Graspop Metal Meeting 2019: een zwoel briesje, danspasjes, geilheid en afscheid (vrijdag)

Vandaag begint Graspop Metal Meeting 2019 dan toch echt. Rondom het laatste optreden van Slayer in de Benelux heeft de organisatie een soort ‘thrashback Friday’ in het leven geroepen waarop gevestigde namen uit het genre Death Angel, Anthrax en Testament (soms voor het eerst) op één van de Main Stages mogen aantreden. Ook de fans van andere genres als classic rock, female fronted, black metal en zelfs synthwave worden echter bediend. Reeds maanden zijn uw geliefde redacteuren in afzondering en volgen ze een bikkelharde opleiding om zo volledig mogelijk te kunnen zijn. Giovanni Bentein, Joris Meeuwissen, Michel Peeters en Michiel Hoogkamer trokken dan ook afgetraind en met het schuim op de lippen naar Dessel om ons trouwe leespubliek van dienst te kunnen zijn. Met vier podia is het echter zelfs voor hen niet mogelijk een compleet verslag uit te brengen van GMM 2019. Ook al omdat er interviews afgenomen mogen worden met (onder andere) Death Angel, Possessed en Fleshgod Apocalypse, welke u later op Zware Metalen kunt lezen. Laat ons daarom toe ons op voorhand al te excuseren voor de onvolledigheid. 

Lees ook ons verslag van donderdag 20 juni, zaterdag 22 juni en zondag 23 juni!

Like A Storm (Main Stage 1, Michiel)

Hoewel nog vroeg staat een klein groepje vrij rabiate fans de opener van het eerste hoofdpodium op te wachten. Wanneer Like A Storm begint zullen echter ook zij zich verschrikt afvragen of het mogelijk is om zonder trommelvliezen van Graspop te genieten (welke vraag de vrouwelijke fans overigens vermoedelijk direct bevestigend beantwoorden). Het volume waarmee de live bespeelde didgeridoo – ja ja, de heren komen uit Nieuw-Zeeland – uit de speakers knalt is werkelijk oorverdovend en vermoedelijk een foutje.

Het is direct het enige ongelukje in een verder zeer professionele, om niet te zeggen gelikte set. Zo vult gitarist Matt Brooks, die overigens ook een aanzienlijk deel van de leadvocalen voor zijn rekening neemt, gladjes het gat in dat valt wanneer zijn leadzanger en tevens broer Chris even een gitaar krijgt omgehangen en wordt het publiek sympathiek toegesproken met een vrijwel accentloos ‘alles goed?’ en ‘dank je wel’.

Aangekondigd als interessant voor fans van Alter Bridge merken we toch flink wat verschillen. Zo kent opener Pure Evil een dikke laag toetsen, een refrein dat eerder nu metal is en zelfs wat gruntachtige uitbarstingen. Dat de vergelijking niet helemaal uit de lucht is gegrepen horen en zien we echter ook wel wanneer de beide gitaristen een stapje naar voren doen in Solitary om elkaar af te wisselen in mooie lyrische solo’s. Een kippenvelmomentje volgt wanneer de band, die twee jaar geleden met Linkin Park optrad, aankondigt een nummer te spelen voor Chester ‘and anyone that has ever been struggling’. Het nummer wordt fraai gezongen door de jarige Matt, maar krijgt een trage uitvoering en mist agressie. Het inmiddels stevig aangegroeide publiek vindt het echter prachtig.

Afgesloten wordt met eigen tracks The Devil Inside en Love The Way You Hate Me. Deze bevatten al wat meer agressie, maar op deze ‘thrashback Friday’ is Like A Storm eerder een zwoel briesje. Wel een welkom briesje overigens op wat een warme dag gaat worden.

Wiegedood (Marquee, NETHERIRS)

Openen op een vrijdag knal op de middag, het moet voor de intussen vleesgeworden underground blackmetalhelden van Wiegedood eens iets anders zijn. Soms heb je niet meer nodig dan twee gitaren, drum en een keel waar geluid uitkomt. Combineer dit met een eenvoudige podiumprésence zonder al te veel poespas en je bent rond. Jammer wel van het geluid in de tent. Wiegedood heeft echt nood aan een gitaarmuur, een krachtige bonkende drum en een stem die je vanuit de verte omver blaast en dat ontbreekt er wel een beetje aan.

De mannen ook werkzaam in Oathbreaker en Amenra, slagen er toch ondanks bovenstaande in, de zaal mee te krijgen en dit door hun sterke en aanstekelijke performance maar ook door de kracht waarmee ze de nummers brengen. Ze kiezen voor nummers uit De Doden Hebben Het Goed, wat natuurlijk niet moeilijk is, al hun platen heten zo, netjes genummerd van één tot drie. Wiegedood opent met Ontzieling uit het tweede album (je weet wel dat nummer met die beukende dubbelbaslijn en die megablast er net achter), Cataract van het tweede album (je weet wel dat nummer met die epische leadlijn rond minuut zes) komt eveneens voorbij. Ook plakt de band Prowl, uit de meest recente release, er aan vast (je weet wel dat nummer met die geile break in het midden net voor de cleane, brommende zanglijn). Om dan magistraal te eindigen met Onder.Gaan uit het debuutalbum (je weet wel dat nummer met die mega intro riff die akoestisch overvloeit in diezelfde riff gespeeld in distortion, klassiek maar oh zo efficiënt). Persoonlijk had ik ook graag Svanesang live gehoord, maar we gaan niet neuten of klagen.

Met andere woorden – fenomenaal!

The Hu (Metal Dome, Michel)

Een Mongoolse band op Graspop. Dat we het nog mogen meemaken. The Hu heeft de eer deze primeur aan ons voor te schotelen. Sinds enkele maanden maakt deze band furore door ouderwetse metal te combineren met Mongoolse elementen zoals keelzingen en tweesnarige gitaren. En o ja, ook een paardenviool. Wat dat ding dan ook moge zijn. Dat leverde op Youtube al enkele pareltjes op als Yuve Yuve Yu en Wolf Totem. Hoogst origineel dus. Het gaat dan ook ineens hard voor The Hu en deze zomer toeren ze dus. Het is aanvankelijk even wennen voor de muzikanten maar na enkele minuten vinden ze het juiste ritme en gaan ze er voluit voor, gesteund door een publiek dat deze stammentwist duidelijk ziet zitten. Het is origineel om al die volkse instrumenten op distortion te horen en vooral, het werkt ook wel. Waar ze het over hadden is me een raadsel, maar goed, denk aan paarden, de steppe, vechten en drank. Memorabel is dit allemaal niet, onderhoudend des te meer.

Death Angel (Main Stage 2, Michiel)

Death Angel toert de laatste jaren alsof het leven ervan afhangt en in financiële zin is dat misschien ook wel zo. Zo speelde de band in de periode december 2017 tot en met december 2018 driemaal in Nederland. Daarmee ligt overexposure uiteraard op de loer, maar dit keer toert men met nieuw materiaal: het lang niet misselijke Humanicide.

De heren trappen af met een ziedende versie van misschien wel het beste nummer dat de band na de reünie in alweer 2001 maakte: Thrown To The Wolves. Het geluid zit nog niet helemaal goed. De snare is wat te prominent, de zang zit juist weer wat te ver weg in de mix en het algehele volume mag wel wat omhoog. De aanstekelijke riff wordt echter enthousiast meegezongen door het publiek als zijn we in Zuid-Amerika, waarmee wordt aangetoond dat het nooit te vroeg is om te thrashen. Waar zanger Mark Osegueda de laatste jaren nogal eens de neiging had om oeverloos te ouwehoeren tussen de nummers, schakelt de band nu direct door naar publiekslieveling Voracious Souls van het uit 1987 stammende debuut The Ultra-Violence. Geen poespas dus, maar gang! De eerste pit voor  de hoofdpodia is een voldongen feit.

Death Angel

Waar Death Angel het vorig jaar als opener van het hoofdpodium van Fortarock met een zeer bescheiden publiek moest doen krijgt men nu wel de verdiende aandacht. Niet alleen staat het veld al aardig vol, ook komen collegae als Alex Skolnick (Testament) aan de zijkant van het podium meegenieten. De band geniet volop van de aandacht, maar niemand meer dan bassist Damien Sisson die met zijn wijde pijpen, metal-up-your-ass shirt en de grootste grijns van de dag hard zijn best doet voor de betreurde Cliff Burton door te gaan.

Heel even lijkt het terechte applaus na Voracious Souls (of een klein technisch mankement op het podium?) Mark weer even in zijn oude gewoonte te laten vervallen. Zijn verhaal dat de band vereerd is te mogen spelen voor een publiek als dit is echter relatief kort en zal zijn enige speech van de dag blijken te zijn. Een bewuste keuze zo zal gitarist Ted Aguilar ons later op de dag toevertrouwen in een binnenkort hier te lezen interview. Het valt de zanger kennelijk zwaar want voor de rest van de set loopt hij tussen de nummers door steeds even kort van het podium.

Death Angel

Nergens begrijpelijker overigens dan tijdens het instrumentale Ultra-Violence waar Rob Cavestany nog maar eens laat horen een van de betere thrashgitaristen te zijn. Het oudje wordt gespeeld als intro van het nieuwe The Pack. Dat nummer blijkt met zijn bijna Biohazard-iaanseteksten live inderdaad zo’n klapper te zijn als de plaat al deed vermoeden. Afgesloten wordt met de titeltrack van de nieuwe plaat. Andere bands zouden een dergelijk ingewikkeld intro soms van tape (o sorry, USB) laten komen, maar daar doet Death Angel niet aan. Soepel, strak en schijnbaar zonder enige moeite worden de leads neergezet. Met een uitgekrijst ‘All Hope Is Lost” laat de band ons verbouwereerd achter. Het is toch niet mogelijk dat de toegekende veertig minuten speeltijd nu al voorbij zijn?!

Eisbrecher (Main Stage 1, Michiel)

Vorig jaar stond de band ook al op Main Stage 1 en vandaag doet Eisbrecher het kunstje nog eens over. Het is toch altijd wat ‘apart’ om Duitsers in een uniform (met te grote petten) in het Duits te horen declameren. Bij nader inzien blijken deze heren zeer sympathiek en eerder zeer kritisch te zijn op Duitsland. Het is vooral de zeer charismatische zanger Alexx Wesselsky die het publiek over de streep trekt met zijn verhalen en aparte humor. Zo vertaalt hij de titel van ‘Fehler machen Leute’ voor het aanwezige publiek niet alleen in het Engels (logisch) maar gelijk ook maar even in het Russisch (minder logisch). Er wordt zelfs gejodeld, maar wel allemaal met een knipoog.

Eisbrecher speelt vrij lichtvoetige maar wel doorstampende industrial met Duitse teksten. Doorstampende muziek, Duitse teksten en een charismatische zanger? Dan denkt u natuurlijk meteen aan: Rammstein. En terecht: zouden Rammstein of vergelijkbare bands niet hebben bestaan zou dit redelijk briljant geweest zijn, mits men wel even die schlagerinvloeden in sommige refreinen dumpt. Nu is het niet meer dan aardig vermaak voor een best groot publiek. Aanstekelijk is het wel want Was Ist Hier Los? hoorden we slechts één keer eerder (vorig jaar op Graspop Metal Meeting dus) maar kunnen we nu zo meezingen, zouden we dat willen.

Over Rammstein gesproken. Net als vorig jaar speelt Eisbrecher het nummer This is Deutsch. Het nummer dat al in 2008 werd uitgebracht is thematisch vergelijkbaar met Rammstein’s veel recentere Deutschland (zij het minder geschiedkundig). Kruisbestuiving of gewoon allebei een visie op het actuele vraagstuk van de identiteit van Duitsland?

Whitechapel (Marquee, NETHERIRS)

Ik maak even wat tijd voor een drankje en een holletje naar het toilet en zorg dat ik op tijd terug ben voor wit kapelleke of beter gezegd de heren van Whitechapel. Deze brute gozers uit Knoxville, Tennessee kunnen op een uitgebreide schare fans rekenen als ik de tent wat doorkijk. Ik besprak hun meest recentelijk release The Valley, maar was niet echt wild enthousiast te noemen over dit brouwsel. Soms komt het live natuurlijk wel allemaal op zijn pootjes terecht vandaar dat ik me er eens stevig voor zet.

Whitechapel

Al vanaf het eerste nummer knallen en rampetampen Phil Bozeman en zijn vijf vrienden er stevig op los vooral geholpen door kwaliteitsdrummer Alex Rudinger die, zoals ik al vaker schreef over drummers, een verdomd, aardig potje kan ketelen! Natuurlijk ondersteund door de nodige triggers op de kicks wel te verstaan. En zo klinken deze dan ook weer zo glad als de pas geboende vloer bij mijn oma zaliger of de pas geschoren poes van… Ik moet zeggen de heren doen hun best en de schare fans van het eerste uur amuseren zich rot. Ik zit na een tijdje enkel en alleen nog te wachten op het openingsnummer van hun laatste plaat, When A Demon Defiles A Witch. Want de rest van de nummers zijn wat te zompig en te traag. En jaar hoor, het komt en ik moet zeggen, puike versie compleet met cleane lijnen. Boenk erop.

Nu, live zijn ze goed en overtuigend, op plaat kunnen ze me vooralsnog niet bekoren dit Amerikaanse geweld. Jammer alweer.

Hatebreed (Main Stage 2, Michel)

De Amerikaanse hardcoreformatie slaagde er als eerste in om de eerste dertig rijen om te vormen tot een waar slagveld. Gezien het vroege uur (14.10 godbetert) kan dat gezien worden als een hele prestatie. Hatebreed trekt er zich allemaal niet te veel van aan en gaat goed ouderwets te keer. Bij elke passage op Graspop was dat zo en vandaag is het niet anders. Compromisloze, feelgood hardcore, zo zou je het kunnen noemen. Het moet echter gezegd, waar tien jaar geleden het slagveld amper te overzien was na een concert van deze groep valt het vandaag allemaal nogal mee. Het écht scherpe en gemene is er nu wel vanaf. Zou dat misschien dit vroege uur verklaren?

Hatebreed

Laat hiermee niet gezegd zijn dat dit slecht was. Hatebreed speelt nog steeds poepstrak en Jamey Jasta weet als geen ander het publiek op te hitsen, steeds met dat typische lachje om de mond. Maar het zijn toch vooral de oudjes in het repertoire die het hem flikken, de nieuwere nummers zijn beduidend minder. Maar wie maalt erom? Hatebreed blijft dikke fun! Alleen een vraagje. Zouden de vrienden metalheads die achter mij stonden en die plots besloten hun vriendin met iets te veel overgewicht in de lucht te gooien mij in het vervolg een seintje willen geven? Toen ze vol in mijn nek belandde kwam ik tot de conclusie dat iets teveel vrouw in één keer de gezondheid beduidend kan schaden. Waarvoor dank!

Hatebreed

Crowbar (Marquee, Michiel)

Relaxed lijkt het motto van Kirk Winstein. Vier minuten voor aanvang van de set loopt de Crowbar-mastermind rustig met een grote vloeibare en vermoedelijk alcoholische versnapering over het podium. Even later loopt hij op zijn gemakje naar de microfoon, veegt zijn gitaar nog eens af met een handdoek neemt nog een laatste slok en zet allesvernietigend in. Welcome to the sound of broken glass iedereen! Nee, niet het nummer want de band sluit vandaag af met het meesterlijke Like Broken Glass. Maar een betere beschrijving van de muziek van Crowbar is simpelweg niet voor handen.

Crowbar

Begonnen wordt wel met All I Had (I Gave), een ander oudje waarvan de set er een flink aantal zal kennen. Sterker nog, we begrijpen dat het laatste album zelfs geheel wordt overgeslagen. De doorleefde stem van Windstein betovert direct, ondanks dat er wat problemen zijn op het podium. Diverse malen gebaart de frontman dat hij de drums in het geheel niet hoort. Desondanks zwoegt hij stug door en met een gruwelijk zware break zijn we dan toch echt weg voor 45 minuten NOLA-rock van de bovenste plank.

Gebogen over zijn gitaar als een oude man over zijn rollator perst Kirk de ene machtige riff na de andere lompe akkoordenreeks uit de boxen. Het is duidelijk. Waar vorig jaar zijn oud bandmaat Pepper Keenan met Corrosion Of Conformity zijn verwoestende werk deed op dit podium wil Windstein niet achterblijven. Over bandmaten gesproken. Bij het zien van de behoorlijk volle Marquee laat de bescheiden Crowbar-frontman zich diverse malen verwonderd ontvallen dat hij niet meer dan tien mensen had verwacht ‘for this motherfucker’. Hij ging ervan uit dat iedereen bij het ook op dat moment spelende Hatebreed van zijn broeder Jamey Jasta zou staan.

Crowbar

Gelukkig blijkt Windstein de aantrekkingskracht van zijn eigen verwoestende en meeslepende muziek te onderschatten. Het is dan ook moeilijk om ons na een paar nummers waarin het tempo soms – na een roep naar de drummer om zijn beste Mikky Dee te geven – af en toe wat omhoog gaat los te worstelen uit de muzikale greep van Crowbar. Maar de plicht roept en er moeten interviews gedaan worden.

Glenn Hughes performs Classic Deep Purple Live (Main Stage 1, Gio)

Glenn Hughes komt ons verblijden met klassiekers uit het oeuvre van Deep Purple. Ik ging ervan uit dat hij zich zou beperken tot MK III en MK IV materiaal, maar met Smoke on the Water en Highway Star in een set van hoop en al zeven nummers is dit vreemd genoeg niet het geval. Blijven over, het tielnummer van Stormbringer en vier tracks van Burn. Niks van het ondergewaardeerde Come Taste the Band dus. Dan had ik die setlist toch anders aangepakt. Het optreden zelf verloopt zoals de meeste shows van Hughes de laatste jaren verlopen. Een prima band speelt de klassiekers foutloos en met de nodige pathos, terwijl opperhoofd Glenn geen kans onbenut laat om te etaleren hoe hoog hij nog kan zingen op zijn 67stee. Het gaat hem prima af, maar de man kent natuurlijk geen mate. De hoge gillen die te pas en te onpas voorbij komen, beginnen velen al snel te irriteren. Maar goed, Hughes is er de man niet naar om af en toe op de rem te staan. Al bij al een degelijke show, maar ook niet meer dan dat.

Glenn Hughes

Testament (Main Stage 2, Michel)

Zoals gezegd is vandaag thrashdag en dan mag een band als Testament uiteraard niet ontbreken. Dit Bay-Area monster draait de laatste jaren alweer op volle toeren, niet in het minst na het uitbrengen van hun laatste cd Brotherhood Of The Snake. Die is namelijk geweldig en gaf de groep duidelijk een tweede adem. Ze openen dan ook met twee nummers uit die cd, uiteraard het titelnummer en daarachter The Pale King. Na deze kleine reclameronde komen dan de echte knallers. Absolute uitschieters zijn ook vandaag weer Practise What You Preach (en dat doen de heren absoluut wel) en een fenomenaal Into The Pit. Een demonstratie van wat goede ouwe thrash moet zijn noemen wij zoiets. Geen enkele keer wordt het tempo gemilderd, geen enkel moment verzwakt de schepte van deze band. Chuck Billy ziet eruit alsof hij elke minuut een hartaanvalletje of drie kan krijgen maar los de greep op het publiek voor geen meter. De beste man is nog altijd geweldig bij stem en aan enthousiasme heeft hij niets ingeboet. Als ze er op het einde nog Over The Wall en The Formation Of Damnation achteraan knallen is een van de hoogtepunten van GMM 2019 een feit.

 

Testament

Candlemass (Marquee, Michiel)

De Zweden van Candlemass spelen vandaag een krachtige doomset met naast twee nummers van de laatste plaat enkel songs van albums die de band in de jaren ’80 van de vorige eeuw maakte: Epicus Doomicus Metallicus, Nightfall, Ancient Dreams en Tales of Creation. Hoewel de band in alle jaren van zijn bestaan niet of nauwelijks slechte albums heeft gemaakt zijn dit de vier albums die in het geheugen van menig doomfan gegrift staan. Drie van die albums werden echter ingezongen door Messiah Marcolin. Alleen het debuut en het laatste album werden ingezongen door de huidige zanger, de vorig jaar teruggekeerde Johan Langquist. Een vergelijk dient zich dan toch weer aan.

Candlemass

De stem van Langquist heeft vandaag geen moeite zijn bekendste voorganger te doen vergeten. Sterker nog, hoewel te horen is dat Langquist niet meer de allerjongste is prefereer ik zijn wat doorleefde zang met scherp randje boven de (te?) theatrale klanken van de illustere Marcolin.  Showmanship is echter een ander verhaal. Lanquist loopt met grote regelmaat grappend en soms zelfs wat balorig over het podium. Hoewel je hem dat niet kwalijk kunt nemen (hoe blij zou jij zijn als je op een dergelijk podium mag staan?) geeft het het optreden een gevoel van vrijblijvendheid. En vrijblijvendheid is iets dat bij uitstek niet past bij de plechtige muziek van Candlemass.  Verder nog wat te zeuren? Nou eigenlijk niet. Want ondanks voornoemde bedenking staan bij afsluiter Solitude de arm- en nekharen recht overeind. Wat een onverslijtbaar machtige riff heeft dat nummer toch!

Candlemass

Architects (Main Stage 1, Michel)

Architects is een beetje een rare band. Tonnen ervaring hebben ze maar ze kunnen tekeer gaan alsof ze de eerste keer op een podium staan. Vandaag is dat laatste het geval. Komt het doordat de groep zich zich duidelijk minder in haar sas voelt overdag op een extra groot podium? Geen idee. Sam Carter vind het nodig om het podium op te wandelen in maatpak en het slaat als een tang op een varken. Wie verzint zoiets? Nu goed, de muziek dan maar. Aan de nummers die ze spelen kan het niet liggen, want wie  Holy Hell, Royal Beggars, A Match Made In Heaven, Hereafter, Doomsday en Gone with the Wind op zijn setlist heeft staan kan tegen een stootje nietwaar? Behalve als je die nummers laat verzuipen in een bombast van drums die veel stevig in de mix zitten en zo heel de boel letterlijk doodslaan. Dat kan je als zanger bij elke break wel ‘BOOM’ roepen, maar als zowat alles letterlijk verzuipt in een vette brij komt het niet bepaald over. Misschien volgende keer Architects toch maar weer eens in een zaal gaan bekijken. Tegenvallertje dus.

Architects

Cult of Luna (Marquee, Michiel)

Cult Of Luna zagen we een paar weken geleden al aan het werk op Fortarock alwaar men een ijzingwekkend kille set speelde waarin bleke landschappen aan stukken werden geschreeuwd door een van wanhopig getormenteerde ziel. Het bleek teveel voor een groot deel van het publiek zodat de tent leger en leger werd. Voor aanvang is de vraag dan ook vooral: is de Marquee de volgende tent die door onze Zweedse vrienden wordt leeg gespeeld?

Cult Of Luna

Hoewel de setlist grote overeenkomsten kent met die van Fortarock klinkt de band vandaag totaal anders. Het geluid is helder, zwaar en vooral veel warmer doordat alle instrumenten en lagen dit keer uitstekend te horen zijn. Met de keiharde ritmiek van The Silent Man schiet men bijna Ministry-aans uit de startblokken voor vijftig minuten hypnotiserend pulserende muziek die in (dit keer dus warme) golven over het publiek heen komt. Uitgesponnen nummers die je – mede door de gebleven oerschreeuw die zich vanuit de diepte een weg baant – meevoeren naar het absolute niets en alles tegelijk. Het maakt van Cult Of Luna de gevaarlijkste band die we vandaag op het podium zullen zien. Dreigender en ontoegankelijker dan al de andere. Toch bevat de schijnbare chaos ook schoonheid. Zoveel zelfs dat we wel degelijk mensen met de ogen dicht zien meewiegen als luistert men naar Bon Jovi’s Bed Of Roses. En de Marquee leeg spelen? Dat blijkt toch echt een misrekening in het land van Amenra!

Cult Of Luna

Anthrax (Main Stage 2, Michel)

Na Testament staat hier vandaag een tweede thrashgrootheid, namelijk Anthrax! Eervol lid van The Big Four ook. Wanneer de intro Cowboys From Hell weerklinkt, samen met de traditionele sirene barst de collectieve waanzin meteen los met Caught In A Mosh. Die waanzin zal een klein uur duren en meer dan terecht. Als daarachter Got The Time volgt is de toon finaal gezet. Joey Belladonna was ooit al beter bij stem maar geen mens die daar vandaag een moer om geeft. Als geen ander kan de beste man zijn troepen en het publiek aanvuren en dat doet hij dan ook met volle overtuiging. De uitvoering van I Am The Law is om duimen en vingers bij af te likken. Wat een kracht en wat een spelplezier. Als Scott Ian verwoed rondjes begint te draaien weet je dat de sfeer goed zit. Als er plots klokkengelui weerklinkt weet de trouwe Anthrax fan: In The End komt eraan en inderdaad. Veel tijd om op adem te komen is ons niet gegund, want het Anthrax-anthem bij uitstek legt de weide finaal in puin: Antisocial! Wie daarna nog enigszins adem over heeft mag zich nog verkneukelen over een lange, uitgesponnen versie van Indians, compleet met wardance en Scott Ian die het weer net niet heftig genoeg vindt. Beetje een ingestudeerd nummertje natuurlijk, maar wie maalt erom? Als een legendarische band zich zo geeft, dan neem je dit er graag bij. Volgend jaar weer en wat hoger op de affiche?

Anthrax

Children Of Bodom (Metal Dome, Michel)

Dat Children Of Bodom een trouw publiek heeft is een understatement. Vanaf noot één is iedereen mee en wordt er luidkeels meegebruld, en ook hier weer, toch altijd net iets meer bij het oudere werk. Maar dat is detailkritiek en misschien regelrecht geneuzel van mijn kant. Are You Dead Yet zet de Dome in brand en wat volgt maakt de zaak er niet blusbaarder op.  Under Grass And Clover volgt en zet zijn verwoestingswerk verder. Slimme zet toch wel van deze groep hier te zetten. Op de Mainstage zou dit beduidend minder werken en zou de wisselwerking tussen band en publiek minder intens zijn. Angels Don’t Kill gaat op het felle elan verder en een werkelijk alles omverblazende versie van Hate Me doet de rest. De oudjes weet u wel. Toch spelen ze ook drie nummers uit hun laatste album Hexed. Deze doen niet echt onder en zitten mooi verspreid in de set. De absolute knaller hebben ze bewaard tot het laatst: If you want Peace… Prepare for War. Lekker meebrullen is het met een band in bloedvorm. Alleen misschien één puntje van kritiek: die gruwelijk cliché-bindteksten van Alxi Laiho! Iets spontaner mag heus wel, maar wie het optredens hieraan afweegt is een seut. Machtige set van een groep in bloedvorm, dat was het!

Children Of Bodom 

Lynyrd Skynyrd (Main Stage 1, Gio)

Lynyrd Skynyrd is bezig aan een afscheidstournee en die zal in totaal drie jaar duren. De kans bestaat dat ze volgend jaar Europa nog eens aandoen, maar het zou ook zomaar kunnen dat dit het laatste optreden ooit is op Belgische bodem. 75 minuten is natuurlijk belachelijk weinig speeltijd voor een band met een carrière van een halve eeuw, anderzijds is Skynyrd nu eenmaal geen typische Graspop-band. Dat er anno 2019 nog maar één origineel bandlid op het podium staat, zal voor sommigen naar lijkenpikkerij ruiken. Wie de tragische geschiedenis van de band echter een beetje kent, kan alleen maar respect opbrengen voor het feit dat Skynyrd hier überhaupt staat.

Lynyrd Skynyrd

De band opent met Workin’ for MCA en vanaf de eerste tonen is het puur genieten. Skynyrd Nation is het enige nummer in de set dat na 1977 is gecomponeerd, dus weet je dat het klassiekers regent vandaag. Veel aanwezigen kennen de band maar zijdelings. Het is dan ook opvallend rustig in het publiek. Pas wanneer de band afsluit met Sweet Home Alabama gaat heel de weide uit zijn dak. De meesten schuifelen daarna richting Marquee of Metaldome, maar de fans weten dat Free Bird er nog aankomt als encore. Het is niet de beste uitvoering die ik ooit hoorde, maar het muzikale geweld in de staart blijft toch een lust voor het oor. Het is dan ook met een brede glimlach op mijn gezicht dat ik mij nadien naar achteren begeef voor een broodnodige tankbeurt.

Lynyrd Skynyrd

Starset (Metal Dome, Michiel)

Van Starset pakken we een halve show mee. In de toch al fraaie Metal Dome zet men een groots spektakel met een mooie lichtshow en fraaie beelden van het heelal neer. Muzikaal pakt men het al even grandioos uit met een Noisia-achtig elektronisch geluid hoewel we ook live strijkers zien (meer dan horen) en er met enige regelmaat een stevige riff voorbij komt. Het zou allemaal prima kunnen werken – ik ben ook niet vies van Korn’s The Path Of Totality – ware het niet zo ongelooflijk poppy. Ik moet zelfs meermaals aan Blue (Da ba dee) van Eurodance-act Eiffel 65 denken en dat kan de bedoeling toch niet zijn. Tel daarbij op de hoge schelle zang van frontman Dustin Bates en de ingewikkelde dansjes die de vrouwelijke fans in het publiek uitvoeren en het wordt me al snel te veel. Ik word niet oud, ik ben het al!

Starset

Amon Amarth (Main Stage 2, NETHERIRS)

Zozo de stoere Vikingen uit Zweden van Amon Amarth zijn ook weer van de partij op de wei van Dessel, niet de eerste keer en vermoedelijk ook niet de laatste. Ditmaal komen ze aandrijven met hun schip met onder andere in hun bagage de meest recente langspeler Berserker, een qua productie toch net te gepolijste plaat. De kerels hebben er duidelijk zin in en Johan de Opperviking kan af en toe een lach niet onderdrukken van plezier of is het omdat het Belgische bier uit de hoorn beter smaakt?

Amon Amarth

Uit hun line-up is taaie en sterke Frederik Anderson op de drumkit intussen vervangen door Jocke Wallgren, andere stijl maar wel even efficiënt. De gitaartandem Söderberg/Mikkonen geeft stevig van jetje en de snorrende bas van Ted Lundström masseert er lekker tussen. Dus technisch, muzikaal – puik werk. Heel wat Vikinghitjes passeren de revue First Kill, Crack The Sky, Shield Wall maar ook The Way Of Vikings en Guardians Of Asgaard, deze laatste van het album Twilight Of The Tunder God alweer uit 2008. Alles wordt natuurlijk deftig opgeleukt en opgesmukt middels vechtende Vikingen, een draak en vuurwerk allemaal mooi en goed georkestreerd. Dus presentatie, voorkomen – netjes in orde.

Toch blijf ik met een hongertje zitten, goed gebracht, strak uitgevoerd maar geen wow-effect en dat gevoel moet je krijgen als er een stel Vikingen voor je opdoemt.

Amon Amarth

Discharge (Jupiler Stage, Gio)

Discharge bestaat ruim veertig jaar, maar dat zou je op basis van dit optreden absoluut niet zeggen. Ik had de band nog niet gezien sinds J.J. Janiak de band in 2014 als zanger vervoegde, maar die man blijkt live een gouden greep te zijn geweest. Wat een energie! Bassist Rainy ziet er brozer dan ooit uit, maar het bandgeluid steunt wel nog steeds op zijn heerlijke lompe en overstuurde basgeluid. Het geluid kraakt en piept, de solo’s zitten er meer naast dan op en drummer Proper blinkt ook niet bepaald uit in strakheid. Veel maakt het niet uit, want de boodschap komt nog even hard aan weleer. Oudjes als A Look At Tomorrow staan broederlijk naast nieuwelingen als Accessories By Molotov (heerlijke titel) en Discharge brengt ze allemaal met evenveel overtuiging. Superdruk is het niet voor de Jupiler stage. Waarom is mij niet geheel duidelijk. Is de band te rauw voor sommigen? Wil iedereen een glimp opvangen van commerciëlere acts als Amon Amarth of Eagles of Death Metal? Hoe het ook zij, de afwezigen hebben ongelijk.

Discharge

Within Temptation (Main Stage 1, Michiel)

Aan het Nederlandse Within Temptation de lastige taak om Main Stage 1 af te sluiten. Het lastige zit hem er met name in dat het optreden is geprogrammeerd tussen de optredens van de veel zwaardere bands Amon Amarth en het zeker voor de fans onaantastbare Slayer. De band die al meer dan twintig jaar tot de top van de ‘female fronted scene’ behoort komt echter met een uiterst professionele en technisch perfecte show.

Within Temptation

Het podium is volledig omgebouwd tot een futuristische omgeving en ook voor de lichtshow zijn kosten noch moeite gespaard. Met name de laatste ziet er vaak prachtig uit. De strijd wordt verder aangegaan middels een stevige uitvoering van Raise Your Banner van de laatste plaat Resist. De rollende drums en zware bas geven de indruk dat het de band niet ontgaan is dat men op een metalfestival speelt. We worden zelfs getrakteerd op wat metalcorevocalen. De nummers die volgen zijn echter vaak elektronischer en meer ingestoken op sfeer dan op hooks. Daarmee lijkt de band zijn fans prima te bedienen. Sterker nog, die kunnen genieten van de live première van Mad World en een akoestische versie van Ice Queen. De keuze om juist dat laatste nummer ‘unplugged’ te spelen en die lekkere Life Of Agony-achtige spring riff te laten liggen is voor de neutrale metalfan echter eerder een teleurstelling. Wel krijgen we nog een stevige uitvoering van dat andere nummer met een Life Of Agony-link What Have You Done, maar al met al lijkt de doortocht van Within Temptation wat veilig (er komt veel van USB, soms naar het lijkt zelfs een deel van de publieksparticipatie) en sferisch voor een metalfestival. De bewonderaars van de band zullen echter een optreden hebben gezien waarvan de grandeur hen nog lang zal bijblijven.

Within Temptation

Mysticum (Red Bull Metaldome, Gio)

Het is al behoorlijk druk in de Metaldome als ik aankom voor het optreden van Mysticum. Naast mij hoor ik een jongeman tegen zijn vriendin zeggen: ‘Het geeft niet dat we achteraan staan. Binnen tien minuten loopt de tent hier leeg en kunnen we naar voor.’ Profetische woorden, want na amper twee nummers is de tent nog maar voor een derde gevuld. De industrial black metal van deze Noren is dan ook niet voor iedereen.  De setlist toont weinig verrassingen of het zou moeten zijn dat het vooral opvalt hoe oud en nieuw werk naadloos bij elkaar aansluiten. Ook podium en lichtshow zijn exact hetzelfde als waarmee de band al een paar jaar toert. Dat betekent echter niet dat Mysticum minder overrompelt. De band staat als een huis. Strak is het sowieso, het geluid is hard maar zuiver en visueel klopt het plaatje helemaal. Even waan je je niet op Graspop, maar ergens in een dystopisch, totalitaire wereld waar alles bevreemdend aanvoelt. Wat een sfeer! Mijn persoonlijke hoogtepunt? Kingdom Comes!

Slayer (Main Stage 2, Michiel)

De echte afsluiter van de dag is echter het almachtige Slayer. Het is de laatste keer dat de band live in de lage landen te aanschouwen is. Een grote menigte dromt samen (daar kom ik zo nog even op terug) om getuige te zijn van dit historische moment, maar vooral om nog maar eens te genieten van de allesvermorzelende live-machine die Slayer al die jaren is geweest. Natuurlijk, de betreurde Jeff Hanneman is er helaas al jaren niet meer bij evenals drummer Dave Lombardo die medeverantwoordelijk was voor het zo typische geluid dat zo compromisloos werd neergezet op de meest meedogenloze thrashklassieker aller tijden Reign In Blood. Dat betekent echter niet dat dat de band er live minder relevant is geworden. Dat de naam van de band een kwartier voor aanvang al massaal gescandeerd wordt is dan ook niet meer dan logisch.

Slayer

Ook Slayer zelf lijkt niet te kunnen wachten om te beginnen. Al vijf minuten voor de geprogrammeerde aanvangstijd wordt de introtape ingestart. Wanneer de band zelf ten tonele verschijnt doet zij dit met een vlammend Repentless. Her en der mag het nieuwere albummateriaal wel eens wat kritiek krijgen, de ziedend scherpe versie die we vandaag van de titeltrack van het laatste album krijgen maakt dergelijke kanttekeningen direct futiel. Slayer grijpt het publiek direct bij de keel om het anderhalf uur niet meer los te laten. U twijfelt nog?  De aanwezigen niet want er ontstaat direct een meesterlijk grote pit tot halverwege de geluidstorens waaruit menigeen wanhopig een uitweg probeert te vinden.

Is het geluid  bij het eerste nummer misschien nog wat dunnetjes, dat is allemaal recht gezet bij het oudje Evil Has No Boundaries dat volgt. En zo horen we dat Tom Araya vandaag uitstekend bij stem is. Om eerder genoemde stelling over de hoge kwaliteit van later werk nog maar eens kracht bij te zetten zet de band aansluitend een uiterst strakke versie van World Painted Blood neer met een indrukwekkende whammy barsolo van Gary Holt die inmiddels ook alweer acht jaar de rol van live gitarist met verve vervult. Dit keer hoeven de Kardashians overigens niet dood, vandaag doet simpelweg geen enkel leven ertoe (aldus het shirt van de beste man).

Slayer

Op dit moment in het optreden is al duidelijk dat – in weerwil van de gedachten die de term ‘final world tour’ mogelijk oproept – nog geen enkele sleet op de band zit. Sterker nog, het lijkt alsof de band of in ieder geval Tom Araya zelve gemotiveerder op het podium staat dan een aantal jaren geleden. Ook de immer nors kijkende Kerry King lijkt geconcentreerder en de close-up beelden van zijn vingers over de gitaarhals benadrukken dat hij strak zat speelt.

Slayer

Na World Painted Blood volgen de hoogtepunten uit het onaantastbare oeuvre van de band elkaar op. Post Mortem komt in een wel erg heavy versie voorbij en nadat Tom het publiek bedeesd welkom heet (‘we’ve come to say goodbye’) zet VARA’s Vuurwerkklassieker en Marcel van Dam’s favoriet War Ensemble de boel verder op scherp. Nu zien we voor het eerst de showelementen in volle glorie. Bij Slayer geen vechtende Vikingen, laat staan ruimteschepen. Met alleen logo’s en slim ingezette vuurhaarden creëert de band meer duisternis en beleving dan anderen die tonnen plastic het podium opslepen. Indrukwekkend en intelligent gedaan.

Slayer

Halverwege het concert overziet Tom het veld waar zijn troepen strijden. Even lijkt hij geëmotioneerd maar zegt dan met een sardonische lach: ‘We spelen toch niet te snel voor jullie?’ Zou dat wel zo zijn, dan zouden we er overigens met het opnieuw razendsnelle Payback aan zijn voor de moeite. Vervolgens worden we getrakteerd op een drietal prachttracks van Seasons In The Abyss. De riff van de titeltrack, die overigens ooit nog eens gebruikt werd in een zeer verantwoorde documentaire van de publieke omroep maar daar steeds werd weggedraaid zodra het wat harder werd,  wordt en masse door het publiek gezongen. Normaal moet ik niet veel hebben van dergelijke nieuwerwetse fratsen, maar nu kan ik me toch maar moeilijk inhouden mee te doen.

Ook de onvergetelijk klevende riffs en leads van Hell Awaits en South Of Heaven ontbreken vanavond niet. De mooie uitvoering van Dead Skin Mask wordt vanavond (gelukkig) niet voorafgegaan door de doodgeslagen aankondiging over ene Ed. Het is vanavond sowieso vooral poetsen en weinig praten. En dat is mooi want zo slaagt Slayer erin om maar liefst twintig nummers in anderhalf uur te proppen.

Slayer

Afgesloten wordt als verwacht, maar daarmee niet minder indrukwekkend. Met Angel of Death komt de set tot een kolkend hoogtepunt (overigens net als de dame direct naast me die met haar vriend met hele andere dingen bezig is, maar de discussie over wat je wel en niet doet in een op elkaar gepakt publiek voeren we wel op een ander moment. Het gaat nu om Slayer!) Na het optreden blijft Tom Araya nog minutenlang stilzwijgend het publiek inkijken. Zijn karaktervolle kop heeft iets treurigs en uiteindelijk zegt hij: ‘I’m gonna miss you guys.’ Wederzijds mannen, wederzijds!

Lees ook ons verslag van donderdag 20 juni, zaterdag 22 juni en zondag 23 juni!

Foto’s:

Graspop Metal Meeting

Datum en locatie:

21 juni 2019, Dessel (België)

Link: 

Graspop Metal Meeting