe? Naar een akoestische gitaarpartij die samen op een eenzaam, onder geregend, modderig bankje zit met een Nick Cave-achtige diepe stem in Salt Paradise. Naar een donker, verlaten vakantiehuis ergens aan een mistige waterplas waarbinnen het opvalt dat een knotterende, kletterende bas je mee in de hand neemt naar de badkamer alwaar een streepje bloed van onder de deur naar buiten loopt. Het zijn opnieuw de donkere saxofoon ijnen en vervolgens de snijdende blastbeats die, bij het opengaan van de deur, je het resultaat laten zien met het nummer Phoenix.

Naar een verlaten park alwaar je alleen, starend in het niks of misschien wel in het cirkelende water door de stenen die je erin werpt, enkel verveeld raakt door het geluid van de sirenes en toeterende auto’s in de verte. Middels broeierige, vochtige elektronica en donderende, dreunende bas- en drumpartijen word je dit wel duidelijke gemaakt met het nummer Silence Circles. Naar die groezelige nachtclub die we al eens bezochten. Ditmaal zal een wat beneveld trio op het podium zijn donkere jazzkunsten ten berde brengen met het bijzondere Echoes In Eternity. Naar het licht? Naar het echte licht? Het titelnummer, False Light, heeft een heerlijke, ruwe zanglijn die perfect bij de iele leadlijn past. Het lijkt wel alsof die gitaarlijn het streepje licht moet voorstellen in een verder donkere hemel. Laat je vervolgens, in hetzelfde nummer, opnieuw verrassen door de contrabaspartijen, diep droevig.

Kortom: schitterende plaat! Jaarlijstmateriaal. Niet onlogisch gezien de achtergrond van deze band. Love Exchange Failure was al fantastisch, de EP Debemur Morti kan je eveneens dezelfde stempel toebedelen en dan nu dit magistrale False Light.

Score:

90/100

Label:

Debemur Morti Productions, 2022

Tracklisting:

  1. Leviathan
  2. Salt Paradise
  3. Phoenix
  4. Silence Circles
  5. Echoes In Eternity
  6. Cronus
  7. False Ligth
  8. Downfall

Line-up:

  • Yurii Kazarian – Gitaar, zang
  • Andrii Pechatkin – Zang, basgitaar
  • Mykola Previr – Gitaar
  • Ievgen Karamushko – Drums
  • Dima Dudko – Saxofoon

Links: