Svart Crown – Wolves Among The Ashes

Al sinds 2004 timmert het Franse Svart Crown duchtig aan de weg naar de blackdeathtop. Hiervoor gaat hij met elke release opnieuw opzoek naar het niet zo subtiele evenwicht tussen death metal en black metal. Met uitzondering van een demo tijdens de begindagen doet Svart Crown dat steevast met volwaardige studio albums. Geen gedoe dus met EPs, splits, live albums, compilaties enz. Tot nog toe is de band jammer genoeg niet verder gekomen dan een plaats in de subtop. Ze halen (nog) niet het niveau van genretoppers als Behemoth, Hate en Belphegor, en dat heeft alles te maken met herkenbaarheid. Herkenbaarheid van stijl, van sfeer, van melodie. Svart Crown kiest er bewust voor om een minder toegankelijke vorm van black/death te spelen, vol kracht en energie maar tot nog toe zonder al te opvallende hoogtepunten of herkenbare passages, waardoor het voor de luisteraar moeilijker is om een houvast te vinden. Technisch is hier niets op af te dingen en het enthousiasme is telkens weer zeer groot, maar de muziek blijft niet zo lang hangen als bijvoorbeeld bij een Behemoth.

Met elk nieuw album klinkt Svart Crown ook telkens weer een beetje anders, wat mogelijks gerelateerd kan worden aan de frequente wijzigingen in de line-up (JB Le Bail is de enige constante hier). Het label Century Media verwoordt het als volgt: “Vervel, steeds weer opnieuw, en word telkens herboren!”. Waar het debuut Ages of Decay (2008) nog een zeer sterk death metal geïnspireerd plaat was (denk hierbij vooral aan Morbid Angel), sijpelden er gaandeweg steeds meer blackmetalinvloeden doorheen het al zeer donker gekleurde doodsmetaal van Svart Crown. Op het laatste album tot nu toe, Abreaction uit 2017, viel me vooral op dat er een heel evenwichtige mix van duidelijke black- en deathmetalelementen te horen was. Daarnaast werd er wat geëxperimenteerd met andere vocalisatietechnieken en Oosters/Afrikaanse invloeden (waardoor het soms wat Nile-achtig durft te klinken). Wat mij betreft het meest experimentele en wispelturige album tot nog toe, maar net om die redenen mist het wel wat coherentie.

Sindsdien is er heel wat gebeurd. De band (JB Le Bail) stond in 2018 op het punt om er mee op te houden, maar na een periode van reflectie verzamelde Le Bail vorig jaar enkele oude bekenden (Clément Flandrois op gitaar, Nicolas Muller op drums) en voegde daar Julien Negro op basgitaar (en vocalen) aan toe voor een doorstart met een helder hoofd, een nieuw perspectief en verse ideeën. Én een nieuw album dus. Zoals reeds gezegd heeft Svart Crown me tot nu toe nog nooit 100% kunnen overtuigen, maar de potentie is zo tastbaar aanwezig dat ik de hoop koesterde dat Wolves Among The Ashes misschien wel eens dé grote doorbraak zou kunnen worden.

De inspiratie voor dit nieuwe album verkreeg Jean-Baptiste Le Bail tijdens een bezoek aan de gaskrater van Derweze (ook wel gekend als de Poort naar de Hel) in Turkmenistan. Deze ervaring ontlokte bij hem het besef dat de natuur telkens terug vecht na elke menselijke verstoring en uiteindelijk overwint, een soort ecologisch karma als het ware. Deze zienswijze werd het basisconcept achter Wolves Among The Ashes, al blijkt uit de teksten van de individuele nummers dat men wel heel losjes is omgegaan met dit thema. Aldus gewapend met een duidelijk afgebakende topic en heel wat creatieve inbreng van de andere bandleden dook Svart Crown de studio in. Die opnames waren voor iedereen alvast een uitdaging, want het “nieuwe” Svart Crown komt ook met meer variatie in stemgebruik. Svart Crown heeft namelijk vier vocalisten (met andere woorden: elk bandlid zingt ook op dit album) en JB Le Bail geeft zelf toe dat zijn collega’s zijn vocale tekortkomingen hebben moeten opvangen.

Afwisseling is overigens het codewoord voor dit nieuwe album. Ondanks de nieuwe doorstart en een zo goed als volledig vernieuwde line-up (enkel JB Le Bail zelf blijft over in vergelijking met het vorige album), is Wolves Among The Ashes toch nog steeds het best te vergelijken met Abreaction. Het experimentele, versatiele karakter van dat album is hier echter nog wat meer uitgesproken. Daarnaast klinkt Svart Crown op het nieuwe album een stuk moderner, zonder de rauwe roots te verloochenen weliswaar. Je merkt ook wel dat er heel wat nieuwe ideeën zijn opgeborreld tijdens het sabbatjaar van JB Le Bail én tijdens het creatief proces tussen Le Bail, Flandrois en Muller na de hereniging. Al die ideeën verwerken in één album was zonder twijfel een uitdaging, maar de band is hier wonderwel in geslaagd en het resultaat mag gehoord worden!

Wolves Among The Ashes begint met een toespraak van predikant Jim Jones, oprichter van de Peoples Temple cult, nadat hij al zijn volgers de opdracht had gegeven om collectief zelfmoord te plegen. Een waanzinnige aanvang van een waanzinnig album. Dat je van het “nieuwe” Svart Crown geen zachte aanpak moet verwachten wordt ook al snel duidelijk: het misantrope Thermageddon verzwelgt de mensheid met een allesverterend vuur. De titel verwijst heel duidelijk naar de gaskrater waarop het album geïnspireerd is. Vader meets Behemoth in dit inferno van gramschap en desillusie, dat een boosaardig en nogal fatalistisch beeld schept van het mensdom:

“Eye for an Eye. A tooth for a life. The first law. The first rule.”

Dit refrein wordt een aantal keer herhaald en hierdoor verkrijgt Thermageddon best wel wat structuur en een stuk herkenbaarheid. Na de verpletterende eerste minuten van dit nummer merk je ook al de eerste ritmewissels op die kenmerkend zullen zijn voor dit album. De zware grauw van Le Bail wordt ook afgewisseld met geforceerde cleane vocalen, waardoor Svart Crown hier moderner en (durf ik het te zeggen?) wat commerciëler klinkt dan op hun vorige releases. Thermageddon is een vat vol ideeën, die mooi evenwichtig verwerkt worden, zonder concessies te doen naar furiositeit en intensiteit toe. Een fijne start!

“We are the angels of our fall. The enemies of ourselves. Our own predators. Wolves among the ashes.”

Mooi, en daarmee is die albumtitel ook weer verklaard.

Art Of Obedience begint dan wel vrij conventioneel, maar dat blijft niet lang duren. Een ritmisch staccato op solo gitaar breekt het eerste mid-tempo stuk af en leidt ons binnen in een heel duistere wereld waarin een akelig vibrerend gefluister voor kippenvel zorgt terwijl de verkapte riff koppig door blijft gaan. De vier vocalisten zoeken op dit nummer echt wel de grenzen van hun stem op: van diepe grauw tot geforceerde, kelige uithaal. In het tweede deel van dit nummer krijgen we ook voor het eerst een component te horen die zeer kenmerkend is voor deze plaat: een rustige passage gevolgd door een onverwachte ritme- en tempowissel. Dit element wordt op Wolves Among The Ashes veelvuldig gebruikt en het maakt het album alleszins een stuk spannender.

Na het slepende en occult klinkende Blessed Be The Fools krijgen we voor het eerst een meer black metal geïnspireerd nummer te horen. Tot nog toe helde de black/death balans op Wolves Among The Ashes vooral over naar de deathmetalzijde, maar daar brengt At The Altar Of Beauty eindelijk verandering in. Dit atmosferisch stukje black metal boordevol onstuimige snelheid is sowieso het meest opwindende onderdeel van dit album. Het tempo ligt bij moment bijzonder hoog, maar door de nodige tempo/ritmewissels wordt het gelukkig geen vermoeiende rit. Op de felste stukken hoor ik heel duidelijk Belphegor doorklinken, de intiemere stukken zouden zo uit een Schammasch-album kunnen geplukt zijn.

Als At The Altar Of Beauty het meest opwindende nummer van dit album is, dan is Down To Nowhere zeker en vast de meest sfeervolle en serene track op Wolves Among The Ashes. Dit buitenbeentje verenigt rustige maar diepgaande en krachtige cleane zang, gefluister op ASMR niveau en een gepijnigde schreeuw. Zeer veel variatie in stemgebruik dus, maar elke aanpak past perfect binnen de emotie van het nummer. Uiteindelijk evolueert Down To Nowhere naar een emotionele ballade die tjokvol sfeer zit. Bijzonder sterk en zeer geslaagd! Het lijkt totaal haaks te staan op de razernij van de andere nummers, maar net daarom zorgt het voor het perfecte tegengewicht dat dit album in balans houdt.

Op Exoria keren we terug naar de felheid van het eerste deel van Art Of Obedience (waarmee dit nummer ook het best te vergelijken valt), maar hier smelten black en death metal nog een stuk organischer samen. Hese uithalen en krachtige, slepende samenzang tussen de bandgenoten vertolken een gevoel van deceptie en het verlangen naar een vlucht uit de ondraaglijke realiteit van het menselijk falen (“Exile. Exile. Exile.”). Als geheel van de talrijke samenstellende bestanddelen vind ik dit wel een iets minder geslaagde track. Er is hier echt geprobeerd om kracht en creativiteit te combineren, maar het resultaat blijft toch wat vlak en mediocre.

Dan is het combineren van verschillende invloeden toch veel beter geslaagd op de afsluiter: Living With The Enemy. Hoewel dit nummer volgens de bijgeleverde bio gaat over de zoektocht naar de essentie van wat wij als mens precies zijn, lijken de Oosterse (Arabische) klanken die we horen toch een andere interpretatie van de titel te suggereren (maar dat laat ik dan maar in het midden). Het zijn net die Oosterse klanken (een verwijzing naar Abreaction?) en bijhorende bezwerende vocalen die hier een toegevoegde waarde vormen, zeker in het begin van het nummer. De spanning wordt geduldig opgebouwd, waarna Living With The Enemy uiteindelijk losbarst. Svart Crown klinkt plots een stuk technischer en gemener dan op de voorgaande nummers. Zoals verwacht blijft de band deze intensiteit niet aanhouden, en dit doet hij doelbewust om zo de aandacht vast te houden. Wat volgt is de laatste stuiptrekking van Wolves Among The Ashes: een zeer sfeervolle opbouw met Arabische zang, bijna frivool drumwerk en zeer modern aanvoelend gitaarwerk, die leidt tot een korte maar stijlvolle apotheose. Een mooi einde van een meer dan behoorlijk album.

Dé grote doorbraak is Wolves Among The Ashes dan wel niet geworden, maar je merkt aan alles dat hier heel lang over nagedacht en hard aan gewerkt is. Svart Crown heeft weer enkele stappen gezet in zijn evolutie, is nog maar eens verpopt tot een nieuwe entiteit met heel wat meer variatie, kleur en durf. Het herboren Svart Crown verloochent zijn roots absoluut niet, maar JB Le Bail en zijn collega’s hebben op dit nieuwe album alleszins hun grenzen verlegd en nieuwe dimensies aangeboord. Svart Crown staat echter nog steeds vooral voor ingewikkelde, heftige en moeilijk verteerbare black/death en zal daar hoogstwaarschijnlijk niet meer van afwijken. Toch zou ik durven stellen dat de top voor deze band nog niet bereikt is, en ben ik er wel degelijk van overtuigd dat ze ons in de toekomst zeker nog zullen verrassen met hun muziek.

Luistertip? At The Altar Of Beauty vind ik zonder meer het boeiendste nummer van Wolves Among The Ashes. En hoewel het compleet atypisch is voor dit album, wil ik iedereen toch aanraden om Down To Nowhere eens te beluisteren. Dat nummer is gewoon af!

Score:

80/100

Label:

Century Media, 2020

Tracklisting:

  1. They Will Not Take Our Death In Vain
  2. Thermageddon
  3. Art Of Obedience
  4. Blessed Be The Fools
  5. At The Altar Of Beauty
  6. Down To Nowhere
  7. Exoria
  8. Living With The Enemy

Line-up:

  • JB Le Bail – Stem, gitaar
  • Clément Flandrois – Stem, gitaar
  • Julien Negro – Stem, basgitaar
  • Nicolas ‘Ranko’ Muller – Stem, drums

Links: