Slayer in Dortmund: afscheid zonder nostalgie

Slayer. Het machtige Slayer. Het is nu bijna niet meer voor te stellen, maar nog maar een paar jaar geleden stond de hardste band van de Big 4 gewoon in Muziekcentrum Enschede, met lokale trots Dead Head in het voorprogramma. Of vlak daarvoor nog in Paradiso in Amsterdam. De tijd van de grote arena’s lag ver achter de mannen. Maar Slayer kwam terug. Op metalfestivals werd de hoofdplek voor de mannen ingeruimd en de zalen werden weer ingeruild voor hallen. En toen de band een afscheidstournee afkondigde, was het hek helemaal van de dam. Kaartjes voor het concert in de IJsselhallen in Zwolle, waren zelfs binnen enkele minuten uitverkocht.

Een dag voordat Slayer middenin een organisatorische chaos afscheid nam van Nederland, deed de band met de verzameling VIPS in het voorprogramma de Westfalenhallen in Dortmund aan. Een complex bijna drie keer zo groot als de IJsselhallen en met gemiddeld twee evenementen per week een organisatie die weet hoe ze met mensenmassa’s om moet gaan. En dus stond uw anonieme scribent tien minuten nadat hij in de rij was aangesloten binnen in de enorme hal.

Net op tijd om halverwege Redneck Stomp, het instrumentale intronummer van Obituary, binnen te vallen. Net als in Nederland was in Dortmund het programma vervroegd, maar de deathmetaliconen trapten nóg eerder af dan gepland. De band rondom de gebroeders Tardy (John op vocalen en Donald op drums) is de ideale opwarmer voor een avond als deze. De mannen leveren altijd kwaliteit en de zompige death gaat erin als worst bij een Duitser.

Met een speeltijd van een half uur, is er geen tijd voor experimenten en dus geven de mannen vol gas. Het eerste deel van de set vestigt de aandacht op meer recenter werk, daarna gaan we terug naar vroeger met krakers als Don’t Care (wat een heerlijk nummer is dat toch) en I’m In Pain. De oudste van de Tardy’s brult zijn ingewanden schor, er zijn lekkere solootjes van Kenny Andrews, de bas van Terry Butler beukt door en drumbeest Donald Tardy is alert als altijd. De band lijkt zich ook nog eens prima te vermaken in de hal waar het geluid verrassend goed is. Het plezier spat ervan af – voor zover dat mogelijk is bij death metal uiteraard – en de respons vanuit de zaal is hartelijk. Leuk detail: de rookmachines staan op een zodanig niveau dat het lijkt alsof er in de moerassen van Florida wordt gespeeld. Afgesloten wordt er uiteraard met Slowly We Rot: het nummer dat de bandleden in hun slaap nog moeten kunnen spelen.

Caught in a Mosh! Het nummer is alweer 31 jaar oud maar het weet nog steeds een grijns op mijn gezicht te toveren als Anthrax het opvoert. De moeilijke jaren liggen al lang weer achter ons, de New Yorkers zijn weer helemaal terug met de twee prima platen Worship Music en For All Kings. Het verbaast echter niemand dat er in het ruime half uur dat de band krijgt vooral wordt teruggegrepen naar de hoogtijdagen van de band (en de thrash in het algemeen) van de jaren ’80 van de vorige eeuw. Geen probleem, want met dat materiaal weet Anthrax de bewoners van een mortuarium nog in beweging te krijgen.

Een verrassing is Got the Time, afkomstig van het sterkste album van de band: Persistence of Time uit 1990. Op het podium draait iedereen rondjes om zijn as, zelfs de stijve gitarist Jonathan Donais. Het feest gaat door met Efilnikufesin (N.F.L.) en het heerlijke Be All, End All. We gaan in de hoogste versnelling door, geen tijd te verliezen. Fight ‘em ‘Till You Can’t is het nieuwere nummer dat wordt gespeeld en de band speelt hard, hard! Ik heb Anthrax echt al een flink aantal malen gezien, maar zo hard als vanavond nog nooit. Alsof ze de eregasten even willen laten merken dat 50-plussers nog wel degelijk over genoeg energie beschikken om metal te maken. Voor afsluiter Indians heeft zanger Joey Belladonna nog een petje uit 1987 teruggevonden ook.

Omdat er in de enorme hal verder weinig te doen is buiten het bekijken van de standjes met veel te dure merch en het eten van friet en in currysaus zwemmende worst, begeef ik me dan toch maar weer naar binnen om Lamb of God te aanschouwen. Wat mij betreft is dit de ongenode gast op het feestje, de party crasher waarvan niemand weet wie ‘m ook alweer gevraagd heeft te komen. En dat ook nog eens met een positie en dito speeltijd op de bill die misschien wel naar Anthrax had mogen gaan. Lamb of God, de pussyband die in november 2015 een uur voor aanvang een concert in Tilburg annuleerde omdat een paar vertegenwoordigers van de religie van de vrede in Parijs concertgangers lieten kennismaken met hun geweer, en met de staart tussen de benen naar de Verenigde Staten vluchtte. De Verenigde Staten! Daar waar het afknallen van landgenoten een volkssport is en massamoorden even gewoon zijn als het kopen van een brood.

Dat Lamb of God dus brengt vandaag redelijk mechanisch klinkende typisch Amerikaanse metal op één tempo, gebracht door drie zoutpilaren met een snaarinstrument in hun hand en daaromheen een krijsende bonenstaak. De zaal – waar meer ruimte is dan eerder bij Anthrax – reageert zeker niet koeltjes, maar wel degelijk minder enthousiast dan bij de eerdere bands. Walk With Me in Hell komt langs, evenals 512 van het laatste album. Het is fijn dat de bonenstaak met de microfoon het aankondigt, want ieder nummer klinkt net zo staccato als het vorige. De felste publiekreactie komt voorafgaand aan Laid to Rest, als wordt gevraagd om applaus voor alle bands van de avond. Dat doen die Duitsers natuurlijk, volgzaam volkje als ze zijn. Na een gevoelsmatige set van drie uur, zit het optreden van Lamb of God er daarna vrij vlot op.

Het is de introtape met Delusions of Saviour die daarna het begin van het einde aankondigt. Op een doek voor het podium verschijnen enkele kruizen die langzaam omkeren en daarna worden vervangen door ronddraaiende pentagrammen, waarna het bandlogo verschijnt. Slayer. Het einde is nabij.

Slayer heeft duidelijk het spaarvarken omgegooid, wat er is volop lucht, rook, vuur en wisselende backdrops. De heren King en Araya hebben zich goed voorbereid in de sportschool, want ze zien er afgetraind uit. De zanger/bassist heeft bovendien de schaar gezet in z’n Kerstmanbaard van de afgelopen jaren. Het heeft allemaal zijn weerslag op de muziek. Waar Slayer de laatste jaren soms wel eens een tempootje lager speelde, is het vandaag uiterst strak en laten de mannen de nummers elkaar gretig opvolgen.

Hoewel de setlist duidelijk is omgegooid, komen degenen die hadden gehoopt op alleen maar oude krakers bedrogen uit. Slayer is niet gekomen om er met nostalgische gevoelens uit te gaan en dus staan nieuwere nummers als Repentless, Disciple, Hate Worldwide, Jihad, When the Stilness Comes en een heerlijk bijtende uitvoering van Payback op het programma. Maar verrassingen zijn er ook. Het verborgen pareltje van Seasons in the Abyss, Blood Red, is er al snel eentje, waar Mandatory Suicide een genot voor de oren van uw redacteur is. Of wat dacht u van War Ensemble? Altijd fijn om dat gebruld te horen worden door Tom Araya.

Seasons in the Abyss is de eerste echte klassieker en wordt heerlijk uitgevoerd. Dittohead van het onderschatte album Divine Intervention is weer terug. Bij Dead Skin Mask spaart Araya wel erg opzichtig zijn stem en laat de techniek en het publiek hele stukken uit het refrein overnemen. Hell Awaits klinkt dan weer alsof het 1984 is. Bij South of Heaven is kippenvel gegarandeerd en dat blijkt natuurlijk zo bij Raining Blood. Met dat intro gaat het kippenvel nog door een Eskimojas heen. Er gaan meer mobieltjes de lucht in dan er mensen zijn. Zoek het vooral op op YouTube. Chemical Warfare komt met een tempoversnelling waarbij het lijkt alsof drummer Paul Bostaph tijdelijk van een derde been is voorzien. Als de ‘Hanneman-backdrop’ valt, is het tijd voor het eerbetoon aan de gevallen broeder: Angel of Death.

En dan, zit het erop. Kerry King, Paul Bostaph en Gary Holt (toch alweer sinds 2011 de live-gitarist), zijn na een kort afscheid en het toewerpen van drumsticks en plectrums, verdwenen. Tom Araya blijft langdurig, op verschillende punten van het podium, naar het publiek kijken. Dan kuiert hij alsnog weg. En is het wat het is. Een wereld zonder Slayer. Wat een klotewereld.

Foto’s:

Robin Podde (MusicSchots69 Facebook): foto’s van het concert op 15 november in de IJsselhallen in Zwolle

Datum en locatie:

14 november 2018, Westfalenhallen, Dortmund

Link:

Westfalenhallen