Bloodshed Fest 2018, waar op zaterdag speedparodieën samen gaan met sloopkogels en preken

Het interview met de organisatie beloofde het al: Bloodshed Fest 2018 was een totaalervaring. Buiten de ongeveer veertig spelende bands om, verdeeld over de twee podia van het Effenaar-complex, kon er naar noise geluisterd worden in een omgebouwde dubbeldekkerbus, van te voren, tijdens en erna gefeest in Stroomhuis, Dynamo en Blue Collar, veganistisch gegeten in de cafetaria, aan Satanisch bier genipt van Brouwerij de Natte Gijt, en tussen de bedrijven door een aantal metaldocu’s bekeken. Maar Zware Metalen blijft natuurlijk een muziekmedium en dus trok een zware delegatie van twee redacteuren (Pim en Wouter) en twee fotografen (Jurgen en Frido) naar Eindhoven om twee dagen lang hun trommelvliezen te laten teisteren door de meest onaangename muziek die je in een kraakpand zou kunnen aantreffen.

Vanwege de slopende eerste festivaldag heeft het redactieteam een wat latere start. Buiten fotograaf Frido om dan, die fotografeert bij het krieken van de dag Raylin, Abrupt Demise en Discomfort. Vanaf dat moment wordt nagenoeg iedere band beschreven en nemen we zelfs een kijkje in de noisebus tijdens LSD Mossel. De tweede festivaldag trekt een hoger bezoekersaantal en dat is niet verrassend wanneer genoten kan worden van de betrokken preken van Catharsis, de sloopkogel die Primitive Man is en de speedmetalparodie van Bütcher. Daarnaast werden nog twaalf andere bands verslagen, dus lees vooral de geschiedschrijving hieronder!

Lees ook het verslag van vrijdag 14 september!

(Slave To The Grind documentaire)

(Raylin)

(Abrupt Demise)

(Discomfort)

De tweede dag mag ik beginnen op de mainstage, daar waar gisteren de mensen niet in beweging te krijgen waren. Horsebastard heeft blijkbaar die magie wel, want al vlot trekt deze band de eerste pit. De heren uit Liverpool weten energieke en aanstekelijke grindcore te brengen die op deze zaterdag direct aanslaat. De intermezzo’s zijn kort en spitsvondig en geven het optreden een losse sfeer ondanks de verpletterend snelle nummers. Dit is precies het soort muziek dat de speeltijd van dertig minuten rechtvaardigt, want daarna is de complete discografie gespeeld en staat zowel bij de band als het publiek het zweet in de bilnaad. (Wouter)

(Horsebastard)

Uit Hongarije komt Ghostchant, een band waar ik helemaal niks van ken voordat ik de kleine zaal in stap. Gelukkig is de zanger spraakzaam zodat ik direct een idee krijg van waar ik naar sta te kijken. Ze komen uit Boedapest, zijn blij om hier te staan en ook trekken ze ten strijde tegen een Europa dat niet het Europa is waar ze in willen leven. Muzikaal is het hardcore met een punkinslag die mij vanaf het begin niet al te veel weet aan te spreken. Alle clichés zijn aanwezig, inclusief blikkerig klinkende snare waarmee ze bij mij niet direct een snaar weten te raken. Tegen de helft van de set trekt dit bij en komen er tragere stukken voorbij met een veel donkerdere vibe die ik een stuk beter kan pruimen. (Wouter)

(Ghostchant)

Dan op de mainstage een band die altijd garant staat voor een feestje: Leng Tch’e. Met de frontman die de aandacht trekt met zijn fratsen weet je van te voren al haast dat het een geslaagd optreden gaat worden. Muzikaal hakken en zagen we erop los en wordt er nergens ingehouden. Vanaf de zijkant is het geluid goed te pruimen en heb ik aardig zicht op wat zich vooraan afspeelt. Om het publiek te mennen springt de frontman er al vrij vlot tussen, waarmee hij misschien wel de meest fanatieke aanstichter van een pit is vandaag. Alsof dit allemaal nog niet genoeg is trekt hij blijkbaar een oude bekende op het podium om een deuntje mee te rochelen voordat het open podium vandaag echt los gaat. Iedereen die op het podium komt wordt voorzien van een microfoon en krijgt zijn “five seconds of fame” terwijl de band zich zichtbaar vermaakt. Zo verzorgt de band hier een bijzonder vermakelijk feestje tussen alle serieuze boodschappen door. (Wouter)

(Leng Tch’e)

Helaas moet Citizens Patrol op het laatste moment afzeggen, maar als vervanger wordt er gelukkig in dezelfde sfeer gezocht. Het is aan de Tilburgse hardcore van Pressure Pact om de toebedeelde speeltijd waar te maken en dat doet het op een lekker pretentieloze wijze. Natuurlijk passen deze opgevoerde Black Flag-riffs en het beknepen keeltje à la Infest en Slapshot beter op het aankomende The Sound Of Revolution festival, maar de kleine zaal van de Effenaar wordt met flair naar eigen hand gezet. “Deze gaat over kale mannen, daar zijn er veel te weinig van”, dergelijke Brabantse aankondigingen van zanger Len (kale kop, strakke jeans, eigen in de lucht geschoten spuug opvangend) houden het gezellig, terwijl de omliggende bandleden op bekwame wijze langs alle clichés van de hardcore punk lopen. Het hoogtepunt is echter ongetwijfeld de extreem strak uitgevoerde Hard Times-cover van Cro-Mags met dito vertolking van de manische schreeuw van John Joseph McGowan. Houdoe, Pressure Pact. Tot de volgende! (Pim)

(Pressure Pact)

Confusion Master is niet de enige achterover gebogen sludgemetalband op Bloodshed Fest 2018. -(16)- is er ook nog! Onlangs werd de dB’s in Utrecht aan gruzelementen gespeeld en dus onderga ik graag de herhaling op het hoofdpodium van de Effenaar. Ondanks dat de band getekend is bij Relapse Records is het wat mij betreft ondergewaardeerd. De malende sludgeriffs, die haast wat van Crowbar weg hebben, weten namelijk de megalomane zaal te vullen met een dik reverbererend basgeluid en een volgende wietwalm. Desondanks staat het geluid helderder afgesteld dan voorganger Leng Tch’e dankzij het lagere speeltempo. De speakers kunnen de voorts stampende vierkwartsmaat met omgebogen gitaarspel beter volgen en zodoende wanen we ons in New Orleans; de plek voor kale koppen met wittige kabouterbaardjes, truckerpetgitaristen en bassisten met een Guns n’ Roses uitstraling. Af en toe klinkt het vijftal als een aan de harddrugs ten onder gegane Saliva, maar dat komt ongetwijfeld doordat de esoterische dampen mijn oordeelsvermogen aantasten. (Pim)

(-(16)-)

Dan over op de meest biologerende band van Bloodshed Fest 2018. Encroached houdt de Japanse hardcore in leven, maar zelden heb ik zo weinig grip op een optreden kunnen krijgen. Vertwijfeld kijk in naar de drummer, met een onnavolgbaar zijwaards knikkend hoofd, die steeds van gedachten lijkt te veranderen en een compleet andere fill inzet. Ook de snaaraanslagen lijken niet langer dan een fractie van een seconde te duren (met uitzondering van enkele lange, No Heroes-achtige uithalen). Daar omheen bungelt een wilde bas en de hysterische vocalen van de zanger en gitarist. Encroached beweert een brug te slaan tussen een Japans en Europees hardcoregeluid, maar ik kan er geen touw aan vastknopen. Dat maakt het concert gelukkig wel memorabel. De vage, Oosterse melodielijnen zijn me dan volledig vreemd, ze herbergen toch een zekere aantrekkingskracht. Het geheel doet me denken aan de sensueel absurde sekscenes uit de noodleklassieker Tampopo, waar een stel klaarkomt van het mondelijk overhevelen van een intacte blob eigeel. Je staat er met een verwarde erectie naar te kijken, en zo is dat ook bij Encroached. (Pim)

(Encroached)

Extinction Of Mankind heeft wat mij betreft echt de beste bandnaam van de avond en blijkbaar zijn meer mensen die mening toegedaan, want dit keer staat de grote zaal al aardig vol. Mocht je de naam letterlijk nemen, was deze uiteraard uitgestorven geweest. Deze Engelsen brengen een flinke pot anarcho-/crustpunk waarbij ik al snel doorkrijg dat ik hier de vreemde eend in de bijt ben. Het publiek vindt het geweldig, maar bij mij valt het kwartje niet. Hoe ik ook mijn best doe om er iets mee te kunnen, ik krijg het niet voor elkaar en besluit over te gaan tot het drinken van een biertje. (Wouter)

(Extinction Of Mankind)

Doordat ik wat tijd over heb, ben ik op ruim op tijd in de kleine zaal voor het Belgische Bütcher. Hierdoor mag ik de heren zien opkomen en dit tafereel alleen al doet de mondhoeken toch lichtelijk krullen. De hele voorhoede heeft zich gekleed zoals hoort bij dit soort speed metal, maar dan wel zodanig dat dit haast een parodie is. Als dan de drummer in plaats van het obligate spijkerjasje of mouwloze bandshirtje heeft besloten een wit zeemanhemd aan te trekken rol ik bijna over grond van het lachen. Dit begin is al legendarisch en dan moet de eerste noot nog gespeeld worden. Ook hierover hoef je niet te vrezen, want alle clichés worden van stal gehaald: geselende tempo’s en een leadgitarist die watervlug is. De zanger heeft een omgekeerd kruis als microfoonstandaard die hij voor alles inzet. Van een potje luchtgitaar tot een soort van heksenbezem, alles komt langs. Omdat dit allemaal gebracht wordt met zo’n enorme knipoog slik je alles als zoete koek, van de riffs die rechtstreeks van de oude Slayer komen tot aan de NWOBHM-worshipping tegen het einde van de set. Dat de zaal lang niet vol is mag de pret absoluut niet drukken en de mensen die tot het einde blijven, verlaten de zaal stuk voor stuk met een grote grijns.(Wouter)

(Bütcher)

 

(LSD Mossel)

Primitive Man is een band die helemaal in mijn straatje past en wat mij betreft één van de hoofdacts voor dit festival. Het is mooi om te zien hoe de drie heren zich uiterst geconcentreerd door een set van slechts drie nummers werken en wel drie kwartier weten te vullen. De muziek is log, traag en gaat als een bulldozer door de zaal. Het is zelfs zo erg dat deze bulldozer de zaal langzaam leeg veegt. Tekenend voor de set is een diep zuchtende Duitse dame met een crustpunk uiterlijk welke vermoeid gaat zitten en me aanspreekt dat dit vreselijke muziek is. Ik kan het hierin niet minder oneens zijn want dit slepende monster is voor mij een verademing. Maar misschien, heel misschien, was het vanavond verstandig geweest om ook een paar snellere nummers van de beginperiode van de band te brengen. (Wouter)

(Primitive Man)

Volle bak voor Pissgrave, de goorste deathmetalsensatie van het moment. Ik kom wat vertraagd aan vanwege de sloopkogel die Primitive Man door de grote zaal slingert. Die stopt namelijk pas wanneer alle toeschouwers weggespeeld zijn. Natuurlijk heeft uw scribent zijn huiswerk omtrent Pissgrave gedaan en dus had ik alvast een paar smerige omschrijvingen ingestudeerd op basis van het debuut Suicide Euphoria. Dat blijkt echter verloren moeite, want deze mengelmoes blijkt in levende lijve net zo nondescript te zijn als een opengereten lijk dat in een gigantische blender gestopt is. De muur van wit geluid laat zich lastig ontleden, hetgeen een weinig verhullende autopsie oplevert. Het zanggeluid, dat klinkt als een Smeagol die zijn laatste smeekbede uitkermt, wordt gecreëerd door in een vervormde en onvervormde microfoon te schreeuwen. Voorbij die vocale gimmick is Pissgrave dertien in een dozijn. De vertraagde hoempa en ratelende old-school death metal is niet onaardig, maar de band moet het toch vooral van de shock factor hebben. (Pim)

(Pissgrave)

Het tijdstip van Bloodshed Fest 2018 is aangebroken waarop ik mijn vocabulaire omtrent snelle, powerviolencerige anarchocore heb opgebruikt. De synoniemen, omschrijvingen en observaties zijn reeds gemaakt en staan elders op papier. Desondanks moet ik mezelf nog één keer bij elkaar rapen, want Enemy Soil is een cultaangelegenheid die je beter niet aan je voorbij laat gaan. De groep is sinds 2017 weer bij elkaar voor een aantal selecte shows en dus mag die van vanavond als een exclusief momentje geschat worden. Sterker nog, dit is het allereerste optreden van de Amerikaanse band in Europa en (ex-)leden stonden later aan de wieg van Pig Destroyer, Agoraphobic Nosebleed en Pg. 99. Dat verklaart waarom Enemy Soil hier zoveel bekijks trekt. Het is namelijk niet alsof de sociopolitieke, grinderige snelheidscore de hoofdprijs voor originaliteit wint: de band is duidelijk afkomstig uit hetzelfde tijdperk als Crossed Out, Dropdead, Infest, Despise You en Assück. De grote zaal van de Effenaar wordt dus teruggevoerd naar een specifieke tijdsgeest uit de jaren ’90. En ook al word ik weinig overtuigd door de muzikale capaciteit van Enemy Soil, het weet te compenseren met een gevoel voor efficiëntie. Mijn enthousiasme groeit naarmate de ongrappige, Amerikaans-gestileerde praatjes van de frontman tussen de nummers door steeds sneller afgekapt worden door een met klappende stokjes intellende drummer. Vanaf de sterk uitgekiende Napalm Death-cover ben ik helemaal mee en uiteindelijk sta ik bij de afsluiter en Cro-Mags-cover Don’t Tread On Me gewoon mee te springen. (Pim)

(Enemy Soil)

Op de kleine stage is het na Enemy Soil tijd voor het Duitse Keitzer. Er is wel te merken dan het animo hiervoor een stuk lager is, want er is ruimte genoeg en iedereen staat zoals gebruikelijk drie stappen van het podium. Natuurlijk vraagt de band de mensen weer naar voren te treden zoals vandaag haast gebruikelijk is geworden, maar het schiet nog niet op. Gelukkig weten de heren met hun deathgrind een goeie pot herrie te produceren met een juiste dosis melodie om het interessant te houden. Hiermee overtuigen ze absoluut en ook het publiek weet dit te waarderen, waardoor er langzaam meer toenadering komt. Deze interactie komt de presentatie en overtuiging absoluut ten goede. Als een razende schieten de heren door de setlist heen, al wordt er nog wel netjes vermeld wat er gespeeld gaat worden. Het half uurtje speeltijd dat de heren hebben is snel voorbij. (Wouter)

(Keitzer)

In de staart van het festival komt Catharsis nog even tekenen voor het absolute hoogtepunt van Bloodshed Fest 2018. Goed, mijn enthousiasme dient dan gecorrigeerd te worden voor het feit dat ik een disproportionele liefde heb voor eind jaren ’90 metalcore (denk aan Petititioning The Empty Sky van Converge, maar ook aan Deadguy of Coalesce), het feit blijft dat dit optreden in alle opzichten verbluffend is. De zelfverklaarde anarchopunk heeft niet zomaar een aangeleerde boodschap (want dat is helaas zo bij vele hardcorebands). Nee, Catharsis heeft ook echt een krachtige boodschap waar het met volste overtuiging in gelooft. Dit is hardcore zoals hardcore dient te zijn. Dit staat op hetzelfde niveau als Are These Our Lives? van Trial of The Things We Carry van Have Heart. In tijden waarin de Amerikaanse maatschappij een stille burger- en rassenoorlog lijkt uit te vechten, lijkt betekenisvolle muziek met een moreel kompas verder verwijderd dan ooit. Maar met een pasgekocht Catharsis-shirt op mijn schouders sta ik met kippevel in mijn nek te kijken naar drie kwartier aan weergaloze urgentie. Dit is meer dan muziek. De boodschap, in zekere zin overlappend met de all the power to all the people-leus van de recent uitgebrachte film BlacKkKlansman, is het streven naar gelijkheid voor alle mensen. Weg met die verdelende politiek, weg met de confederale monumenten, in met saamhorigheid, in met compassie voor elkaar. En bovenal: de overgang van overtuiging naar actie, de machtiging tot omslag. Met de bibberende spraak van de frontman slaat de apotheose Arsonist’s Prayer daarom in als een bom. (Pim)

(Catharsis)

Met Necrot komt er eindelijk een pot onvervalste death metal voorbij met duidelijke Bolt Thrower-invloeden. Met slechts één album op zak kan je nog niet spreken van een band die haar doorbraak al heeft gehad, dus ook hier is het niet vreemd dat het niet al te druk is. Aan de overtuiging en de sfeer die de band weet neer te zetten, kan het in ieder geval niet liggen. De mokerharde riffs en diepe drumroffels beuken aangevuld met een goed hoorbare bas door de zaal. De doodsrochel is niet al te diep en maakt live een goede indruk. De polkaritmes en punkerige infusie zorgen voor dansbaarheid tijdens de set en dat is dan ook wat er gebeurt. Wat een gezelligheid kan er toch geboren worden uit zo’n schone doodse kunst! (Wouter)

(Necrot)

Het slotstuk van Bloodshed Fest 2018 is aangebroken voor Zware Metalen, want zoals zo vaak zitten werkzaamheden van de NS in de weg. Gedurende de hele dag staat er een flinke rij bij de merchstand van afsluiter Tragedy en het lijkt er dus op dat dit het meest geanticipeerde optreden van het festival is. Ik snap wel waar die adoratie vandaan komt. De melodische dbeat rockt als een gek en herbergt veel gevoel voor episch scheurende melodiën. Hiermee spreekt Tragedy gemakkelijk fans aan van High On Fire tot Turbonegro. Toch opereert de groep voornamelijk vanuit een mysterieus ondergrondse cultpositie. Onlangs werd uit het niets de EP Fury uitgebracht en in het algemeen doet de band niet echt aan promotie of sociale media. De band schiet vanavond in muzikaal opzicht energiek uit de startblokken en weet meteen een ferme mosh pit en zelfs een sporadische stagediver uit te lokken. Toch heb ik het gevoel dat dit Skitsystem-aftreksel sinds het geweldige Vengeance (dat inmiddels anderhalf decennium oud is) ingehaald is door andere kopieën als Martyrdöd. Dat sentiment wordt ook versterkt doordat het optreden van vanavond vrij statisch is. De twee gitaristen staan achter een microfoonstandaard gekluisterd en spelen vanuit de donkerte (hetgeen tot op zekere hoogte past bij de relatieve terughoudendheid van de band om in het publieke domein zichtbaar te zijn). Die stoïcijnse performance wordt echter veelvuldig gecompenseerd door de energie die het bij de toeschouwers weet op te wekken. Ik ben er echter niet rouwig om dat ik na een half uurtje de trein moet pakken. (Pim)

(Tragedy)

Met de krankzinnige tonen van Drumcorps komt er een einde aan een uiterst geslaagde editie van Bloodshed Fest. Organistorisch gezien liep alles perfect. Het was aanvankelijk even wennen aan het grotere Effenaar-complex, maar het voordeel hiervan was dat er nergens sprake was van een verstikkende drukte. Ook is er voldoende ruimte om te groeien en een groter podium te bieden aan de meest enerverende en vooruitstrevende undergroundmuziek die je in een kraakpand aan zou kunnen treffen. Dankzij een bredere programmering die ruimte gaf aan wat meer metalen bands als Ultha, Demilich, Primitive Man, Spectral Voice, Pissgrave, Necrot, -(16)- en Bütcher was het affiche voor de gemiddelde Zware Metalen-lezer aantrekkelijker en werd de redactie overtuigd een uitgebreid festivalverslag op te tekenen. Laten we hopen dat dit voor 2019 weer zo zal zijn, dan keren we zeker terug. Niet alleen om naar een berg memorabele optredens te kijken, maar ook om speciaal gebrouwen bier te drinken, veganistisch te eten, documentaires te kijken, onze portemonnees leeg te trekken aan de merchtafels en om twee dagen de lasten van het gewone leven te vergeten. De eerste aankondigingen voor Bloodshed Fest 2019 zijn alweer gedaan!

(Drumcorps)

Lees ook het verslag van vrijdag 14 september!

Foto’s: 

Datum en locatie:

15 september 2018, Effenaar, Eindhoven

Link: