Vaak zijn LP’s en cd’s voorzien van een wervende sticker op de hoes. Deze geeft een korte en pakkende omschrijving van de plaat. Soms in combinatie met uitmuntende cijfers uit diverse media. Deze stickers worden geplakt omdat het op veel plekken niet mogelijk is de muziek te beluisteren, of om de haastige mens te overtuigen. Je moet er dan maar van uitgaan dat het “waar” is wat er staat. Zo heeft Excruciation, de nieuwe plaat van Curse the Son, ook een sticker: “The sound of dinosaurs walking the earth”. Vrij vertaald: Het beukende geluid van lopende dinosaurussen. Meer niet en dat is ook niet nodig. Vanaf het eerste tot en met het laatste nummer word je met zware riffs om de oren geslagen.
Curse the Son, in 2008 opgericht, is begonnen als studioproject van Ron Vanacore. In het jaar van oprichting nog kwam de EP Globus Hystericus uit. Deze EP was eigenlijk bedoeld om bandleden te strikken, zodat Curse the Son kon optreden, meer dan dat het om een echte release ging. Twaalf jaar later komt Curse the Son met zijn vierde plaat Excruciation (de EP dus niet meegerekend). Tussen het zeer goed ontvangen vorige album Isolator en deze plaat, had de band wat tegenslagen te verwerken. Zo stopte drummer Michael Petrucci ermee. Er moest dus een nieuwe slagwerker gevonden worden. Met Robert Ives als vervanger kreeg daarna bassist Brendan Keefe een zwaar motorongeluk. Dit heeft ervoor gezorgd dat Excruciation later dan gepland op de planken lag en ook een stuk somberder klinkt dan de voorgaande releases.
De leden van Curse the Son zullen de laatsten zijn om te ontkennen dat ze hevig beïnvloed zijn door een bandje uit Birmingham opgericht eind jaren ‘60 van de vorige eeuw. Bij het opzetten van het eerste nummer, Suicide by Drummer, voel je de logge riffs door je lijf kruipen. Het klinkt zwaar, vooral heel zwaar. Je hoort ook meteen dat de nieuwe drummer geen verkeerde keuze is geweest. Het nummer heeft overigens niks te maken met het vertrek van de vorige. De zware en logge riffs stampen door in het tweede nummer, Disaster in Denial, alleen wat trager. Ook hier hoor je weer goed waar Curse the Son de mosterd heeft gehaald. Helaas zakt de plaat hierna wat in. De nummers Novembre, Worry Garden en Black Box Warning zijn degelijke nummers volgens het Stonerboekje, maar het zijn geen uitblinkers. De opbouw is niet erg spannend en daardoor voelt het langdradig aan. Het titelnummer, Excruciation, is de ballad van de plaat. Zanger Ron Vanacore zet hier een zware bariton in, die bijna hypnotiserend klinkt. De muziek zelf kabbelt wat heen en weer. Zelf ben ik geen liefhebber van ballads dus voor mij maakt het volgende nummer, Infinite Regression, een hoop goed. Het is het kortste en meest intense nummer van de plaat. Het klinkt alsof de mannen flink bezig zijn knoestige planken doormidden te zagen, inclusief wat vingers. Het één-na-laatste nummer Devil Doctor Blues klinkt zoals de titel doet vermoeden: een bluesnummer met slidegitaar. Ik zie het als een adempauze voor de laatste track van de plaat: Phoenix Risin’. Een geniaal nummer en totaal anders dan de rest. Traditionele heavymetalriffs, gecombineerd met een gitaarsolo en lange, zuivere, uithalen van de zanger. Samen met Infinite Regression mijn favoriet van dit album.
Als je van zware, hoekige riffs houdt, waarbij duidelijk is waar Curse the Son zijn inspiratie vandaan heeft gehaald, kan je deze plaat blind kopen. De sticker op de hoes slaat de spijker op zijn kop. De dinosaurussen zijn al een poosje uitgestorven, maar gelukkig zijn er bands als Curse the Son die je het geluid toch nog laten herbeleven.
Score:
82/100
Label:
Ripple Music, 2020
Tracklisting:
- Suicide By Drummer
- Disaster In Denial
- Novembre
- Worry Garden
- Excruciation
- Infinite Regression
- Black Box Warning
- Devil Doctor Blues
- Phoenix Risin’
Line-up:
- Ron Vanacore – Zang, gitaar
- Brendan Keefe – Basgitaar, gitaar
- Robert Ives – Drums
- Eric Lichter – Diverse instrumenten
Links: