De gevaarlijke muziek van Nile

De gevaarlijke muziek van Nile

De brute death metal band Nile produceert louter oppermachtige albums. Ook de nieuwe plaat Annihilation of the Wicked is weer een meesterwerk. Zware Metalen maakte een praatje met gitarist/opperhoofd Karl Sanders over het nieuwe album. Volgens hem riskeren de leden van Nile hun gezondheid met het spelen van deze muziek.

Veel bands zeggen dat hun laatste album ook hun beste is. Volgens Karl gaat dat ook op voor Nile. ‘Ik denk dat je als artiest niet anders kunt zeggen. Anders is er iets fout. Je kan moeilijk zeggen: onze nieuwe plaat is klote, luister maar liever naar de vorige. Als muzikant moet je geloven in je werk. Daarom kan ik ook zeggen dat Annihilation… het beste Nile album is tot nu toe. De vorige plaat In Their Darkened Shrines was een klasse plaat, maar de nieuwe CD overtreft hem. We hebben betere songs en een beter geluid.


Karl is met name tevreden over de heldere mix. ‘Ook al klinkt het album super bruut, de individuele instrumenten komen allen goed tot hun recht. Dat geldt voor de drums, maar met name voor de gitaren. Op het vorige album verzopen sommige riffs. Behoorlijk frustrerend; je verzint een super coole riff, maar je hoort er niks van terug. We hebben nu twee gitaren per speaker opgenomen en alle details zijn goed te horen. We zijn dan ook erg blij met het werk van producer Neil Kernon.’

‘Dankzij de ervaring van Neil was het prettig werken in de studio’, vertelt Karl. ‘We hebben in totaal acht weken in de studio gezeten voor het opnemen en mixen. We begonnen in december van vorig jaar en waren in februari 2005 klaar. Op zich is dat best lang voor een death metal band. De meeste bands hebben maar een beperkt budget. Maar gelukkig hadden wij acht weken de tijd, het langst dat we tot nu toe gebruikt hebben. Daardoor konden we veel aandacht aan details besteden en hebben we een super plaat afgeleverd!’

Gevaarlijke omstandigheden
Maar voordat je een superplaat kan opnemen, moeten er natuurlijk eerst supernummers geschreven worden. Karl vertelt hoe de nummers bij Nile tot stand komen. ‘Een Nile nummer begint altijd met de lyrics. Voordat we beginnen met de muziek, staan de woorden helemaal uitgewerkt op papier. Dan verzinnen we de muziek, die past bij het verhaal dat verteld wordt.’

Soms ga ik er voor zitten om een bepaald gevoel op te wekken. Soms gebruik ik een riff, die al een paar jaar oud is. Of soms sta ik onder de douche en dan denk ik ineens: Ja dat is het! Dan ren ik direct de douche uit en pak ik kletsnat mijn elektrische gitaar. Daarmee loop ik het risico mezelf te elektrocuteren, maar we spelen nu eenmaal extreme metal. Gevaarlijke muziek moet onder gevaarlijke omstandigheden gemaakt worden!’

Gitarist Dallas Toler-Wade leverde ook enkele nummers aan voor de nieuwe CD, aldus Karl. ‘Ik heb dit keer ook wat lyrics aan Dallas gegeven. Hij kwam direct met wilde ideeën op de proppen. Zodoende schreef hij twee nummers: Lashed to the slave stick en The burning pits. Bij laatstgenoemd nummer heeft hij precies die verzengende riffs verzonnen, die passen bij het tekstuele inferno. Dat heeft hij geniaal gedaan.’

Schadelijk voor de gezondheid
Aan de ene kant is Karl blij met de bijdrage van Dallas, maar aan de andere kant vervloekt hij zijn bandgenoot. ‘Er zitten zulke verwrongen riffs in het nummer The burning pits, dat het instuderen een lijdensweg was! Het deed vreselijk pijn aan mijn pols om dat nummer keer op keer te spelen. Maar ondanks de pijn moesten we doorzetten. We hebben er uiteindelijk weken over gedaan om die song in te studeren. Eigenlijk heel onverstandig. Als je pijn negeert, loop je het gevaar geblesseerd te raken. Onze muziek klinkt dus niet alleen gevaarlijk, maar is daadwerkelijk schadelijk voor de gezondheid!’

‘Kijk bijvoorbeeld naar Pete Hamoura, onze eerste drummer. Hij raakte geblesseerd aan zijn schouder tijdens een tour, maar wilde per se die tour afmaken. Hij toonde daarmee karakter, maar na de tour bleek hij zoveel schade te hebben opgelopen aan zijn schouderkapsel, dat hij moest stoppen met drummen. Een trieste zaak. Maar hij is nog steeds deel van de Nile familie, hoor. We zien hem regelmatig. Hij heeft de nieuwe drummer George ook geholpen met het instuderen van zijn partijen.’


Bovenmenselijk
Karl heeft het over de Griek George Kollias, die op Annihilation… debuteert als Nile drummer. Na het vertrek van Tony Laureano is hij de derde drummer voor Nile. George zit overigens ook op de drumkruk bij de Griekse dark metal band Nightfall. Daar speelt hij een hele andere stijl dan Nile; op het laatste album van Nightfall zijn nauwelijks blastbeats te horen. Menigeen vroeg me dan ook af waarom juist hij gekozen werd. Het antwoord is duidelijk, zodra je zijn drumwerk op Annihilation… hoort, waar zijn blastbeats de bovenmenselijke snelheid van 256 beats per minute bereiken.

Maar terwijl de één komt, verlaat een ander de crypte van Nile. ‘Bassist Jon Vesano heeft Nile verlaten’, vertelt Karl. ‘Hij heeft een goeie baan en hij kreeg de kans een stap te maken in zijn carrière. Hij leidt nu een groot bedrijf dat irrigatiesystemen installeert. Dat kon hij niet combineren met Nile. Maar hij is een man van eer en wilde de klus bij Nile afmaken. Dus speelde hij op Annihilation… nog mee. Eerlijk gezegd was hij er af en toe met zijn hoofd niet bij, maar uiteindelijk heeft hij 100% gegeven.’

‘We moeten nog zien wie de vervanger van Jon wordt. We gebruiken voor optredens een sessie-bassist, maar hij blijft niet permanent. Na de geplande tours gaan we op zoek naar een vaste bassist. Ik heb geen zin om hiervoor audities te organiseren. Dat hebben we gedaan toen we een nieuwe drummer zochten. We kregen toen video’s uit de hele wereld opgestuurd. Maar daar zat zoveel shit tussen; je wordt er niet vrolijk van om dat allemaal te moeten uitzoeken. Dus deze keer benaderen we waarschijnlijk zelf een bassist, waarvan we denken dat die bij ons past.’


Laten we eens terug gaan in de tijd. In het tapetraders circuit circuleert een demo van Nile; je herkent daarop de huidige Nile elementen, maar je hoort ook hele andere dingen, zoals groovy ritmes en een soort Cro Mags vocalen. Wat vindt Karl van die demo? ‘Ha ha, nou daar wil ik liever niet aan herinnerd worden. Je hebt het over de eerste demo uit 1994. Die had overigens geen titel, gewoon Nile. Toenmalig bassist Chief Spires heeft voor die demo een paar nummers geschreven. Maar hij was helemaal niet zo’n fan van death metal. Hij en ik hadden een verschil van mening over de sound van Nile. Uiteindelijk is hij daarom ook vertrokken.’

Boterham
‘In het begin heb ik dan ook gedacht dat we een hobby band zouden blijven’, vervolgt Karl. ‘Er was totaal geen aandacht voor Nile. Maar met de tweede demo begon het ineens te lopen. We hebben in totaal drie demo’s gemaakt: de eerste waar jij het net over had, Festivals of Atonement in 1995 en Ramses Bringer of War in 1997. Die laatste twee zijn later op mini-album verschenen. Met het debuut album Amongst the Catacombs of Nephren-Ka hebben we onze naam definitief gevestigd.

We hebben sinds die tijd heel wat bereikt. Zo is het natuurlijk te gek dat wij met onze Nile-sound een bijdrage aan death metal mogen leveren. Daarnaast hebben we over de hele wereld gereisd en veel vrienden gemaakt. Het is ook fantastisch dat we tegenwoordig van Nile kunnen leven; we verdienen genoeg met touren en platenverkoop om er een boterham van te eten. Dit is mede mogelijk, omdat wij de rechten van onze songs in handen hebben gehouden. We hebben een licentie-overeenkomst met de platenmaatschappij, die het album uitbrengt.

‘Maar het is ook hard werken hoor. Onze status is op zich een droom die uitkomt, maar er zit ook een keerzijde aan. Naast de successen hebben we ook veel shit meegemaakt. Het leven van een muzikant bestaat veelal uit gezeik aanhoren en teleurstellingen verwerken. Het gedwongen vertrek van Pete is daar een voorbeeld van. Maar maak je geen zorgen; Nile is 100% toegewijd aan extreme metal. We hebben nog veel platen en tours in petto voor de fans. The best is yet to come!’

Zie ook:

Official Nile site
Relapse Records
Bespreking Annihilation of the Wicked op Zware Metalen
Interview met Karl op Zware Metalen, oktober 2004