Dyssebeia – Garden Of Stillborn Idols

‘Progressive blackened deathmetal’ staat er als aanduiding te lezen in de promo van de Zwitserse band Dyssebeia. Het debuutalbum Garden Of Stillborn Idols laat een energieke band horen die moeiteloos rustige melodieën weet af te wisselen met gevarieerde zang en drumpatronen. De muziek zou met name geschikt zijn voor de fans van Eternal Storm, Be’lakor, Majesties, At The Gates, Dark Tranquillity, Eucharist en In Mourning en de band zou zijn uiterste best gedaan hebben om iets van dit debuut te maken. Nou dat mag ik toch hopen, want anders dan zit ik hier minimaal drieënveertig minuten van mijn tijd te verdoen.

We nemen een achttal nummers, stoppen die tezamen in de koker en husselen deze door elkaar om zo tot een waardeoordeel te komen. Nee, geintje natuurlijk, het genre is al complex genoeg om de plaat op chronologische wijze te verwerken. Het album opent met Mors Tua, Vita Mea en laat al direct horen uit welk hout deze band is gesneden. Geen eenvoudige kost, zoals verwacht, met een grote mate aan aritmische toestanden. Het stemgeluid zou ik omschrijven als een wat schurende schreeuwgrunt. De melodische gitaarsolo maakt dit eerste nummer naast energiek vooral ook mooi. En het hoorbare basgetokkel weet ook nog eens wat extra variatie toe te voegen.

Daarna zoekt Retribution vooral de afwisseling op door het brengen van diverse vocalen. We krijgen verder wel heel veel van hetzelfde over ons heen. De melodieuze gitaarriffs kleuren het plaatje in, maar klinken dikwijls als dertien in een dozijn. Verder is het naar mijn smaak allemaal wat te schoon van de graat; ik mis toch een beetje die rauwe korrel om de aandacht vast te houden. Deels maakt de band dat goed door Moon Bearer wat feller van start te doen gaan, zeker ook op vocaal gebied. De gitaarriffs blijven wat minder in hetzelfde thema hangen, waardoor dit nummer meer tot de verbeelding spreekt. En wat nog veel belangrijker is, de drummer gaat volledig los!

Tijdens Sacrificed On The Threshold weten de Zwitsers dit grotendeels vast te houden, maar keren er ook enkele inwisselbare passages terug. Dit is volgens mij toch echt te wijten aan de overdaad aan melodieuze uitspattingen. Wanneer de heren de snelheid opzoeken, ontstaat er wat meer spanning en word je wat steviger bij de strot gegrepen.

Sacrificed On The Threshold loopt haast naadloos door in opvolger Hatch. Een nummer dat nu eens wat minder frivool van aard is en in de beginfase ook wat melancholie en behoorlijk wat agressie op de luisteraar loslaat. Ja, alstublieft zeg, meer van dit graag! De drummer raast als een malle en de ‘te kleurrijke’ uitspattingen blijven nu eens achterwege. Verder horen we een gesproken gedeelte op de achtergrond en wanneer de band even weet te temporiseren ontstaat er wat ruimte voor een meer urgente solo. Nadien geeft de vocalist ook het beste van zichzelf, waardoor Hatch zoveel meer bezieling heeft dan de eerder beschreven nummers. Het daaropvolgende Black Swarm zet de progressiviteit weer op de eerste plaats, waardoor we terugkeren naar het geluid van de beginfase. Dankzij de vele ritmewisselingen zit dit nummer uiterst ingenieus in elkaar, waardoor er zeker wat te genieten valt. De schreeuw van de vocalist klinkt imposant, maar valt ook wel in herhaling wanneer deze op de wat meer geijkte momenten steevast terugkeert.

Funeral Ink laat horen dat deze band ook best een potje thrash kan spelen zonder lang in dezelfde cadans te blijven hangen. Gitaarriffs in mineur en melancholie worden afgewisseld met een akoestische passage en een zeer fijne drumfill. Vanuit de akoestische passage komt het nummer opnieuw tot leven wat ook wederom prima smaakt. De afsluiter Apophenia laat op zijn beurt een flinke hoeveelheid melodie horen zonder dat het stoort. Het nummer zelf lijkt wat beter in elkaar te zitten en zoekt op allerlei manieren de variatie op. Zeker is dat de drummer hier een grote vinger in de pap heeft. Tijdens de laatste minuut van deze afsluiter klinkt de band op zijn sterkst: het tempo is hoog, de riffs klinken melancholisch en de vocalist laat vanuit zijn tenen agressieve uitspattingen horen.

Wat het eindoordeel betreft hink ik een beetje op twee gedachten. Het tweede gedeelte van Garden Of Stillborn Idols laat muziek horen die mij meer aanspreekt. Is het eerste gedeelte van de plaat dan zoveel slechter? Nee, zeker niet, maar het geheel weet mij gewoonweg minder te raken. Uit het eerste gedeelte deel ik hier het openingsnummer Mors Tua, Vita Mea. Daarnaast deel ik het nummer Hatch van het tweede gedeelte. Zo kunt u zelf beoordelen welk nummer het beste bevalt en of u het met mij eens bent.

Score:

77/100

Label:

Transcending Obscurity, 2023

Tracklisting:

1. Mors Tua, Vita Mea
2. Retribution
3. Moon Bearer
4. Sacrificed On The Threshold
5. Hatch
6. Black Swarm
7. Funeral Ink
8. Apophenia

Line-up:

  • Alexandre Sotirov – Vocalen
  • Merlin Bogado – Gitaar
  • Duran Bathija – Bas
  • Sam Jakubec – Drums

Links: