Whourkr ?- 4247 Snare Drums
Ad Noiseam, 2012
Het is vier (de laatste keer dat ik het aanpas) uur ‘s nachts. Bibberend, van kou, dehydratie, zenuwen of een combinatie van voorgaand opgesomde zelfstandige naamwoorden. Alsof de knoppen van mijn toetsenbord zich doelbewust verstoppen voor mijn verstand. De Whourkr-review, waar ik enkele nachten slaaploosheid aan heb overgehouden… hij moet er nu uitkomen. Het moet Bart, het moet. Gedaan met om vijf uur in slaap vallen en na de middag wakker worden. Nu moet het eruit. Denk aan die dikke chronische jeugdpuist op je neus die je bijna al je zelfvertrouwen kostte. Graaf ernaar. De albums Naät en Concrete, dat was makkelijk, die waren al een tijdje uit en die konden niet meer gereviewed worden, ze waren “over tijd” en te ver heen om… net als… neen, daar gaan we niet heen. Whourkr man, confronteer jezelf, vertel het aan de mensen.
Tweede intro. Wat is Whourkr. Het is Gautier Serre, de man achter Igorrr, dat met zijn volgende plaat menig priapisme zal veroorzaken bij Anaal en Snares. Ge moogt heel gerust zijn. Daar zijn we echter nog niet bij aanbeland. Eerst moet kindeke Jezus nog hooistekels in zijn achterste krijgen en moeten Bongo-bons van eigenaar veranderen. Tot zolang doen we het met Whourkr. Gaan we luisteren? Deal. Nee! Die andere man, wie is die? Yann “I Snor” Coppier, een anonimicus. Ja, daar hebben we veel aan. En dan is er nog een andere, Laurent Lunoir (Öxxö Xööx) van de gelijknamige doomband of zo. “Öxxö xööx” is also “69” in the binary code (Ö = 0, X = 1, 69 in binary = 01101001). Ja, argumentatiekracht, daar gaat het om.
Het is zover. Music Maestro!
Ik heb het gehoord met mijn eigen oren.
Ken je het gevoel gevoel wanneer je snakt naar een sigaret en je het pakje niet vindt, wetende dat het ergens in huis ligt. Je zoekt als een bezetene terwijl je je eigen verslaving haat, haat als de pest. In je onderbroek ren je door het huis, de nachtwinkel op een kilometer of vijf maar geen benzine in de tank en je bankkaart is ook spoorloos verdwenen. Het vriest de stenen uit de grond, wandelen is geen optie. Het kitten in de zetel slaapt als was het de grootste deugd in de wereld en jij loopt opgefokt rond. Sleepless in Seatlle op mute. Quadruple Plis de Peau. Agressie met death metal-growls van Vincent Mulk Goubeau, verwardheid en psychose veroorzakende nonchalance in onbalans met mathematische electro-structuren. Breakcore Coiffer nog iets en nog iets. Tot Gastro-Equestre passeert en saxofonische John Zorn-frequenties een gitaar blijkt te zijn die digital hardcore te kakken zet. Dit hoort nergens thuis. Manger Du Beurre, dat klinkt als waanzin van IT’ers met een indigestie die zonder succes de vinger in de keel steken op een experimental jazz swingerfest terwijl ze iets van Mories (ja, daar issie weer) op de Sennheiser hebben staan.
Pauze.
Even de eindredactie bedanken dat ze dit zattemansgelal/Guatemalaans omzetten in aanvaardbaar Nederlands terwijl Pachyderm Catapult mij tranen in de ogen bezorgt. Muziek heeft een toekomst en daar ben ik zo blij om weet je, dat ontroert. Petits Poneaux, ook al weet ik in mijn gevorderd Frans niet wat het betekent, betekent desondanks voor mij heel veel. Metal heeft een toekomst, voor de komende 50 jaar zelfs. Ooit zullen jonkies hierop terugkijken en dit de basis van de hedendaagse metal noemen. Geheel terecht overigens! Cybergrindende intelligentie die een processor vergt van hoge kwaliteit. De metalklanken zijn een zegen van herkenbaarheid. Ostina, doomende theatraliteit in binaire bipolariteit. Phantom of The Opera meets Venetian Snares. Nightwish maal 0,1 (lacht). Öxxö Xööx op de sybian.
Sensueel en erotisch als een cobra baant de sax van Maximum Speed Limit zich een weg doorheen je hamer en aambeeld tot de kakofonische herrie het nummer overmeestert en overgaat in Polygroin, een wegogende Meshuggah-bastaard bij overdreven wijnconsumptie en overdadig Lost Highway kijken. Die lekkere terreurr op het einde, tja, het einde weet je.
Arithmetic Punishment voelt al wat week aan. Voorlaatste nummer, bijna klaar met triptronisch fibrilleren, ook al is het ondertussen luisterbeurt nummer… veel. Repeat of niet, het verkapte breakmetal-gedoe steekt zo enorm niet tegen dat het telkens een beetje afscheid nemen is. Wat lief dat Whourkr er nog eens knetterhard tegenaan gaat met gabberder beats dan Angerfist en de periferie van mijn geestelijk vermogen expandeert tot ruim buiten mijn ex-bierbuik en waterhoofdige schedel. Whourkr, shit man, ik hou van jullie! Die drum’n’bass/jungle whatever mix van Ruby My Dear kan er gerust nog bij. I love you. I never had a hero, until Grumpy Cat and now. Love you.
-X- Bart.
Tracklisting:
- Quadruple Plis de Peau
- Coiffer Un Ours
- Gastro-Equestre
- Manger Du Beurre
- Pachyderm Catapult
- Petits Poneaux
- Ostina
- Maximum Speed Limit Monotone Snare Audition
- Polygroin
- Arithmetic Punishment
- Gastro-Equetre (remix by Ruby My Dear)
Line-up:
- Gautier Serre – Guitar, Drums, Programming
- Laurent Lunoir – Vocals, Guitar, Keyboard
Links: