Rock zonder vuur en passie is nutteloos – Adrian Vandenberg over Sin

In 2020 verraste Adrian Vandenberg ons met de aankondiging dat hij onder de naam Vandenberg een nieuwe band bij elkaar had gebracht en bracht daarmee het uitstekende comeback-album 2020 uit. Helaas heeft die bezetting als gevolg van de pandemie nooit op het podium gestaan en is Ronnie Romero alweer met de noorderzon vertrokken. Mats Leven (o.a. Candlemass, Therion, Yngwie Malmsteen en Trans Siberian Orchestra) werd aangesteld als zijn opvolger en met hem op zang verschijnt het nieuwe album Sin. Natuurlijk willen we alles weten over het nieuwe album. Daarom nemen we contact op met Adje via Zoom.

Hi Adrian, goed je weer te spreken. Hoe gaat het met je?

Ja, prima! Altijd goed om over muziek te praten. Ik moet wel even weer schakelen. Ik heb de hele ochtend in het Engels geluld. Ik zat al met Engeland, Australië en Oostenrijk aan de lijn. Maar nu even lekker in het Nederlands.

Voordat we over het nieuwe album beginnen wil ik graag nog even terug naar jullie vorige plaat. Hoe kijk je op dat album terug?

Heel positief eigenlijk, ik ben er nog steeds erg enthousiast over. Veel rockers van mijn leeftijd worden wat softer, maar ik wilde graag een wat heavier album maken dan wat men van mij gewend was en dat is goed gelukt. En toen dat album uit was, had ik al het plan om voor de opvolger nog een tandje bij te zetten en de gainknop van de versterker nog wat verder open te draaien. Daarom was het ook een enorme mazzel dat ik Mats tegen het lijf liep. Mats is een intense performer, iemand die zijn hele ziel en zaligheid aan elk nummer geeft, en zo speel ik ook gitaar. Koen (Herfst, drummer) en Randy (Van den Elsen, bassist) zijn daarin niet anders en persen er alles uit om een nummer neer te zetten.

Toen ik je over het album 2020 sprak was je nog hoopvol dat je in Engeland op het einde van dat jaar nog wat optredens kon doen. Uiteindelijk duurde het nog tot november 2021 voordat jullie het podium op konden en hebben jullie niet de kans gehad om met Ronnie dit album live neer te zetten.

Helaas niet, nee. We zijn elkaar inmiddels op diverse festivals wel weer tegengekomen. Ronnie toerde toen met Michael Schenker. Hij wil graag veel verschillende dingen doen en heeft inmiddels alweer veel andere dingen opgepakt. 

Met Mats Leven heb je wederom een zanger die veel bands en projecten op zijn CV heeft staan. Is dit voor hem ook een tussenstation of is hij de vaste vocalist voor Vandenberg?

Dat is zeker de bedoeling en dat is ook één van de eerste dingen waar we het over hebben gehad. Hij gaf zelf ook aan dat hij echt onderdeel van de band wil uitmaken. Hij heeft daarnaast nog wel zijn eigen Zweedstalige metalband (Prins Svart, red.) maar die band kan hij aanpassen aan het schema van Vandenberg. Hij wordt ook veel gevraagd voor gastbijdragen en backingvocals, maar dat is prima te combineren. Hij ziet zichzelf gelukkig wel vooral als de zanger van Vandenberg.

Dat is ook wat ik wil, een stabiele band. Ik heb geen zin om een draaideurband te worden waar muzikanten komen en gaan. Het is in de huidige tijd erg moeilijk om een band bij elkaar te houden. Ik zie bij bevriende muzikanten in Amerika, zoals Rudy Sarzo en Tommy Aldridge, dat ze minimaal twee projecten tegelijk doen om rond te komen. De muziekwereld is wat dat betreft wel behoorlijk veranderd.

Toen ik las dat Mats Leven de nieuwe zanger werd dacht ik niet gelijk van ‘nou, dat is een typische Vandenberg-zanger’. Hoe ben je bij hem terecht gekomen?

Nou, dat is eigenlijk een grappige samenloop van omstandigheden. Ik was me bewust dat het lastig zou worden om een zanger te vinden die dit materiaal kan zingen. Ik ben toen eens gaan kijken met wat voor zangers de gitaristen van mijn generatie hebben gewerkt. Ik kwam daardoor natuurlijk ook bij Yngwie Malmsteen terecht en zag via Youtube wat livebeelden van hem waarvan ik erg onder de indruk was. En toen herinnerde ik me dat ik lang geleden optredens aangeboden heb gekregen samen met Treat, waar Mats indertijd in zong. Toen ben ik van die band eens wat gaan luisteren en vond ik hem ook al een erg goede zanger. Maar goed, dat was ik dus allemaal alweer vergeten tot ik die beelden met Malmsteen zag. 

Toen heb ik zijn contactgegevens achterhaald en hem opgebeld. Zijn eerste reactie toen ik hem belde was: “Ik ben blij dat je eindelijk belt, want ik was eigenlijk een beetje teleurgesteld toen ik in een magazine las dat je met Vandenberg’s Moonkings begon en je mij daarvoor niet had gevraagd”. Maar ja, met Moonkings was ik natuurlijk juist gestart omdat ik met Jan Hoving wilde werken, dus toen was ik helemaal niet op zoek naar een zanger.

Toen ik het album Sin voor het eerst hoorde moest ik terugdenken aan het aanbod dat David jou een aantal jaren terug deed om het Slip Of The Tongue-album opnieuw in te spelen. Dat ging helaas niet door, maar volgens mij krijgen we met Sin een aardig beeld van hoe dat album met jouw gitaarpartijen had geklonken. Klopt dat?

Je slaat de spijker op zijn kop. En zoals je wellicht wel gehoord hebt, is het titelnummer zeker verwant aan Judgement Day van dat album. Dus ja, je kan je wel voorstellen hoe dat nummer met mijn partijen had geklonken. En Mats is als zanger ook zeker beïnvloed door David Coverdale, al klinken ze verschillen.

Kun je iets vertellen over hoe de nummers tot stand zijn gekomen?

Ik vind het fijn om alleen te werken, want dan kan ik werken wanneer ik dat wil. Soms midden in de nacht, soms ’s morgens vroeg. Ik werk mijn ideeën altijd uit tot complete instrumentale demo’s. Dat doe ik al sinds mijn tijd met Vandenberg. Toen ik nog in Teaser speelde dacht ik nog dat als ik mijn ideeën maar in de studio ging uitwerken en opnemen, het wel goed zou komen. Ik kwam er echter snel achter dat het niet zo werkt. Het nummer moet al goed zijn voordat je de studio ingaat. Dus sindsdien bereid ik nummers helemaal voor door zelf demo’s te maken, met daarbij ideeën voor de zang en tekstflarden. Dat heb ik aan Mats opgestuurd met de vraag om dat uit te werken. Uiteindelijk ben ik naar hem gevlogen in Stockholm en hebben we de ideeën opgenomen in zijn thuisstudio en gecombineerd met mijn demo’s. Toen dat allemaal was uitgewerkt zijn we gaan opnemen voor het album.

Binnenkort ga je het album live presenteren in Zoetermeer en Enschede. Nu valt het me op dat je tijdens recente optredens weinig oude nummers van Vandenberg speelt en opvallend veel Whitesnake-materiaal. Waarom kies je daarvoor en kunnen we in de toekomst wel meer Vandenberg-materiaal verwachten?

In het buitenland, en vooral Amerika, is Whitesnake veel bekender dan Vandenberg. En zeker van de oude nummers van Vandenberg kennen de meesten alleen Burning Heart, Your Love Is In Vain en misschien nog één of twee nummers. Daarom ligt voor de aankomende tour in Amerika met Geoff Tate het zwaartepunt ook op het Whitesnake-repertoire en het nieuwe album van Vandenberg. In Nederland zullen we andere keuzes maken, omdat het oude materiaal hier natuurlijk bekender is. We moeten er wel rekening mee houden dat Mats een totaal andere zanger is dan Bert Heerink, dus het zal niet meer klinken zoals veertig jaar geleden. En sowieso, of je nou muzikant, dichter, schilder of chefkok bent, je wordt geacht je te ontwikkelen. Ik kan me voorstellen dat er mensen zijn die willen horen wat we veertig jaar geleden deden en gaan voor de nostalgie, maar ik wil niet het risico lopen dat ik op de automatische piloot overga. Dan gaat het vuur, dat in hardrock hoort te zitten, er helemaal uit. Rock zonder passie en vuur is nutteloos.

Had je dan misschien niet beter een andere naam voor deze band kunnen kiezen, om verwachtingen wat te temperen?

Zeker, maar mijn management en platenmaatschappij vonden dat geen goed idee. En ze hebben gelijk, want als ik na Moonkings wéér onder een nieuwe naam was begonnen kon ik weer vanaf nul beginnen. De tour in Amerika wordt overigens onder de naam Adrian Vandenberg gedaan omdat mijn naam, dankzij Whitesnake, toch meer deuren opent dan de bandnaam Vandenberg. Daarom hebben we voor die tour mijn voornaam in het logo gefrommeld.

Je hebt voor het nieuwe album zelf de hoes geschilderd. De hoes heeft een duidelijke connectie met die van Heading For A Storm uit 1983. Waarom heb je de haaien terug laten komen?

Toen ik nadacht over het schilderen van deze hoes wilde ik een connectie maken met de vroegere olieverfschilderijen die ik voor de hoezen van Heading For A Storm en Alibi maakte. Zo kwam ik op het idee om de haaien te herintroduceren. Op de hoes van Heading For A Storm zie je ze over een snelweg vliegen door een woestijn, maar niemand wist waar ze heengingen. Het leek me een aardig idee om ze richting New York te laten vliegen, dat is immers ‘The City Of Sin’ waar alles gebeurt dat God heeft verboden. En de stad heeft ook nog een connectie met de slang gezien de bijnaam  ‘The Big Apple’. Zo komt mijn verleden in Whitesnake ook weer terug. De blauwe en rode lucht had ik al eens gehad en daarom koos ik dit keer voor een groene lucht. Ik heb het noorderlicht altijd enorm fascinerend gevonden en het werd tijd om dat eens met olieverf te proberen te schilderen. Ik had echter sinds 1986 niet meer in deze stijl geschilderd en ik moest het schilderij binnen vijf dagen schilderen in verband met de deadline voor de hoes. Vroeger was dat geen probleem, maar nu deed ik alleen over de lucht al drie dagen omdat ik deze er laagje voor laagje moest opzetten en laten drogen om zo de transparantie erin te krijgen. Uiteindelijk is het op het nippertje goed gekomen.

Het nieuwe album Sin komt op 25 augustus uit via Mascot Records. Op 25 en 26 augustus houdt de band in Zoetermeer en Enschede hun albumpresentatie.

Links: