Van pure gehaktmolenmisantropie op straat dansen tijdens Masters of Grind

Dit keer nam de Casino extra maatregelen. Medewerkers hielden de toiletten scherp in de gaten. Iedereen die met een WC-onderdeel of gebruiksvoorwerp dat alleen in ontlastingsvriendelijke omgeving van nut is naar buiten kwam, stuurde het personeel onverbiddelijk weer naar binnen met de kordate vraag om het terug te leggen waar het gelegen had. Het was de tweede editie van Masters Of Grind, de affiche was er weer één om bloed en sperma bij af te likken en Zware Metalen-reporters Pieter-Jan, Bart en Kris likten mee. 

Kihalas

Wie er ook bij zit alsof ze net nog van alles heeft afgelikt, is de drumster van Kihalas. Als een bleke kameel zit ze voortdurend op iets te kauwen en haar mond staat alleen stil als ze eens een kreetje uitpuft door de galmende microfoon. Het publiek geeft perfect weer hoe je de muzikale prestatie en het nut van het Amerikaanse duo moet inschatten: na drie nummers van krakende versterkerscherven en drums die je ook kan verkrijgen als je een karper in een servieslade gooit, gaat een deel van de mensen van pure verveling ostentatief vooraan op de grond zitten. In het gezicht van het knoeiende tweetal. Duidelijker dan dat kunnen wij de gruwelijke saaiheid niet onderstrepen. Je kan beter een versterker in een jacuzzi dumpen, dat klinkt hetzelfde, maar dan zie je er tenminste nog wat vonken afvliegen. Next please! (Kris)

Serrabulho

Omdat de redacteurs de bands vooraf verdeeld hadden, maar onze interviewpartner wegens file te laat is, zitten we middenin een interview, wanneer er plots een polonaise uit de zaal de trap komt afgedanst en daarmee tot buiten doorgaat. Een minuut later – het nummer moet al lang afgelopen zijn – keert de polonaise langs dezelfde weg terug. Als man van de streek zijn we hier al dikwijls geweest, maar zulk gedrag hebben we in de Casino nog nooit waargenomen. Wel herinneren we ons vanop Death Feast dat Serrabulho ook daar behoorlijk gekke taferelen aanrichtte met zijn op knetterharde ravebeats gesproeide goregrindoversturingen. Na het interview zien we een zanger die door een vuilblikmicro knort, een gitarist in Victoriaans adelkostuum en vooral dat het publiek het podium heeft overgenomen. “Als het zo zit, dan zetten wij ons ervoor”, moeten de Portugezen gedacht hebben, wanneer ze zich met gitaren om de hals in de cirkel begeven. Intussen krijsen alle muzikanten als wijven en hoor je van de drums alleen de cimbalen onder de striemende gitaarpaniek en de swingende slams. De vlam zit in de pan! (Kris)

Volière

Voor het raam troept er ineens een leger vogelspotters met getrokken verrekijkers samen. Zij staan daar om de ornithologische deathgrind van Volière gade te slaan. Bij het betreden van de ren, slaat het Antwerpse gevogelte vrolijk de vlerken uit op kakelende intro. Een rijkelijk vederkleed van pluimende grooveriffs fladdert onder een luchtstroom van computergestuurde drum. Genest in een diep gebraden geluidskast, pikken de snaarbekken er enkele kiplekker gedoseerde slamkorrels tussenuit. Toch schiet het meer baltsende gitaargebroed de hoofdvogel af met riffs waarvan het eiwit spontaan geel uitslaat. Zeker met een smeuïge doodstsjilp eroverheen en technosampler er tussendoor, zijn dit vogeltjes die ons elke ochtend wakker mogen komen kwetteren. Dat moet eigenlijk hun volgende videoclip zijn: de band die in een boom te midden van een vredig plattelandstuintje zit en hun deathmetalkooi eens openzet. Onze vetbollen hangen alvast uit! (Kris)

Besta

Iets later dan gepland, het noodgedwongen verstek vanwege No One Gets Out Alive heeft nu eenmaal een impact op het tijdschema, betreden de Portugezen van Besta het podium. Het combo uit Lissabon is vandaag één van de vele groepen die het met amper een half uur aan speeltijd moeten stellen. Aangezien Besta geen tijd te verspillen heeft, wordt geopteerd om furieus uit de startblokken te schieten. Het betreft een slopingsdrang die integraal doorheen de set wordt volgehouden. Geen idee welke nummers de Zuid-Europeanen ten gehore brengen, zoals voor zovelen is het vanavond namelijk ook mijn eerste kennismaking met de band. Wat ik wel kan vertellen: het klinkt stuk voor stuk bijzonder opgefokt. Tussen het beukwerk door, valt overigens meer dan eens een niet onaardige riff te ontwarren. Een even grote publieke respons als voorganger Volière mag dan niet gegenereerd worden: naar het einde toe komt alsnog een moshpit op gang. Vooralsnog mag de prijs voor revelatie van het festival op naam van Besta worden gezet. De Bad Brains-shirt van frontman Paulo Rui levert wat mij betreft zelfs een bonuspunt op! (Pieter-Jan)

Wound Collector

Een toch wel verrassende naam, want hoegenaamd geen grind- of brutal deathmetalband, is die van Wound Collector. Zij zijn dan weer wel van de streek en hebben met hun saxofoon iets in de gelederen dat je zelden ziet. Op Catacombfest enkele jaren terug maakte het Antwerps/Beverse collectief daar weinig indruk mee en hoe hard we het ook willen; vandaag evenmin. We hebben er echt op gelet en het komt door de disharmonie. De prominente bas beitelt het marmer van de Casino bij, maar doet dat los van de wrikkende drums. Beide ritmes clashen té vaak. Een veel te zachte gitaar quilt er nog een derde patroon naast en samen met de snijdende klankkleur van de harmoniserende of solerende sax is het te vaak een kakofonie. De twerkende buikdanseres houdt de aandacht weliswaar vast, maar het zou nog leuker zijn als de muziek dat ook zou doen. Sorry boys! (Kris)

Birdflesh

“Zeg het ons als we er één vergeten zijn, maar het is van 2008 geleden dat we nog eens in België gespeeld hebben”, zegt de Japanse karateka achter de drum. Zou zomaar kunnen. Straffer nog: als dat de laatste keer was dat Birdflesh hier speelde, dan was dat ook in Sint-Niklaas (oh wat missen we het Kompas). Het Zweedse drietal met de halve maskers die een laag dermatologisch curiosum over hun voorhoofd en neus aanbrengen, zijn in vorm. Alle drie schreeuwen ze de vogelstront van de dakgoten. Zo laten ze droogjes weten dat hun album nu ook verkrijgbaar is op cd, vinyl en koffiemok, dat twee nummers over het afslachten van tienermeisjes gaan en dat ze er ook hebben over stinkende lookmensen en autopsies op levenden. De dingen des levens met andere woorden en daar laten ze dan hun slijpende doorzevingsgrind met messcherpe sound op los. Zoals vanouds, zonder blast en met walsende thrashpolka’s die de dynamiek doen schommelen. (Kris)

Rectal Smegma

Met een benaming als Rectal Smegma laat het subgenre zich zonder al teveel moeite raden. Goregrind bij de vleet dus tijdens de passage van deze Nederlanders. Een goede raad voor wie de groepsnaam van weinig smaak vindt getuigen: blijf ver weg van de discografie van de Naaldwijkers. Ass Crack Carnaval, Foreskin Mask, Poop Chute Meets Morning Wood, Shit Squirting Sandy en 2 Girls One Cupcake: subtiliteit is duidelijk niet aan iedereen gegeven. Op muzikaal vlak gaat Rectal Smegma in Sint-Niklaas stevig te keer. De groep heeft er zoals verwacht weinig moeite mee om de aanwezigen tot headbangen te bewegen. Wat me vanavond nog meer dan het muzikale opvalt, is het voorkomen van brulboei Yannic Ophorst. Wie de groep net als ikzelf voor het eerst in levende lijve aan het werk ziet, kan er niet omheen: de brave man heeft een hardnekkige fitnessverslaving. Volgende maand krijgt Rectal Smegma nogmaals de kans om voor een groot publiek te spelen. De groep staat op 13 december namelijk op het podium van Eindhoven Metal Meeting. (Pieter-Jan)

Prostitute Disfigurement

Bijna nostalgisch is het om een oer-Hollandse nillies deathmetalband de boel nog eens te zien opblazen. Samen met Sinister en Houwitser is Prostitute Disfigurement zo’n band waar we in onze jonge tijd helemaal gek van waren. En nu we de basdrums weer horen knallen, de blasts weer horen hakken en de tremelotollingen weer horen snoeien, beseffen we dat we dat nog steeds zijn. De boosaardigheid drupt van elke akkoordenvermaling af en de sappige doodsbrul is nog net zo bloeddorstig als toen. Aan de sikkelscherpe en aalvlugge hooks merk je dat de heren retestrak voor de dag komen. Vrolijk worden ze er zelf niet van, want alle gezichten staan op nors en Niels lokt de toeschouwers uit hun tent met hartverwarmende aanmoedigingen “komaan lijkenhuis” of “we gaan gas geven, stelletje klootzakken”. Het werkt, want met mondjesmaat zie je de moshpit uitbreiden. (Kris)

Agathocles

In België is er een oud spreekwoord dat zegt: Je weet wel hoe dAgathocles. Iedereen weet wat het betekent: de gehaktmolen zo ver mogelijk openzetten en erdoor trekken die handel. Dit jaar alleen hebben de Kempenaren twaalf releases uitgebracht met withete punk-ass grind die het establishment vol in de milt meppen. Geen huisje zo heilig of Jan en zijn woedend keelgat roosteren het. Tot op het bot. Overal waar het drietal komt, schopt het keet en ook vandaag zoeven de vijlende akkoorden en ratelende drums als rubberkogels het publiek om de oren. Jazeker, er steken enkele nieuwe sneren in de loop, Spaans- en Nederlandstalige zelfs, maar uiteindelijk klinkt het toch elke keer als onversneden herrie, die vooral naar tumult, reuring en veel minder naar muzikale hoogstand streeft. In plaats van ons belachelijk te maken door te zeiken over geluid, strakheid en variatie, zetten we ons liever in een spagaatocles. (Kris)

Hideous Divinity

En dan is het nu tijd voor de truc met de onzichtbare bassist! Wellicht had Stefano verplichtingen bij Aborted, maar toch eroderen zijn bassculpturen de abrupte akkoordenglooiingen en de bipolaire snaarbevliegingen die Hideous Divinity met mechanische precisie ontsteekt. Doordat ze de gitaren en alle ketelvellen behalve dat van de snare zo luidruchtig overstemmen, valt het op dat er ’t een en ’t ander op de backing track staat. De ruwe grunts en zinksmeltende screams van een groots gebarende Enrico komen daardoor dan wel staalhard door, het weerhoudt de wazige en schelle gitaren om tot volle machtsontplooiing te komen. Dan nog hoor je hoe machinaal de Italianen het alweer spelen. Vanuit het niets start een gepoeierde brul een volgend nummer en de rest haakt onmiddellijk in het gelid. Een enkele snaretik volstaat als agressieve break die een volgende lading snaarvermassacrering laat losbarsten. Jammer dat het obscuurder besnaarde nieuwe materiaal door het audiologische onevenwicht dikte mist. (Kris)

General Surgery

Over naar General Surgery, de band waar Birdflesh-zanger/drummer Smattro Ansjovis (zijn echte naam is Andreas Mitroulis) deel van uitmaakt. De Zweed maakt al een eind deel uit van General Surgery, een band die al van 1988 (!) vette grind produceert. General Surgery is duidelijk in vorm vanavond en zorgt met typisch ronkend gitaargeweld en een gans arsenaal aan versnellingen en grindopsmuk voor een heel erg gevarieerde set. Oudjes van de klassieke Necrology-EP, zoals de killer Ominous Lamentation, laten horen dat General Surgery meesters zijn in het brengen van zowel oudschoolse grind. Zelfs de goregrinders met porno-neigingen worden er nat van en kunnen amper van het podium blijven. In hun steriele pakken blijven de grinders smetloos de set presenteren als kost het allemaal geen enkele moeite. Hoogtepunten van het optreden: Like an Ever Flying Limb, Premutating the Permutations, Fulguration

En Ambulance Chaser. (Bart)

Cattle Decapitation

Dolenthousiast komt onze gesprekspartner van deze namiddag ons iets vertellen. “Holy shit, dat was volgens mij een nieuw nummer, heb je dat gehoord!” Dat hebben we zeker, Enrico. Een machtig bazuinende backing track leidde het in en ijskoude misantropische gitaarboringen woekerden er als doornstruiken doorheen. En dan die unieke melodieuze kraaizang die door merg en been snijdt. Het was een episch openingsnummer en dan stond de geluidsregeling geeneens zo subliem als ze ondertussen staat.

Net op tijd voor de brute ritmecollisies, verpletterende blastrazernijen en bliksemschichten van disharmonische uppercuts. Cattle Decapitation headlinet in bloedvorm en boort de ene na de andere brutaal ingekeepte weerhaak in menig cerebrale cortex. Donkere verlichting en veel rook vergroten de gure onpasselijkheid jegens de mensheid. De tegenwoordig langharige Travis uit de hysterische waanzinskrijs na de andere aangrijpende geraspte rouwmelodie. Het speeksel houdt ‘ie dit keer binnensmonds. Dit zal de top vijf van beste live performances wel halen dit jaar! (Kris)

Unidad Travma

Geen enkele gore- of deathgrindaffiche is compleet zonder Zuid-Amerikanen. Zodus mocht het Mexicaanse Unidad Travma de afterpary op gang trappen. Daarvoor hebben ze hun hoofden verpakt in een zwarte nikab, wellicht om eruit te zien als ninja’s, maar ze hebben meer weg van zwaarlijvige IS-strijders. Loeihard droppen ze bommengordels vol hersenstamversnijdende grindcore op de quasi lege zaal. Een vergelijking met Brujeria zou te gemakkelijk zijn, deze Mexicanen maaien er nog een stuk nijdiger op los. Hun sound is ook veel zwaarder. Alleen is het al na een kwartier eentonigheid troef. Net zoals in de heren zelf zit er weinig dynamiek in. Al kan je dat van veel mensen die op dit uur nog op de been (proberen te) staan zeggen. (Kris)

Excuses en respect voor Suffering Quota. Het viel buiten de capaciteiten van onze redacteurs om zich op het onhebbelijke uur dat zij aan de bak moesten nog staande te houden. Ook dat is Masters Of Grind. Maken we elders in de underground wel weer goed!

Datum en locatie:

2 november 2019, De Casino, Sint-Niklaas

Foto’s:

Links: