Arch Enemy – Blood Dynasty

Een band als Arch Enemy heb ik lange tijd met veel plezier gevolgd. Vroege albums als Stigmata (1998) en Burning Bridges (1999) werden hier enthousiast ontvangen. Ook de iets latere albums als Wages Of Sin (2001), Doomsday Machine (2005) en Rise Of The Tyrant (2007) konden mij bekoren. Maar dat enthousiasme is de afgelopen jaren flink tanende. Meer recente releases als Will To Power (2017) en Deceivers (2022) spraken mij nauwelijks nog aan. Te voorspelbaar, te doorzichtig, te veel ingeleverd van het vuur van weleer… de echt creatieve bron opgedroogd? Het enthousiasme droop er dan ook niet vanaf toen de promo van het nieuwe album Blood Dynasty op de digitale deurmat plofte. Laat ik het album echter een eerlijke kans geven. Wat heeft het vijftal deze keer in petto? Zou Arch Enemy positief weten te verrassen, met een album dat boeit en weet te overtuigen?

Ik moet het Arch Enemy meegeven dat gitarist Michael Amott en drummer Daniel Erlandsson, die in samenwerking verantwoordelijk zijn voor alle composities op het nieuwe album, op Blood Dynasty iets meer teruggrijpen op succesfactoren uit het verleden. Nee, het roer is zeker niet radicaal om en het haalt het niveau van de vurigheid en/of bevlogenheid van eertijds (Burning Angel, Nemesis, My Apocalypse, We Will Rise) geen moment. Dat te verwachten zou ook ijdele hoop zijn geweest, toch? Ook dit album heeft de overduidelijke signatuur van hedendaags Arch Enemy: toegankelijke melodieuze death metal. Toch zijn een aantal nummers net even wat agressiever, zwaarder en/of sneller ingevuld. Dream Stealer en March of the Miscreants, met een dynamisch middenstuk, overtuigen. Ook A Million Suns dat, doordrenkt is met een melodieuze gitaarlijn en het dynamische Liars & Thieves (op de tweede uitvoering van het refrein na) weten te boeien.

Maar op Blood Dynasty kom je ook inwisselbare, platgetreden composities tegen. Wat te denken van het summiere, instrumentale en onbeduidende intermezzo Presage, dat niets meer is dan een nog geen minuut durende opmaat naar het titelnummer? Nummers als Illuminate The Path, Don’t Look Down en Paper Tiger staan stuk voor stuk vol met het frivole, hyper melodische gitaarwerk en de kolossale refreinen die we van het vijftal kennen. Er zullen vast genoeg liefhebbers zijn die hier niets mis mee vinden en het makkelijk weg vinden luisteren, maar van enige verrassing is toch geen sprake meer? Sterker nog: soms zit er dusdanig weinig variatie binnen de nummers en ze gaan vaak in hetzelfde tempo en ambiance voort, dat er een zweem van voorspelbaarheid overheen komt. Weg aandacht. Zo betreurenswaardig dat de iele scheidslijn tussen herkenbaarheid en voorspelbaarheid frequent vervlogen lijkt. Mogen we iets meer verwachten van een band die zich in hun promo betitelt als “Legends of pure fucking metal”?

Ook op vocaal gebied kiest Arch Enemy op Blood Dynasty voor net even wat meer variatie. Maar of dat overal even goed uitpakt? Naast het gebruikelijke gegrom maakt Alissa White-Gluz op momenten gebruik van hees gefluister (Bl0od Dynasty, Paper Tiger) of harmonieuze vocalen. De afwisseling kan ik alleen maar toejuichen, omdat het – mits goed uitgevoerd – een verrijking kan zijn. Op het album komt het gebruikelijke gebulder helaas al vlak en weinig echt overtuigend over. Een tekst als “Stand your ground! Heavy is the head that wears the crown.” (Don’t Look Down) wil je toch met een gedecideerde, emotioneel geladen overtuigingskracht gefulmineerd horen worden? Met furieuze razernij, bewogen? Ik hoor het er jammer genoeg niet in terug.

Harmonieuze vocalen hebben we al eerder voorbij horen komen bij Arch Enemy (Handshake From Hell van Deceivers), al worden ze deze keer iets anders uitgewerkt. In Illuminate The Path komen ze wat geknepen door en in slotnummer Lairs & Thieves beslaan ze, de tweede keer dat het gezongen wordt, het volledige refrein. Ze nemen dan veel weg van het momentum van het nummer. Doordat de harmonieuze vocalen niet heel erg overtuigen en misschien zelfs niet zo passend doorkomen, trekken ze een flinke frons in het voorhoofd. Maar bij de cover Vivre Libre, een volledig in het Frans gezongen jaren tachtig hardrockmetalballad van de band Blaspheme, slaat de band de plank wat mij betreft helemaal mis. Het nummer is wars van elk venijn, van elke vorm van agressie en haalt daarmee de flow, dat het album tot dan toe had opgebouwd, volledig onderuit. Is het een poging van de band om te laten zien wat White-Gluz harmonieus in huis heeft? Hoe dan ook: het voelt hier zo misplaatst. Waarom is dit niet bewaard voor een solo album van de in Quebec opgegroeide zangeres?

Op Blood Dynasty leeft Arch Enemy sporadisch op, maar de algehele indruk sluit helaas toch aan bij die van andere recente albums: te voorspelbaar, te doorzichtig, te veel ingeleverd van het vuur van weleer. Menig vol festivalveld zal komende zomer ongetwijfeld en stellig mijn ongelijk gaan bewijzen en veel van de nieuwe nummers zullen vast weer velen luidkeels meegezongen gaan worden. Liefhebbers van het recentere werk van Arch Enemy kunnen Blood Dynasty weer in het hart sluiten en het grondig met mij oneens zijn. Hoe is dat voor jou? Voor mij is Blood Dynasty hooguit op een paar momenten vermakelijk. Vind je het erg dat ik op meer had gehoopt? Of was dat hopen tegen beter weten in?

Score:

70/100

Label:

Century Media Records, 2025

Tracklisting:

  1. Dream Stealer
  2. Illuminate the Path
  3. March of the Miscreants
  4. A Million Suns
  5. Don’t Look Down
  6. Presage
  7. Blood Dynasty
  8. Paper Tiger
  9. Vivre Libre
  10. The Pendulum
  11. Liars & Thieves

Line-up:

  • Michael Amott – Gitaar
  • Alissa White-Gluz – Zang
  • Sharlee D’Angelo – Bas
  • Daniel Erlandsson – Drums
  • Joey Conception – Gitaar

Links: