Grave Digger – Rheingold
(Nuclear Blast, 2003)
Het Duitse Grave Digger staat al jarenlang bekend als een solide band, die
telkens goede albums uitbrengt, maar niet meer vernieuwend is. Het feit dat een
Motörhead of AC/DC ook al jaren hetzelfde kunstje flikken wordt even schromelijk
overkeken. Bij Duitse bands ligt dat kennelijk anders, dan is het schijnbaar
keer op keer weer nodig te vermelden hoe niet innovatief de desbetreffende band
is…
Wie wel innovatief was, was de eveneens Duitse grootmeester van de pompeuze
klassieke muziek, Richard Wagner (1813 – 1883). De man schreef een ruim veertien
uur durende opera; een stuk voor drie dagen en een vooravond: Der Ring des
Nibelungen. Het verhaal, wat veel te lang en complex is om hier eventjes uit de
doeken te doen, lijkt op een premature, Noorse versie van Tolkien’s meesterwerk
The Lord of the Rings, en de muziek is, zoals ze dat in Duitsland zelf zeggen,
überragend. Tot zo ver de historie van de Nibelungen-sage, en de opera van
Richard Wagner; terug naar Grave Digger.
De band rond zanger Chris Boltendahl heeft zich namelijk gewaagd aan een
eigentijdse, meer Metal versie van het verhaal van de Nibelungen. Na Tunes of
War (over de historie van Middeleeuws Schotland, 1996), Knights of the Cross
(over de Tempeliers, 1998) en Excalibur (een bewerking van de Arthur-sage, 1999)
is dit het vierde concept-album van de band, en zeker niet de minste. Grave
Digger heeft het voor elkaar gekregen een voor de Duitsers typische metal-plaat
te schrijven wat tekstueel, en soms ook muzikaal, gebaseerd is op Wagner’s werk.
Het eerste hoofdstuk, Das Rheingold, gaat, na het intro The Ring (gebaseerd
op Wagner’s vierde scene, Einzug der Götter in Walhall) sterk van start met
Rheingold, waar de kwade Nacht-Dwerg Alberich, na een onderhoud met de
Rheinmaidens (Woglinde, Wellgunde en Flosshilde) de liefde afzweert en het
Rijn-goud steelt om daar de Nibelungen-Ring van te smeden, een heerlijk
ouderwets Grave Digger-nummer zoals we zo goed kennen van de band. Het kent zijn
vervolg in het hoge meebrul-gehalte van Valhalla, wat handelt over de door de
Reuzen Fasolt en Fafner vervaardigde burgt der Goden, en Giants (wederom met
muziek uit Wagner’s Einzug der Götter… waarin gitarist Manni Schmidt mag laten
horen tot wat hij in staat is), waarin een broedertwist ontstaat tussen de
Reuzen over de Ring, die Wotan van Alberich heeft gestolen en aan hen gegeven
heeft. Fafner vermoord zijn broer Fasolt en steelt de Ring, terwijl de Goden
Valhalla binnentrekken.
Akte twee dan, Valkyrie, trapt af met Maidens of War, waarvan de intro een
bewerking van Wagner’s Walkürenritt is (o.a. bekend van Apocalypse Now). Wederom
een beresterk Grave Digger nummer, waarin de band zichzelf overtreft. Als in dit
nummer Wotan’s zoon Siegmund trouwt zijn met Hunding getrouwde tweelingzus
Sieglinde vraagt Wotan de Walküre Brünnhilde Hunding te beschermen tijdens een
gevecht tussen de twee. Als Brünnhilde juist Siegmund beschermt uit medelijden
met Sieglinde, wordt het Wotan te veel, en saboteert hij het gevecht door
Siegmund’s zwaard door midden te splijten. Exit Siegmund.
Enter hoofdstuk drie, Triumph, Glory and Agony (ofwel Siegfried). Sword is
een lekkere epische track, zeer statig en meezingbaar, en zal het live zeker
goed doen. De smid Mime, broer van Alberich, heeft eindelijk een zwaard gesmeed
wat Siegfried niet breken kan, Nothung. Maar Mime kan het zwaard niet opnieuw
maken. Siegfried besluit het zwaard zelf te smeden. Dragon (met intro uit
Trauermarsch und Finale, uit het volgende hoofdstuk) is een lome mid-tempo
track. Vrij simpel, maar zeker effectief. De Reus Fafner heeft zich verandert in
een Draak, en waakt over het gestolen Rijn-goud. Siegfried gebruikt Nothung om
een einde aan Fafner’s leven te maken.
Dan de apotheose, Twilight of the Gods (Götterdämmerung). Liar is een
heerlijke snelle track, met een sterk refrein, waarin de band heerlijk op dreef
is. Murderer is wederom een epische track, met een prachtig, bombastisch refrein
wat aan Blind Guardian doet denken. Hagen, de zoon van Alberich, maakt een einde
aan Siegfried’s door de Ring vervloekte leven. In het afsluitende Twilight of
the Gods worden de Goden verslagen door de verzengende vlammen van Siegfried’s
graf-vuur, en is het verhaal ten einde. In dit ruim zeven minuten durende
afsluitende nummer zingt Das Letzte Einhorn van In Extremo een deuntje mee, en
dit nummer is dan ook een passend einde van een hele sterke cd.
Grave Digger heeft zichzelf weten te overtreffen. Rheingold is een klassieke
grafdelver-cd geworden, maar de band musiceert sterker dan tevoren, en laat zien
dat ook reeds bewandelde muzikale paden nog lekker kunnen lopen. Niet alle
verandering hoeft een goede te zijn (ik roep St. Anger!!!). Klasseplaat, van een
klasseband (o, ja; en toch het verhaal uit de doeken gedaan, eh?)!
Tracklist:
- The Ring
- Rheingold
- Valhalla
- Giants
- Maidens of War
- Sword
- Dragon
- Liar
- Murderer
- Twilight of the Gods
Line-up:
- Chris Boltendahl – vocals
- Manni Schmidt – guitars
- Stefan Arnold – drums
- Jens Becker – bass
- Hans Peter Katzenburg – keyboards
Links: