Ik geef het toe: ik laat me al wel eens leiden door het “for fans of”-gedeelte van de promo’s die we binnenkrijgen. For Fans Of Mysticum, Thorns, Borgne, DHG & Impaled Nazarene stond er bij de beschrijving van het Griekse Manipura. En laten daar nu toch enkele persoonlijke favorieten tussen zitten! Dus ja, deze moest ik zeker eens van naderbij bekijken… Beluisteren bedoel ik. Als dan blijkt dat het laatste (tweede) album van Manipura, Anomia, (her-)uitgebracht wordt door Babylon Doom Cult Records, dan weet je dat je kwaliteit mag verwachten. “Uitgebracht” is een groot woord hier, want het origineel dateert van februari van dit jaar (op CD via Mospharic Recording Limited) en de cassetteversie van Babylon Doom Cult Records werd al midden april losgelaten. Maar goed, het zijn details.
Manipura is een anoniem duo uit Athene dat zich toelegt op atmosferische industrial black metal. Het project is eigenlijk nog heel jong (opgericht in 2020), maar dit is dus geen debuut. In 2020 zag hun eerste album, 33, het levenslicht en dat was zeker geen typische manifestatie van industrial black. Wat we daar hoorden was eerder een vorm van viriele, melodische black metal met kille, snijdende gitaarlijnen, kosmisch leviterende synths en af en toe wat stampende, maar niet per se geprogrammeerd klinkende drumsequenties. In die zin lag 33 dichter bij Thorns dan bij bijvoorbeeld bij DHG. Ik noem het viriel, omdat de gitaren én de drums behoorlijk zwaar en vol klinken op dit album en de (eerder zelden gebruikte) vocalen er als een extra synthlaag tussen komen waaien, waardoor alles samen soms wat druk en chaotisch overkomt. Op het debuutalbum is het vooral genieten van de heerlijk melodische, virtuoos-frivole gitaarleads: niet iets wat je direct verwacht op een industrial blackmetalalbum. Er zit wel wat repetitie en vaak een vaste cadans in deze muziek, wat op 33 alleszins eerder een nadeel was vond ik, maar echt eentonig kan je het dan weer niet noemen. Daarvoor zijn er gewoon teveel creatieve vondsten terug te vinden op dat album. De ene keer zijn dat twee enorm catchy, innig verstrengelde riffs die samen op pad gaan, de andere keer is het een onverwacht hard drumsalvo of zijn het schimmige, spacey synths.
Dat zweverige, transcendente dat je soms terug hoort in de nummers is mogelijks gelinkt aan de naam van de band. Manipura is Sanskriet voor “Stad van Juwelen” en is een chakra volgens de tradities van hindoeïsme en yoga. Het is eens iets anders dan satan, dood en verderf.
“For God, the dream is lamb. For self, a kill is rise and 1 gram for all.”
Intrigerend, die songtitels. Op zich klinken ze al redelijk bizar (doet me wat denken aan de nietszeggende titels op Not Here van Reverorum ib Malacht), en achter elkaar gezet slaat het eigenlijk ook nergens op, al geeft het wel een zekere sfeer mee. Muzikaal merk je aan het begin van For God toch al enkele kleine verschillen in vergelijking met 33. Uiteraard is er nog steeds veel ruis te horen in de productie (Manipura houdt het graag wat lo-fi), maar die is meer gedoseerd en minder overheersend. Daarnaast is het geluid scherper, als een gekarteld mes dat zich langzaam doorheen je tympanum scheurt. Er is ook wat meer variatie te horen in instrumentatie en stemgebruik. Het nummer opent zeer “industrial”: met stompende beats en druk cimbaal/hi-hat-getik en strak getriggerde drumgeluiden. De gitaren scheuren er al gauw doorheen met heel veel grit, gruis en gramschap. Een beetje thrashy, maar gaandeweg met meer melodie erin verweven en uiteindelijk met een typisch koud, Scandinavische blackmetalgeluid. Vocaal gebeurt er van alles: woest geblaf, krakend gegrom, schreeuwerig gehuil en een wat lijzige, bezwerende cleane stem. Neem al die elementen samen en je krijgt een kakofonie van indrukken. Het blijft allemaal wat mid-tempo met veel herhaling en ondanks alle goede intenties slaagt het er toch niet helemaal in om me te over de streep te trekken: daarvoor mist het vooral inspiratie en blijft het iets teveel op de vlakte.
Het openingsnummer For God is misschien wel het meest interessante van deze plaat, omdat het de lijnen uitzet voor de rest en bij een eerste luistersessie nog iets nieuws weet te brengen. In de andere nummers is het industrial-element (pompende beats, scherpe gitaarsound…) veelal vergeten, op enkele hypersnelle cimbaalroffeltjes na dan, en wordt er teveel gekozen voor een repetitieve stoomtrein met weinig variatie en riffs waarvan er minstens dertien in een dozijn terug te vinden zijn (op het einde van A Kill wordt er anderzijds wel nog iets moois bovengehaald). Dat het allemaal heel koud en snijdend klinkt (Scandinavische stijl dus), is mooi meegenomen, maar vernieuwend is het dan ook weer nergens. De huilende, loeiende, brullende vocalen zijn dan ook de hoofdrolspelers in dit treurspel, al halen ze anderzijds wel het tempo uit de nummers met hun langgerekte weeklachten.
Al zetten twee of drie nummers uiteraard weinig zoden aan de dijk, want het kalf was daarvoor al verdronken. Het is toch een teleurstelling na het degelijke en bij momenten verrassende 33. Het album heeft zijn momenten, maar die zijn te schaars. Dit is wat er gebeurt als je een groot deel van je inspiratie, creativiteit en atmosfeer inruilt voor een meer mainstream, hardere aanpak. Terugkeren naar het verleden, zou ik zo zeggen!
Score:
63/100
Label:
Mospharic Recording Limited en Babylon Doom Cult Records, 2022
Tracklisting:
- For God
- The Dream
- Is Lamb
- For Self
- A Kill
- Is Rise
- 1 Gram
- For All
Line-up:
- Anoniem
Links: