Thy Catafalque – Geometria

Ik ben best wel een fan van het werk van de Hongaar Tamás Kátai. De man weet als geen ander garant te staan voor verdraaid avant-gardistische werkjes en levert dit jaar reeds een achtste langspeler af. Het is van de eerste track duidelijk dat ook Geometria barst van de creativiteit en de gewaagde overgangen. Genregewijs gaat deze man van jazz naar black, en van doom naar atmosferische of elektronisch geladen delen.

Het fijne van de zaak is dat elke plaat van deze Hongaar alsmaar rijkelijker aanvoelt, met overgangen die erg mooi getimed zijn en met een mooie verdeling tussen songs die de jazzy kant uitgaan, wat dansbaarheid bevatten of net erg donker en dreigend klinken met doom- en blackmetalinvloeden. Je hoeft niet te lang te wachten om reeds te horen hoe perfect de opbouw van deze songs is. Opener Hajnali Csillag presenteert reeds een verdraaid lekker jazzy stijl waar op het gepaste moment de zanglijn van Martina het geheel compleet maakt. Een eerste kippenvelmoment en dat al na amper vijf minuten.

Van het ene uiterste naar het andere, dat is Thy Catafalque. Szamojéd Freskó is een djenterige track met een enorme atmosferische geladenheid en Töltés is dan weer een elektronische track die erg psychedelisch geladen is en waar ook de vrouwelijke zanglijnen weer een intens effect nalaten. Gőte blijft in de elektronische stijl, maar is dan weer uiterst zweverig en dansbaar gemaakt; wat dan weer de aansluiting naar Sárember prima maakt. Die track geeft vocaal een lichte Stillevolk-feel, maar doet tezelfdertijd denken aan wat Lifelover-swing. Vanaf Lágyrész gooit Kátai het roer helemaal om met wat zweverige screams en doom; je zou haast zeggen dat het hier om een andere band gaat. Balra A Nap laat nogmaals een ander gezicht zien, met atmosferiek en zanglijnen die mij wat als Amesoeurs aanvoelen. Tenger, Tenger doet je tot slot nog een keer genieten van mooie akoestiek en dansbare ritmes, begeleid door prachtige cleane zang, want afsluiten doet deze Hongaar immers met een pittig doomnummer.

Het moest gewoon even uitgeschreven worden, want zo’n dynamiek vind je amper vandaag in de muziekwereld. Elke track is werkelijk anders en dat maakt dit project een absolute must voor fans van avant-garde die bovenstaande elementen op hun bord willen. Fijn dat Season of Mist in dat licht de ganse plaat reeds op het YouTube-kanaal plaatste, dat bespaart mij de keuze om er eentje uit te lichten. Er zal mogelijk wel iets taaier proeven dan de rest, het is immers een hele lijst aan ingrediënten waar je van moet houden en dat maakt dat er hier en daar ongetwijfeld een stukje is dat je minder ligt. Bij mij zijn dat de slepende doomstukken bijvoorbeeld. De afwisseling is echter zo enorm dat het eindresultaat subliem blijft, voor elke luisteraar. Dit is puur vakmanschap en eindigt zonder twijfel weer in de jaarlijst.

Score:

88/100

Label:

Season of Mist, 2018

Tracklisting:

  1. Hajnali Csillag
  2. Szamojéd Freskó
  3. Töltés
  4. Gőte
  5. Sárember
  6. Hajó
  7. Lágyrész
  8. Sík
  9. Balra a Nap
  10. Tenger, tenger
  11. Ének a búzamezőkről

Line-up:

  • Tamás Kátai – Alles

Links: