Op 9 mei stond Doornroosje te Nijmegen in het teken van ambitieuze post-metal. The Ocean besloot namelijk middenin het proces van het opnemen van een nieuw dubbelalbum om een uitsnede van de moderne klassieker en tevens dubbelalbum Precambrian (uitgebracht in 2007) live te gaan spelen. Dit gigantische project, waaraan destijds meer dan vijfentwintig muzikanten meegewerkt hebben, zal vanavond door de vijf bandleden en een gastcelliste verwezenlijkt worden. Zware Metalen werd geïntrigeerd door dit idee, reisde af naar Nijmegen, zag ook Torrential en Rosetta optreden, leende foto’s van Victor Peters en kwam thuis met het volgende verslag.
Oorspronkelijk zou de Engelse post-metalband Telepathy de avond openen, maar luttele uren voor aanvang begeeft haar tourbus het en even hoopt het publiek dat Rosetta een langere set zal spelen, zoals later in de week het geval zal zijn in de Baroeg te Rotterdam. Zo zal het echter niet zijn: het Friese Torrential kan net op tijd achter het stuur springen om vanavond de opening te verzorgen. Zware Metalen heeft inmiddels wel een leuke verhouding met dit jonge viertal. Onze eigen Bart moest na het recenseren van de zelfgetitelde EP naar de dokter om een dosis kalmeringsmiddel voorgeschreven te krijgen. Als troost mochten wij vervolgens de videoclip van het nummer Labyrinth in première laten gaan. Ook in mijn hart heeft deze band inmiddels een plek, want ik heb het gevoel dat wij generatiegenoten zijn. Generatiegenoten die een vorm van chaotische metalcore, inmiddels volledig uit de gratie geraakt, weten te waarderen. Bij ons staat We Are The Romans van Botch nog altijd in het lijstje favoriete albums aller tijden en wij herinneren ons nog de tijd dat Every Time I Die southern rockinvloeden onderhield. Wat is het eigenlijk triest om zulke smartelijke gevoelens van nostalgie te hebben op je vierentwintigste, maar de zon scheen vandaag zo vertederend en het album Blonde van Frank Ocean blies door de speakers.
Laten we het dan bij de chaotica van de muziek houden. De staccato breakdowns, gehuld in overstuurde gitaren, behoren vanaf de eerste speelseconden tot het totaalgeluid. Herinneringen aan relatief uitgestorven bands als The Chariot en Norma Jean komen snel opborrelen, maar we kunnen ook referenties putten uit de hoek van nog harder uitgestorven screamobands als City Of Caterpillar en Joshua Fit For Battle (alleen dan minder kunstig klinkend). Toch horen we ook wat moderns in de manier waarop gitaarsnaren zwaar verbogen worden tijdens sommige breakdowngrooves. Torrential heeft met haar eerste EP een wendbaar geluidsbeeld opgetekend. Zo passen de onbezorgd wispelturige southern rockriffs goed bij het stralende zomerweer van vandaag, terwijl in de rustige passages met La Disputerige spraakzang ruimte is voor introspectie en bedrukte gevoelens. Dat alles neergezet met een onopmerkzame natuurlijkheid en vlotheid maakt dat er alleen gezegd kan worden dat deze Friesen vooral door moet blijven spelen. Ga zo door, Torrential, je bent samen met Mary Fields de enige Nederlandse hoop.
Het is even schakelen wanneer Rosetta het podium beklimt. Opener Je N’en Connais Pas La Fin contrasteert namelijk hevig met het zojuist spelende Torrential: het geheel is een stuk slepender, uitgesponnen en met een epische post-rocktendens. Er zit waanzinnig veel finesse in de aangeraakte gitaartonen en door een bak speelvernuft maakt een overtuigend sfeergevoel zich meester over de Paarse zaal. De band, aanvankelijk breekbaar en verdekt opgesteld in donkerblauw podiumlicht, speelt op een laag volume en zodoende moeten de oren zelfs gespitst worden tijdens de post-rockclimaxen. Daarnaast haperen de vocalen van Mike Armine door een draadbreuk in de microfoon. Hoe dan ook, zijn inzet is weinig prominent in de geluidsmix geplaatst (zelfs de achtergrondzang staat harder) en daardoor gaat alle aandacht uit naar de dromerige instrumentatie die snel associaties met God Is An Astronaut opwekt. De meevoerende composities blijven zich steeds verder ontvouwen.
Net wanneer de muziek me iets te bescheiden blijft, vraagt zanger Mike Armine om de telefoons voor één nummer in de broekzakken te houden en het volgende nummer te beleven in het hier en het nu; samen met de band en alle aanwezigen. Het gespeelde Oku / The Secrets is opvallend genoeg geen rustig voortkabbelend epos, maar juist een extreem urgent nummer met voortstuwende post-metalriffs die je naar de strot grijpen. Als een gouden ei vliegt de zaal vervolgens door een onbestemd heelal, wat buiten deze muren afspeelt is irrelevant. De zanger deint verbindend mee met het tempo van de muziek en zoekt gretig de rand van het podium op om zijn teksten te verspreiden. De telefoons blijven hierdoor in de broekzakken en de aandacht bij de vibraties. Rosetta laat vanavond zien dat het prima past op zowel Roadburn als Dunk! door climaxen op te bouwen die niet per se als climax gebracht worden, maar eerder op natuurlijke wijze passen binnen de songstructuren. De veertig speelminuten vliegen snel voorbij wanneer je, onder het genot van een Oersoepje, getransporteerd wordt naar de andere, serene wereld van Rosetta, dat zich desondanks schaamt voor wat de huidige Amerikaanse president aanricht in onze eigen wereld.
Zonder ook maar bij het optreden van vanavond in Doornroosje aanwezig te zijn geweest, valt er al genoeg te bespreken over deze onderneming van The Ocean. Het monumentale album Precambrian sloeg in 2007 in als een bom en bij Zware Metalen hadden we dat meteen door. Deze dubbelaar van epische proporties bestaat uit twee onderdelen. Het eerste deel, Hadean/Archaean, staat stil bij het ontstaan van de aarde en blijft dicht bij de ongebreidelde kracht van de natuur door het viriele post-metalgeluid van het voorgaande album Aeolian voort te zetten. Het tweede deel, Proterozoic, gaat over het ontstaan van leven op aarde dankzij het kalmeren van de atmosfeer en de opvolgende evolutionaire complexiteit wordt weerspiegeld in een muzikale exercitie waaraan meer dan vijfentwintig muzikanten hebben bijgedragen. Uitgesponnen, orkestrale nummers vol geestbuigende genre-invloeden typeren dit gedeelte dankzij de inzet van het Berlijns filharmonisch orkest en vocalen van onder andere Caleb Scofield, Nate Newton en Dwid Hellion.
Nu moet in deze ingebedde context een verklaring gezocht worden voor waarom het vijftal dat momenteel de naam The Ocean draagt er voor heeft gekozen om niet het eerste, primitieve gedeelte op te voeren, maar juist het tweede, complexe deel (waarvan sommige nummers nog nooit live gespeeld zijn). En dat nu net terwijl de band bezig is met het opnemen van een nieuw dubbelalbum. Het antwoord kan gevonden worden in de koppigheid en visie van bandbrein Robin Stap. Deze tour kon namelijk alleen bedacht worden door dezelfde geest die Precambrian in de eerste plaats had kunnen scheppen. De orkestrale elementen zullen vanavond verzorgd worden door celliste Dalai Cellai (bekend van Sólstafir) en een laptop die op de achtergrond de niet speelbare elementen afdraait. Dat laatste is in zekere zin een domper, maar ook passend bij het autistische idee van Robin Stap dat de sonische ervaring (en dus verwezenlijking van het album) identiek zal zijn. Alleen zanger Loïc Rossetti zal zich moeten uitstrekken om de vocale diversiteit na te bootsen.
Terwijl de openingssample Siderian en de vloerstroboscopen vervagen, betreedt het zestal het podium om de aanwezigen luttele seconden na de inzet van Rhycian te doen concluderen dat het ambitieuze, tweede gedeelte van Precambrian vanavond nagenoeg perfect gereconstrueerd gaat worden. Meteen valt de extreem sterke zang van Loïc Rossetti op die zowel met een Thrice-achtige strot cleane vocalen aflevert en moeiteloos omschakelt naar hardere schreeuwen. Aanvankelijk doet de progrock denken aan een band als Amplifier, maar bij de eerste explosie worden meteen herinneringen opgehaald aan het fenomenale optreden van Cult Of Luna op de Roadburn-editie van vorige maand. Op het drukbezette podium valt vooral de expressieve vertoning van celliste Dalai Cellai op, die met haar skelet-achtige kruisbooginstrument meedeint op het stramien van de composities. Ook in muzikaal opzicht drukt ze haar stempel op het optreden. Niet alleen zijn haar sferische speelpartijen wat het Proterozoic onderscheidt van het Hadean/Archaean, ze voegt ook spanning toe tijdens het als vroege Maybeshewill klinkende Statherian.
Geluidstechnisch klopt alles en de steriele opeenvolging van nummers, samengeregen door tussengelegen samples, wordt opgebroken door zanger Loïc Rossetti die zijn inwendige Greg Puciato etaleert tijdens de climax van Orosirian wanneer hij zich vol geloof laat vallen in het vooraanstaande publiek. Alle registers gaan open voor een manisch crescendo en op deze momenten overtuigt The Ocean het meest. Helaas kan het publiek minder goed omgaan met de rustige intermezzo’s en zodoende wordt de sfeer her en der verstoord door luid gepraat. Op deze manier leren we ook dat een hoop Duitsers vandaag naar Nijmegen getrokken zijn. Nu moet eerlijk toegegeven worden dat dit ook niet de meest enerverende momenten van het album zijn, maar als tegenhangers van de uitbarstingen zijn ze essentieel. De muzikale veelzijdigheid van Proterozoic wordt onderstreept door de progressieve vibes van Ecstasian die doen denken aan het buitenaardse Between The Buried And Me en de kietelriffs van Tonian die doen denken aan War From A Harlots Mouth en The Tony Danza Tapdance Extravaganza. Meermaals keert de zanger buiten zichzelf van testosteron en meermaals vallen de monden van de toeschouwers open dankzij het voortreffelijk gebalanceerd afgestelde geluid.
Wanneer Proterozoic afgerond is, keert The Ocean dankbaar terug voor een encore van Firmament en The Quiet Observer. Zelfs deze fase van het optreden is uitgekiend, want de krachtige en aanstekelijke grooves van het eerste nummer refereren aan de ravage tijdens het ontstaan van onze aardbol, terwijl het daaropvolgende nummer van de split met het Japanse Mono de wederkerende rust en opkomende biologische complexiteit uitbeeldt. Dit laat niet alleen zien dat The Ocean de hersenen stimuleert, maar dat het ook altijd door is blijven groeien, wat voor een moderne klassieker Precambrian ook moge zijn. Nog een laatste keer wordt het publiek opgepakt en meegevoerd door een angstaanjagend bekwaam collectief, om vervolgens het realiteitsbesef te laten herstellen door de opvolgend gedraaide industriële techno van Gesaffelstein.
Foto’s:
Datum en locatie:
9 mei, Doornroosje, Nijmegen
Link: