Dubbel Zo Zwaar: Kerry King – From Hell I Rise

Dubbel zo groot, dubbel zoveel verwachtingen, dubbel zo nieuwsgierig. Dat is onze rubriek Dubbel Zo Zwaar. Bijna vierenhalf jaar nadat Slayer – naar wij dachten – voor de laatste maal Angel Of Death alles verscheurend van een podium blies en zanger Tom Araya nog eenmaal melancholisch minutenlang het publiek in zich opnam, kwam daar de aankondiging van het eerste “soloalbum” van gitarist en thrashlegende Kerry King. Deze release vraagt er uiteraard om om van meer dan één kant bekeken te worden. Daarnaast zouden de redacteuren elkaar de tent uitvechten om te bepalen wie uiteindelijk het onberekenbare lot in handen krijgt. Marco (favoriete genre: progressieve metal, maar is een omnivoor als het om muziek gaat) en Michiel Hoogkamer (favoriete genre: te veel om op te noemen, vindt ook Prince leuk) zijn deze keer de gelukkigen.  

De keuze om in de vorige alinea het woord soloalbum tussen aanhalingstekens te plaatsen is zeker te rechtvaardigen. Hoewel het getatoeëerde icoon alle nummers voor de plaat schreef, schakelde hij voor de uitvoering van From Hell I Rise menig bekende naam in. Voor de drums verplaatste mister King eenvoudigweg de kruk van zijn oude kameraad Paul Bostaph naar zijn eigen band. Kwestie van weten dat het achter je goed zit. Die truc had hij ook kunnen uithalen om de gitaartandem te vervolledigen, maar omdat te makkelijk zou zijn viel de keus niet op Gary Holt maar op Phil Demmel (onder andere ex-Machine Head en ex-Vio-lence). De dikke snaren worden beroerd door Kyle Sanders (Hellyeah, de band, niet de uitroep). Maar het is op zang dat we de meest verrassende keus vinden: Death Angel’s Mark Osegueda, een vriend sinds de vroege thrashdagen, mag zijn stembanden aan de composities van King lenen. Of misschien eerder opofferen, als je hoort hoe hij hier tekeer gaat.

Grote namen, hoge verwachtingen. Worden die ingelost?

Michiel: Na de eerste keer luisteren zou ik deze vraag ontkennend hebben beantwoord. Sterker nog: ik mag hopen dat de band live veel Slayer-nummers gaat spelen, was mijn eerste reactie op de vroege vraag van een aantal Zware Metalen-collega’s of het wat was. In het begin hoorde ik namelijk niet al te veel memorabels op From Hell I Rise. Ook vroeg de mix wat gewenning, vooral omdat de verschroeiende, intense vocalen van Mark hoog in het geluid zitten. Bij de naam Kerry King – en dat is ten slotte toch de naam van de band – verwachtte ik misschien meer nadruk op de riffs. Inmiddels, na vele luisterbeurten, is mijn mening wel bijgedraaid. Hoewel ik nog steeds van mening ben dat de stem van Mark iets minder op de voorgrond had gemogen, is de keuze voor een echt bandgeluid zeker de juiste. En hoewel er zeker ook wat songs op het album staan die wat minder aanspreken – het tragere Residue bijvoorbeeld heeft op mij nog niet de hypnotiserende uitwerking die het mogelijk beoogt te hebben en vraagt misschien nog wat tijd – staan er ook een aantal op de eersteling van Kerry King die zich gemakkelijk staande houden tussen de beste thrashsongs die de afgelopen jaren uitgekomen zijn en dit jaar zullen uitkomen en het merendeel daarvan ruim overstijgt. Reden om de vraag nu met “ja!” te beantwoorden.

Marco: Eerlijk gezegd had ik vooraf geen hele hoge verwachtingen, mede ingegeven door het weinig geïnspireerd klinkende laatste wapenfeit van Slayer. Op dat album was Kerry natuurlijk ook al verantwoordelijk voor alle muziek. Maar eerlijk is eerlijk, na het overbodige intro knalt Where I Reign best lekker uit de startblokken. Vooral de maniakale vocalen van Mark Osegueda, die hier veel agressiever klinkt dan we van hem gewend zijn, geven dit nummer een enorme boost. Muzikaal is het nummer opgebouwd uit riffs die ook prima hadden gepast op een van de meer recente albums van Slayer. In zoverre voldoet dit nummer, en eigenlijk het hele album wel aan mijn verwachtingen. 

We lazen dat er op From Hell I Rise ook wat songs op staan waaraan King al werkte ten tijde van de laatste plaat van Slayer, meer precies de titeltrack en Rage. In hoeverre is From Hell I Rise een logisch vervolg op Repentless?

Michiel: Misschien is het niet helemaal eerlijk om dat vergelijk te trekken, maar Kerry geeft zelf aan dat hij een paar “not-so-hidden” verwijzingen naar Slayer in het werk heeft verstopt, dus hier gaan we! In het riffwerk zijn er her en der zeker wat gelijkenissen met Repentless: ze zijn vooral korzelig, nors, meer dan adequaat, maar niet altijd super beklijvend en soms zelfs wat mopperend en pruttelend. Toch hoor je hier duidelijk een andere band aan het werk, al is het maar vanwege de intense, schreeuwerige vocalen die je met een beetje empathie voor die arme Mark plaatsvervangend een bloedsmaak in je mond geven (hoewel zij bij tijd en wijlen ook een kort saluut aan Tom Araya geven). Verder horen we in de plaat her en der wat vrije passages waarvoor in het strakke thrashstramien van Slayer minder tot geen ruimte was. Zo klinkt instrumentale opener Diablo wat als een duistere jamssessie, als zou Beëlzebub zelve een stonerband als huisband hebben geworven.

Ook lijken de teksten meer dan voorheen een punky en sociale strekking te hebben. In een song songs als Residue (“I can’t find where our liberty goes to die”) lijkt men het gevecht aan te gaan voor (behoud van) verworven vrijheden, terwijl in Toxic de verbale wapenen worden gericht op die mensen die veel te veel bezig zijn hun mening aan anderen op te dringen. Maar ook een klein beetje satanisme ontbreekt uiteraard niet (From Hell I Rise).

Marco: In mijn vorige alinea verraadde ik het antwoord eigenlijk al. De nummers volgen qua opbouw wel redelijk de formule die op Repentless al werd gehanteerd. Gelukkig klinkt From Hell I Will Rise wel een stuk energieker dan de laatste worp van Slayer, niet in de laatste plaats omdat Kerry King de futloos klinkende drop-b tuning deze keer grotendeels achterwege heeft gelaten. Alleen op het afsluitende titelnummer, dat dus uit de periode van Repentless stamt, hangen de snaren als slappe waslijnen langs de gitaarhals.

Ook komt Kerry’s liefde voor punkmuziek weer wat nadrukkelijker naar voren. Het meest voor de hand liggende voorbeeld daarvan is het afwijkenden Two Fists, maar ook het kort maar krachtige statement Everything I Hate About You kent een behoorlijke punkvibe.

Wat is het beste nummer van de plaat?

Michiel:

Oef, ik ga het niet redden om één favoriet te kiezen denk ik. Ik concentreer me even op volledige songs en dan laat ik zeker nog wat heel goede momenten liggen. Where I Reign (jawel, daar is zo’n verwijzing) is in ieder geval een heerlijk felle thrashgranaat, goed genoeg om het soms wat ingedutte genre een stevige schop onder de hol te geven. Niet in het minst door de ziedende voordracht van Osegueda en de manier waarop de zwiepende en duikende terreur in de solo’s van King wordt afgezet tegen het melodieuzere snarendrukken van Demmel. Het tragere, wat humeurige Trophies of The Tyrant ligt me dan weer omdat Osegueda daar wat meer melodie in zijn stem legt en dus wat meer klinkt zoals hij bij het licht geweldige Death Angel doet. Ook is de track een mooi vehikel voor wat flitsende en afwisselende gitaarsolo’s waarin opnieuw het fraaie contrast tussen de beide snarenplukkers is te horen. Prima keuze die Demmel, hoewel we natuurlijk ook prima hadden kunnen leven met Gary Holt.

Maar het sterkste werk staat voor mij ontegenzeggelijk op de tweede helft van de plaat. Het razend rappe Everything I Hate About You zal voor een minuut en 21 seconden menig pit doen veranderen in een bloederige “sportschool from hell” en geeft nog het meest het gevoel van het ongenaakbare Slayer tussen, zeg 1986 en 1991, toen je bijna bang was om de concertzaal te betreden (vraag maar aan Mindfunk). Shrapnel, waarin Mark in het eerste couplet even zijn beste Tom Araya neerzet mag er in zijn duistere doorstampen ook best zijn. Het gitaarthema – kennelijk geïnspireerd door Scorpions en Helloween!? – dat regelmatig terugkomt, kleeft lekker en Osegueda spuugt nog net zijn tanden niet uit van ongebreidelde woede en dat werkt hier heel goed. Met de afsluitende titelsong zet King een kort maar krachtig uitroepteken achter zijn eerste uitstap. Na opnieuw een midtempo vertrek gaat het tempo omhoog. Nors knorren de riffs van King op de achtergrond (ik had ze misschien toch echt wat verder naar voren gehoord) onder bijna atonale leads en weer een woedende Osegueda: “til blood rains from the skies!”. En zo is de cirkel weer rond wanneer de track zijn plotse einde vindt.

Marco: Over het algemeen gaat mijn voorkeur absoluut uit naar de nummers waar het gaspedaal diep naar de bodem gaat, zoals Where I Reign, Idle Hands en Crucifixation. De adrenaline en tomeloze energie op deze nummers maken veel goed van wat de nummers aan creativiteit missen. Op de langzamere nummers valt helaas duidelijker op dat het songmateriaal niet altijd even sterk is. Neem nu een nummer als Trophies Of The Tyrants, dat aan elkaar hangt van riffs waar geen enkele inspiratie uit blijkt of Tension, waar elke vorm van spanning uitblijft. Positieve uitzondering is wat mij betreft Shrapnel, een midtempo thrasher met een fijne groove waar Mark Osegueda ook andere facetten van zijn stem kan laten horen. Ook Residue blijkt na meerdere luisterbeurten een groeier die met een beetje (veel) fantasie doet denken aan de midtempo-nummers van Slayer ten tijde van South Of Heaven en Seasons In The Abyss.

Wat is de fijnste, of meest karakteristieke Kerry King-riff op de plaat?

Michiel: Oeh, die tragere, lopende die rond twee minuten in Crucifixation wordt ingezet heeft een fraaie ietwat donkere (ja, duh!) melodie en is er dan weer wel zo een die zich gemakkelijk in de hersenstam freest. Naar het einde toe krijgt hij overigens door de springerige slaggitaar die erover heen gelegd wordt bijna een nu-metalgevoel mee. Ook hier valt weer die jamsessie-achtige vrijheid op voordat de boel met een razende solo stevig op de rails wordt getrokken, waarna King diezelfde boel eigenhandig het refrein induwt. De dragende riff in Toxic heeft – anders dan het wat drammerige refrein – ook wel wat van die klassieke koninklijke magie, maar we horen hem weer echt in de dreigende steeds terugkerende riff van Shrapnel die over zware donderende drums eronder naar het einde toe uitpiept, zoals we eerder al eens hoorden op een album van een in deze recensie al best vaak genoemde band.

Marco: Het motief in Toxic speelt wel heel opzichtig met de misschien wel vetste riff in de geschiedenis van thrash metal en zal ongetwijfeld menig Slayer-hart sneller doen kloppen. Maar ja, die riff was door wijlen kompaan Hanneman geschreven, dus dat telt niet. De openingsriff in Where I Reign is in alles een typische King-riff die in concertzalen tot menig circlepit zal leiden. Crucifixation start met een vinnige riff waarbij het lastig stilzitten is en ook de riff die de brug inleidt is uiterst genietbaar.

Eindconclusie? Welke plek zal dit From Hell I Rise krijgen in de metalgeschiedenis?

Michiel: Oh dat is makkelijk, die van het eerste album van Kerry King buiten Slayer! Flauwe grappen daargelaten. From Hell I Rise is gewoon een sterke thrashplaat die misschien wat gewenning vraagt en ook her en der een klein dipje kent. Het refrein van Toxic bijvoorbeeld is wat drammerig en simpel naar mijn smaak, maar dat neemt niet weg dat straks hele (Graspop-)weiden zullen meezingen. Maken we de rekening op, dan staan er echter genoeg overtuigende songs op de plaat en zelfs op de wat minder memorabele momenten overstijgt het niveau mede door de kwaliteit van zang en spel de middenmoot. Zo is het punky Two Fists muzikaal misschien wat eenvoudig, maar als Mark brult “I thought my hatred went away, but no it’s fucking here to stay!” ben ik helemaal mee. En zo zal de plaat een prima fundering voor het vervolg van de carrière van Kerry King kunnen zijn. Benieuwd of ze nog een vervolg gaat krijgen (en in welke samenstelling) nu Slayer kort na de aankondiging van dit album bekend maakte toch weer (wat) optredens te gaan doen. Nieuw werk van die band lijkt echter niet in het verschiet te liggen (maar je weet kennelijk maar nooit) zodat Kerry King vooralsnog het beste vehikel is om de riffs van King naar de hongerige massa’s te brengen.

Marco: Uiteindelijk zal dit album in de metalgeschiedenis vooral fungeren als excuus voor King en consorten om de wereld rond te reizen als meer dan een veredelde Slayer-tribute en zal het songmateriaal als vulmateriaal dienen tussen de Slayer-klassiekers op de samen te stellen setlist. Ondanks alle aanmerkingen die ik heb op dit album moet ik bekennen dat From Hell I Rise best een vermakelijk plaat is en het album zal ongetwijfeld zijn weg vinden op menig jaarlijst tegen het einde van dit jaar. Ikzelf zal echter geen plekje voor dit album reserveren.

Cijfer Michiel: 82

Cijfer Marco: 66

Score:

74/100

Label:

Reigning Phoenix Music, 2024

Tracklisting:

  1. Diablo
  2. Where I Reign
  3. Residue
  4. Idle Hands
  5. Trophies Of The Tyrant
  6. Crucifixation
  7. Tension
  8. Everything I Hate About You
  9. Toxic
  10. Two Fists
  11. Rage
  12. Shrapnel
  13. From Hell I Rise

Line-up:

  • Kerry King – Gitaar
  • Mark Osegueda – Zang
  • Phil Demmel – Gitaar
  • Kyle Sanders – Basgitaar
  • Paul Bostaph – Drums

Links: