De Poolse deathmetalgrootmacht Vader, de Amerikanen van Hate Eternal en het Canadese Threat Signal vereren op donderdagavond zeventien november Haarlem met een bezoek tijdens hun Europese ‘Rise of the Empire’-tour. Ook Lord of War uit San Diego en het uit Kampen afkomstige Apophys zijn van de partij. Vijf bands op een doordeweekse avond: dat betekent dat de speeltijd verdeeld moet worden…
Patronaat heeft met deze programmering in ieder geval een mix van jong en oud naar zich toe weten te trekken en ondanks dat de grote zaal verkleind is, oogt het lekker druk. Uw anonieme verslaggeefster heeft het helaas niet gered om de eerste twee bands Lords of War en Apophys (die er vanavond overigens beiden wel zeer bekaaid vanaf komen met slechts twintig minuten speeltijd) mee te pakken. De aftrap voor dit verslag wordt zodoende verzorgd door Threat Signal.
We zijn nooit vies van een stevig potje agressieve metalcore, mits het natuurlijk met een flinke dosis pit wordt gebracht. Met de eerste nummers Through My Eyes en Rational Eyes wil dat jammer genoeg nog niet zo lukken. De zang van enig overgebleven origineel bandlid Jon Howard klinkt om onduidelijke redenen terughoudend – veel minder vurig en ongetemd dan in de clips en de albums van deze band. Naar het einde toe wordt de show gelukkig beter, zowel qua zang als muzikaal: harder en overtuigender. En zo nu en dan valt er tussendoor wel wat te genieten van strakke gitaarrifs. Threat Signal brengt vanavond ook nog nieuw materiaal ten gehore met het nummer Exit the Matrix. Howard zelf toont zich na afloop desondanks tevreden en klopt een paar keer met zijn vuist op zijn borst wanneer hij na een kleine drie kwartier speeltijd het publiek bedankt: ‘Thank you, we had a blast’.
Jammer dat de intensiteit bij Threat Signal vanavond te wensen overlaat, maar Hate Eternal lijkt vanaf de eerste noten van plan dit dubbel en dwars goed te maken. Werkelijk alle registers worden opengetrokken en de drie heren beginnen te spelen in een tempo alsof ze voor het donker thuis moeten zijn. Wat gaat dat allemachtig snel en wat spelen deze Amerikanen een hyperactieve mix van death metal met verrassende melodieuze uitstapjes.
Ook het publiek kan nu onmogelijk stil blijven staan en al tijdens het eerste nummer ontstaat er een moshpit voor het podium. Zo’n pit waar de randen keurig meedeinen als ware het een levend organisme, maar waar af en toe een verstekeling dwars door de wand vliegt om enkele meters verder tussen een paar rustige, nietsvermoedende en meedeinende metalheads weer tot stilstand te komen. Er worden mensen opgevangen, er worden schouderklopjes uitgewisseld, waarna iedereen weer doorgaat met het op zijn eigen manier van de muziek genieten.
Zanger Erik Rutan brult vervaarlijk in de microfoon, terwijl zijn vingers over de gitaarhals razen. Hij blijkt ondertussen ook nog in staat om de vibrato te bedienen voor de nodige geluidseffecten, tijdens een van de vele en luisterrijke solo’s. De bassist gromt af en toe wat mee op de achtergrond, maar zijn vocale kwaliteiten halen het duidelijk niet bij zijn muzikale. Het maakt weinig uit, want het geheel klinkt wat dat betreft pico bello.
Het nummer Inferno – van het gelijknamige, nieuwste album van de band uit 2015 – draagt Rutan op aan een overleden vriend (om wie het gaat, wordt niet nader gespecificeerd, mogelijk voormalig Hate Eternal-bassist en goede vriend Jared Anderson). Hierna worden de kompanen van Vader uitgebreid bedankt en bij wijze van afscheid delen de heren uit Florida nog de nodige ‘high fives’ uit aan het publiek voordat ze het podium verlaten en ruimte maken voor hun Poolse collega’s.
Het grote, zware, zwartkleurige gordijn voor het podium schuift langzaam open en ondertussen klinken al de eerste klanken van een van de epische intro’s van album Tibi et Igni. Daar staan de veteranen van Vader, klaar om er weer een bruut feestje van te maken. ‘I can’t hear you, godverdomme!’, schalt opperhoofd Peter bij wijze van begroeting in de microfoon.
Vader opent met Wings, Angels of Steel en Triumph of Death. Tussen de nummers door informeert Peter in het Pools of er vanavond ook landgenoten aanwezig zijn, en dat blijkt inderdaad het geval. Vooraan in de zaal zijn in elk geval een paar enthousiaste kreten te horen als welluidend antwoord op zijn vraag. Hierna luisteren we naar Prayer to the God of War, Go to Hell, Dark Age en Vicious Circle. Bassist Hal staat pal voor de rookmachine en wordt zo nu en dan aan het zicht onttrokken door een stevige witte wolk die zich langzaam rond zijn rijzige gestalte optrekt. Gitarist Spider maakt lenige luchtsprongen, met gitaar en al. En Peter? Die heeft duidelijk zijn nieuwe, favoriete Nederlandse woord gevonden, want hij ‘Godverdomt’ wat af deze avond. En dat klinkt best komisch – als u het haast aandoenlijke Poolse accent er even bij denkt.
Hierna is het tijd voor recent werk met Iron Reign en Parabellum van het fonkelnieuwe album The Empire. Vrijwel het hele optreden is er een pit en, hé, daar zien we ook de eerste stagediver voorbij komen op Cold Demons en This is the War. Vader krijgt het na al die jaren nog keer op keer voor elkaar om een kwalitatief uitstekende show neer te zetten, en vanavond is dat niet anders.
Absoluut gedenkwaardig is de spontane toegift van dit optreden in Patronaat. Al bij de eerste drumroffel herkennen de fijngevoelige metalheads de legendarische klanken van Slayers’ Reign in Blood. De deathmetalgiganten brengen een versie waar het Slayer van vandaag de dag nog best eens moeite mee zou kunnen hebben: snel, agressief en super strak gespeeld. Dit is alleen maar genieten. Nog één keer gaan alle remmen los, zowel op het podium als in het publiek. Vanavond horen we geen SLAYER!, maar: VADER, VADER, VADER!
Het optreden sluit zoals gebruikelijk af met The Imperial March, de hoogstpersoonlijke tune van slechterik Darth Vader. Oftewel: het welbekende sein dat het dan toch echt tijd is geworden om huiswaarts te keren.
Datum en locatie:
17 november 2016, Patronaat, Haarlem
Link: