Moonworshipper – 13 Fullmoon Nights of Loneliness

Moonworshipper speelt een mix van Lana del Rey, Shining en White Ward. Deze band wil graag bekendstaan als een stel hipstermuzikanten klaarblijkelijk. Dat is geen probleem, alle genoemde artiesten zijn immers grootheden in hun eigen domein. De muziek moet een amalgaam zijn van doom, lo-fi black en melancholische pop. Dit is de eerste EP in een serie van drie EP’s die later als volledig album worden uitgebracht. Een dergelijk project staat of valt met de individuele delen. Het geheel is immers de som van de individuele delen. Wil je een dergelijk avantgardistisch avontuur spelen, dan dien je alle genres tot in de puntjes in de vingers te hebben.

Deze band heeft dat dus duidelijk niet, en daarmee doet het gelijk afbreuk aan de muzikale output. Als je zo’n groots vooropgezet plan hebt, is de terugval tot pretentieuze meuk nog drie keer zo hard. De schoen wringt hem bij Moonworshipper niet bij de aardige instrumentbeheersing. De schoen wringt hem ook niet bij de durf, en de potentiële muzikale ideeën die de band laat horen, vooral in de non-metalstukken. De pianostukken en gitaren zonder distortion weten de sfeer te optimaliseren. De metalstukken zijn een stuk minder impactvol en wel heel simplistisch. De riffs blijven in het vakje ‘saai’ en ‘supersimpel’ steken. Het lijkt alsof de band wil afwisselen tussen die rustige complexiteit en de simpele brute kracht. Een interessante gedachte, maar kom dan ook met tenenkrommende en kippenvelopwekkende passages aanzetten. Niet met dertien-in-een-dozijn riffjes en kinderlijke toetsen.

De zang is niet geoefend genoeg om indruk te maken. Wat dacht je van de samenzang tussen grunts en matig gezongen damesvocalen? Zelfs een foute gothicband weet dit geloofwaardiger te brengen. Hier klinkt het zouteloos. De screams zijn zwakjes en missen, zelfs ondanks de kermende uithalen, échte emotie. Dat is wat dit album mist: emotie en daarmee daadwerkelijke diepgang. Het is te weinig oprecht, en daardoor klinken de zwaardere dronende/doomende stukken erg geforceerd.

De productie is dan weer een sterk punt. De band heeft echt wel zijn best gedaan om de verschillende episodes en stijlen in elkaar te weven. Toch blijft ook hier doorschemeren dat geen van de verschillende stijlen écht beheerst wordt door de band. De akoestische delen klinken nog erg ‘metal’, terwijl de metalonderdelen juist weer klinken alsof het de band puur om de distortion zelf te doen is, en niet om de muzikale invulling. De overgangen worden duidelijk aangekondigd. Het vloeiende muzikale landschap golft dynamisch heen en weer, zonder spanningsboog, zonder een onoverkomelijke opbouw naar ontknopingen.

Richting het einde van de EP volgt een stuk dat veel meer ambient uitdraagt. Alsof folkzangeres Sarah Blasko over Godspeed You! Black Emperor heen zingt. Ditmaal is de sfeer overtuigend. Het draaft te lang door, maar de potentie wordt hier in elk geval benut. Vervolgens volgt een extreme lo-fi passage, maar die klinkt alsof de band heeft getracht om lo-fi black metal te persifleren. Het klinkt niet als een band die daadwerkelijk de emotie die erin kan zitten wil vertalen. Het is bijna alsof de band lacherig de vocalen en roestige productie inzet.

Het is een band die in potentie een interessante mix te pakken heeft. De uitwerking op 13 Fullmoon Nights of Loneliness laat echter nog te wensen over. Het is gespeeld, en als luisteraar voel je je niet serieus genomen. Jammer, want het voelt echt als een gemiste kans. Ik denk dat de onderlinge muzikanten nog wat meer ervaring in de verschillende muziekstijlen moeten opdoen, alvorens zij zich wagen aan een werkstuk als 13 Fullmoon Nights of Loneliness. Het is nu vooral impactloos, geforceerd en bovenal emotieloos. Ik geloof het gewoon niet. De albumcover draagt daar ook zeker niet op een positieve manier aan bij.

Score:

50/100

Label:

Hypnotic Dirge Records , 2020

Tracklisting:

  1. 13 Fullmoon Nights of Loneliness

Line-up:

  • Lycaon: Composition – Teksten, gitaar, vocalen, drums
  • Fabien Pilard – Compositie, gitaar, piano, keyboards, studio engineering, mixing
  • Adam Courtinot – Basgitaar
  • Raphaëlle Sauer – Vocalen

Links: