Suicide Silence – Suicide Silence

Zelden heeft het deathcore-genre een plaat gezien die zoveel stof doet opwaaien als dit zelfgetitelde album van Suicide Silence. Nu was deze formatie sowieso al veelbesproken, niet in de eerste plaats vanwege het plotselinge overlijden van zanger Mitch Lucker in 2012. Suicide Silence was vanaf het prille begin van het deathcore-genre één van de vaandeldragels, maar ontwikkelde naarmate het genre steeds impopulairder werd een softer, ‘metalcoriger’ geluid. Toen de microfoon in de handen kwam van Hernan Hermida, frontman van het meer dan uitstekende All Shall Perish (The Price of Existence is een van de beste deathcore-albums ooit), zag ik de uitgelezen kans voor Suicide Silence om terug te keren naar een bruter geluid. De opvolger You Can’t Stop Me loste die belofte slechts gedeeltelijk in. Anno 2017 is er dan dit zelfgetitelde Suicide Silence, dat wel eens bekend zal kunnen komen te staan als de Lulu van het deathcore-genre. Ouch, dat voorspelt niet veel goeds…

Wat maakt deze plaat dan zo controversieel? Opener en leadsingle Doris legt uit. Wat start als een typisch deathcore-nummer, vervormt tot een vals en onzeker gezongen refrein dat rechtstreeks van Around The Fur van Deftones had kunnen komen. Je leest het goed, Suicide Silence is tegenwoordig een nu-metalband. Een tijdperk is aangebroken waarin de voorvaderen van de ene gruwel (deathcore) teruggrijpen naar de gruwel (nu metal) waar ze zelf mee opgegroeid zijn. Het feit dat Ross Robinson, de godfather van de nu metal, deze plaat geproduceerd heeft zal er uiteraard iets mee te maken hebben gehad. Het probleem is echter dat zanger Hernan Hermida geen Chino Moreno, Jonathan Davis of Corey Taylor is. Gênant is dan de realisatie dat Doris eigenlijk nog het beste nummer van deze plaat is, ondanks de overweldigend negatieve reacties van de rest van de wereld (probeer maar eens 30.000 dislikes op een Youtube video te krijgen). Wat mij betreft wordt er een smaakvolle mix van het traditionele Suicide Silence geluid en gevoelige emo uit de jaren negentig gebracht. Gedurfd, maar door de gepijnigde en veelzijdige vocalen van Hernan Hermida slaagt dit nummer er stiekem in om mijn liefde voor Texas Is The Reason en Mineral te kietelen.

 

De rest van deze plaat varieert van middelmatig tot lachwekkend slecht, met een aantal kortdurende lichtpuntjes. Over de hele linie werkt de samensmelting en afwisseling van deathcore en nu metal maar matig. Neem bijvoorbeeld Listen, waarin stompende breaks bijgestaan worden door sfeergerichte interludes in de geest van het zelfgetitelde album van Slipknot, of Hold Me Up, Hold Me Down waarin Korn-erige riffs plaats maken voor ongemakkelijk misplaatste pig squeals. De belachelijke omschakeling naar Deftones-erige zanglijnen met ditto riffage in Run vanuit de dramatische introductie is geen haar beter. Hetzelfde geldt voor de ontzettend slechte, zelfkastijdende songteksten van The Zero, of de gevoelige zanglijnen en het akoestische gepingel van de ballad Conformity. Afsluiter Don’t Be Careful You Might Hurt Yourself keert enigszins terug naar het bekende Suicide Silence geluid, maar de gesproken teksten doen pijnlijk denken aan de slechtere momenten uit de carrière van Emmure.

Uiteindelijk is het moeilijk om een cijfertje op deze release te plakken. Voor de komedische waarde zou iedereen deze plaat eigenlijk eens uit moeten proberen, maar de verstandige metalhead loopt met een grote boog om dit misbaksel heen. De ultieme misplaatstheid van de deathcore-elementen tussen de zeurderige clichés uit de nu metal zijn simpelweg te erg. Ik kom uit op een ruime onvoldoende, maar trek er gerust twee standaarddeviaties af voor de allerslechtste momenten en twee standaarddeviaties bij op voor de kortdurende oplevingen.

Score:

45/100

Label:

Nuclear Blast, 2017

Tracklisting:

  1. Doris
  2. Silence
  3. Listen
  4. Dying In A Red Room
  5. Hold Me Up, Hold Me Down
  6. Run
  7. The Zero
  8. Conformity
  9. Don’t Be Careful You Might Hurt Yourself

Line-up:

  • Hernan Hermida – Vocalen
  • Mark Heylmun – Gitaar
  • Chris Garza – Gitaar
  • Dan Kenny – Bas
  • Alex Lopez – Drums

Links: