Délétère – Songes d’une Nuit Souillée

Een zestal gasten uit Quebec, Canada, die duivelse psalmen op de wereld loslaten sinds 2012. We hebben het hier over de band Délétère. Schadelijk, zoals ook de religieuze organisatie is, die naar boven komt wanneer u op Facebook gaat zoeken naar de band. Dit blijkt dan weer een ode aan Satan te zijn. Een fanzine gemaakt door liefhebbers, die volgens mij geen enkele relatie heeft met de hier te bespreken band. Maar goed, Songes d’une Nuit Souillée dus. Het is het derde volwaardige album van deze viespeuken. Eerder kon u al kennis maken op Zware Metalen door het lezen van de vorige reviews: Les heures de la peste, Per Aspera ad Pestilentiam, De Horae Leprae, Opus BlasphematumEn mocht u dat ontgaan zijn, dan is er met het delen van deze reviews nu geen excuus meer om het niet alsnog te doen.

U heeft dan ook kunnen lezen dat het werk van dit Délétère niet altijd even positief is ontvangen. Toch maakt de band een ontwikkeling door waarbij de kwaliteit van het gebodene telkens weer wat stijgt. Op deze derde langspeler is dat wat mij betreft niet anders. Perversiteiten, schandalen en obsceniteiten, het komt qua thematiek allemaal weer voorbij. Een nachtelijke hoogmis waarbij de prediker zijn bevuilde verzen over het bebloede altaar heen spuwt. Zo komt deze plaat bij mij binnen. De variatie zoekt het gezelschap op door er eens een keyboardpassage aan toe te voegen. Met Sonata Impudicitiae zoeken de zwarte schurken nog eens een extra rustpunt. Niet dat dit zo direct nodig was, want de muziek zelf hobbelt en dendert steevast voort, zonder dat het van u als luisteraar veel inspanning vraagt.

Er is een aantal momenten op dit album hoorbaar waarop de band weet te excelleren, zoals de leadpartij tegen het einde van Le Labour des Chairs. De beklijvende gitaarriff die hypnotiserend blijft ronddwalen tijdens La Nuit Souillée, maar ook de melancholische gitaarriffs en de orgeltoetsen tijdens Sacre de la Perversion. Eigenlijk start de band al direct sterk met de opener Chasse Obscène waar er met een lading zinderende tremolo de toon wordt gezet. Door de koorachtige gezangen klinkt het geheel sacraal, maar door de blastpartijen en de intense krijsvocalen zeker niet zachtaardig. De afwisseling blijft intact en boeiend tijdens het nummer, waardoor het ruim vijf minuten genieten is. Na een gesproken intro barst het geweld van Délétère met het tweede nummer Sacre de la Perversion volledig los. Dit is typisch een nummer waarbij de blastbeats als het ware over elkaar heen tuimelen. En ook hier blijft de koorzang niet lang achterwege. Dit nummer is in de basis vele malen harder dan de opener, qua agressie en qua snelheid. De eerder aangehaalde melancholische gitaarriffs tijdens het tweede gedeelte van deze oersterke mastodont zorgen voor instant kippenvel, waarna de orgeltoetsen en de bezeten vocalen er nog een schepje bovenop doen.

Foutredieu lijkt dan in eerste instantie wat te verschuiven richting Zweedse black (denk Watain, Dissection) Toch zorgen de Franstalige vocalen en de wederom terugkerende kerkgangers voor een geheel eigen accent. Kerkbellen openen vervolgens de vijf-en-een-halve minuut durende Messe Scandaleuse. Een nummer dat net even iets rustiger aandoet, zonder dat de band er echt volledig de vaart uithaalt. Esoterische klanken en melancholische gitaarriffs worden gecombineerd met de monsterlijke vocalen en rondvliegende blastpartijen. Vooral het einde is erg begeesterend, wanneer het gezelschap even ruimte maakt voor een meer sferische passage. Dit roept toch wel echt een hoop nostalgische gevoelens op bij uw redacteur van dienst. De Canadezen blijven nog even hangen in dit gevoel, als het intermezzo Sonata Impudicitiae wordt ingezet. Een bedompte, sferische toetsenpartij zoals ook het Zweedse Shining dat dikwijls op zijn albums doet.

De punkblackpassage (drums) tijdens Lex Syphilli is dan nog eens een opvallend moment, waarna de band met razendsnelle black doordendert richting het nummer Le Labour des Chairs. Ferme noten worden gekraakt, zonder dat het materiaal echt bovengemiddeld aanvoelt. Of het moet zijn tijdens de passage tegen het einde, waar de eerder aangehaalde lead zijn uitwerking niet mist. Het afsluitende La Nuit Souillée gaat een tikkeltje trager van start, maar klaarblijkelijk houden de heren dit toch niet al te lang vol. Er is slechts weinig voor nodig om deze band te laten ontvlammen met een aanstekelijke mix van mid-tempo en razendsnelle black. Zo lijkt dat dan toch, wanneer ik Songes d’une Nuit Souillée meerdere malen dagelijks luister. De Canadese band mag dan ook vol trots dit album op de wereld loslaten, waarbij de positieve kritieken gemeend zijn. Desondanks plaats ik een kleine kanttekening als het gaat om een aantal te generieke gitaarriffs en momenten die wel erg doen denken aan het werk van weleer. Maar de uitvoering is zondermeer knap gedaan.

Score:

85/100

Label:

Sepulchral Productions, 2023

Tracklisting:

1. Chasse Obscène
2. Sacre de la Perversion
3. Foutredieu
4. Messe Scandaleuse
5. Sonata Impudicitiae
6. Lex Syphilli
7. Le Labour des Chairs
8. La Nuit Souillée

Line-up:

  • Thorleif – Vocalen, keyboards
  • Atheos – Gitaren
  • Glauque – Gitaren
  • Matrak – Gitaren
  • Anhidar – Bas, vocalen
  • Kaedes – Drums

Links: