Onder het motto twee dagen voor de prijs van één, heeft de organisatie van Dynamo Metalfest nog maar eens de stoute schoenen aangetrokken. Ze heeft de voor oudere metalheads legendarische ijsbaan te Eindhoven een dag extra afgehuurd. Daarmee is er dit jaar op het ene podium dat het festival telt plaats voor maar liefst vijftien bands. De trouwe bezoekers van het festival lijken nog wel wat te moeten wennen aan de uitbreiding, want het is op de (nieuwe) vrijdag beduidend minder druk dan op de zaterdag. Voordeel daarvan is weer dat er, anders dan op de zaterdag, nauwelijks rijen staan voor de diverse foodstands. Die staan er eerder op de dag wel voor de nog gesloten deuren. Wanneer om half vier de deuren dan toch opengaan gaat er een luid gejuich op maar horen we ook een hartgrondig “hè hè!”. Daarmee blijkt maar weer eens dat meningen en gevoelens kunnen verschillen. Dat zal over onderstaande bands niet anders zijn. Voor Zware Metalen doet Michiel Hoogkamer verslag. Niek van de Vondervoort maakte met zijn gebruikelijke enthousiasme de foto’s.
Lees ook ons verslag van zaterdag 20 juli!
Baest
Getuige hun kleurrijke backdrop die te groot blijkt voor het knusse podium, zijn de Denen van Baest niet bang om zaken groots aan te pakken. Zelfs de aanvankelijke desinteresse van het publiek (er staan meer mensen voor de muntenkassa’s dan voor het podium) doet niet af aan dit zelfvertrouwen. Om vier uur precies komt de opener het podium oprennen om de ongelovigen te overtuigen. Dat zanger Simon Olsen daarbij in al zijn enthousiasme direct lachend zijn zonnebril verliest is slechts een grappig detail. Veel serieuzer is de muziek die Baest brengt. De namen op de T-shirts van de bandleden geven al aan in welke richting u het kunt zoeken. Een fraai wit Scream Bloody Gore-shirt en een kleedje van Obituary wijzen in de richting van old school en dat is wat we krijgen. Dat wil overigens niet zeggen dat de band hetzelfde klinkt als laatstgenoemde band of als Death. Wel horen we hetzelfde aansprekende, niet al te complexe geluid dat eind jaren ’80 zo in was. O ja, vanwege de ruwe stem van Simon ontkomen we er evenmin aan om de naam van Entombed te laten vallen.
Direct in het eerste nummer komt een heerlijk zware break voorbij waarop het goed moshen is. De band moet zich echter tevreden stellen met de eerste vuisten in de lucht van Dynamo Metalfest 2019. De tweede track is een stuk sneller, maar kent een zo mogelijk nog zwaardere breakdown. Opnieuw erg lekker. Met Gula en As Above So Below komen er ook twee nummers voorbij van het op 13 september te verschijnen album Venenum. De eerste kent een gruwelijk zwaar intro dat nog maar eens laat horen dat het geluid dat van het podium komt dit jaar een stuk zwaarder is dan vorige jaren. Zeker een verbetering, hoewel ik nu weer mensen hoorde die het geluid (soms met enig recht) wat drums- en basgericht vonden. Als gezegd, het is lastig om het iedereen naar de zin te maken. Het nummer kent overigens een bijna Nailbomb-achtige dreun en is daarmee behoorlijk catchy.
As Above So Below heeft een lang intro met zo’n typisch Death (de band, niet het genre)-loopje. Als deze twee nummers een goede graadmeter zijn voor het nieuwe album, zal Baest nog wat grootser en toegankelijker gaan klinken dan voorheen. Met het niet echt subtiel getitelde en minstens zo weinig subtiel doorstampende Crosswhore komt alweer een einde aan de korte set. Wie nog niet genoeg gezien en gehoord heeft van deze enthousiastelingen kan later dit jaar nog terecht in het Patronaat te Haarlem, Volt te Sittard en Zappa te Antwerpen. Daar staat Baest in het voorprogramma van zijn beschermheren van Entombed A.D. en Aborted op de Hell Over Europe III tour.
Jungle Rot
De death metal van Baest smaakt naar meer en dat komt goed uit. Ook Jungle Rot speelt een stevig stukje doods metaal. Wel heeft dit Amerikaanse viertal aanmerkelijk meer kilometers op de teller dan zijn Deense voorganger. De band is namelijk al in 1995 opgericht en eerlijk gezegd is dit surplus aan ervaring op het veld te merken. De nors kijkende zanger Dave Matrise weet hoe je een publiek aan de gang krijgt en zet met een “up and over the top” bij Paralyzed Prey de eerste crowdsurfers van de dag in beweging.
Net zo effectief als zijn aankondigingen is de muziek die de band brengt. Deze tikt vaak lekker ongecompliceerd door, maar net zo vaak volgt er een loodzware breakdown. Die doet dan weer denken aan de oude Sepultura en – vreemd genoeg voor een deathmetalband – het Pro-Pain van de eerste twee albums. Het is allemaal pakkend genoeg om de mensen voor het podium te doen uitbarsten in stevige Milano-mosh of een heftig headbangen. In de sneller thrashende passages zien we ook de eerste pits van de dag. Op de tonen van Stay Dead jagen de fans de stofwolken hoog de lucht in. Dat zijn dus al twee primeurs voor Jungle Rot. Met het groovende oudje Psychotic Cremation en een kort “old school” neemt de band ten slotte afscheid. Zoals dat hoort op een festival, heeft de band de nodige vrienden gemaakt.
Grand Magus
Dan ben je muzikant geworden om je van niemand wat aan te hoeven trekken, krijg je in de soundcheck op je donder van een geluidsman omdat je het niet kunt laten in te vallen bij die lekkere Into The Void (Black Sabbath) die zanger/gitarist JB Christoffersson inzet. Het overkomt de bassist en drummer van Grand Magus: “Just the guitars please!”. Het zegt in ieder geval iets over de liefde voor heavy metal van beide heren. Bij aanvang van het optreden wordt de druk er stevig opgelegd door de spreekstalmeester van dienst die de band aankondigt als de beste hardrockband van Europa. Die titel maakt Grand Magus vandaag niet waar. Niet zozeer omdat de mannen slecht spelen, maar vooral omdat ze er helemaal niet naar streven de beste band van Europa te zijn. Deze Zweden willen gewoon fijne muziek maken en dat is genoeg. Bij aanvang lukt overigens zelfs dat laatste nog niet echt. De gitaar en zang van JB staan te laag in de mix, maar halverwege de eerste track gaan zowel het keelgat als de schuiven open. Meteen ontstaat een fijne losse groove, die de muziek van Grand Magus zo kenmerkt.
Van de nieuwe plaat komen Dawn Of Fire en Untamed voorbij, maar de meeste publieksreactie krijgen oudere nummers als Silver Into Steel en Iron Will. Het zijn nummers die ook door de vele herhalingen gemakkelijk mee te zingen zijn, zelfs als je ze niet eerder gehoord hebt. En dat gebeurt dan ook onder een lekker schijnend zonnetje. Wat wil een mens nog meer? Nou, als je het dan toch vraagt … Ik heb het idee dat de zang van JB vandaag iets van de bezwerende klank mist die hij op plaat wel heeft. Slecht zingt hij niet, maar het klinkt wat minder eigen en pakkend. Aan zijn zin doet het in ieder geval niet af, want het is voor hem veel te vroeg (“it is metal o’clock today”) als wordt afgesloten met publieksfavoriet Hammer Of The North. Het nummer komt voorbij in een lekker losse versie met een hoofdrol voor de ronkende bas van Fox. Het publiek voor het podium vindt het prachtig, zodat JB met een glans in zijn ogen besluit om het een extra rondje te laten meezingen. Tot groot plezier van de band wordt zelfs na het einde van het optreden nog wat doorgezongen.
Eluveitie
Waar Grand Magus het graag simpel houdt in een driemansbezetting, doet Eluveitie het tegenovergestelde. Na een knalhard intro met een verhaal over een “mighty cauldron” komen acht muzikanten het podium oplopen en dan moet zanger/frontman/mastermind Chrigel Glanzman zich nog melden. Viool, fluit, draailier en harp worden toegevoegd aan het voor metal gebruikelijke arsenaal van instrumenten. Daarvan zijn vooral de fluiten goed te horen boven het verder vooral door lage tonen beheerste geluid. De harp van zangeres Fabienne Erni daarentegen denken we in ieder geval nauwelijks te horen, ook al omdat zij met de harde gitaren meespeelt. Juist de moderne klank van de gitaren – die soms zelfs wat aan Rammstein doet denken – en de donderende drums maken dat de muziek veel eigentijdser klinkt dan het gebruik van middeleeuwse instrumenten zou doen vermoeden. Deze moeilijk te pakken paradox maakt dat Eluveitie niet helemaal voor mij is.
Maar ook ik zie wel dat de band een show geeft die tot in de puntjes is uitgedacht. Voor een sfeervolle zwartgrijze backdrop staan de bandleden in zwartgrijze kleding gechoreografeerd te headbangen. Als op signaal steekt men synchroon de armen in de lucht om het best talrijk aanwezige publiek op te jutten. Bij de snellere polka/thrashpassages is dat niet nodig. Daarin komt de ruwe stem van Chrigel het best tot zijn recht en gaat menigeen stevig los in de pit. Maar ook de rustiger songs kunnen op groot applaus rekenen. Daar heeft de zuivere, soms wat schelle popstem van Fabienne de hoofdrol. Een hoofdrol die wel gedeeld moet worden met het publiek, dat aan het “slow crowdsurfen” slaat. Het zal deels oprecht en deels voor de grap zijn, maar een bijzonder gezicht is het wel. Zelf geniet ik het meest van de passages waarin Chrigel en Fabienne samen zingen, want dat zijn de momenten waarin de muziek en zang echt goed samenkomen.
De band toert voor de laatste plaat Ategnatos en dat zullen we weten. Maar liefst zes nummers ervan passeren de revue. Gezien de bezettingsperikelen van enige jaren geleden is dat ook wel begrijpelijk. Het zullen de songs zijn die de huidige band het meest liggen. Afgesloten wordt echter met de inmiddels elf jaren oude oorwurm Inis Mona. Probeer maar eens daar niet op mee te zingen, neuriën en/of huppelen!
Avatar
Avatar voert zijn concept van de koning van Avatar Country ver door. Heel ver! Zelfs de roadies van de band dragen bij het ombouwen van het podium kekke lakeienpakjes. Vandaag hebben de sjouwers trouwens niet veel te doen, want de handgelaste stellage met fietsonderdelen waarmee de troon van de koning gebruikelijk meters de lucht in wordt gedraaid, is niet van de partij. Sterker nog, de hele troon schittert door afwezigheid! Wanneer de lakeien keurig op tijd klaar zijn (want een koning laat je niet wachten) zijn de Avatar-shirtjes die al vanaf vier uur vanmiddag tegen het hek aan staan dan eindelijk aan de beurt.
Met Hail The Apocalypse wordt de gekte in gang gezet. Het is sowieso één van de strafste tracks van het collectief, maar vandaag lijkt de band wel extra zijn best te doen. Misschien om het gebrek aan attributen te compenseren? In een indrukwekkend YouTube-filmpje stelt de band al dat “routine a deathsentence” is. En dat lijkt zeker geen loze kreet. Met name zanger/gestoorde ringmeester Johannes Eckerström stuitert over het podium. Ook A Statue Of The King en Paint Me Red, zijn voltreffers, zeker in het prima geluid van vandaag. Even weten we zeker dat de storm die over de Eindhovense ijsbaan raast een grote headliner voor de volgende decennia zal worden.
Dat komt mede door eerder genoemde Johannes, die met maniakaal genoegen het publiek naar zijn hand zet. Natuurlijk kennen we zijn verhalen inmiddels. Avatar is hier om ons eens stevig pijn te doen en nog steeds blijven de stemmen in het hoofd van de zanger maar tegen hem aanpraten. Hij brengt het echter zodanig overtuigend, dat niemand daar echt om maalt, ook al niet omdat zijn flexibele zang live nog indrukwekkender is dan op plaat.
Maar zelfs een enthousiasteling als ik moet toegeven dat de set ook wat meer generieke nummers (Get In Line, Let It Burn) bevat, die niet de impact hebben van het startende trio. The Eagle Has Landed is duidelijk niet één van die minder pakkende songs. Het prijsnummer krijgt een lekkere, heftige uitvoering met een geweldige solo van onze koning. Het opnieuw sterke Smells Like A Freakshow sluit de set alweer af. Daarna worden we nog van harte uitgenodigd voor het Alcatraz Metal Festival. Daar, zo meldt Johannes trots, speelt de band zijn eerste set als festivalheadliner en men neemt vuurwerk mee.
Airbourne
De stapel Marshalls op het podium geeft een aardig beeld van de afsluiter van de eerste dag van Dynamo Metalfest 2019. Maar ook de batterij aan extra lampen op die versterkers en het luchtalarm dat afgaat geven een indruk. Hier gaat een feestje gebouwd worden. En een feestje wordt het. Airbourne rent het podium op en vliegt erin met Ready To Rock, een nummer dat gemaakt is om een set als deze te openen. Handen, bier en mensen gaan direct de lucht in. Waar deze show voor Airbourne de eerste in maanden is, is van roestigheid niets te merken. De band is eerder gretig. Wanneer zanger Joel O’Keeffe niet voor zijn microfoon hoeft te staan om zijn snerpende zanglijnen uit te stoten, rent hij al solerend en klappend over het podium. En waar de drums eerst nog wat hard in de mix staan en de gitaren wat zacht, wordt ook het geluid wordt steeds beter. Het is genoeg om een groot deel van de aanwezigen fanatiek mee te laten zingen met de “hohohoo”-passage in de eerste song.
En hoewel ik mijn best doe om de naam AC/DC te vermijden omdat deze altijd genoemd wordt bij Airbourne, ontkom ik daar bij het bluesy hardrockgeluid van tweede track Too Much, Too Young, Too Fast toch niet aan. Maar wie zeurt daarover als het zo goed gebracht wordt? Dit is harde en ongecompliceerde rock ‘n roll zoals het ooit bedoeld was. Na dit nummer legt Joel nog even uit waarom men wat later is begonnen: “We blew up some shit back there but we got it all working now”. En werken doet het, zo horen we in de derde song Boneshaker, zowaar een nieuwe track. Na een langzaam doorstampend intro horen we een schurende midtempo riff die – als altijd bij Airbourne – wat bekend aan doet (ik ga niet weer de naam van die band noemen).
Daarna komen van alle vier de albums die de band uitbracht een paar nummers voorbij, waarbij Runnin’ Wild met vijf nummers het meest wordt aangedaan. Misschien klinken de songs na een uurtje wel wat inwisselbaar, maar ze zijn toch ideaal om op een warme vrijdagavond het weekend in te luiden met een drankje. En zo denkt de band er zelf over, want wanneer het optreden al lekker op weg is, wordt er een tourkoffer het podium opgereden met de naam van Lemmy en de afbeelding van Snaggletooth. Op die koffer schenkt Joel een paar stevige alcoholische versnaperingen in die hij deelt met zijn bandmaten en de fans. Genoeg reden voor het publiek om de naam van de betreurde Motörhead frontman te scanderen en voor Airbourne om It’s All For Rock N’ Roll in te zetten. Het is een mooi gebaar in een goed optreden, dat wordt afgesloten met Running Wild.
Daarmee is dag één van Dynamo Metalfest 2019 voorbij gevlogen. Benieuwd wat morgen brengt wanneer wat meer Dynamo-veteranen hun opwachting zullen maken.
Lees ook ons verslag van zaterdag 20 juli!
Foto’s:
Niek van de Vondervoort (website en/and Facebook)
Datum en locatie:
19 juli 2019, IJssportcentrum, Eindhoven
Link: