Dubbel zo verpletterend. Dubbel zo verwoestend. Dubbel zo extreem. Dat is onze rubriek Dubbel Zo Zwaar. Een zwaar geanticipeerde, nieuwe plaat die simpelweg vraagt om van meer dan één kant bekeken te worden. Daarnaast zouden de redacteuren elkaar de tent uitvechten om te bepalen wie uiteindelijk het gouden lot in handen krijgt. Deze keer behandelen we The Suns Of Perdition IV: To Shadow Zion van Panzerfaust. Joris (favoriete genre: black) en Marleen (favoriete genre: black) zijn deze keer de gelukkigen.
Dit The Suns of Perdition IV: To Shadow Zion is het slotstuk in het verhaal. Verschilt dit album, dit epos in veel van de vorige delen?
Joris: Reeds sinds de conceptie van deze band slaan deze Canadezen me met elke release tot verstomming. Hun erg typische sound, hun erg karakteristieke geluid zowel op gitaar, bas, drum als vocalen geeft hen toch een immense voorsprong op die bands die ook de ondergang van de wereld beschrijven. Op elke plaat van Panzerfaust staat er wel een nummer dat zó diep penetreert in je lichaam dat alle miserie uit je poriën stroomt. Op de vorige plaat, The Suns Of Perdition III: The Astral Drain, was dat The Far Bank At The River Styx. Op het tweede deel bleek dat een nummer als The Snare Of The Fowler te zijn. Op War, Horrid, War, deel één dus, was het het afsluitende The Men Of No Man’s Land. Nu geeft een nummer als The Hesychasm Unchained me dat bovenstaande gevoel.
Marleen: Enigszins, vooral qua thematiek. War, Horrid War sloeg de toon aan met een historisch gewicht: een kroniek van bloedige conflicten en de cycli van geweld waarin de mensheid keer op keer vervalt. Het tweede deel, Render Unto Eden, verplaatste de focus naar filosofische diepgang, waarbij religie en moraal werden gedeconstrueerd tot menselijke illusies. The Astral Drain, het derde deel, omarmde een existentiële leegte en een kosmisch nihilisme: de kleine mens in een oneindig universum. Nu, in To Shadow Zion, wordt de cirkel rondgemaakt met een apocalyptische grandeur. Het is niet zomaar een verhaal over het einde van de wereld, het is een requiem voor de mensheid zelf.
Geen instrumentele ‘opvullers’ dit keer, missen we dit?
Joris: Tja, daar let ik meestal niet direct op, dus of ik het mis of niet, is voor mij niet direct een vraag om te beantwoorden. Je hebt natuurlijk altijd nog die boosaardig klinkende intro’s waarmee een nummer start. Bijvoorbeeld in de eerste maten van The Hesychasm Unchained hoor je de vliegen al brommen.
Marleen: Nee, ik ben benieuwd of dat een bewuste keuze is geweest. Die interludes gaven het vorige album soms een moment van reflectie, een adempauze. Maar misschien wilden de heren hier geen ruimte laten om te ontsnappen aan de allesverslindende chaos. Elk moment op deze plaat voelt doelgericht, als een genadeloze mars naar het einde.
Is dit niet de beste extreme zangcombinatie die we kennen in de blackmetalscene?
Joris: Je mag rustig stellen dat de heer Brock Van Dijk samen met de reus Goliath (en iedereen die dit heerschap al eens live aan het werk zag, kan dit beamen) een duo vormt dat zijn gelijke niet kent. De rasperige, smerige typische keelreutels van Van Dijk worden onomfloerst geconnecteerd met de diepere keelklanken van Goliath. Deze mix brengt zo een intensiteit naar boven dat het een lieve lust wordt. Neem nu het openingsnummer. In dit nummer en zeker in zijn finale maten is de combinatie dodelijk zeker wanneer de heren Kartasov en Gervais er nog eens een grondlaag tussenuit blazen.
Marleen: Absoluut, dat staat voor mij buiten kijf. Het samenspel tussen de rauwe raspsels van Brock Van Dijk en de bijna profetische diepte van Goliath is ongeëvenaard. Samen weten ze wanhoop en furie met zoveel intensiteit te brengen dat je als luisteraar compleet wordt meegesleurd. Samen bieden ze het perfecte sonische palet voor het vertellen van een verhaal over de ondergang van de mensheid.
In analogie met bovenstaande kan je ook dunnetjes stellen dat de heer Kartashov een beest van een drummer is?
Joris: Iemand die al eens op een drumkruk heeft gezeten of ook zij die dit nooit gedaan hebben weten maar al te goed dat het combineren van precies handen- en voetenspel geen sinecure is. Als je kijkt naar drumplaythroughs van de heer Kartashov, dan valt je mond open en kan je bij momenten niet begrijpen hoe hij alles gladjes en vlotjes met elkaar op zo een perfect manier kan verbinden. Luister je naar When Even the Ground is Hostile, dan besef je maar al te goed hoe moeilijk het is om in intense chaos de lijn te blijven aangeven. En telkens slaagt hij er toch in om met viriel cymbalenspel nog meer spanning in te krijgen.
Marleen: Zonder twijfel. Kartashov drumt met een militaire precisie, alsof hij een veldslag orkestreert. Luister maar naar When Even the Ground is Hostile: zijn rollende salvo’s en scherpe cymbalen geven het nummer een constant gevoel van dreiging. Het is alsof je een genadeloze bombardementscampagne hoort. Hij kent zijn gelijke niet in het combineren van kracht, snelheid en finesse.
The Hesychasm Unchained als opener, wat maakt dit nummer in jullie los?
Joris: Het maakt in zijn kleur en vorm direct een verbinding met de vorige plaat en platen. Het heeft die gemillimeterde precisie die alleen deze Canadezen kunnen brengen. Voor mij ligt dit nummer in het verlengde van The Snare Of The Fowler bijvoorbeeld. Het geeft me datzelfde ijskoude gevoel. Die pitsende leadlijnen zijn daar niet vreemd aan natuurlijk. Rollend drumgeweld en knotterende baspartijen evenmin. Luister eens naar die finesse in dat cymbalenspel.
Marleen: Het doorbreekt de stilte op goddelijke wijze en wakkert een vuur aan, vult me met warmte. Het samenspel tussen Van Dijk en Goliath is hier weer zalvend én verpletterend. Live gaat dit een absolute knaller worden. De baslijnen bonken, de drums geven een solide fundament en die cymbalen voegen net die extra scherpte toe. De zorgvuldige opbouw is zo typerend voor Panzerfaust: het begint als een dreiging in de verte en groeit uit tot een vernietigende orkaan.
Wat vinden jullie van de lichte oosterse invloeden in The Damascene Conversions?
Joris: Het kleurt perfect de scene die de heren willen zetten. Het geeft het nummer zo afdoende tijd om te ontplooien. Panzerfaust is er natuurlijk al langer een krak in om nummers zo op te bouwen dat ze naar het einde toe lijken te ontploffen. Door toedoen van deze oosterse invloeden, deze oosterse klanken lijken de gitaarlijnen van de heren Van Dijk en Gervais net niet in het chaotisch moeras te verzuipen. Heerlijk toch hoe ze dit klaar gespeeld hebben.
Marleen: Tja, je gaat er spontaan van buikdansen. De bağlama van Ahmet lhvani gaat op een gegeven moment wel erg hard los. Los daarvan, die invloeden geven dit nummer een bijna transcendente sfeer. Het roept beelden op van oude beschavingen die worden verslonden door hun eigen waanzin. De oosterse invloeden in Bonfire of the Insanities van Chapter III vond ik overigens wel wat subtieler en prettiger.
Joris: Tja, moeilijke vraag. Ik zou eerder gekozen hebben voor het openingsnummer. De reden daartoe trachtte ik hierboven als eens uit te leggen. Het is dat nummer dat toch onmiddellijk connectie en verbinding maakt met het eerder werk. When Even the Ground is Hostile is echter ook niet te versmaden. Dit komt door de chaotisch klinkende aanval op de mensheid. De zwakke figuren voelen ook door de messcherpe solo de grond onder hun voeten vast warm worden.
Marleen: Absoluut! Het laat geen twijfel bestaan over de toon van deze plaat. “Fuck hope”, en dan die aanzwellende drumsalvo’s en diep penetrerende riffs. En de climax? Een stampende, allesverzengende storm van geluid. De ultieme work-out tune? Bij mij was de anticipatie op dit nieuwe werk ook wel groot hoor. Het toverde subiet een grote grijns op mijn gezicht. Waar collega Joris in zijn recensie van Chapter III schreef dat The Far Bank at the River Styx misschien wel het beste blackmetalnummer van het jaar was, denk ik dat over When Even the Ground is Hostile. Het is een nummer dat je niet meer loslaat.
Zijn er nog bemerkingen over de nummers die hierboven nog niet ter sprake kwamen? We noemen dan Occam’s Fucking Razor of To Shadow Zion (No Sancuary).
Joris: Het eerste van de twee nummers die je vermeldt, is de tweede promosingle. Een goede keuze in mijn ogen/oren. Zeker het moment waarop rond minuut drie de hel echt wel losbreekt is magistraal. De opbouw ernaar toe kan evenmin beschouwd worden als een slecht stukje black metal. Hoe ze vervolgens op een magnifieke wijze het nummer terug tot rust brengen is typisch Panzerfaust, het lijkt je wel te bezweren. Het laatste en afsluitende nummer brengt met een luchtalarm en rafelig, puntig gitaarwerk een bruutwerkstuk tot leven, één dat je vermoedelijk vrij snel uit volle borst zal kunnen meekelen. Hopelijk speelt hij dit ook live.
Marleen: Occam’s Fucking Razor is zo’n nummer dat je haast meditatie zou kunnen noemen, tot het zich ontwikkelt tot een sonisch slagveld. Die wending blijft na elke luisterbeurt verrassen. Rond minuut 6 komt het ultieme ‘moshpitmomentje’, net zoals in The Decapitator’s Prayer van Chapter I. Maar het begint net zo contemplatief als Death-Drive Projections in Chapter III. Panzerfaust neemt je mee op reis. Op reis naar de schepping van lijden, de heilige geboorte van geweld en de natuurlijke ziekte van de mensheid. Een heerlijk filosofisch werkstuk!
Slotstuk To Shadow Zion (No Sanctuary) vat alles mooi samen, zowel thematisch als muzikaal. Het voelt als een laatste, vernietigende klap op de essentie van het verhaal. Wat een finale!
Joris: Ik ben niet iemand die tot in de kleinste details doorgaat om de centrale thematiek te ontrafelen. Ik lees wel eens flarden tekst of de meegeleverde informatie nog eens door maar in mijn ogen/oren is het toch de muziek die me moet overtuigen. Bij de Canadezen is dat ook zo. Als de muziek verbluffend is en perfect in elkaar steekt, ben ik vaker geneigd de thematiek mee te nemen. Het kan natuurlijk niet anders dat in de huidige tijdsgeest je bijna dagelijks het gevoel hebt dat er wel ergens een plaats is waar het leven op aarde bijna wordt weggevaagd wat toch jammer is voor de mensen die net op dat morzeltje grond wonen.
Marleen: Muziek zoals die van Panzerfaust is, vooral in de huidige tijdsgeest, een noodzakelijk kwaad. Het confronteert ons met de donkere, onontkoombare realiteit van geweld en verval, maar doet dat op een bijna cathartische wijze. Het is muziek die schuurt, maar juist daardoor zuivert. De ideale peeling haal je dus niet bij de drogist, maar bij je platenboer. En eerlijk? Als Brock Van Dijk mijn geschiedenisleraar was geweest, had ik waarschijnlijk niet gekozen voor een technische universiteit. Hij slaagt erin geschiedenis tot leven te wekken met dezelfde intensiteit waarmee hij muziek maakt.
Live maken de vier heren behoorlijk veel indruk, niet alleen muzikaal maar ook door hun podiumpresentatie en fysieke verschijning. Zo braken ze de Muziekgieterij in Maastricht nog vakkundig af tijdens het Samhain Festival vorig jaar. Als we goed zijn geïnformeerd waren jullie daar beiden aanwezig, toch?
Joris: Daar heb je helemaal gelijk in. Het was een festival waarvan ik me naast het magnifieke optreden van onze Canadese vrienden enkel nog de ontmoeting met de heer Savelkoul en een bakje bami kan herinneren. Nee, alle gekheid op een stokje. Panzerfaust‘s live performance is indrukwekkend te noemen en dit niet in het minst om hun eerder aspecifieke podiumpresentatie. De drum staat eerder centraal op het podium en wordt geflankeerd door bas en gitaar. Achter de drum op een immens verhoog staat dan nog eens een imposante verschijning als Goliath die wel op het plebs, het voetvolk lijkt neer te kijken. De band is live een pletwals, een denderende oorlogsmachine. Niks meer, niks minder. Ik hoop ze ter promotie van deze nieuwste plaat nog eens aan het werk te zien.
Marleen: Klopt, en wat een optreden was dat! Ik herinner me nog goed hoe Panzerfaust de zaal volledig overnam met hun overweldigende kracht. Ik schreef daar onder andere over: “Panzerfaust kwam, zag en overwon.” Dit is muziek die je nóg beter live kunt ervaren dankzij se verpletterende intensiteit. Grijp dus iedere kans om ze live aan het werk te zien aan!
Wat is dan de eindoordeel na het beluisteren van het laatste deel van het The Suns Of Perdition verhaal?
Joris: In vergelijking met eerder werk is dit laatste deel het logische afsluitende deel. Het is een erg sterke plaat geworden, een plaat die opnieuw doordrenkt is met de typische misselijkmakende karakteristieke Panzerfaust-elementen.
Marleen: Wat een ambitie om een vierluik te creëren met The Suns of Perdition. De uitwerking had niet beter gekund, dit vierde en laatste hoofdstuk is niets minder dan een meesterwerk. Elk hoofdstuk had zijn eigen kracht en stem, maar To Shadow Zion is de perfecte climax, de perfecte afsluiting van een monumentale tetralogie door zich te richten op de onvermijdelijke ontbinding van een wereld in verval. Waar Chapter III introspectief was, is To Shadow Zion extern gericht: het kijkt naar de collectieve gevolgen van menselijke dwaasheid en destructie. The Suns of Perdition IV biedt een spiegel waarin we de schaduw van onze eigen realiteit herkennen. Dit is muziek die niet alleen raakt, maar ook confronteert. Koop die plaat en laat je meevoeren in dit apocalyptische meesterwerk. Jaarlijstmateriaal pur sang.
Mogen we dan de punten ontvangen?
Joris: 90/100
Marleen: 95/100
Score:
93/100
Label:
Eisenwald, 2024
Tracklisting:
- The Hesychasm Unchained
- When Even The Ground is Hostile
- The Damascene Conversions
- Occam’s Fucking Razor
- To Shadow Zion (No Sanctuary)
Line-up:
- Brock Van Dijk: Vocalen, gitaar
- Thomas Gervais: Basgitaar
- Goliath: Vocalen
- Alexander Kartashov: Drums
Links: