Zaterdag 1 juli, Bergum
En jawel. Eindelijk hadden we weer eens een Waldrock editie met mooi weer. In tegenstelling tot de voorgaande jaren, waarbij we tot de enkels in een mengsel van grond, pis en bier wegzakten, was het nu warm, erg warm. In plaats van de stank van “festivalblubber” hing er nu een aangename geur van zonnebrandolie over het veld. En ondanks de toch wat tegenvallende line up hebben toch ruim 7000 mensen de moeite genomen om ook dit jaar van de muziek en het vocht te genieten. Want er moest flink gedronken worden om het vochtgehalte op peil te houden. Bij de waterbakken bij de toilletten was het dan ook een drukte van bedoening, ondanks dat het gros van de mensen toch koos voor water waar ingrediënten als hop en gist inzaten. Ook bestond er dit jaar de mogelijkheid om cola beerenburg en rode en witte wijn te drinken. Keuze genoeg dus. Ook dankzij het bijzondere mooie weer waren er weer veel “ramptoeristen” op Waldrock afgekomen. Veelal waren dat mensen uit Bergum en omstreken die al fietsende naar het terrein kwamen om aldaar een blik op te vangen van het aanwezige langharige tuig. Maar zoals het de laatste jaren een traditie is, begon het feest natuurlijk met de pre party in de nabijgelegen Quatrebras bar/disco. Ondanks dat het dankzij de dalende temperatuur buiten op dit tijdstip uitstekend vertoeven was, lieten toch vele mensen zich met de gratis taxibusjes naar de verstikkende warmte van de kroeg vervoeren. Gelukkig is was slechts een kort ritje en konden wij snel afscheid nemen van onze taxichauffeur, die getuige zijn slechte humeur meer last van de hitte had dan wij. Wij waren dan ook erg blij dat we uit de taxi waren en richting tap en podium konden.
Pre party
Daar mocht het Friese Methusalem de aftrap geven. Men deed dat met verve. De door Iron Maiden en Judas Priest beinvloedde pure heavy metal werd goed opgepakt door het aanwezige publiek. Ondanks de hitte in de zaal gingen de mensen flink uit hun dak. Helaas moet Methusalem wederom op zoek naar een andere zanger. Erg jammer, want dit heerschap paste uitstekend bij de band. Een goeie zanger die met Rob Halford kan wedijveren.
Ook The Monolith Deatcult deed goeie zaken. Ook hier ging het publiek flink uit het dak. Dit was zeer zeker te danken aan het uitstekende geluid in Quatrebras, iets wat de drukke death metal van deze heren zeker nodig heeft. Voor mij persoonlijk was dit dan ook zeer zeker één van de betere optredens die ik van The Monolith Deatcult mee heb mogen maken.
Zodra echter Gorefest de eerste tonen inzette was het vrij duidelijk dat het merendeel aanwezig was om Jan Chris de Koeijer en de zijnen aan het werk te zien. Met grote spelvreugde brachten de heren een mix van oud en nieuw werk. Resultaat was een pit waar het zo nu en dan flink ruig aan toe ging. Dankzij het nodige alcoholgebruik heb ik geen flauw benul meer van de volgorde van de nummers, maar hoogtepunt was toch zeker afsluiter Mental Misery, waar iedereen nog even extra uit z’n bol ging, waarbij ondergetekende zijn elleboog voor de tweede maal in een aantal jaren tijd tot een puzzel van botsplinters wist te veranderen. Na de zeer geslaagde pre-party werden de taxibusjes weer opgezocht om op de camping nog meer alcohol in te nemen of de slaapzak op te zoeken om de dronken lichamen rust te gunnen om de volgende dag weer verder te kunnen. [Gurbe]
De eerste band die in de tent mocht spelen was Bloodsimple, een gezelschap wat mij totaal onbekend was. Navraag leerde me echter dat deze band is geformeerd rond ex-Vision of Disorder zanger Tim Williams. Nu ben ik beslist geen uitgesproken hardcore liefhebber, maar Bloodsimple weet genoeg metal invloeden in hun muziek te stoppen zodat het ook voor de gemiddelde metalliefhebber geen straf is om naar te luisteren. En ondanks dat het geluid in de tent beslist niet zeer goed te noemen was, wist de band met nummers van hun debuut cd A Cruel World toch redelijk te overtuigen. Toch kon ik me niet aan de indruk onttrekken dat deze stijl muziek beter in een zweterig zaaltje past. [Gurbe]
Trivium gaf me een lesje “je mag niet vooroordelen”. Ik had een stelletje kortgeknipte gastjes verwacht die moderne Amerikaanse metal speelden. Zo heb ik Matt Heafy en de zijnen altijd op foto’s zien staan tenslotte. Ik was ook best wel een beetje verbaasd toen ik ze op het podium aanschouwde. Alsof ik een flink aantal jaren terug was gestapt in de tijd. De heren hebben de haren laten groeien en zagen er met hun Metallica en Lizzy Borden shirts uit als de heren van Testament en Forbidden in hun jonge jaren. Ook de muziek viel mij absoluut niet tegen. Ondanks dat de band momenteel bezig is met de opnames van een nieuw album, was de aandacht nu nog vooral gevestigd op hun album Ascendancy, waarmee Trivium in weinig tijd al een relatief grote naam is geworden. Naast de eigen nummers waagde Trivium zich ook nog aan een klein stukje Symphony Of Destruction van Megadeth waarin Matt liet horen dat hij het stemgeluid van Dave Mustaine verdomd goed weet te benaderen. Voor mij was Trivium een aangename verrassing. Maar wat is dat toch met het fenomeen “circle pit” tegenwoordig? Na Bloodsimple was Trivium de tweede band die het publiek overhaalde om een circle pit te vormen. Ikzelf ben meer van het type “ouderwetse headbanger” en ik was dan ook blij dat ik me niet in de voorste regionen van het publiek bevond… [Gurbe]
Born From Pain stond als suprise act aangekondigd. Wat nu de grote suprise aan deze band is, is me niet helemaal duidelijk, maar dat ze een strakke pot hardcore spelen staat als een paal boven water. Aangezien het erg druk was en ik dankzij de hitte weinig zin had om mij naar voren te worstelen heb ik het optreden van Born From Pain van een afstandje bekeken. Het geluid was op mijn plek redelijk te noemen en de aanwezige hardcore liefhebbers gingen flink uit hun dak op de beukende muziek van de band. Maar om Born From Pain als suprise act aan te kondigen vond ik toch wel overdreven… [Gurbe]
Devildriver, de band rond ex-Coal Chamber-zanger Dez Fafara, bekend om hun moderne, swingende en beukende sound speelde deze dag de laatste show van hun Europese tour. Een lekkere korrelige grunt van een geweldige frontman met stevig metaal als ondergrond zorgden voor flink wat rumoer en beweging in het publiek. Evenals Trivium verlangde ook deze heren naar een niet te versmaden brute cirkelpit. Of die bruut genoeg was voor ze is mij onbekend, maar de respons uit het publiek was, ondanks de kleine geluidstechnische missertjes, zeker geen verkeerde… en dat in die enorme hitte! Mocht het publiek nog niet weten hoe je een cirkelpit diende te bouwen, dan hebben zij tijdens deze rollende show uitgebreide – á la stewardess – instructie gekregen van frontman Dez! Live maakt de band hun vermoedelijk met zorg uitgekozen naam meer dan waar, werkelijk een kracht die van niemand anders dan de duivel himself afkomstig kan zijn! [Renée]
De eerste band die ik hoorde en zag was het laatste project van Arjen Lucassen: Stream Of Passion. Met de twee vrouwelijke vocalisten en een gitariste valt er voor het mannelijke deel van het publiek, in ieder geval visueel, genoeg te genieten. Vooral de gitariste met de knalroze gitaar blijft nog wel even op het netvlies plakken. Muzikaal wordt het geheel vooral gedragen door de Mexicaanse zangeres Marcela Bovio, die ook te horen was op het Ayreon album The Human Equation. Of het door de mix kwam of door mijn plek in de tent weet ik niet, maar muzikaal maakte het gezelschap op mij niet de hele tijd indruk. De stem van de zangeres overstemde het geheel een beetje en daardoor vielen andere onderdelen van de muziek een beetje weg en kwam het geel wat als los zand over. Ik had het idee dat de zangeres haar background collega hard nodig had om de boel vocaal waar te maken en men slaagde er niet in om op onderdelen prima muziek tot een welklinkend geheel te maken. Hier en daar had ik het idee dat het zelfs wat tegen de toon aanzat. Stream of Passion speelde wel geïnspireerd en enthousiast en maakte er, ondanks bovenstaande kritiek, best wel een leuk optreden van. Een groot deel van het publiek reageerde zeer enthousiast vanaf de eerste noot en de band genoot daar zichtbaar van. Ik wil ze nog wel eens zien en horen met betere accoustische omstandigheden. Misschien die pas uitgekomen live dvd maar eens bekijken. [Remi]
Het Stone Sour-concert was goed voor het collectieve ego van het publiek. Zanger en frontman Corey Taylor maakte het vaak genoeg duidelijk dat het fijn was om in Nederland te zijn, omdat Nederland een van de eerste landen was waar ze een populariteit kregen. De ruft die hij in de microfoon liet benadrukte de bijzondere band met ons land nog eens subtiel, jammer genoeg was hij niet te horen. De set die ze neer zette was een lekker pittige set, nieuwe nummers werden aangekondigd en de band had er zelf ook plezier in. Drummer Joel Ekman liet eens zien hoe goed hij kon goochelen met stokjes en spelen tegelijk en Shawn Economaki stond lekker heen en weer te wiebelen op de muziek terwijl Taylor sporadisch wat hardcore-mosh moves maakte. De laatstgenoemde had ook een rode teint op zijn toet, net als het publiek dat verkoeling kreeg van een tuinslang en een aantal vanaf het podium gelanceerde flesjes water van brulboei Corey. Een net en strak gespeeld concert, goed voor een piepend rechter oor (volgende keer in het midden staan). [Andreas]