Alan Parsons – One Note Symphony (Live in Tel Aviv)

Oké, ik hoor onze lezers al denken; “wat doet een recensie van Alan Parsons op Zware Metalen” en dan nota bene ook nog een live album. Aan alle puristen op het gebied van black, death, grind en ander zwaar metaalgeschut, jullie mogen nu zondermeer afhaken en door naar de volgende recensie.

Dit is leesvoer voor de meer ruimdenkende metalfan, ofwel de progfanaat die enige vorm van symfonie kan waarderen. Voor de onwetenden onder ons, The Alan Parsons Project was midden jaren zeventig tot eind jaren tachtig bekend als samenwerkingsverband tussen de Britse componist Alan Parsons en de Schotse muzikant/componist Eric Woolfson. Met een sterk wisselende bezetting, die veelal bestond uit gastmusici werd er van 1976 tot pakweg 1989 in harmonie door de heren gecomponeerd en gemusiceerd. Het doel was om een zo perfect mogelijk geluid te creëren in de vorm van uitgebalanceerde, dynamische, maar zeker ook dramatische nummers. Woolfson was verantwoordelijk voor de ballades en de rustige nummers, terwijl Parsons zich vooral onderscheidde met de meer uitgesproken, soms hitgevoelige krakers. Noemenswaardig is dat de albums in deze periode typische conceptalbums waren. Zo is het debuut Tales of Mystery and Imagination gebaseerd op de verhalen van de schrijver Edgar Allan Poe, I Robot op science fiction en heeft het magistrale The Turn of a Friendly Card als thema gokken en verslaving. Zoals wel vaker het geval is bij muzikale duo´s, bleek ook hier een breuk tussen de heren onvermijdelijk. Zo rond 1990 ging Parsons verder met het schrijven van conceptalbums, terwijl Woolfson zich bezighield met het arrangeren van musicals. Het grote succes bleef daarna echter uit, voor Parsons was het wel de opmaat om onder de naam Alan Parsons Live Project rond te gaan toeren, waarbij hij tussen 2010 en 2014 ook diverse keren Nederland aandeed.

En nu in 2022 ligt er dan dit live album, ingespeeld samen met The Israël Philharmonic Orchestra in de schappen. Ook hierop is weer een keur aan gastmusici te horen. In zijn algemeenheid vult het orkest de nummers goed aan en dat hoor je vooral terug tijdens de drukkere nummers. Al vanaf het begin van dit dubbelalbum is het duidelijk dat we naar een live opname luisteren. Onder luid gejuich wordt het futuristisch One Note Symphony ingezet. Vanaf die allereerste noten voel je je als luisteraar direct betrokken bij deze live ervaring. Dit zet de band stijlvol voort met het tweede nummer Damned If I Do, afkomstig van het minder enthousiast onthaalde album Eve uit 1979. Het zal mij eerlijk gezegd een zorg wezen, want ik vind met name de blazers tijdens dit nummer schitterend! Na het obligate “thank you” volgt wellicht één van de meest bekende en nostalgische nummers, de evergreen Don’t Answer Me, voorzien van de opzwepende castagnetten. Met nummer vier komen we toe aan het emotioneel beladen Time. Een echte ballade, waarbij de zanger van dienst, P.J. Olsson, op het randje van toonvast en vals balanceert tijdens de hogere uithalen. Toch is het geheel van een dermate hoge klasse, dat ik niets anders kan dan gefascineerd blijven luisteren, met het kippenvel op de armen.

Breakdown-The Raven toont vervolgens de wat meer funky kant van de band. Met een perfect gevoel voor timing knalt dit nummer uit mijn speaker. Ook hier horen we de toegevoegde waarde van het orkest, dat zinderend het bruggedeelte ten gehore brengt. Violen, blazers en percussie vullen elkaar aan om zo gedecideerd naar het einde van het nummer toe te werken, in navolging van het heerlijke gitaarwerk en de mooie vocale uithalen. Het applaus valt de band ten deel. Meer dan terecht, want zo hoort de band live te klinken! Daarna is het tijd voor het futuristische instrumentaaltje Luciferama, wat zich ook bijzonder goed leent voor een orkestrale aanvulling. De hobo (of fagot?) doet zijn intrede, wanneer we vol ontroering luisteren naar misschien wel één van de mooiste nummer van deze plaat, Silence And I. Het introverte en gevoelige begin van het nummer ontaardt gedurende het bruggedeelte in een ware kakofonie, waarmee het orkest wel raad weet. Tegen het einde komt de rust en emotie weer terug. Naast het feit dat het orkest hier groots uitpakt en dat ook met volle overgave doet, is er een glansrol weggelegd voor de zanger die hoge ogen gooit. Schitterend, hier kan ik uren naar blijven luisteren.

Maar het volgende hoogtepunt dient zich alweer aan, dus er is geen tijd om lang stil te blijven staan. Het funky en eigenwijze I Wouldn’t Want To Be Like You klinkt lekker brutaal en swingt als een malle. Het is duidelijk dat het orkest nu even kan indutten. Dat is helemaal niet erg, want het is zo ook puur genieten van de fratsen op een “wahwah-gitaar” en het toch wel goed hoorbare publiek! Jeff Kollman is de perfecte kandidaat voor dit nummer. Zijn stemgeluid is niet al te complex, maar heeft genoeg timbre om deze funky kraker te doen ontbranden.

We sluiten de eerste cd af met Don’t Let It Show, dat ook hier met orkestrale invulling goed uit de verf komt. Toch vind ik dit het minst genietbare nummer van het album, maar dat is vermoedelijk een kwestie van smaak.

Op de tweede cd is er ruimte voor het meer experimentele karakter van het gezelschap. Het voor het orkest geschreven The Sorcerer’s Apprentice, afkomstig van The Secret (2019), is een heerlijk orkestraal intro om mee te openen. Noemenswaardige nummers op deze tweede cd zijn het pop-achtige Standing On Higher Ground, het swingende Prime Time met watervlug gitaarwerk en het schitterende Old And Wise. Het futuristische Sirius – Eye In The Sky mag natuurlijk ook niet onbenoemd blijven. Ook dit is en blijft een tijdloos nummer wat zich heel goed leent voor een live optreden.

As Light Fall kan mij dan weer helemaal niet bekoren, het nummer mist de nodige dynamiek en schwung om op deze live plaat voldoende tot zijn recht te komen. Hetzelfde gaat op voor I Can’t Get There From Here. Ook dit is niet zozeer een slecht nummer, echter past het totaal niet bij de rest van het live album.

Buiten het eerder besproken intro merk ik wel op dat het orkest op de tweede cd wat meer op de achtergrond blijft. In zijn geheel lenen de nummers zich hier ook wat minder voor. Wellicht een bewuste keuze, maar ik vraag mij toch af of dit niet anders had gekund qua verdeling over deze dubbelaar. Al met al kom ik tot de conclusie dat dit een prachtige live registratie is van Alan Parsons. Met slechts enkele mindere momenten kent het album vele hoogtepunten voor de liefhebbers.

Label:

Frontiers Music, 2022

Tracklisting:

CD 1:

  1. One Note Symphony
  2. Damned If I Do
  3. Don’t Answer Me
  4. Time
  5. Breakdown/The Raven
  6. Luciferama
  7. Silence And I
  8. I Wouldn’t Want To Be Like You
  9. Don’t Let It Show

CD 2:

  1. The Sorcerer’s Apprentice
  2. Standing On Higher Ground
  3. As Lights Fall
  4. I Can’t Get There From Here
  5. Prime Time
  6. Sirius/Eye In The Sky
  7. Old And Wise
  8. (The System Of) Dr. Tarr And Professor Fether
  9. Games People Play

Line-up:

  • Alan Parsons: Zang, akoestische gitaar, ukelele, keyboard
  • P.J. Olsson: Zang akoestische gitaar, percussie
  • Todd Cooper: Zang, saxofoon, akoestische gitaar, percussie
  • Jeff Kollman: Gitaar, zang
  • Tom Brooks: Keyboard, zang, orkest arrangeur
  • Dan Tracey: Gitaar, zang
  • Guy Erez: Basgitaar, zang
  • Danny Thompson: Drum, zang
  • Jordan Asher Huffman: Zang
  • The Israel Philharmonic Orchestra

Links: