Puscifer – V is for Vagina
Sony/BMG – 2007
Zo nu en dan komt er een plaatje voorbij dat je niet op de metalafdeling van de platenzaak zal vinden. Puscifer is daar ééntje van, tijdens één van mijn vele bezoeken aan de cd-winkel zag ik opeens een bekende hoes op een onbekend deel van de zaak voorbij komen, een deel van de zaak die ik normaalgesproken doorkruis om bij het metalgedeelte te komen. De cd van Puscifer viel op tussen de cd’s van de alternatieve sectie van de zaak, iets wat een prestatie op zich is, maar in dit geval negatief. De hoes zit namelijk boordevol non-humor en de titel nodigt allerminst uit om het eens een luisterpoging te geven. En dan heb ik het nog niet eens over de bandnaam. Maarja, ik ben nou eenmaal recensent, dus heb ik al mijn vooroordelen opzij geschoven en ben ik er thuis maar eens goed voor gaan zitten. Allereerst door maar eens te kijken waarmee ik te maken heb en wat ik ongeveer kan verwachten.
Al gauw is mij duidelijk hoe dit Amerikaanse gezelschap Sony/BMG heeft weten te strikken voor de release. Puscifer is namelijk het geesteskindje van Maynard James Keenan die beter bekend is als de zanger van het legendarische Tool. Voor Puscifer heeft hij allerlei gastartiesten en muzikanten weten te strikken die hun steentje bijdragen, waaronder Lustmord en Patton Oswald. Opeens kwam het een stuk minder kut op mij over en was ik benieuwd naar wat de cd muzikaal te bieden had.
Nu ik mijn vooroordelen makkelijk opzij had kunnen schuiven werd het hoog tijd om de muziek dan daadwerkelijk eens uit te proberen. Al heel snel wordt mij duidelijk dat de muziek inderdaad niks te zoeken heeft op welke metalafdeling dan ook. Sterker nog, ik denk dat maar weinig metalheads de atmosferische klanken van Puscifer kunnen waarderen. De plaat is een soort van muzikale vertolking van wat er in de verstrooide geest van Maynard om gaat. Een soort vervreemdende en bij vlagen beknellende, eh ja. Wat eigenlijk? Rock, akkoestisch, triphop, electronic, ambient? Het beestje valt moeilijk een naampje te geven. Voor het gemak schaar ik het zelf maar onder de noemer ‘alternatief’.
Om eerlijk te zijn kan de muziek me totaal niet bekoren. Hoewel ik altijd open sta voor de meest (ver)vreem(en)de soorten muziek vind ik dat Maynard zich met deze plaat behoorlijk omlaag haalt. Ik heb de grootste moeite om de hele cd uit te zitten. De cd is totaal niet pakkend, werkelijk op geen enkele manier vind ik een beetje ‘houvast’ aan de plaat. Niet dat het overigens muzikaal slecht in elkaar zit, integendeel.
Iedere luisterbeurt weer bekruipt me weer hetzelfde gevoel. Schoenmaker, blijf bij je leest. Ik kan dan ook niet anders dan deze conclusie trekken. Blijf gewoon lekker je ding doen met Tool en A Perfect Circle, maar laat dit soort experimenten lekker achterwege. Deze release is alleen weggelegd voor humorloze Maynard-aanbidders. Voor degenen die overigens toch de plaat een poging geven, er zit een soort van nòg humorlozere easter egg in de hoes verwerkt. Je moet er echter wel de hoes voor slopen, maar dat zal wel in het kader van milieubescherming zijn. Het wordt je hierdoor namelijk makkelijk gemaakt je afval te scheiden alvorens je de boel wegflikkert.
Tracklist:
- Queen B
- Dozo
- Vagina Mine
- Momma Sed
- Drunk with Power
- The Undertaker
- Trekka
- Indigo Children
- Sour Grapes
- Rev 22:20 (Dry Martini Mix)
Line-up:
- Maynard James Keenan – alles
Links: