Waarom wachten tot organisatoren jouw band contacteren om op een evenement te komen spelen als je gewoon zelf een evenement kan in elkaar steken? Dat is een sterk versimpelde samenvatting van hoe Arson te werk is gegaan voor deze Bonfire V. De band organiseert gewoon zelf zijn optredens en betrekt hier steevast een andere band bij. Voor deze Bonfire V viel de keuze op Tangled Horns. Beide bands gaven afgelopen vrijdag een optreden in Gent en Zware Metalen was aanwezig om de sfeer en de whiskey te proeven.
Het Gentse Arson bestaat reeds sinds 2016, maar de meeste leden kennen elkaar al langer. Al veel langer zelfs. Als mijn informatie klopt kennen sommige bandleden elkaar reeds van in hun kindertijd. Het zijn ondertussen jonge dertigers, maar de jeugdige energie is nog met onaangeboorde reserves aanwezig. Ik werd op het spoor van deze band en dit evenement gezet doordat een collega van me eveneens een jeugdvriend is van sommige van de bandleden. Arson speelt een soort combinatie van hardcore, punk en screamo. In alle eerlijkheid: niet mijn muziek. Ik ken echter het voorprogramma: Tangled Horns. Als grungeliefhebber wil ik de kans niet laten liggen om deze band eens aan het werk te zien. Gezwind en nog schattig naïef voor het verderf dat me te wachten staat, besluit ik met wat vrienden een kijkje te gaan nemen. Op het gemak, want ik moet de dag erop werken. We gaan dus niet te zot doen. Famous last words.. zo zou later blijken.
De eerste band, Tangled Horns, komt uit Hoogstraten, dicht bij de Nederlandse grens. De kempense band speelt een heerlijke mix van 90’s grunge en 00’s garage, gekruid met een stevige dosis stoner. Geen metal, maar toch oerend en genadeloos hard. Vanaf de eerste tonen ben ik al fan. Deze heren weten waar ze mee bezig zijn. Ik zag de band nog nooit eerder live aan het werk, maar de groep zijn reputatie kende ik wel reeds natuurlijk. De aandachtige metalliefhebber zal overigens ook al van Tangled Horns gehoord hebben. De muziek van deze band werd bijvoorbeeld reeds in de Zwaarste Lijst gestemd. Voor de Nederlandse lezers: dit is een jaarlijkse muzieklijst voor metal en hard rock op de Belgische radiozender Studio Brussel.
Ik ben vooral fan van de energie, drive en precisie waarmee drummer Kris het ritme aangeeft. Mijn kameraad naast me kan dan weer niet zwijgen over hoe lekker die sologitarist aan het spelen is. De motor van de band luistert echter naar de naam Tim Van de Plas. Ik weet niet of we hier te maken hebben met een ADHD’er of met iemand die dagelijks zo’n vijftien blikken Red Bull consumeert, maar de energie die deze man tentoonspreidt, kan moeiteloos enkele gezinnen doorheen de gascrisis helpen.
Als zanger heeft hij het publiek echt wel onmiddellijk mee. Nog tijdens de eerste minuut springt hij reeds tussen de toeschouwers en maant hij iedereen aan om dichter bij het podium te gaan aansluiten. Ineens houdt de microfoon het voor bekeken, maar daar trekt hij zich geen bal van aan. Dan maar zonder micro wat staan brullen, en het werkt nog ook! Sterke frontman hoor. Sta daar als band maar eens achter te spelen. De sfeer raakt met de seconde meer verhit. De decibels schieten geregeld boven de 100 dB. Nee, Tangled Horns is geen metalband. Dat herhaalde zanger Tim een paar keer, maar brutaal hard zijn ze wel. Destination Tipping Point wordt ondertussen ingezet. Rockmuziek zoals rockmuziek is bedoeld om te klinken. Hey, wacht? Staat die zanger daar nu echt met twee microfoons in zijn handen rond te springen? Speciale gast hoor. Ik heb eigenlijk niets liever dan zulke figuren.
De band doet me bij momenten aan Melvins denken. Qua muziek uiteraard, maar ook door de frontman. Serieus en gemeend compliment. Helaas is Antwerps niet een dialect dat ik gemakkelijk versta. Meer dan de helft van de tijd heb ik er geen flauw idee van wat de brave man allemaal aan het vertellen is, maar hey, de schwung en sfeer zijn top. Daar is gelukkig geen basiscursus Antwerps voor nodig. Mijn Turkse kameraad vraagt me ondertussen of het normaal is dat hij de zanger niet begrijpt. Geen zorgen man. Ik versta hem ook niet.
“Nog één nummer!” kondigt de zanger aan. Dat heb ik helaas wel verstaan. Jammer, maar het zit er alweer op. Wat hebben de heren van Tangled Horns voor een heerlijke show gezorgd zeg. De gitarist perst er nog één scherpe gitaarsolo uit en Tim Van de Plas begint er doodleuk de tekst van Technotronics Pump Up The Jam over te zingen. Komisch, amusant en dus goed gedaan. Het applaus van het publiek is terecht en gemeend. De zaal is ondertussen volledig volgelopen en de sfeer zit er serieus in.
Als band zo’n voorprogramma programmeren getuigt van zelfvertrouwen. Je moet namelijk na deze Tangled Horns het podium op. En zelfvertrouwen, dat hebben de heren van Arson wel. Terecht, zo blijkt al snel. De podiumprésence en energie van de vorige frontman wordt namelijk moeiteloos geëvenaard door de frontman van Arson. De vierendertigjarige Gentenaar Jeroen speelt een thuismatch deze avond, want de zaal staat vol kennissen en vrienden. Tijd voor een feestje dus. Vooraan naast het podium wordt een whiskeybar geïnstalleerd en een bebaarde, kloeke barman deelt er gezwind gratis shotjes uit aan de mensen op de eerste rij. Ook een manier om de sfeer erin te krijgen natuurlijk. Al is dit niet meer nodig na de energieboost die Tangled Horns in het publiek injecteerde. Mijn collega sleurt mijn kameraad en mezelf mee naar de bar en ziet erop toe dat we onze shot binnenkrijgen. Het feit dat ik de dag erop moet werken, wekt amper tot geen medelijden of medeleven op. Mijn protest levert me gewoon een tweede shotje op.
Na wat heen-en-weergeroep tussen de bandleden en de geluidsmannen staat de muziek eindelijk goed afgesteld en kan het optreden van start gaan. Ik krijg tot mijn afgrijzen weer een shotje whiskey voorgeschoteld. Mijn protest is meer voor de show dan wat anders. Ik ben ondertussen namelijk reddeloos verloren en dat besef is ingezonken. Een luide schreeuw weerklinkt en de menselijke dynamo vooraan op het podium kickstart het optreden. Het publiek zet zich in beweging, maar nog niet voldoende naar zanger Jeroens gevoel want hij springt van het podium en splijt het publiek in twee als ware hij Mozes zelf. “Wall of death! Nu!”. Zijn woorden zijn nog niet koud of er springt al een man met een groene hanenkam in mijn nek.
Oké. Het zal zo’n avond worden dus. Ik let de daaropvolgende tien minuten nog amper op de muziek want ik sta ineens temidden van een moshpit en besef plotseling hoe handig het is om in zulke omstandigheden een whiskey-stand binnen armbereik te hebben. Goede zet heren. Ik zag de laatste jaren veel optredens, bevond me wel vaker temidden van een mosh, maar amuseer me op deze nog net iets kostelijker dan anders. Mijn nieuwe kameraad (de hanenkam) heeft de whiskeybar ook ontdekt en staat naast me bij te tanken. Het is een dakwerker in het dagelijkse leven. Heerlijk figuur.
Plots wordt de sfeer zeer ernstig. De zanger deelt het publiek mee dat de bandleden dit jaar een dierbare vriend verloren en men draagt het volgende nummer aan hem op. Het duurt maar enkele seconden tot iedereen spontaan TC Matics O La La La herkent. Mooie ode aan de onlangs overleden Arno en uitstekend gecoverd. Ook de frontman van Tangled Horns kan zich niet bedwingen en komt mee het podium op om deze mee te zingen. Dubbele dosis energie!
Van dosissen energie gesproken. Ik besluit me wat van die whiskeybar te verwijderen om te voorkomen dat ik me de dag daarop ziek moet melden op mijn werk. Tevergeefs zo blijkt, want de barman besluit met enkele flessen whiskey de zaal in te lopen en onschuldige muziekliefhebbers nu rechtstreeks alcohol toe te dienen. Gewoon de fles uitgieten in ieders mond. Nul komma nul procent medelijden. Drinken ga je doen en nu weer gaan springen vooraan aan dat podium! Ok meneer.
Er wordt lustig gemosht en gecrowdsurfd, maar de zanger maant het publiek plots tot rust aan. Hij springt opnieuw van zijn podium en zet zich temidden van het publiek neer op de grond. Tijd voor een kalmer nummer zo blijkt. Spontaan beginnen mensen zich eveneens neer te zetten. Het zorgt alleszins voor een broodnodige rustpauze temidden van de krankzinnigheid van het hele gebeuren. Opvallend trouwens hoe de bandleden allemaal strak in het pak zitten. Onderjasje aan, een stropdas, de mouwen een beetje opgerold zodat de tatoeages nog net tevoorschijn komen. Beetje jaren ‘30 maffiastijl. They’re making us an offer we can’t refuse. Daar is met andere woorden de whiskey weer. Ik krijg opnieuw een geut ingegoten. Klaar voor het volgende nummer of de volgende mosh.
Het optreden hervat na dit kalmere intermezzo namelijk met dezelfde vurigheid als daarvoor. Kan ook niet anders met zo’n bandnaam natuurlijk. De band besluit dit letterlijk te nemen en haalt voor de finale alles uit de kast. De gitarist torent via de bar boven het publiek uit en steekt een lekkere gitaarsolo af. Rond hem liggen overal lege flessen whiskey. De vleesgeworden definitie van drugs en rock ‘n roll. Tegelijk worden de cimbalen van de drummer in brand gestoken, dit terwijl die brave man al kloppend en slaand vol overtuiging zijn eindsprint inzet. Dit is beter dan vuurwerk. Schitterend einde van een fantastisch optreden. Nee, van screamo ben ik nog altijd geen fan, maar potverdikke gasten.. dit was een geweldig optreden! Ik denk dat er niet één persoon in de zaal rondloopt die niet overtuigd raakte van zowel Tangled Horns als Arson. Wat een killercombo bleken deze twee bands te zijn. Een dubbele knockout in twee delen. Hiervoor was helemaal geen whiskey nodig, maar het was in ieder geval een leuk concept. De lange werkdag die na deze avond volgt neem ik er met plezier bij.
Als je de kans krijgt om één van deze bands eens live aan het werk te zien: niet twijfelen en gewoon gaan! Ik hou beide bands in ieder geval in de gaten en zal in de toekomst met plezier nog eens gaan moshen op hun muziek. Van die whiskeybar ga ik echter wijselijk ver, ver weg blijven. Er is een reden dat dit concertverslag nu pas online staat en ik de deadline van het afgelopen weekend niet haalde. Ik drink nooit meer whiskey.
Datum en locatie
6 mei 2022, Trefpunt, Gent
Foto's:
Jens Baert
Links: