Devin Townsend – PowerNerd

In maart volgend jaar komt Devin Townsend met het Noord Nederlands Orkest The Moth brengen. Het is een werk waar hij naar eigen zeggen al jaren aan werkt en dat zijn levensambitie vertegenwoordigt. En omdat de Canadese muziekprofessor een man van uitersten is, komt hij nu eerst met PowerNerd, een album waarvoor hij de muziek “effe snel” in elf dagen schreef. Dat was een bewuste keuze om te zien wat er gebeurt als hij eens niet elk aspect van zijn werk tot in het gekmakende zou analyseren. Een dergelijke aanpak kan gemakkelijk het gevaar in zich dragen dat Townsend zou gaan klinken als een gemakkelijke versie van (of misschien zelfs een parodie op) zichzelf. Laat me je gelijk gerust stellen. Daar is geen sprake van.

Van heel veel nieuwe wegen ook niet, of het moeten die vleugen jaren ’80 hardrock zijn in opener PowerNerd en derde track Knuckledragger. Die songs klinken in aanleg recht voor zijn raap en zelfs ietwat baldadig en voldoen daarmee precies aan de verwachtingen die je hebt bij een plaat die in elf dagen geschreven is. Tegelijkertijd zijn de nummers veel beter uitgewerkt en gebeurt er veel meer dan je voor mogelijk zou houden bij een dergelijk korte schrijfspanne.

Zo horen we in de titeltrack naast de schijnbaar rechtdoorzee riff, het meezingrefrein “Time for life and rock and roll” en de hardrocksolo de nodige piepjes die het thema doorbreken en zelfs een kleine (al dan niet bedoelde) hoed af naar Zakk Wylde. Vergelijkbare elektropiepjes trappen Knuckledragger in gang op weg naar een kamerbreed refrein (het blijft een HevyDevy-productie) en een freaky passage met percussie en knorrende bassen. Het wordt al snel duidelijk, wat voor Townsend lekker direct muziek maken is, is voor veel andere bands van een andere wereld. Net als de teksten overigens (kom ik nog op terug), want onze grootspreker vertrouwt ons toe dat hij heel grote ballen heeft, maar lijkt direct daarop een stuk serieuzer te worden (en zichzelf in vraag te stellen) als hij zingt: “I can’t play dumb, if you’re not dumb. It’s making me numb, the way we’re supposed to be.” Genoeg reden om de frustratie eens stevig uit te schreeuwen.

Maar, om met TellSell te spreken, er is meer, veel meer. Falling Apart doet bij aanvang knetterend bijna letterlijk wat de titel zegt, maar ontpopt zich daarna als veelgelaagde knaller van formaat die met zijn fraaie melodieën niet had misstaan op Addicted, zij het dat Townsend hier een stuk dieper gaat en hard raakt met een tekst die de emoties opstuwt als Spirits Will Collide dat deed en doet. En dat is ‘high praise’ want dat nummer zal bij mij altijd een speciaal plekje hebben. Het is hem toch weer gelukt: kip-pen-vel.

Nu we het toch over de teksten hebben. Waar de licht geniale koffieliefhebber voor het schrijven van de muziek strak aan zijn plan vasthield, liep dat voor de teksten toch even anders. Terwijl hij stevig probeerde een plaat te maken die eenvoudig en feestelijk was, werd hij ingehaald door de rauwe werkelijkheid van verlies en acceptatie (niet van zijn grote ballen, vermoed ik). Die vond zijn weg in de teksten die zich voor een deel laten samenvatten door de regel “You’ve gotta believe that things will only get better” uit Gratitude dat je met een licht magisch refrein optilt uit de dagelijkse zorgen om je een helder zicht te geven op wat er echt toedoet.

Dreams Of Light dan zijn niet zwaar, maar duren kennelijk ook niet lang. Het meanderende rustpuntje wordt woest onderbroken door de lekker stevige openingsriff van Ubelia die bijna wegzakt in een moeras van dikke synths. Het thema werkt en komt gelukkig nog een paar keer terug: We carry on… maar het gevoel van verlies is alom aanwezig. Jainism trekt gitaartechnisch nog wat feller van leer, voordat een licht industrieel geluid overneemt en Townsends meest lieflijke vocalen op ons vallen als zonnestralen op een warme zomerdag. Schijn bedriegt want All we are is a fading madness.

Younger Lover is muzikaal mogelijk wat minder interessant, want in aanleg een akoestische ballad en ook nog eens vrij repetitief, maar is zeker tekstueel een belangrijk deel van het verhaal van sterfelijkheid en geliefden achterlaten. Glacier doet zijn naam eer aan vanwege de loodzware verschuivingen (we horen zelfs heel korte ‘snippets’ doomdeath), de verstilde rust die daarna volgt en de grootsheid van het bijna operette-achtige refrein. Let The Chaos roll!

En dan moet Goodbye nog komen. Voor mij het hoogtepunt van de plaat, zowel in muzikaal alleskunnen als in emoties. Loslaten en verliefd worden en loslaten … Wat een mooie maar pijnlijke reis. Wat kan muziek toch krachtig zijn, want te midden van de dagelijkse realiteitsrace, worden we hier opnieuw – vanuit Canada – doordrongen van onze sterfelijkheid en (misschien erger) de sterfelijkheid van ieder om ons heen. Ik huil niet, jij huilt!

Maar dat PowerNerd zou toch (ook) een feestje zijn? Nu vooruit, parodie (of in ieder geval humor) is wel te vinden in de honkytonk/deathmetalliefdesverklaring aan het bakje pleur. Hij deed het al eerder met twee hele Ziltoid-platen, maar hier krijgt het vorm in een melodietje dat je na uren nog niet uit je hoofd geslagen krijgt. Heel misschien dat een stevige pot koffie de truc doet, maar ik durf dat te betwijfelen, dus daar gaan we: “Coffee, coffee, I love the coffee! Allemaal! En wat zou ik na deze track Townsend graag eens een volledige deathmetalplaat horen maken!

Inherent aan de “effe snel”-opzet is dat voorganger Lightwork naar een aantal objectieve criteria “beter” zal zijn. Dat zal bijvoorbeeld zijn gelegen in de strikte manier waarop Townsend voor die plaat vasthield aan het concept van licht in een donkere wereld. Toch zal ik dit PowerNerd veel vaker draaien. Sterker nog, ik heb hem nu al vaker gedraaid. De energie spat er werkelijk vanaf en ook de gekte keert terug. Dus de fan die (zoals ik) op Lightwork “de haha” wat miste, kan met een gerust hart toeslaan. Ik slinger hem gelijk nog maar eens aan.

Oh, en de beste man heeft zijn volgende twee albums ook al geschreven! The Moth zal orkestraal, over-the-top, donker en ongemakkelijk zijn (dat wordt nog wat daar in Groningen) en het slotstuk van deze trilogie Axolotl zal vol buitenaardse gestoordheid staan. Kom maar door hoor!

Score:

88/100

Label:

InsideOut Music, 2024

Tracklisting:

  1. PowerNerd
  2. Falling Apart
  3. Knuckledragger
  4. Gratitude
  5. Dreams of Light
  6. Ubelia
  7. Jainism
  8. Younger Lover
  9. Glacier
  10. Goodbye
  11. Ruby Quaker

Line-up:

  • Devin Townsend – Vocalen, gitaar, synths, basgitaar, computer
  • Darby Todd – Drums
  • Diego Tejeida – Keyboard, synths
  • Mike Keneally – Keyboard
  • Jean Savoie – Basgitaar
  • Aman Khosia – Vocalen
  • Tanya Gosh – Vocalen
  • Jamie Jasta – Vocalen

Links: