Wie deze website een beetje volgt, en in het specifiek mijn schrijfsels, weet dat ik me doorgaans richt op alles waar de benaming death aan gekoppeld kan worden. Progressive, melodic, old school, technical, -core of gewoon death. Maar goed, laten we ons vooral niet beperken tot de subgenres van een subgenre. Dit keer gaat de eer naar King Buffalo. Ik moet bekennen dat ik de band niet kende tot het tamelijke geniale The Burden of Restlessness. Vettige stonerriffs, die net als een postzegeltje worden ondergedompeld in een heldere substantie en leiden tot een psychedelische trip van grootse proporties. Dit Amerikaanse trio brengt heavy psych, of progressieve stonerrock. Of alles daartussen, maar dat doet er niet toe. Blijkbaar is er in de tussentijd ook nog even Acheron uitgebracht, volgens collega Maud nog genialer zelfs. Ik ga wel uit mezelf in de hoek staan vanwege het feit dat die totaal aan me ontschoten is. Ach wel, we zijn nu hier. King Buffalo brengt ons het derde deel in de zelfbenoemde pandemietrilogie. Zet jezelf in een comfortabele stoel, schakel je telefoon uit, geef je over aan de muziek en gun jezelf drie kwartier muzikale meditatie. Dit is Regenerator.
Ik gaf al aan dat dit nieuwste werk onderdeel is van een drie-eenheid. Of die heilig is valt nog te bezien, maar er wordt hier middels muziek wel naar bovenmenselijke transcendentie gestreefd. Waar de eerste twee delen overduidelijk donkerder van aard waren, bevinden we ons hier in de wedergeboorte. Composities die ademen, hoop uitstralen en het licht aan het einde van de tunnel tonen (nee, dit heeft niks met de dood te maken). Een eerste vluchtige luisterbeurt kan het geheel doen voorkomen als vluchtig voortkabbelende psychrock, die geen tastbaar einddoel nastreeft. De grap is dat een volgende luisterbeurt datzelfde gevoel geeft. Maar met iedere luisterbeurt begrijp je meer en meer dat dit ook juist de bedoeling is en dat het einddoel wel degelijk in zicht is. Herhalende ritmes, licht dissonante gitaarlijnen en de zweverige stem van Sean McVay zetten de toon.
Dat wordt meteen duidelijk in de bijna tien minuten durende opener Regenerator. Subtiele veranderingen in het herhalende mantra zorgen ervoor dat je helemaal leeg het opvolgende Mercury ingaat. Hier wordt al meer gespeeld met die vervormde en dissonante riffs, maar het blijft vooral een vreedzame dans tussen basgitaar en drums. Wat volgt zijn andermaal dromerige, herhalende ritmes in Hours. Dit zou best een aantal uren mogen doortokkelen. Je hoort weleens dat schoonheid hem zit in de simpliciteit. Dat gaat zeker op voor King Buffalo. Al is die eenvoud tamelijk bedrieglijk. De composities zijn gelaagd en zitten wonderbaarlijk goed in elkaar.
King Buffalo legt hier even de spreekwoordelijke kers op de taart met het afsluitende deel van deze pandemietrilogie. Het hoge niveau blijft meer dan gehandhaafd. De insteek is minder donker van aard, wat zich duidelijk vertaalt in de muziek en meer ruimte biedt voor algehele gemoedelijkheid. Maar achter die ogenschijnlijke rust gaat een technisch begaafde band schuil, die een zeer intrigerend muzikaal hoorspel ten gehore brengt. Verplichte kost voor liefhebbers van goede muziek.
Score:
84/100
Label:
Stickman Records, 2022
Tracklisting:
- Regenerator
- Mercury
- Hours
- Interlude
- Mammoth
- Avalon
- Firmament
Line-up:
- Sean McVay – Gitaar, zang
- Dan Reynolds – Basgitaar
- Scott Donaldson – Drums
Links: