Maceration – Serpent Devourment

In 1990 ontsproot het Deense Maceration uit de halve bezetting van thrashband Invocator, want ja, in buurland Zweden werd death metal een klein beetje een ding en die nieuwe zagende brute sound van bands als Carnage en Entombed beviel de heren Schulz en Hansen wel. En dan nog waren ze er erg vroeg bij destijds, want in 1992 kamen ze al met debuut A Serenade of Agony op de proppen. Een aardige, doch meer als demo klinkende plaat die niet veel mensen in de kast zullen hebben staan. De band is daarna ook een stille dood gestorven. Maar in 2022, een ronde dertig jaar later dus, was daar uit het niets It Never Ends…, een nieuwe plaat met daarbij niemand minder dan Dan Swanö achter de knoppen én microfoon. Een verrassend vette plaat met ijzersterke pakkende death metal.

De heer Swanö houdt het dit keer bij het mixen en masteren, vocalist van dienst is Jan Bergmann Jepsen. Verder is er weinig veranderd. Nog steeds is het Zweedse-leest-death-metal wat de klok slaat. Logisch in elkaar stekende nummers met bulderende HM-2-riffs, veel midtempo gestamp en af en toe een Bloodbath-achtige blastbeatuitbarsting. Het doel is dan ook niet om origineel te zijn, maar om goeie nummers te schrijven en dat kan Maceration absoluut. Zo catchy en beklijvend als Epiphany of the Past van de voorganger wordt het niet, maar toch is elk nummer weer van bovengemiddeld niveau. Neem bijvoorbeeld The Den of Misery, waarbij het gas er eerst best wel hard op gaat, maar wanneer het refrein ingezet wordt gaat het tempo omlaag, de vuist omhoog, de nek op en neer en krijg je de neiging om voluit mee te schreeuwen. Wat is dat toch lekker. Tijdens het volgende en persoonlijke favoriet A Corrosive Heart Fell Below volgt in lomp midtempo vette riff op vette riff en is net het refrein op volle snelheid en ook dat werkt enorm goed.

Deze Denen weten sowieso heel goed hoe je nummers interessant houdt. Niet alleen door de vele tempowisselingen, maar ook door middel van een extra gitaarlaag hier en daar, een pakkende melodie en wisselende sferen. Ze kunnen namelijk soms ook erg slepend en stemmig uit de hoek komen middels uitgerekte melodieën en lange gitaarnoten, zoals een band als bijvoorbeeld Vanhelgd dat zo goed kan. Luister maar eens naar Where Leeches Thrive of afsluiter For the End Alone.

Maar anderzijds gebiedt de eerlijkheid wel te zeggen dat het einde van de spanningsboog na tien nummers in veertig minuten ook wel bereikt is, daar is het nét iets te standaard voor en zijn niet alle tracks even gedenkwaardig. Zanger Bergmann Jepsen heeft een hele vette strot, maar is ook niet de meest dynamische grunter en als er dan weinig ruimte wordt gemaakt voor instrumentale stukken dan begint zijn stem soms een beetje impact te verliezen. Dan mis ik Dan Swanö toch wel een beetje, die kan met zijn krachtige gorgel dan toch net af en toe dat extra randje kan meegeven waardoor je langer geboeid blijft luisteren.

Conclusie is dan ook dat Maceration‘s comebackplaat van dik twee jaar terug nét wat overtuigender was dan dit Serpent Devourment, maar dat wil absoluut niet zeggen dat dit nieuwe werk niet de moeite waard is. Want heel simpel: liefhebbers van Scandinavische death metal moeten dit op zijn minst een keer geprobeerd hebben en er zijn zeker weten mensen die deze band én dit album met open armen verwelkomen.

Score:

80/100

Label:

Emanzipation Productions, 2025

Tracklisting:

  1. Serpent Devourment
  2. The Den of Misery
  3. A Corrosive Heart Fell Below
  4. Where Leeches Thrive
  5. The Suffering
  6. Emptiness Embraced
  7. When Torment Befell My Pain
  8. In Rot Unleashed
  9. Revolt the Tyrant Dream
  10. For the End Alone

Line-up:

  • Jan Bergmann Jepsen – Vocalen
  • Nicolai Kaltoft – Drums
  • Rune Koldby – Bas
  • Robert Tengs – Gitaar
  • Jakob Schulz – Gitaar

Links: