Netherlands Deathfest IV, dag 2: van gasmaskers tot een verborgen juweel

De zaterdag van Netherlands Deathfest IV kende een bijzondere headliner: de Hongaarse cultblackmetalband Tormentor. Maar ook bij de twaalf bands ervoor en eentje erna, stond de Zware Metalen-equipe vooraan met notitieblok, telefoon, ijzersterk geheugen en een camera. Michel Peeters (MP), Ghostwriter (G) en Black Swan (BS) deden schrijvend verslag. Koen de Gussem fotografeerde, met Niels Vinck als back-up. 

Het Amerikaanse gezelschap Father Befouled opent dag 2 van Netherlands Deathfest IV voor een lekker gevulde grote zaal met redelijk standaard death metal in het straatje van Hate Eternal en Incantation, maar dan wel minder spannend. Het titelnummer van de inmiddels verschenen EP Holy Rotten Blood of Testament of Unholy Essence, is echt niet verkeerd, maar de donkere grunt van Justin Stubbs gaat op een gegeven moment vervelen en muzikaal is het allemaal weinig gevarieerd, met voorspelbare tempoverhogingen en -versnellingen. Best eigenaardig voor een band met toch al vier complete albums op het CV. Maar hé, eerder vandaag stond bij het wakker worden in de hotelkamer van uw anonieme scribent een zender met vertegenwoordigers van het Nederlandstalige levenslied op, die zich door hun voorspelbare repertoire heen playbackten. Daarmee vergeleken is Father Befouled de beste band op aarde. (G)

Het uit Brazilië afkomstige Jupiterian is een band met een bijzonder voorkomen en een al even bijzonder geluid dat het midden houdt tussen doom, sludge en death. De band bestaat sinds 2013 en heeft inmiddels twee EP’s, twee albums en een compilatie op zijn naam staan. Vier anonieme, in zwarte gewaden gehulde gestalten inclusief gezichtsbedekking, bemannen het podium. De zware, dreigende klanken drukken je daarbij – à la de massa van de grootste planeet in ons zonnestelsel – met je hakken stevig in het beton. De überlage stem van frontman V geeft een extra duister en ruig tintje aan de lome, zich voortslepende nummers van het Braziliaanse gezelschap. In sommige nummers helpen de backinvocals van gitarist A een handje mee. Het veelal repetitieve karakter van de riffs en drums hier en daar zijn wat uw verslaggeefster van dienst allerminst storend, maar zorgen juist voor een fijne staat van zijn waarin zwartgalligheid welig tiert. De muziek van deze heren vormt al met al een ideaal recept tussen de geweldsuitspattingen door. Het imploderende karakter maakt de impact echter niet minder sensationeel. (BS)

Deathmetalband Graveyard gooit lekker het gas open na de neerslachtigheid van Jupiterian en de nummers van de Spanjaarden bevatten een lekkere groove die af en toe naar bombastisch gaat, maar dan wel ontoegankelijk blijft door de grunt van Julkarn. Het klinkt best wel Zweeds wat deze mannen doen, maar de afwisseling is helaas waarschijnlijk in Barcelona achtergebleven, al zit het ook deze band niet mee wat zaalgeluid betreft. Het blijft behelpen voor met name de gitaristen maar het neemt allemaal niet weg dat dit orkest een prettig te verteren optreden weggeeft, al wordt het verre van memorabel. Is er nog bier? Waar staan die muntenautomaten ook alweer? (G)

Er is door velen uitgekeken naar het optreden van Krypts. De kleine zaal staat namelijk bij aanvang van de set al flink vol en het is lastig om nog een plekje te bemachtigen dat ook nog enigszins zicht op het podiumtafereel biedt. De Finnen spelen midtempo death, doorwrocht met meer doomachtige klanken. Er is sprake van een hoog atmosferisch gehalte en hierin schuilt tegelijkertijd ook de kracht van deze band. Daar het muzikaal gezien verder niet heel onderscheidend is – het betreft hier gewoon kwalitatief goede death met in de meeste gevallen niet bijster veel afwisseling in de nummers – is er tegelijkertijd die ambiance die maakt dat de muziek je wel degelijk bij de keel grijpt en de wurggreep weet vast te houden. Daarnaast is er een vrij prominente rol weggelegd voor de bas die de diepe grom van Antti Kotiranta goed ondersteunt. Een heel prima optreden van de Finnen, net als eerder Jupiterian. (BS)

Cenotaph, een Mexicaanse band, staat al wel even op mijn verlanglijstje en na enkele nummers weet ik terug perfect waarom. Wat ouderwets aandoende death metal met een krachtig, ietwat schreeuwerige zanger. Yummie! Dit is death metal die rechtstreeks afkomstig lijkt van de Zweedse school: zeer technisch, veel breaks en een zeer dominante zang. Dat levert telkens boeiende songs op die echter zeer uitgesponnen kunnen zijn, iets wat ze vandaag wel laten zien, maar gelukkig niet in alle nummers. Wat wél opvalt is dat de oudjes, de jaren ’90 dus, er torenhoog bovenuit steken en de ietwat nieuwere nummers vaak iets te ‘plat’ klinken. Alsof de inspiratie een beetje ontbreekt. Niettemin een goed concert, alleen al voor het hilarische Engels van de bindteksten. (MP)

Onder de klanken van één van de meest bizarre nummers ooit door de mens bedacht (Funkytown van Lipps Inc: als u het niet kent, zoek het dan vooral niet op), komen de fecesfetisjisten van Gutalax het podium op om, zo zegt voorganger Maty met een heel vet accent, ‘discometal te brengen’. Gitarist Kohy heeft een paar dagen eerder vriendschappelijk de band verlaten, maar daar is weinig van te merken als de volledig in lijkschouwerskleding gehulde Tsjechen Fart Fart Away inzetten. Het van toiletborstels, opblaasbare hamers en vrolijke figuren voorziene publiek, gaat uit z’n dak bij de pigsqueals van Maty. Voor iemand die zijn muziek doorgaans redelijk serieus neemt als uw schrijver, zijn de gebeurtenissen die zich in de zaal en op het podium voltrekken redelijk vervreemdend, maar iedereen heeft het prima naar de zin. Er wordt gejuicht en geklapt en er worden rollen toiletpapier rondgegooid.

Muzikaal gezien is het ene nummer van Gutalax volkomen identiek aan het andere. Daarmee beledig ik niemand, want Maty geeft zelf toe dat een nieuw nummer op alle andere lijkt. En dus is het gewoon weer rammen en squealen. Voor het geval u het nog niet doorhad: Maty is een enorme ouwehoer: die rustig net zo lang tussen de pauzes doorlult als een gemiddeld schijtnummer duurt: rond de twee minuten. Als de Tsjechische versie van Old MacDonald had a Farm wordt ingezet, vlucht ik naar een band met betere Oost-Europeanen: Pestilence. (G)

Voor de volgende groep is dit optreden een thuiswedstrijd. Pestilence dus. Nederlands death-trots mag je ze noemen, want dat zijn ze zéér terecht. Wat een optreden zetten ze hier vandaag neer zeg! Al vanaf de eerste noten breekt de pleuris uit in de pit en dat zal vijftig minuten lang duren. Van de tien nummers die ze spelen zijn er acht oudjes bij en dat zal iedereen die in de zaal staat ook geweten hebben. De set is mooi opgebouwd, al spelen ze alleen twee echt nieuwe nummers (van na de reünie in 2008). Niemand die dàt erg vindt en zoals misschien wel gebruikelijk hebben ze het beste tot het laatst bewaard. Als voorlaatste wordt Twisted Thruth gelanceerd met daarachteraan het heerlijk schuimbekkende Land Of Tears. Nou! Uiteraard is een oordeel persoonlijk, maar voor mij is dit hét optreden van dit festival. En ze zijn nog maar halfweg…

Ik had van Ghostwriter het fijne verzoek gekregen of ik misschien ook wel even Cliteater wou recenseren. Grindcore dus. Vermits die vlak na Pestilence spelen, wordt het weer heerlijk drummen naar een plek in die kleine zaal. De band is ondertussen al van start gegaan, wat ook niet echt helpt als je je doorheen die massa moet murwen. Het eerste wat ik bewust zie is zanger Joost Silvrants, die uit een reusachtige vikinghoorn staat te drinken. Wat later staat er te midden een heerlijke grind-herrie een kerel in een wit pakje met een wc-borstel te zwaaien. Hilarisch, maar de band laat zich er niet door van de wijs brengen. Want vergis je niet, dit is beresterk wat deze heren hier brengen. Het gaat soms wat ten onder aan iets té groot enthousiasme, maar liever dat dan een band die een uur lang niet beweegt. Een van de beter optredens van dit Deathfest, alleen omwille van de energie boost die je hier krijgt! (MP)

Ancients Spirits of the Underworld is een lekker, wat ouder nummer van Carpathian Forest en het maakt vandaag diens livedebuut. Het toont aan dat bandbrein Nattefrost is gekomen voor zich te revancheren voor het belabberde vorige optreden op Nederlandse bodem. De zanger toont zich behoorlijk actief in zijn monnikspij voorzien van een ongekend groot omgekeerd kruis en zijn band speelt lekker mee als hij zich door het songmateriaal gromt, rochelt en grunt. Met The Beast in Man: The Origin of Sin, krijgen we zelfs een nieuw nummer voorgeschoteld en zomaar als een fraai stukje True Norwegian Black Metal klinkt. Genregenoot Hoest had het met zijn Taake niet beter gedaan.

I Am Possessed is een relatieve nieuwkomer op de setlist en het stokoude A Forest van de invloedrijke new waveband The Cure wordt fraai gecoverd terwijl Nattefrost vriendelijk Noorse vlaggetjes uitdeelt. Juist als ze zanger bij de les blijft en de gekte in de fles laat, blijkt hoe goed Carpathian Forest eigenlijk is. Met iets meer controle had dit zomaar een nóg memorabeler band kunnen worden, want Nattefrost heeft de gave om met black metal als basis diverse zijpaden te bewandelen zonder dat er wordt ingeboet op agressiviteit en kwaliteit. Dan vergeven we de man dat hij iets té vaak met één been op een monitor staat waardoor zijn pij zodanig openslaat dat er iets teveel ontbloot bovenbeen is te zien. Het trio One With the Earth, Rock’n Roll Gloryhole en The Suicide Song, sluiten een verrassend goed optreden af.

Na een prachtige Nationale Dodenherdenking waarin de hele kleine zaal stil is, begint Butcher ABC iets later aan diens set. Afkomstig uit een land dat tot de verliezers van de Tweede Wereldoorlog wordt gerekend, lopen deze Japanners al een tijdje rond in de wereld van de betere metal en dat zorgt voor ervaren klinkende grind. Vocalist/gitarist Butcher Analtoshit is voorzien van een gasmasker met daarin een microfoon. Een opmerkelijke verschijning zo vlak na dodenherdenking. Dat lijkt hij zichzelf ook te realiseren, want hij roept half verontschuldigend ‘fuck war’.

Waarom deze band helemaal uit Japan is gehaald, is wel een aardige discussie waard, omdat er op rijafstand voldoende gelijksoortige herriebands te vinden moeten zijn, maar dat neemt niet weg dat deze mannen een lekkere pot metal spelen én het fijn is te constateren dat er ook aan de andere kant van de wereld gekken zoals u en ik rondlopen.

Op rijafstand lopen er ook een heleboel bands rond die klinken als Unleashed, maar het verschil is dat deze band één van de grondleggers is van het typisch Zweedse death/vikingmetalgeluid. Ook dertig jaar na de oprichting, heeft zanger/bassist Johnny Hedlund nog de passie van een jonge hond en doen zijn kompanen aan zijn linker- en rechterzijde een poging het wereldrecord zo snel en vaak mogelijk headbangen op het podium te verbreken. De deathmetal klinkt heerlijk agressief en melodieus. De grote zaal is prima gevuld en onthaalt met veel plezier nummers als Don’t Want to Be Born, The Longships Are Coming, They Came to Die en Stand Your Ground. Waar de zondag met stip de sterkte dag qua line-up is,  speelt Unleashed vanavond iedereen al naar huis.

Het plezier spat ervan af als de Zweden een solide show geven, waarbij het publiek aan de lippen van Hedlund hangt. Als de 50-jarige even niet hoeft te zingen, headbangt hij vrolijk mee en zorgt hij ervoor dat er vanavond een masterclass death metal wordt gegeven. I Have Sworn Allegiance, het geweldige The Hunt for White Christ en de ijzersterke afsluiter Into Glory Ride dat wordt opgedragen aan de gesneuvelden, maken het helemaal af. Hedlund refereert nog even aan het dertigjarig jubileum van de band en constateert: ‘nothing is gonna stop us’.  Niet met zulke shows nee. (G)

Met Grave Miasma duiken we de occulte hoek in. De band wordt op het podium vergezeld door een groot scherm waarop abstracte, hallucinerende beelden worden getoond. Naar het schijnt voor de eerste keer, zoals te lezen is op hun Facebookpagina aan de vooravond van het optreden tijdens Netherlands Deathfest. Ook wordt het publiek beneveld met een aardige portie wierook. De Britten brachten ons tot nog toe drie EP’s en album Odori Sepulcrorum (2013). De heren raggen er vanavond flink op los en Y is goed bij stem – in die zin dat duistere geschreeuw mooi naar voren komt in de muzikale mix zonder al te prominent te worden. Verder kon de onstuimige, mistige stijl van Grave Miasma uw verslaggeefster van dienst in 2016, tijdens Into Darkness, al niet direct bekoren en vandaag de dag is dat helaas niet anders. Het blijft allemaal net iets te schimmig, te chaotisch om echt te beklijven. Al denkt een groot deel van de aanwezigen daar totaal anders over. Men geniet juist zichtbaar van de hermetische sfeer die door de Britten wordt neergezet. Voor de liefhebbers zal het dan ook ongetwijfeld een kwalitatief en hoogstaand optreden vormen dat Grave Miasma hier vanavond neerzet. (BS)

Je hebt cultbands en je hebt Tormentor. Een gezelschap dat wat discografie betreft niets te zoeken heeft op het podium als headliner, maar de verstokte liefhebber weet wel beter. Dit is niet alleen de band met de zanger die door Euronymous waardig werd geacht om de debuutplaat van zijn Mayhem in te zingen, nadat Dead te diep in de loop van een geweer had gekeken, dit is ook een band met een ijzersterk obscuur repertoire van een live-album, wat demo’s en een split. En dat allemaal eind jaren ’80. In communistisch Hongarije.

 

We schrijven vandaag blackmetalgeschiedenis, want de onlangs weer heropgerichte band, is voor het eerst te bewonderen op Nederlandse bodem. En wat een kennismaking is het. Dat zanger Atilla Csihar niet vies is van het nodige uiterlijk vertoon, weten we al bij zijn avonturen bij Mayhem. Vandaag is hij voorzien van een nóg groter omgekeerd kruis dan Nattefrost eerder deze avond had, een heuse cape en een angstaanjagend kaal, wit geschminkt hoofd, met een zwart streepje haar.

Tormentor maakt ijselijke, eenvoudige black metal zonder poespas, maar nummers als Apocalypse, Elisabeth Bathory, Transylvania en Tormentor II, komen binnen als sloopkogels. Atilla toont zich één van de beter begaafde zangers in dit wereldje en weet met zijn stem een lijk nog te laten sidderen. Het is anno 2019 opeens volstrekt duidelijk waarom Euronymous destijds deze maffe Hongaar in zijn band wilde hebben. Ruim 25 jaar later gaat er een waanzinnige aantrekkingskracht uit van dit Tormentor, waarbij Atilla de tweede helft van het concert voornamelijk in twee microfoons tegelijk brult, waardoor het soms lijkt alsof er een psychiatrisch patiënt tekeer gaat. Erg creepy, dankzij de stem die onder je huid kruipt. En dan zijn er ook nog de ’s mans daden die voor zich spreken. Plots heeft hij een flink metalen omgekeerd kruis te pakken, dat hij zó diep in de arm en later op het hoofd van gitarist Atilla Szigeti plant, dat die even verschrikt kijkt of hij niet is gaan bloeden.

Maar buiten al dit uiterlijk vertoon, geven deze Hongaren een verbijsterend goed optreden, waarbij je je afvraagt wat ze al die jaren met hun talenten hebben gedaan. Tormentor blijkt niets meer of minder dan een verborgen juweel.

Omdat ik geen seconde wilde misen van het redelijk geniale Tormentor kom ik hopeloos te laat bij Bethlehem. Het is het laatste optreden van de dag en er is geen doorkomen meer aan. Samen met vele andere sta ik een poosje in de gang maar meer dan wat dof gedrom hoor ik niet. Na een tiental minuten geef ik het dan ook maar op. Het was een boeiende festival dag en daar moet nog wat drank overheen vrees ik. En morgen nog een dag! (MP)

Lees ook het verslag van dag 1.
Lees ook het verslag van dag 3.

Foto’s:

Datum en locatie:

4 mei 2019, 013, Tilburg

Links: