Flying Circus – Seasons 25

Verborgen pareltjes zijn er om vroeg of laat ontdekt te worden. In dit geval vrij laat maar daarom niet minder overtuigd vind ik Seasons 25 van de Duitse progrockers van Flying Circus echt een pareltje. Het gaat om muziek die weinig aan bod komt hier bij Zware Metalen maar nog steeds een grote schare (oudere?) rockers een auditieve orgasmatische ervaring kan bezorgen.

Progrock is natuurlijk een wat algemene en gevaarlijke term. Je denkt in de pop en rock wat grote namen betreft bijna automatisch terug aan bands als Rush, Yes, Emerson, Lake and Palmer, Genesis … Maar evengoed konden Pink Floyd, Led Zeppelin ook compleet freewheelen op al dan niet nog beluisterbare experimenten. En eigenlijk … van Tool kun je evengoed zeggen dat ze het vrij progressief aanpakken. En waarom niet Dream Theater of Borealis?

Een ruim begrip dus. De niet meer zo jonge leden van Flying Circus hebben alleszins goed naar al hun illustere voorgangers geluisterd. Ook al imiteren ze het proggy geluid en de songstructuren van de jaren 70, ze maken er toch hun eigen ding van. Bij hen wordt het meer een mix van progrock met de 70s hardrock van Deep Purple en Uriah Heep. Ze vermijden daarbij de valkuil om muziek te reduceren tot experimentele klanken, wat vroeger wel eens durfde te gebeuren bij progressieve muziek. Dat leidt tot een interessant geluid: enerzijds net iets zachter dan Deep Purple of Uriah Heep, maar anderzijds toch een flink stuk steviger dan progrock die soms de symfonische kant kon opgaan.

Flying Circus doet trouwens nog iets speciaals. Hun debuutplaat ademt dus een 60s – 70s sfeer uit, maar dateert toch maar uit 1997. En nu, 25 jaar later, brengen ze die op meerdere manieren opnieuw uit: Seasons 25 dus. Het label Fastball Music was zo vriendelijk om Zware Metalen de limited edition op cd (met verzorgd artwork!) te bezorgen. Die bevat aan de ene kant een geremasterde versie van de oorspronkelijke plaat, maar aan de andere kant ook een compleet nieuwe versie ervan. Ingespeeld door de huidige bezetting van de band, en bovendien met herwerkte nummers. Wat over het algemeen een verbetering blijkt. Op het titelnummer Seasons na dan. Dat krijgt nu een akoestische versie, terwijl het origineel een rustige “elektrische” versie was, een schoolvoorbeeld van progrock inclusief elementen van folk en oosterse muziek. Die herwerking is dus een beetje een miskleun. Alleen leg ik in de akoestische versie nog meer een link met Led Zeppelin dan in het origineel.

Over naar de andere nummers die veel meer de moeite waard zijn. Opener The Jewel City start met een typische gezongen folkintro. Je waant je ergens in hartje Wales, ’t is moeilijk om je voor te stellen dat een Duitser dit zingt. Gelukkig wordt na die folkintro een versnelling hoger geschakeld met een snel refrein en semi-akoestische strofes. Opvallend is de stevig aanwezige “galopperende bas”, de goede productie en de muzikale beheersing van de bandleden. Bijna zes minuten om goedkeurend bij te knikken.

Footprints In The Sand speelt leentjebuur bij Uriah Heep. De intro van het Hammond-orgel is daar schatplichtig aan. All Ways And Always had een typisch akoestisch Led Zeppelin nummer kunnen zijn op basis van het gitaargetokkel en de oosters aandoende percussie. Denk maar aan Friends of White Summer – Black Mountain Side van Led Zeppelin. Pas na 6 minuten barst de song los en komt ook zanger Michael Dorp aan bod.

Het is misschien het moment om even over die man zijn stemgeluid te praten. Wel, de groepsnaam Led Zeppelin is al een paar keer gevallen, en een vergelijking met Robert Plant is zeker mogelijk. Iets minder krachtig dan misschien. Denk eerder aan stemmen als Geddy Lee van Rush of wijlen Burke Shelley van Budgie. Maar op meer stevige momenten doet hij me ook denken aan de hele jonge versie van Vince Neil van Mötley Crüe.

Antigone’s Lament And Triumph is ook het vermelden waard, niet in het minst om de titel. Opnieuw een uptempo rocker met pompende baslijn, inclusief een Thin Lizzy-achtige break en lange solo. Of Let it Be Gone, waar het orgel voor chaos zorgt (zoals John Lord van Deep Purple ook wel eens volledig loos durfde te gaan op zijn toetsen) maar er ook plaats is voor viool. Ook in Supersonic Man is er ruim plaats voor die toonladder-huppelende Hammond, waarna een gitaarriff het nummer overneemt.

Luister zeker ook eens naar het wah-wah gitaartje van Never Again. Nog iemand die onmiddellijk moet denken aan Hallowed By Thy Name van Iron Maiden (maar voor de rest zijn dit twee totaal verschillende nummers, beide kanjers in hun genre)?

Flying Circus mocht dan een totale onbekende zijn voor mij; in Duitsland zijn ze best groot. Hun verzamelalbum belandde hoog in de rock-hitlijsten en was de rechtstreeks aanleiding om hun debuut compleet te herwerken. Een meer dan geslaagd experiment. Seasons 25 is een album om op een rustig moment bij te gaan zitten en je te laten verleiden door de gevarieerde, soms licht psychedelische progrockklanken anno 2022.

Label:

Fastball Music, 2022

Tracklisting:

  1. The Jewel City
  2. Footprints in the Sand
  3. In All Ways and Always
  4. Follow the Empress
  5. Seasons (acoustic version)
  6. Antigone’s Lament and Triumph
  7. Let It Be Gone
  8. Interior Monologue
  9. Evening Solace
  10. Supersonic Man
  11. Never Again
  12. The Jewel City … Reprise

Line-up:

  • Michael Dorp – Vocalen
  • Rüdiger Blömer – Toetsen en viool
  • Roger Weitz – Bas
  • Ande Roderigo – Drums en vocalen
  • Michael Rick – Gitaar

Links: