Helemaal in een uiterste uithoek van Nederland, op een gitaarstring afstand van Duitsland, ligt het dorpje Schoonebeek. Geen dorpje zoals zovelen in deze contreien, want binnen de dorpsgrenzen bevindt zich het op een na grootste olieveld op het West-Europese vasteland. Het is hier waar jaarlijks het zwarte en het muzikale goud samenkomen tijdens Schoonebeek Deathfest. Acht bands, één podium. Geen gezeur, spelen maar! Remco Faasen negeerde het SMS-je dat hij van de Bundesregierung kreeg over de coronamaatregelen en schreef op wat hij zag. Christel Janssen deed datzelfde met haar camera.
De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) heeft vanaf het einde van de Tweede Wereldoorlog tot 1996 zo’n 250 miljoen vaten olie uit de Schoonebeekse grond gehaald en doet dat sinds 2011 opnieuw. Speciaal voor medewerkers van de NAM bouwde het bedrijf recreatiecentrum De Boô, dat sinds enkele jaren dienst doet als ontspanningscentrum voor alle Schoonebeekers. Aan de rand van het dorp is het een perfecte locatie voor een dagje Schoonebeek Deathfest. En omdat er in Schoonebeek geen dure raceauto’s rijden én er geen prins met een grote bril woont, moest het metalen feestje worden gevierd met maximaal 750 man. Die stroomden van heinde en verre toe.
Zo is het al best druk als Demored het dagje death aftrapt. Een koddig schlagernummertje kondigt de komst van de vier Duitsers aan. Het podium in Schoonebeek wordt geflankeerd door een doek met de namen van alle deelnemende bands aan de ene kant en aan de andere kant grijnst een langharig figuur ons toe. De grijns behoort toe aan de eerder dit jaar overleden Sven Gross, vriend van de scene, vriend van dit festival en als zanger actief voor Fleshcrawl en Burial Remains. De mannetjes van Demored (ja, ze zijn echt klein uitgevallen) die enigszins weifelend het podium betreden, moeten de carrière van Gross nog maar zien te evenaren. Het lukt ze evenwel wel direct om de PA kapot te spelen: de gitaristen en bassist zijn plots niet meer te horen. Roestig natuurlijk: ook de apparatuur heeft maandenlang niets gedaan.
Het weer is geweldig, het bier koud en het weerzien met oude bekenden erg leuk, maar onder mindere omstandigheden zou je kunnen zeggen dat Demored niet in staat is potten te breken. Daarvoor is het allemaal iets te veilig en te weinig onderscheidend en dan helpt het accent van zanger/gitarist Magnus Fischer ook nog eens niet mee. Nummers als Bodyswap, Slaughtering the Son of God en Cease to Exist gaan toch vooral het ene oor in en het andere uit. Jammer ook van de lange pauzes tussen de nummers door, dat haalt de vaart behoorlijk uit het optreden. Als de set dan eenmaal op gang is, is de muziek van de heren beter te behappen maar juist dan gooien technische problemen weer roet in het eten. Dread Return (Life Reformed) sluit de hortende en stotende set vervolgens af. Volgende keer beter, Demored!
Waar de voorman van de vorige band die op het podium stond de uitstraling van een verlegen magazijnmedewerker had, is daar bij Mouflon geen sprake van. Integendeel, zanger RJ is de baas op het podium. Zoveel is duidelijk. De Arnhemse band brengt diens death metal met meer groove en de muziek blijft beter hangen vergeleken met de opener. De band straalt op de planken. ‘Het is godverdomme teringlang geleden dat we heerlijk op een podium stonden’, concludeert RJ al snel. En daar zal menig bezoeker vóór het podium precies zo over denken.
Mouflon maakt death metal die de presentatie van RJ rechtvaardigt, want de Arnhemmers kunnen een lekker potje spelen. Lekker gitaarsolootje hier, doomstukje daar, opeens wat blastbeats en dan die rollende grunts eroverheen. Het kan zelfs de in een groene bloemtjesjurk gestoken dame voor het podium bekoren. Nooit geweten dat je op death metal kan dansen, maar zij krijgt het voor elkaar. De band op het podium raast ondertussen door en komt hier prima voor de dag. De mannen zijn enthousiast, ondanks de lange periode van inactiviteit goed op elkaar ingespeeld en hebben prima materiaal in huis om reikhalzend uit te kijken naar het later dit jaar bij Raw Skull Recordz te verschijnen nieuwe album.
Op het allerlaatste moment heeft Abrupt Demise moeten afzeggen en dus heeft het Duitse Aeon of Disease de ruim anderhalve uur over de Autobahn afgelegd. Even lijkt het alsof de mannen direct vanuit de soundcheck aan hun set beginnen, maar de band wordt eerst nog enthousiast geïntroduceerd door de spreekstalmeester van de dag, die Sven Gross – de man op de banner – vervangt. Over Sven Gross gesproken: er zijn vandaag veel Fleshcrawl-shirts te zien en zanger Stephan vormt daarop geen uitzondering. Hij neemt eerst nog een hap rook die uit een machine opstijgt voordat hij zijn middenrif aan het werk zet en laat horen hoe Satan zelve zou moeten klinken.
Een nummer als Global Suicide gaat erin als de Deathfest Burger die verderop op het terreintje wordt verkocht en tussen het brullen door kan Stephan niet genoeg benadrukken hoe blij hij is met zijn herveroverde plek op een podium om vervolgens de deathmetalmachine uit Vechta fanatiek aan te voeren. Blikvanger van de band is echter de boos kijkende gitarist Markus die het hele optreden met de mondhoeken naar beneden getrokken zijn partijen speelt. Hetgeen ‘m overigens prima afgaat.
Nadat we hebben getoost op Sven Gross, wordt Iron Domination aan de overleden zanger opgedragen. Ik weet niet in welke wereld Gross zich inmiddels bevindt, maar hij zal er goedkeurend knikken want het is een beest van een nummer. Een sloopkogel. Alsof Aeon of Disease eigenhandig de olie uit de Schoonebeekse grond wil spelen. En als dat met Iron Domination niet lukt, zou dat met zomaar met Edge of Purgatory kunnen lukken. Iedere festivalorganisator mag zijn handjes dichtknijpen met een vervanger als deze: wát een heerlijkheid brengen deze mannen. Zelfs Markus moet er uiteindelijk van glimlachen.
Burial Remains, waarvoor Sven Gross debuutplaat Trinity of Deception heeft ingezongen, gooit het over een compleet andere boeg en brengt een fraaie combinatie van doom en stoner… Oh nee, toch niet. Het is weer death metal dat de klok slaat en niet alleen dat: Burial Remains laat de pit van Schoonebeek Deathfest openen. Iedereen met een kaartje en een QR-code of testbewijs is nu wel zo’n beetje binnen, want het terrein is lekker gevuld. Burial Remains opent met Spear of Destiny zo’n beetje de avond op het Drentse platteland en voor de Schoonebeekers die zich op gehoorafstand bevinden zal het wel allemaal hetzelfde zijn, maar de band uit Drachten heeft wel degelijk een eigen smoel. Wim grunt er lekker opgefokt op los terwijl er nèt genoeg melodie in het bandgeluid wordt gebracht om zich te onderscheiden van de grote massa.
Ter ere van hun voormalige zanger heeft Burial Remains eerder dit jaar de EP As Blood Rains from the Sky uitgebracht, waarbij het titelnummer een cover is van Fleshcrawl. Zelfs de dorpsgek van Schoonebeek begrijpt dat dit nummer vandaag passeert en gelijk een hoogtepunt van de set én het festival wordt. Helaas blijft gastzanger Rai Wolters (Departed Souls) veilig achter de merchandiekraam van zijn Raw Skull Recordz.
De ervaren rotten van Pentacle (bouwjaar 1989) zijn ook al niet gekomen om het kalmpjes aan te doen. Opmerkelijk: waar zojuist bij Burial Remains de jongere garde liefhebbers vooraan bij het podium stond, schuiven nu de ervaren rotten weer naar voren om nummers als …Rides the Moonstorm en Behold… Denial, Despair and Cruelty dankbaar in ontvangst te nemen. De oudjes zijn het haarzwaaien nog niet verleerd, tot zichtbaar plezier van zanger/bassist Wannes Gubbels die gretig gebruikmaakt van de drie microfoons die tot zijn beschikking staan.
Het is heerlijk doorrammen met Pentacle. Buiten de opener komt iedere band op dit festival uitstekend voor de dag en de Brabanders gooien daar nog een schepje bovenop. Qua soepelheid van spelen lijkt het wel een rock ’n rollshow, maar Pentacle brengt zijn death metal toch echt met volle overgave en plamuurt het geluid lekker dicht. Natuurlijk staat ook deze band stil bij het overlijden van Sven Gross, maar nog meer wil Gubbels aandacht voor het overlijden van Ancient Rites-drummer Walter van Cortenberg. De cover Longing for the Ancient Kingdom wordt aan de Belg opgedragen, de in het publiek staande gitarist Erik Sprooten is zichtbaar aangedaan en maakt opnames die ongetwijfeld hun weg zullen vinden naar het Ancient Rites-thuishonk in Diest. En hoe die cover bevalt? Wel, ‘As ‘t èerpelblad zuch krult komp der regen’, zeggen ze in Drenthe. ‘Wat denk je zelf’, zeggen ze in de rest van het land. Een klasse band die een klasse band covert, dat kan alleen maar perfectie opleveren. Deepness of the Depths sluit een heerlijk optreden af.
Het geluid van een sirene kondigt de komst van Graceless aan: nog zo’n band die de lange reis naar deze uithoek de moeite zo waard maakt. De mannen knallen er gelijk op met We Will Be Gods en stopt vervolgens niet meer met het uitdelen van uppercuts. Sterker nog, het lijkt wel alsof Graceless een versnelling heeft gevonden die verboden is in het normale verkeer. Slashed and Served brengt iets van verlichting, maar met Retaliation of the Wicked gaat de gashendel weer helemaal open. En dan komt Lugdunum Batavorum, de ode aan thuisstad Leiden, er nog overheen en dat is goed nieuws voor Björn Brusse, die er zijn vingervlugheid op de gitaar mee kan laten zien.
Sloopbedrijf Graceless gaat door met het schedelkrakende Shadowlands: het titelnummer van het eerste werkstuk van de band. Revenge Us, Die on Demand… het is alsof het kwartet tien jaar lang in een te krappe kooi opgesloten heeft gezeten en nu eindelijk de deur heeft open gekregen. De death metal dampfwalze wordt afgesloten met Warpath: het nummer waarvoor niet genoeg superlatieven zijn bedacht om de genialiteit ervan te omschrijven.
De oudste band van vandaag is Messiah. De Zwitsers kwamen voor het eerst in 1984 samen, maar kennen ook een lange geschiedenis van inactiviteit. De meeste albums (vijf van de zes) verschenen tussen 1986 en 1994: vorig jaar dan eindelijk de zesde. Nog meer voer voor cijferliefhebbers: voorman Andy Kaina rekent hardop uit dat de band al gauw dertig jaar niet meer in Nederland is geweest. Muzikaal brengt Messiah een wat gedateerde, rommelige en niet al te snelle mix van death, thrash en klassieke heavy metal en is de riff uit Total Maniac duidelijk door Black Sabbath geïnspireerd. Het valt allemaal wat weg tegen de bands die hiervoor op het podium stonden. Pas diep in de set begint bij schrijver dezes het kwartje enigszins te vallen, met nummers als Morte al dente en Extreme Cold Winter.
Het is even wennen tussen als het snelle en brute geweld vandaag, dit Messiah, maar de band heeft wel iets eigens en als iedereen is warmgedraaid gaat het rommelige eruit en staat er meer een band, waarbij de gelijkenissen tussen bassist Patrick ‘Frugi’ Hersche en Count Orlok uit de klassieke film Nosferatu uit 1922 verbluffend zijn. En hoewel de bassist met zijn kompanen moet vechten voor mijn waardering, is dat zeker niet het geval bij het publiek, dat al lang overstag is. Behoudens dan het Duitse stel direct naast mij dat alleen maar oog heeft voor elkaar en beter op hun plek zou zijn in een hotel. Er schijnt er zelfs een te zijn in Schoonebeek. Een beetje afwijkend, dit Messiah, maar uiteindelijk goed voor een aardit, tikje nostalgisch feestje.
Toch vervliegt de herinnering aan Messiah direct als Asphyx flink aan de late kant het podium betreedt om Schoonebeek Deathfest af te sluiten. De band is nog maar net onderweg als de apparatuur weer kuren vertoont en de dag dreigt te eindigen waarmee hij begon: technische problemen. Maar de Dutch Death Doom Elite is niet voor één gat te vangen en beukt in de herkansing door alsof er niets aan de hand was. Het podium is de natuurlijke habitat van deze band, dat zowaar nog iets van de festivalzomer heeft kunnen maken door na concerten in Duitsland en België weer eens op te draven in Nederland.
Death the Brutal Way wordt door zanger Martin van Drunen opgedragen aan ‘hen die schijt hebben om gevaccineerd te worden’ en Schoonebeek heeft de grootste moshpit voor het laatst bewaard. De organisatie had al verwacht dat het los zou gaan bij de headliner en inderdaad: de crowdsurfers melden zich bij bosjes en worden keurig opgevangen door de security, waar de eenzame crowdsurfer eerder bij Graceless zichzelf nog moest zien te redden.
Asphyx dendert door. Het zorgt voor kippenvel bij Deathhammer en een gelukzalig gevoel bij It Came From the Skies. Molten Black Earth wordt opgedragen aan – jawel – Sven Gross, maar ook aan voormalig Bolt Thrower-drummer Martin ‘Kiddie’ Kearns. Het regent deathmetalpareltjes als Asphyx in de buurt is, want Wasteland of Terror ontbreekt niet en dan krijgen we ook nog Necroceros en het machtige The Rack. Bij dat nummer valt de stroom weer deels uit en ditmaal is het echt op een wreed moment: zo tegen het einde, met een Asphyx op volle snelheid. Alsof je op het punt staat klaar te komen en je moeder opeens de kamer komt binnenwandelen. Gelukkig pakken de mannen de draad direct weer op als de stekkers weer op hun plek zitten en vormt Last One on Earth de perfecte afsluiter voor een festivalzomer die direct is afgelopen bij het begin. Maar Schoonebeek Deathfest staat fier overeind in de zomer van 2021.
Datum en locatie
4 september 2021, De Boô, Schoonebeek
Foto's:
Christel Janssen (Christel Janssen Photography)
Link: