Moddervette riffs, haat voor de zon en oude platen integraal gespeeld op Graveland dag 1

Diep verscholen in Drenthe ligt Hollandscheveld. Een dorp van niks maar alweer enkele jaren de thuisbasis voor in ieder geval het mooist gelegen metalfestival: Graveland. Verscholen tussen de bossen staat er één podium en daarop komt ieder jaar weer een serie bands dat het water in de mond doet lopen. Namens Zware Metalen stuiterden Black Swan en Remco Faasen twee dagen vol enthousiasme naar het terrein en kwamen terug met een verslag. Frido Stolte stuiterde mee en leverde de foto’s aan. Dag 1: moddervette riffs, haat voor de zon en oude platen integraal gespeeld. 

The Heritance (Black Swan)

Als we aan komen gesneld klinkt er al een fijne groove vanaf het veld. Gauw de fietsen op slot gooien en het festivalterrein op, want The Heritance heeft de schone taak om als eerste de rust te verstoren en Graveland officieel wakker te kussen. Deze metalband afkomstig uit Overijssel viert bijna zijn tienjarig bestaan en heeft een debuutalbum Focus in Reliquum (2015) en een EP Routine to Decline (2017) uitgebracht. Mooi werk dat zich prima leent voor de opening van dit festival, want de nummers die voorbij komen, zoals Slaves of Existence en het snellere You Coward, barsten van de agressieve, thrashy energie. Langzaamaan verspreidt zich een geur van brandend houtskool over het terrein, de zon neemt toe in kracht en met een drankje in de hand luisteren de early birds op dit intiemste metalfestival dat ons land rijk is met genoegen naar The Heritance.

Modder (Remco Faasen)

Modder heeft geen zanger, maar de muziek spreekt voor zich. Moddervette (jaja) riffs galmen over het veld, menig hoofdje schudt al gauw goedkeurend op en neer. Als bassist Maurice van der Es met het publiek wil communiceren moet hij schreeuwen, maar we hebben liever dat hij gewoon doorspeelt, want er zijn maar veertig minuten dus kom maar op met die riffs. Toch is het niet alleen planken zagen van dik hout wat hier gebeurt, Modder heeft ook een toetsenist in dienst en die legt een welkome melodieuze onderlaag neer. Aangevuld met soundscapes hier en daar krijgen we een erg smakelijk geheel.

Horns of Domination (Black Swan)

Het uit Duitsland afkomstige Horns of Domination wordt spijtig genoeg geplaagd door een aantal technische hickups, vrijwel direct vanaf de start van de set. Deze band put zijn thematiek voor het debuut – en tevens tot nog toe enige album – Where Voices Leave no Echo (2021) uit de totale zinloosheid van het bestaan. Leegte alom dus, maar dit geldt niet voor de muziek. De blackdeath wordt afgewisseld met doom- en ambientachtige passages, wat een fijne combinatie is. Omdat de band zich echter verschillende keren moet herpakken blijft het geheel alleen wat mak. En dat is jammer, want het gevoel dat het aanwezige potentieel niet voldoende de kans krijgt om het zonnige daglicht daadwerkelijk te verdrijven, overheerst.

Cryptic Brood (Remco Faasen)

Cryptic Brood laat een intro maar achterwege, al zitten er enkele minuten tussen het einde van de soundcheck en het begin van de set. Het is even zoeken naar wie er precies de vocalen voor zijn rekening neemt, maar dan blijkt drummer Steffen Brandes over een strot te beschikken. Even later laten bassist Dennis Butzke en gitarist Michael Lehner ook horen de eigenaar te zijn van ingevette stembanden en dus tellen we plots drie zangers. De heren uit het Duitse Wolfsburg maken death metal die een beetje het midden houdt tussen old school en een meer moderne variant en gooit daar af en toe doomstukken door, waardoor de nummers langer zijn.

Het tempo gaat van omlaag naar omhoog en dan weer omlaag en het past allemaal wel maar het blijft te weinig hangen. Daarvoor is alles te weinig pakkend, ook door de vele tempowisselingen. Opmerkelijk genoeg lijken de mannen zelf het meeste lol te hebben als het gaspedaal wordt ingedrukt én reageert het publiek daar het beste op, met zelfs een voorzichtige pit. Ik zou zeggen: Cryptic Brood, zet de speelstijl bovenaan de agenda voor de eerstvolgende bandvergadering. Geef de drummer daarna iets minder tekst, want zo bijzonder is zijn gebrul nou ook weer niet. Nu is het toch een beetje ‘zijn er nou echt geen bands dichterbij huis te vinden die hier niet zouden misstaan?’ en is het antwoord: ‘ja’.

Arsgoatia (Black Swan)

Verboden te lachen. Met een stramme blik kijken de twee met een pekachtige substantie besmeurde gitaristen G.P. en P.K. van Arsgoatia dwars door de menigte heen. Drummer  C.K. toornt benig boven zijn drumstel uit, de drumstokken triomfantelijk en uitdagend de lucht in gestoken. Frontman B.R. maakt zijn opwachting, maar niet alvorens enkele malen een vuurwolk over het publiek te spuwen. Dit gepeperde intro zet de toon voor een potje ferme en daadkrachtige black. C.K. drumt zich met openhangende mond en in opperste concentratie door het slagwerk heen. Ja, het ‘opwarmstadium’ is hiermee definitief voorbij, dit is het echte werk. Furieus, snel en gefocust spelen deze Oostenrijkers hun black metal, een lust voor oog en oor. De frontman spuugt zijn vocalen uit alsof hij net een opperranzig galgenmaal heeft moeten verorberen. Nog vers van de pers is het debuutalbum Hiding Amongst Humans. Zo te horen moeten we dit werkstuk maar eens aan een nadere luisterbeurt onderwerpen.

Regarde les Hommes Tomber (Remco Faasen)

Het is ondertussen bijna half zes: de avond kondigt zich aan, het speelkwartier is voorbij. De jongetjes zijn naar binnen, de mannen komen naar buiten. Regarde les Hommes Tomber, blackmetalband extraordinaire, meldt zich aan het front. En het front zal het weten. Vol passie en vuur blazen de Fransen alles en iedereen omver. De black metal is massief als de Eiffeltoren, heerlijk strak en mooi verdeeld over melodie en melancholie. Geboren frontman T.C. is een beest die het publiek bespeelt, opjut, toeschreeuwt en voorop gaat in de strijd, terwijl zijn bandmaten achter zich de blaren op de vingers spelen. Intens is nog maar een voorzichtige poging dit tafereel te beschrijven.

Regarde les Hommes Tomber heeft de gave complete nummers te maken: het zijn stuk voor stuk kleine huzarenstukjes vol sfeer, intensiteit, maniakaliteit en volstrekt beheerste gekte. Gecontroleerde woestheid. Er wordt geen seconde verslapt en het applaus na afloop is lang en verdiend. Regarde les Hommes Tomber: magnifique! Très magnifique!

Pyogenesis (Black Swan)

Sommige aanwezigen hier zijn speciaal voor Pyogenesis naar Graveland gekomen, zoals de frontman van Officium Triste, om Ignis Creatio – de EP uit november 1992 – integraal te beluisteren. En ja, als je deze songs hoort is het duidelijk dat dit werk van invloed is geweest op de doom metal van het Rotterdamse gezelschap. Een bijzondere set dus, speciaal voor Graveland. De Duitsers zijn al vele kanten uitgevlogen qua stijl, maar deze EP brengt ons vandaag vooral in melancholische sferen. Alhoewel de nummers ook zeer melodisch zijn en in zekere zin zelfs catchy. Dit wordt mede veroorzaakt door de zanglijnen van frontman Flo die afwisselend clean en ruw klinken.

Halverwege de set richt Flo zich tot het publiek en informeert achtereenvolgens wie er onder de twintig jaar, tussen de twintig en dertig, de dertig en veertig of soms al boven de vijftig jaar is? Het was zijn eigen moeder die dertig jaar geleden beweerde dat death metal geen muziek is. En kijk nu, dertig jaar later op dit veldje in Hollandscheveld… Onder de brandende zon speelt Pyogenesis een vlammende set. Een vreemd en intrigerend eendje, ingeklemd tussen twee zwartgeblakerde gezelschappen.

Taake (Remco Faasen)

‘We will not play anymore ‘till that yellow circle goes down,’ roept Taake-mastermind Hoest terwijl hij zijn middelvinger opsteekt tegen de zon. Hoest heeft even de tijd om zich druk te maken om zaken waar hij geen invloed op heeft, omdat de snaren van bassist Vlgardr moeten worden vervangen. Even daarvoor is de oppergod der TNBM met zijn bandleden het podium opgelopen met verweerde kleding en afgeragde instrumenten. Alsof ze eerst twee weken in een woud hebben gebivakkeerd. De angstaanjagend witgeschminkte Hoest draagt een mantel met daarin de Noorse vlag verwerkt: het kruis wijst uiteraard naar beneden. Nu loopt hij mopperend heen en weer terwijl Vlgardr onverstoorbaar doorgaat met zijn herstelwerkzaamheden. Leuk detail: de rand van de rode kerstboxershort van de bassist wordt zichtbaar, vlak boven een ‘anti-human, anti-life’patch. Want we zijn dan wel evil en haten iedereen, maar Kerstmis is wél gezellig.

Als alles weer werkt valt op dat Taake vandaag klinkt als om door een ringetje te halen. Een in bloed gedoopte ring die daarna in een vuur is gesmeten uiteraard, maar een ring desalniettemin. Het is die fijne combinatie tussen ijselijke agressie en fraaie melodielijnen die de muziek van het Noorse heerschap zo pakkend maakt. Het heerschap zelf is uitstekend bij stem en schreeuwgrunt zich door de set heen, soms kermend, dan weer zingend. Woest kijkend door zijn gekleurde contactlenzen, maar ook weer nippend van een glaasje sinaasappelsap. Vitamientjes zijn ook belangrijk als je een Noorse mensenhater bent. Het is typisch Hoest en typisch wat de man zo intrigerend maakt. De onberekenbaarheid, de onvoorspelbaarheid. Als je pech hebt maakt hij ruzie en gooit ‘ie zijn microfoonstandaard in het publiek of levert ‘ie stomdronken een wanprestatie. Maar evengoed kan zijn optreden als een huis staan en is het een heerlijke, ijskoude muzikale reis. Zoals vandaag in Hollandscheveld.

Asphyx (Black Swan)

Nadat het Noorse vat vol tegenstrijdigheden de zon helaas net niet achter de wolken zag zakken deze avond, betreedt Martin van Drunen het podium met de simpele maar even doeltreffende boodschap: ‘Graveland, zijn jullie hongerig en dorstig genoeg voor Asphyx?’ Natuurlijk! Het sympathieke Asphyx, dat even makkelijk een menigte in zeg, Mexico, plat speelt als een aandoenlijk veldje in de bossen van Hollandscheveld. Al bij de opener Botox Implosion, na het intro The Quest of Absurdity op band – uit 1991 alweer – barst er een energiebom open in het publiek die het hele optreden zal standhouden. Terwijl uw verslaggeefster van dienst een bierdouche links en rechts probeert te ontwijken, spelen de Overijsselse heren steeds enthousiaster en extatischer hun weg door de set. De beveiliger, die zelf van het optreden staat te genieten, wordt door een fotograaf op zijn schouder getikt. Een eerste crowdsurfer dreigt voor het podium te worden gelanceerd, dus hij moet aan de bak. Van Drunen, gekleed in een t-shirt van Terzij de Horde, zorgt voor een haast vrolijke sfeer die overgaat op het publiek, al is de deathdoommachine tegelijkertijd even verpletterend als altijd. Want dat is Asphyx: waar je ze ook tegenkomt, ze staan garant voor een mooi optreden dat weer zo de boeken in kan. De bekende afsluiter Last One on Earth komt voor menigeen waarschijnlijk te vroeg, maar er staat nog een laatste optreden in de wachtrij ter afsluiting van deze eerste festivaldag.

Dismember (Remco Faasen)

Namelijk dat van Dismember. Met een setlist die al sinds 1991 bekend is. Namelijk het releasejaar van het legendarische debuutalbum Like an Everflowing Stream. De plaat wordt  chronologisch gespeeld: netjes van Override of the Overture via And So Is Life naar Skin Her Alive tot In Death’s Sleep. Een mooie gelegenheid om te kijken of het album uit 1991 de tand des tijds heeft doorstaan… Maar niet heus! Die plaat van dertig jaar geleden was geen top 40-rotzooi: natuurlijk heeft dit die tand doorstaan! Neemt niet weg dat er flinke periodes voorbij gaan dat dit album geen rondjes draait op mijn afspeelapparaten. Buiten Grave vind ik die Zweedse deathmetalscene iets te weinig interessant, maar Dismember’s eerste blijft natuurlijk een lekker hapje. Dus is het genieten van de heerlijke gitaarpartijen in And So Is Life, het heerlijke intro van Dismembered (wat het optreden eindelijk een beetje op gang brengt, want het was nog een beetje matjes allemaal. Al blijven de pauzes tussen de nummers wel erg lang) en het heerlijk uitgevoerde In Death’s Sleep.

Dismember anno 1991 was na een goed half uur wel klaar, Dismember anno 2023 moet dan nog even. Zanger Matti Kärki heeft er zin in en speelt gitaar met zijn microfoonstandaard terwijl de deathmetalklanken over het veld rollen. Collection by Blood bijvoorbeeld, van Massive Killing Capacity, Skinfather van Indecent and Obscure of het ijzersterk uitgevoerde Casket Garden. Haal de hekken rond Graveland weg en het publiek ploegt de akkers tot in de weide omtrek, zeker als Pieces en On Frozen Fields ook nog langskomen. Maakt het Dismember tot de best denkbare afsluiter van een festival? Nee, daarvoor speelt de band uiteindelijk met nèt wat te weinig passie en inzet, zeker vergeleken met de leeftijdsgenoten van Asphyx. Maar toch kan het geen kwaad het werk van de heren weer eens wat nauwkeuriger te beluisteren.

Datum en locatie

26 mei 2023, Recreatiegebied Schoonhoven, Hollandscheveld

Foto's:

Frido Stolte (The View Photography)

Link: