Af en toe gebeurt het dat je (meestal eerder toevallig) een band ontdekt bij diens debuut. En als dat debuut dan aanspreekt, blijf je de evolutie van die band uiteraard nauwlettend in de gaten houden. Ik wou dat ik dat ook kon zeggen over het Britse Sea Mosquito, maar vooraleer ik in 2021 hun geniale EP Fire, Magic & Venom (voorzien van bijpassende schilderijen die de sfeer van de drie centrale elementen trachtten op te roepen) van een recensie mocht voorzien, hadden Fas en Nuun al vier EPs, een split en een single op zak. Toch voelde mijn eerste kennismaking met deze experimentele/avant-gardistische blackmetalband aan als een ontdekking, en eentje die ik nog steeds heel erg koester. Fire, Magic & Venom was zo’n visionaire, verfrissende en opwindende release (en telkens wanneer ik ernaar luister ontdek ik weer een nieuw detail) dat ik niet kon wachten tot Sea Mosquito ook eindelijk met een eerste full-length voor de dag zou komen. Dat gebeurde gelukkig al twee jaar later, maar Igitur bleek een enorm harde noot om te kraken.
Dat Sea Mosquito zijn muzikale taak niet zomaar lichtzinnig opneemt, bleek onder andere uit de thematische, conceptuele aanpak en uitwerking van dat album, dat werd aangeleverd met een zelfgeschreven kortverhaal, geïnspireerd op het werk van H.P. Lovecraft. Elke track op het album kwam overeen met een hoofdstuk in dat verhaal, waardoor de muziek dus helemaal in functie stond van het geschrevene. Igitur was eigenlijk heel moeilijk in een paar paragrafen te vatten, aangezien het alle emoties van de verschillende fasen van het verhaal probeerde uit te drukken. Dit resulteerde in een enorm complex album, in een voor Sea Mosquito zeer typerende duister-chaotisch-psychedelisch-experimentele stijl met een progressieve en moderne inslag, in een atmosfeer van apocalyptische fataliteit. Ik probeerde, bij gebrek aan referentie, de muziek te beschrijven als “Akhlys-meets-Blut Aus Nord”, maar dat dekte de lading zeker niet helemaal. Misschien als je Imperial Triumphant ook in de mix draait, maar dan nog…

Een band die zichzelf zo kan verliezen in zijn eigen creatie heeft bij mij altijd een streepje voor. Deze twee mannen zijn enorm intens bezig met het perfectioneren van hun muzikale kunst en verdienen daarom mijns inziens het nodige respect.
Na een eerste luistersessie van de laatste plaat kunnen al onmiddellijk twee conclusies getrokken worden: Majestas gaat duidelijk gewoon verder waar Igitur ons achterliet (behalve dan de thematische verschillen) en Sea Mosquito maakt het ons dus ook opnieuw niet gemakkelijk. Net als Igitur is Majestas een sonische aanval op de zintuigen en geestelijke gezondheid van de luisteraar: een krankzinnige, chaotische wervelstorm van indrukken en impulsen die elkaar net als menselijke emoties op onvoorspelbare wijze afwisselen en contesteren. Om al deze aspecten van de menselijke psyche te ventileren maakt Sea Mosquito gebruik van scherpe, melodische en repetitieve riffs met een episch, groots en transcendent karakter, afgewisseld met grovere riffs die bol staan van de distortie en aangevuld met onnavolgbaar, avant-gardistisch en soms psychedelisch gitaargeweld. Tijdens sommige passages lijkt de chaos, onder de vorm van een razende, unheimische waanzin met een nerveuze intensiteit, compleet. Ondanks al die stuwende energie, die zich een weg probeert te banen doorheen de ether, zijn er ook momenten van reflectie ingebouwd, waardoor de vergelijking met menselijke gevoelens nog meer lijkt op te gaan. De sterke tegenstellingen in tempo en stemming zetten zich evenzeer door in de drums, terwijl Nuuns extreme, vuige, vochtige screams vooral extra rusteloosheid en ongemak aan de muziek toevoegen. “Majesteus” klonk nog nooit zo uitputtend.

Geen schilderijen of kortverhalen bij Sea Mosquito’s nieuwste telg, maar wel een diepgaande verkenning van de relatie tussen mens en religie in verschillende culturen en tradities. En die culturen en tradities horen we al terug aan het einde van het openingsnummer, wanneer Nuuns uitgespuwde vocalen worden overgenomen door een hypnotisch, hindoeïstisch mantra. Verder is In Reverence of Pain volledig gewijd aan het Japanse boeddhistische gebruik van zelfmummificatie, bekend als Sokushinbutsu, en Ode to Wine neemt ons dan weer mee naar de Bacchanalia van de Arabische wereld. Vreemde uitwassen van cultureel-religieuze (waan)ideeën, die vragen om een al even waanzinnige soundtrack.
Contrasten maken integraal deel uit van de stijl van deze band en de twee heren van Sea Mosquito deinzen er niet voor terug om de luisteraar hier op onverwachte en onvoorspelbare momenten aan te herinneren. Neem nu bijvoorbeeld het nummer Dead to the World: het tweede nummer van het album en aldus de track waarmee je de goede intenties van het openingsnummer zou moeten bevestigen, maar Fas en Nuun kiezen hier bij het begin resoluut voor mysterieuze ambient, een akoestische mijmering met een jazzy insteek en diep brommende bassen. Het haalt de flow helemaal uit de muziek, maar laat “flow” nu net zijn wat ze bij Sea Mosquito niet willen creëren… Het contrast komt hier van Nuuns stem, die deze stijl- en sfeerswitch weigert te volgen. Dead to the World is een nummer dat gradueel opbouwt, om halfweg opnieuw terug te vallen in transcendente mijmeringen en vervolgens dan toch los te barsten met een loodzwaar geluid. Ook in de tweede helft van het nummer blijft Sea Mosquito continu op meerdere gedachten tegelijkertijd hinken: van logge doom over zweverige reflectie naar verpletterende black/death en terug. Er is werkelijk geen peil op te trekken: de muziek gaat in dit nummer alle kanten op…
…En dat maakt het beluisteren van Majestas tot een behoorlijke uitdaging. Dit album hangt aaneen van chaotische stuiptrekkingen die als neurologische impulsen worden afgevuurd en weer stilvallen. Eigenlijk luister je van de ene verrassing in de andere, maar als het je lukt om elke passage individueel te isoleren, dan ontdek je wel heel wat geniale ingevingen, zeer geslaagde sfeermomenten en grenzeloze uitbarstingen van agressie.
Geen schilderijen of kortverhalen bij Sea Mosquito’s nieuwste telg (ik schreef het al), maar het is duidelijk dat hier toch een samenhangende boodschap wordt overgebracht, die even wispelturig is als de mens zelf. Dit is een kunstvorm die zich schijnbaar aanbiedt zonder esthetiek, maar wel met heel veel enigmatische diepgang. Voor de luisteraar is het een zoektocht om de verborgen schoonheid doorheen de chaos te horen.
“Larger than life”, zo klinkt ook Sea Mosquito’s tweede telg. Het is grootsheid op een bijna kosmisch niveau. Dat is bij uitstek merkbaar op het nummer Ascension (of wat had u gedacht, met zo’n titel), want zelfs van bij het begin voel je door de verschillende gitaarlagen heen dat het voortdenderende gebeuk iets mystieks in zich draagt. Wat dat precies is wordt nooit helemaal geopenbaard, maar een korte, subtiele stijlshift is voldoende om de muziek plots de kosmische duisternis in te laten kantelen. Een geweldig moment! De gelaagdheid is hier zo prachtig uitgebalanceerd dat er een continu spanningsveld ontstaat tussen het lied van de leadgitaar en de diepere regionen daaronder. Het muzikale verhaal wordt hier ook iets esthetischer verpakt in vergelijking met de vorige nummers en dat was wel even welkom. De transcendentie van de ascentie is in het tweede deel nog meer uitgesproken (ook letterlijk, trouwens!), waar het rustiger en subtieler wordt aangebracht, maar vooral met veel meer gevoel. Wie meegaat in het verhaal van dit nummer zal op het einde dat opstijgen naar een hoger bewustzijnsniveau écht kunnen aanvoelen. Hier toont Sea Mosquito zijn sfeerscheppende klasse; op dat vlak zijn ze, als je het mij vraagt, Blut Aus Nords evenknie.
Nu is het wel zo dat de onvoorspelbaarheid en variatie binnen de nummers hoger ligt dan tussen de nummers en Sea Mosquito op Majestas regelmatig teruggrijpt naar dezelfde stijlelementen. Enerzijds geeft dat het album een zekere herkenbaarheid en samenhang mee, anderzijds vallen ze stilistisch wel wat in herhaling. Gelukkig is hun stijl zo gevarieerd (van dromerig en jazzy over atmosferisch transcendent tot lomp en bruut, maar altijd met een randje) dat er doorlopend wel iets te beleven valt, en zorgen de verwijzingen naar de verschillende culturen hier en daar voor een opvallend moment. Dat is zeker zo op الخمرية (Ode to Wine), omdat de Arabische gesproken en gezongen tekst het hele nummer lang doorheen de muziek wordt gevlochten en er zo een mooie integratie ontstaat van de thematiek en de muziek zelf. Dit is mijns inziens ook het meest toegankelijke nummer van het album, omdat de nadruk hier vooral op de sfeer ligt, en minder op brute agressie.
Zoals ik reeds schreef: wie erin slaagt om de bomen doorheen het muzikale bos van dichterbij te appreciëren, zal heel wat ontdekken, zoals complexe, vingervlugge leads (zoals onder andere op In Reverence of Pain), een verkwikkende gelaagdheid in de gitaren (terug te vinden in elk nummer), diep resonerende bassen met jazzinclinaties (zoals bijvoorbeeld op Dead to the World en الخمرية (Ode to Wine)) en diep-ondoordringbare soundscapes van epische proporties (Ascension).
Wie graag eens buiten zijn comfortzone stapt en daar de platgetreden paden het liefst links laat liggen, zal zich volop kunnen laven aan de onorthodoxe complexiteit en onvoorspelbaarheid van Sea Mosquitos tweede album. Het vergt een inspanning en een open geest, maar je krijgt er dan wel zowel bodemloze diepgang als spirituele verheffing voor terug. Voor de dappere blackmetalluisteraar.
Score:
83/100
Label:
I, Voidhanger Records, 2025
Tracklisting:
- Organs Dissolved in Lacquer
- Dead to the World
- Ascension
- In Reverence of Pain
- الخمرية (Ode to Wine)
- To Look Upon Your Own Skeleton
Line-up:
- Nuun – Stem
- Fas – Gitaar
- Akmonas – Drums
Links:




