Alastor Sanguinary Embryo – For Satan and the Ruin of the Divine
Satanath Records, 2015
Het is één van de laatste landen waarvan je verwacht er blackmetal te vinden: Costa Rica. Toch komt Alastor Sanguinary Embryo hier vandaan en heeft de band na elf jaar met For Satan and the Ruin of the Divine een derde album uit. Allemaal leuk en aardig, maar als je na elf jaar als band nog niet hebt geleerd hoe het wél moet, kun je net zo goed niets uitbrengen. Nee, ik ben absoluut geen fan van deze plaat en keek er dan ook niet naar uit dit album meerdere keren te moeten beluisteren.
Laat ons beginnen bij de productie: wat een ongelooflijke bak met herrie. De drums staan continu op standje mitrailleur en klinken daar ook naar: prominent in de mix, waardoor je eigenlijk een uur lang naar getriggerde tikjes zit te luisteren. Daarnaast verdrinken zowel de drums als de toetsen behoorlijk wat elementen, elementen die wel degelijk belangrijk zijn. De gitaar bijvoorbeeld is vaak niet goed te horen, zeker als de toetsen dezelfde partijen spelen. Enige moment dat de gitaar dan toch echt naar voren komt, is als er een solo gespeeld moet worden. Deze snijdt dan wel gelijk door het trommelvlies, maar je hoort het in ieder geval.
Niet dat je de solo’s zo graag wilt horen hoor, want het is grotendeels dezelfde ongeïnspireerde meuk, net als de riffs: een hyperactieve opeenvolging van loopjes en hooks die én allemaal al tien keer zijn gespeeld én totaal niet weten te boeien. De muzikanten kunnen wel spelen en dat is leuk, maar als je dan ook nog eens te maken hebt met een bassist die extreem melodieuze lijntjes in de al bestaande chaos gaat gooien, krijg je een album waar iedereen een beetje door elkaar lijkt te spelen. Natuurlijk is dit niet de hele tijd het geval, maar het gebeurt toch echt af en toe dat de draad kwijt is.
Goed. Dit alles terzijde komen we aan bij hetgeen mij echt dwarszit. Wat ik vooral mis bij dit album is atmosfeer. Van begin tot eind is het rammen, met af en toe een verschrikkelijk pretentieuze passage op synthesizer, waarbij alles zo afgezaagd en vrolijk klinkt, dat het weinig van doen heeft met blackmetal. Atmosfeer maakt een album en hier is er gewoon niets van aanwezig. Het enige puntje waar nog enigszins atmosfeer in zit, is hetgeen waar je het minst van meekrijgt: de teksten. Het niveau van de teksten op het vorige album wordt niet behaald, maar het standaard satansgebabbel wordt ook hier prima uitgewerkt. Echt verstaan lukt niet, maar je kunt het wel even nalezen en dat is bij sommige nummers wel de moeite waard.
Voor ik hier een eind aan brei, wil ik toch een nummer noemen dat eruit springt en dat is Black Dysangelion. Chapter II: The Holy Ghost Banishment. Dit nummer vind ik nog steeds niets, maar de productie lijkt hier net wat minder verprutst en er zit zowaar wat dynamiek in. Ook heb ik dit nummer gekozen omdat het met afstand één van de meest pompeuze synthpartijen bevat die ik ooit heb gehoord. Los daarvan denk ik dat duidelijk is dat ik dit drie keer niets vind. Geen idee of dit enig appeal heeft voor fans van alles wat overdreven melodieus is, maar die productie is zo slecht dat het voor mij de luisterbeleving totaal verziekt (hoewel het aan het eind van het album beter werd, maar dat komt misschien doordat ik tegen die tijd al bijna een uur in de herrie zat).
Tracklisting:
- We Forged the Wound in the Christian Scar
- Summoning the Beast of Stigmata
- War, Pestilence, Famine and Death
- …and Your Kingdom Has Fallen
- Thick Darkness Below the Feet of the Crucified
- Immolate the Bethlehem Son
- Black Dysangelion. Chapter I: Invocation to Satan
- Black Dysangelion. Chapter II: The Holy Ghost Banishment
- Black Dysangelion. Chapter III: Diabolus Victoriam
- Beyond My Unconscious Deep XLIX
Line-up:
- Abrahkkan – Vocalen
- Aeon – Keyboard, Piano
- Braexes Malaphar – Gitaar
- Sroth Saraiel – Drums
- Saaht Noszfeuhl – Bas
Links: