Fans van black- en death metal zullen de naam Kanonenfieber inmiddels wel herkennen. De Duitse band groeide in een korte tijd uit tot een grote naam en wist zodoende menig podium te betreden. Eerder spraken we al met het brein achter de band: Noise. Dat was weliswaar in de tijd van Covid-19. Inmiddels is er een hoop veranderd en staat er eind dit jaar een eerste, echte headliner tour op het programma met de Canadezen van Panzerfaust. Op 24 november doen de heren Tivoli in Utrecht aan, terwijl de Belgische fans zes dagen later terecht kunnen in Kortrijk (De Verlichte Geest). Tijd om weer eens wat vragen te katapulteren richting Noise.
Hoi Noise! De laatste keer dat we elkaar spraken was in februari 2022. Toen hadden we nog te maken met Covid-19 en concerten die om die reden werden afgelast. Meer dan twee jaar later ziet de wereld er (gelukkig) heel anders uit. Hoe gaat het met je?
Ja, dat is lang geleden inderdaad! Bedankt voor het opnieuw contact opnemen. Ik kan je vertellen dat er veel gebeurd is sindsdien. Het gaat goed en ik mag niet klagen.
Toen had je de wens om voor het eerst naar België en Nederland te komen met Kanonenfieber. Ondertussen speelden jullie op festivals zoals Drachten Deathfest, Summerbreeze en Hellfest. Had je je dat ooit voorgesteld, naast het harde werk dat je altijd in de project(en) hebt gestoken?
Optreden op deze ongelooflijke festivals is echt een eer geweest en dat waardeer ik zeer. Ik had nooit verwacht dat mijn projecten zo snel zouden groeien, maar ik ben blij dat het zo gegaan is. Dus ja, wat er nu gebeurt, gaat verder dan ik me had kunnen voorstellen.
Bij welk concert of festival dacht je: “dit is het echte werk”! Kun je een paar van je favoriete festivals of concerten uitlichten en vertellen wat er voor jou zo speciaal aan was?
Er zijn heel wat momenten die me te binnen schieten nu. Eén daarvan was zeker onze show op Hellfest – het podium en de backstage waren gewoon ongelooflijk. Hetzelfde geldt voor Rockhard: daar hadden we het grootste publiek waarvoor we ooit hebben gespeeld. En dan is er nog het Ragnarök-festival, dat ook geweldig was. Persoonlijk is Ragnarök mijn favoriet. Ik ben er acht keer geweest als bezoeker, dus je kunt je wel voorstellen hoe leuk ik het vind om daar gespeeld te hebben, haha. Kleinere clubs kunnen ook fantastisch zijn vanwege de hoge energie en de nauwe interactie met het publiek. Al met al zijn er veel momenten geweest die me versteld hebben doen staan.
Ben je blij met het platencontract met Century Media en waar kunnen ze je ondersteunen in het bereiken van je doelen?
Ik ben erg blij met Century! Het team is geweldig en we kunnen goed met elkaar opschieten. Ze ondersteunen me op veel manieren, van promotie en marketing tot het beheren van producten, wat me veel tijd bespaart. Ze hebben fantastische ideeën en veel connecties.
Verantwoordelijkheden overdragen aan een label lijkt me een grote stap. Hoe voelt dat, vooral omdat je zo nauwgezet bent op veel vlakken?
Ik heb niet echt veel overgedragen hoor. Ik doe nog steeds de meeste dingen die ik deed voordat ik bij Century tekende. Het grote verschil is dat ik tijdrovende taken zoals productie, calculaties en publicatie kan delegeren. Hierdoor kan ik me richten op de belangrijkere aspecten van een release, zoals het schrijven van muziek, haha. Dingen zijn efficiënter geworden, waardoor ik meer tijd heb voor toeren en creatief werk. Bovendien heb ik vanaf het begin van Noisebringer een geweldig team om me heen verzameld, dus alles werkt nu naadloos.
Dat is goed! Welnu; wat kunnen fans muzikaal verwachten van het nieuwe album?
Luisteraars kunnen een zeer veelzijdig album verwachten. Van intense black metal zoals de single Menschenmühle, naar groovier, deathmetalgeïnspireerde tracks zoals Panzerhenker tot langzamere, meer post-metalnummers zoals Der Maulwurf. Ik streefde ernaar om Die Urkatastrophe te vullen met een breed scala aan stemmingen om de thema’s van de teksten beter te benadrukken.
Die Urkatastrophe verschijnt in beperkte oplage ook in de zogenoemde ‘artbooks’. Waar kwam dat idee vandaan?
Ik wilde het historische aspect van Kanonenfieber een goede fysieke weergave geven en dat hebben we bereikt met het artbook. Het is gevuld met veel van de ansichtkaarten en geïnspireerd qua lay-out op de Eerste Wereldoorlog, en bevat uitleg over alle songteksten. Ik heb er veel moeite in gestoken en ik ben superblij met hoe het is geworden.
Hoe zit het met de teksten? Waar kwam de inspiratie voor Die Urkatastrophe dit keer vandaan? Is je vriend en historicus Dani B dezelfde persoon die heeft geholpen met het album Menschenmühle?
Ja, dat klopt helemaal! Dani en ik praten voortdurend over nieuwe ideeën voor nieuwe muziek. Hij heeft veel goede ideeën en geweldig materiaal, zoals brieven en boeken uit Eerste Wereldoorlog. Hij hielp met de werktitels van het album en leverde veel geweldig onderzoeksmateriaal aan, waaronder ook honderden ansichtkaarten uit de Eerste Wereldoorlog, die ik heb gescand en verwerkt in het artwork voor de cd’s, vinyls en het artbook. Dani is ook betrokken bij de naamgeving van de nummers: we brainstormen samen over woorden om te kijken wat het beste past.
Op Menschenmühle heb je alle muziek zelf geschreven en gespeeld. Hebben andere bandleden nog bijgedragen aan Die Urkatastrophe?
Kanonenfieber is nog steeds mijn persoonlijke muzikale uitlaatklep en ik ben blij met de huidige gang van zaken. Ik vind het leuk om liedjes te schrijven in mijn thuisstudio, waar ik kan experimenteren zonder dat iemand zich ermee bemoeit, haha. Ik werk wel samen met anderen aan verschillende projecten, maar voor Noisebringer-projecten is het nog steeds een “one-man-show”.
Ondertussen blijf je je inzetten voor je andere projecten. Hoe blijf je gemotiveerd en hoe beheer je je tijd en energie?
Muziek schrijven is mijn drijfveer. Er zijn maar weinig dingen die ik zo leuk vind als het opnemen van riffs en het componeren van nummers. Het kan soms zenuwslopend zijn hoor, maar het gevoel dat je iets creëert dat je raakt is ongelooflijk. Jezelf kunnen uitdrukken door middel van muziek en dat anderen zich daardoor verbonden voelen is gewoon te gek. Ik schrijf muziek voor mezelf, maar ik treed op voor het publiek. De positieve feedback maakt het allemaal de moeite waard. Het is alsof ik nu twee fulltime banen heb, maar het is wat ik altijd al heb willen doen.
Over je andere projecten gesproken: hoe was het optreden met Non Est Deus op Ragnarök Festival, en wat kunnen we in de toekomst van Leipa verwachten?
Onze eerste show was geweldig! Ik had nooit verwacht dat er zoveel mensen zouden komen kijken. Non Est Deus is voor mij iets leuker op het podium dan Kanonenfieber – waarschijnlijk door de luchtigere kleding die we dragen op het podium, haha. Rondlopen in dikke wollen uniformen kan behoorlijk heftig zijn! Voor Leipa zijn er nog geen plannen overigens, ik heb mijn handen al vol aan Kanonenfieber en Non Est Deus.
Je hebt ervoor gekozen om onherkenbaar te blijven. Mis je soms het directe contact met de fans nu Kanonenfieber meer bekendheid krijgt?
Om eerlijk te zijn mis ik dat niet omdat ik het al wel heb. Ik ben erg (inter)actief op social media en praat veel met mijn fans. Sommige van mijn beste vrienden zie ik maar één of twee keer per jaar, maar we blijven in contact via sociale media. Hetzelfde geldt voor mijn interactie met luisteraars. Ik maak grappen en bespreek geschiedenis met ze; het voelt heel echt voor mij!
Er staan nogal wat dingen op mijn bucketlist: genieten van de tijd met mijn band en crew, nieuwe, interessante mensen ontmoeten en genoeg tijd hebben om meer muziek te schrijven! Al het andere, zoals grote festivals of wat dan ook, komt zoals het komt. Maar een specifiek ding op mijn verlanglijstje zou een Amerikaanse tour zijn – dat zou echt geweldig zijn!
Nogmaals bedankt voor dit interview en voor het maken van zulke geweldige muziek!
Bedankt voor de geweldige vragen en dat je opnieuw de tijd hiervoor hebt genomen!
Links: