Babymetal, het Japanse fenomeen, bezoekt weer eens de Lage Landen en uiteraard kan Zware Metalen dat niet laten liggen. Niet dat de band zo erg persgezind is, want wat mag eigenlijk nog op zo’n optreden? Foto’s nemen in elk geval niet, dus versieren we dit verslag maar met wat promobeelden van de meiden. Misschien dat het bij sommigen kan dienen als vorm van nostalgie, want het is duidelijk dat er een heel ander Babymetal op de planken staat dit keer.
Eerst was het nog even wachten, want het Japanse gezelschap doet deze tour met het Britse Dream State. Nog nooit had ik ervan gehoord, en eerlijk gezegd wist ik ook niet dat we deze avond nog een voorprogramma kregen, maar dat werd dus even ingevuld door deze post-hardcoreband. Een wat gekke combinatie, want hoewel deze heren en dame een aangename verschijning vormen op het podium, wijkt het enorm af van de hoofdband deze avond. Erg atmosferisch, erg genre-specifiek en met nergens echt een moment dat blijft hangen, tenzij misschien de catchy afsluiter van de set. CJ is wel een prima zangeres en een duidelijke meerwaarde voor deze band.
Babymetal dan, voor de vijfde keer. Dit keer is het er echter eentje geworden om écht aan te wennen. Klokslag negen uur verschijnt de nieuwe projectie van de band op het doek dat bevestigd is in de Ronda-zaal van TivoliVredenburg. Erg futuristisch, maar steeds een fijn moment omdat de zaal compleet gek wordt bij de reeds befaamde woorden ‘only the fox god knows’. Het doek valt en de vier (?!) dames op de planken staan er in vol Egyptisch ornaat. Het heeft wel iets, maar meteen komt wel de vraag naar boven of dit wel Babymetal is. Zelfs na het verwijderen van de maskers en tijdens de presentatie van de nieuwe hit Distortion is het even zoeken. Su is onmiskenbaar, maar waar zijn de anderen? Plots is het duidelijk dat Moa wat groeischeuten gekregen heeft en een van de drie andere dames is.
Het is naar mijn gevoel het betere nummer van de drie nieuwkomers, maar toch klinken tot nog toe Elevator Girl en Tattoo niet onaangenaam in de oren. Het is nog wat zoeken naar de juiste sound en misschien moet ik het eerst allemaal eens horen op cd om er mijn weg in te vinden. Een wow-effect gaf het me echter niet. Zelfs GJ!, de betere track op Metal Resistance, klonk wat slap in de oren en hier komt toch wel een Yui-gemis naar voren. Een haast volwassen Moa staat een groepje met twee andere danseressen te leiden met speelse keelklanken en handgebaren die kawaii moeten aanvoelen, maar het komt gewoon niet over. Stevent Babymetal hier af op een show die over de volle lijn in mineur zal verlopen? We zijn blijkbaar haast halfweg…
Plots komt er dan toch een lichtpunt met Akatsuki. Uiteraard is dit het moment waarop Su zich van haar beste kant laat horen met dit mooie, ingetogen nummer dat erg fijn losbarst. Toegegeven, deze Egyptische kledinglijn past bij sommige nummers best wel goed en nummers als deze, die behoorlijk volwassen klinken op het debuut, passen gewoon erg goed bij deze setting. Als er dan nog twee verklede dames een partij komen schaduwboksen op het podium, wat vroeger wel eens door Yui en Moa gedaan werd, dan lijkt het plaatje echt te kloppen. Een fijn keerpunt in deze vreemde avond, want eigenlijk gaat heel wat van de show die volgt veel makkelijker naar binnen. Het doet je nadenken over de maturiteit van sommige nummers, want ook Megitsune klinkt erg krachtig en past prima bij deze setting. Gimme Chocolate!! daarentegen voelt weer erg vreemd aan. De track die net zo kawaii moet overkomen, voelt erg vreemd aan in de Ronda. Moa vult de pasjes van Yui aan en is haar overenthousiaste zelve, maar de interactie met Su is helemaal afwezig.
Nog zo’n kernwoord dat deze avond ontbreekt: interactie. Hoewel de ingestudeerde opzweepwoorden en het hollen van links naar rechts nog steeds aanwezig zijn, gaat Babymetal veel minder met zichzelf in interactie. Geen Catch Me If You Can en dus ook geen solo van de Kami Band. Weten alle aanwezigen zelfs dat hier een nieuwe gitarist op de planken staat? Alles wijkt wat voor de show die best wel een fijn sfeertje uitademt, maar bij momenten echt enorm kitscherig overkomt. Van een encore moet deze band zelfs niet weten, als de eerste noten inzetten van THE ONE, weet je dus al dat je avond voorbij is.
Wat een verrassing dus, maar meer negatief dan positief bedoeld. Het einde van de set zet het nog even in de verf, want Karate, Road of Resistance en zelfs troepnummer THE ONE (zalig met dat ene licht) laten een indruk na. Misschien omdat genie Kobametal door heeft dat bepaalde nummers op die laatste plaat erg matuur klinken. Jammer dat hij geen uitweg heeft voor de schattige insteek van het merendeel van de songs op het debuut en dat heel het concept Babymetal balanceert op een wiebelige koord boven het ravijn. Wat hebben we hier nu vanavond gezien? Is dit werkelijk de start van een nieuw pad voor ‘the seven’ (hoort Mizuno Yui hier dan nog bij of blijft ze lekker studeren?) of wordt dit de zwanenzang van het kawaii-fenomeen en krijgen we binnen enkele jaren hier een doordeweekse symfonische deathmetalband met een of twee dames aan het roer? ‘Only the fox god knows’, maar laat ons hopen dat die ook genoeg verstand in zijn hoofd heeft.
Datum en locatie:
5 juni 2018, TivoliVredenburg, Utrecht
Link: