Normale mensen hebben après ski, meezingfeesten van levensliederen of gaan op een plein meelallen met B-artiesten die met een bandje mee playbacken. In onze wereld gaan we naar Dropkick Murphys, de Amerikaanse Celtic punk/hardcoreband, die elke zaal weet om te toveren tot een Ierse pub waar het gele of bruine vocht rijkelijk vloeit, we massaal inhaken, je buurman deze avond je beste vriend is en we onze keel verheffen om het goede leven te bezingen. En om de sfeer alvast neer te zetten, trapt Flogging Molly af. Flogging Molly, de Amerikaanse Celtic punkband, die elke zaal weet om te toveren tot… enzovoort.
Vanaf de eerste tonen speelt Flogging Molly een thuiswedstrijd. Of het nu Selfish Man, The Days We’ve Yet To Meet of Float is: de lekkere opgefokte folkpunk met dwars door ieder nummer een geil accordeonlijntje, wordt binnengehaald als het beste nummer aller tijden. Op het podium hebben de muzikanten het duidelijk naar hun zin, vooral voorman/zanger/gitarist Dave King huppelt regelmatig als een Ierse kabouter over de volle lengte van het toneel, terwijl zijn vrouw naast zich geconcentreerd viool of fluit speelt. Dat de vocale capaciteiten van King weinig beklijven, doet voor deze muziek niet ter zake. We drinken en we springen en we juichen en we brullen en we drinken er nog eentje meer. En als iemand van de band ons oproept te klappen, dan klappen we tot aan de bar achterin de zaal mee.
En godverdomme nog an toe, Flogging Molly swingt ook gewoon de pan uit. Devil’s Dance Floor, Crushed (Hostile Nations)… wie hierbij stil blijft staan moét een gebroken been hebben. Op het podium komt er gewoon een stuk van Queen’s We Will Rock You voorbij en dat past prima in de kroegsfeer die we hier gecreëerd hebben. The Seven Deadly Sins sluit het optreden van de folkpunkers af: ook weer zo’n nummer dat wel erg op alle voorgangers lijkt. Maar dat maakt niemand wat uit.
Dropkick Murphys tapt uit een muzikaal iets agressiever vaatje met de onvermoeibare working class hero Al Barr aan het roer. Net 50 jaar geworden, maar still going strong. De Murphys hebben een enorm projectscherm als backdrop en dat biedt ruimte voor beelden om ons door de set heen te leiden. Vooral in het eerste deel ligt het tempo enorm hoog. Het hossende, dansende en stampende publiek heeft nauwelijks tijd om op adem te komen. Maar liefst vierentwintig nummers worden er in de beschikbare tijd gepropt, maar dat weten we nog niet als aan het begin van de set Rebels With a Cause, Buried Alive en een indrukwekkende uitvoering van Blood voorbijkomen.
De mannen op het podium zijn niet te stoppen. Letterlijk en figuurlijk niet, al zou dat best kunnen, want het publiek doet het meeste werk. First Class Loser wordt bijvorobeeld meegebruld alsof het iedereens lijflied is. AFAS Live eet uit de hand van de bands vanavond. Een verwacht hoogtepunt: de door basgitarist Ken Casey gezonden punkfolkballad Rose Tattoo. Direct daarna doorbreekt Al Barr de melancholie als hij om een circle pit roept tijdens Sunday Hardcore Matinee.
Tweede hoogtepunt: de cover van een grote held van de band. Country bad boy Johnny Cash’s Folsom Prison Blues. De band wijkt iets van de gebruikelijke setlist af omdat Amsterdam een week later doodleuk opnieuw wordt aangedaan. Dankzij het refrein van Captain Kelly’s Kitchen (With me toora loora la, me toora loora laddie. Me toora loora la and me toora loora laddie) kunnen we weer lekker meebrullen en bier gooien en met Bastards on Parade en het geniale Johnny, I Hardly Knew Ya dendert de Dropkick Murphys-trein lekker door. Band en publiek doen er alles aan van deze 10 februari een onvergetelijke avond te maken.
AFAS Live zindert van voor tot achter bij de eerste tonen van I’m Shipping Up to Boston. Het publiek wordt gek, de band speelt een heerlijke uitvoering. The Boys Are Back is de eerste van twee toegiften en dus blijven we nog even zingen. Meer en meer publiek beklimt het podium voor de laatste uitsmijter van de avond: Until the Next Time. Terwijl Frank Sinatra’s My Way klinkt, volgt altijd het onvermijdelijke slot van een drinkgelag: het moment dat de lichten aangaan, de deuren openen en de koude realiteit van alle dag weer bezit neemt van lichaam en geest. De grootste Ierse pub van het land sluit weer haar deuren.
Foto’s (alleen Dropkick Murphys):
Silvy Maatman Photogaphy (Silvy Maatman Photography)
Datum en locatie:
10 februari 2018, AFAS Live, Amsterdam
Link: