Pitfest – negen jaar geleden begonnen als eendaags indoorfestival in café The Spot te Erica – is inmiddels een vaste waarde in het festivallandschap als driedaags openluchtfestival te Emmen. Ook dit jaar weet de organisatie weer een bijzonder charmant evenement op poten te zetten: niet te groot, niet te duur, schoon, lekker eten en drinken, korte rijen, vriendelijke crew, voldoende schaduw en zitplaatsen en een gevarieerde programmering waarmee liefhebbers van zowel hardcore, punk als metal hun hart weer kunnen ophalen. En wat hadden we een geluk met het weer dat in tegenstelling tot voorgaande weken voortreffelijk was voor een zomerfestival. Dit jaar is de Zware Metalen-redactie met vier man sterk vertegenwoordigd in de personen van John the Savage (JS), Ruben Baar (RB) en Dyprys (D) die de festivalervaring in woorden vatten en Frido Stolte (FS) die het geheel vastlegde op de gevoelige plaat.

Pre-party donderdag:
Donderdag vertrek ik meteen na het werk en in ongeveer drie uur rijd ik van de ene uithoek van het land naar de andere. Na een hartelijke ontvangst op de Pitfest-camping zet ik de tent op en aard ik een moment met een IPA’tje. Ondanks de strakke planning moet ik helaas het optreden van Mouldwarp missen. Ik kan me vergissen, maar als mijn drummers-oor me niet bedriegt hoorde ik in de verte drummer Kolling een fijne drumsolo weggeven. Hopelijk hebben de nieuwe helden van Mouldwarp genoten van hun optreden en mag ik ze gauw ergens anders live aan het werk zien.

Semper Fi is de eerste band die ik zie op deze negende editie van Pitfest. Met een vers getapt biertje in de hand sluit ik aan voor de Brammert Stage, waar zanger Arno het publiek net de vraag voorlegt of er nog Kreator-fans in de zaal zijn. De mannen uit Hoogeveen voegen meteen de daad bij het woord en knallen People Of The Lie erin. Pitfest doet zijn naam eer aan want er ontstaat meteen een bescheiden moshpit. Waar we dit jaar geen oranje-interferentie van het EK voetbal hebben, doet de knaloranje gitaar daar onverhoeds toch even aan terugdenken. De entree is vanavond gratis en dat blijkt een goede strategie. Er is vandaag namelijk al een gezellig meute metalfans op de been en ook de tent is aardig gevuld. Ook vloeit het bier vanavond al rijkelijk, waarmee hopelijk ook wat geld voor de organisatie binnenkomt. Als Semper Fi Hallowed Be Thy Name speelt zwelt de pit wat aan en zie ik het eerste biertje vrolijk vliegen. Het publiek gaat los en de zanger heeft er zichtbaar zin.

For I Have Sinned is de derde en laatste band van vanavond. Het geluid is goed (en blijkt gedurende het hele festival dik in orde) en de band komt lekker op gang. De duisternis is inmiddels gevallen en het volk trekt richting de muziek. De sfeer zit er lekker in en er is een fijne pit gaande. De mannen van For I Have Sinned lijken wat afgeleid door hun in-ear clicktrack of monitor. Hopelijk staat dit het spelplezier niet in de weg. Het publiek is in ieder geval zichtbaar goed geluimd.
De avond wordt vakkundig aan elkaar gedraaid door Captain Erica, die niet bang blijkt om af en toe van het metalpad af te wijken. Het publiek geeft er niet minder om en gaat uit zijn dak. Iron Maiden, AC/DC, Cyprus Hill en wat dies meer zij. Het hoogtepunt is wat mij betreft Oerend Hard waarbij een deel van het publiek plechtig knielt. Zoveel Normaal-toewijding is nieuw voor mij. We eindigen de avond uiteindelijk toepasselijk met Take Me Home, Country Roads van John Denver. Nog een laatste afzakkertje op de camping en dan zien we morgen wel of we in ons enthousiasme de eerste dag weer veel te hard zijn gegaan. Zorgen voor morgen.

Pitfest vrijdag:
Grindpad
Het zou een uitstekend geschikte naam zijn voor een grindcoreband, maar de mannen van Grindpad bewandelen een andere weg. De dag wordt afgetrapt met de stevige thrash metal van de band uit Utrecht. Tien jaar geleden verknocht geraakt aan een haaienthema en het is nog steeds het beeldmerk van deze bende. Het duurt niet lang of er stuiteren opblaashaaien door het publiek. Genoeg ruimte voor het podium om ermee te spelen, want er staat een prominente tentpaal waar niemand achter wil staan. Het album Violence en de daaropvolgende EP Finger Collector Crew beslaan het grootste deel van de setlist, al kan het eerste deel van het Sharkbite-duo natuurlijk niet ontbreken. Lomp raggen met af en toe een sierlijke gitaarsolo erdoor. De mannen razen zo snel door de openingsset heen dat ze tijd over hebben voor een cover van Fight For Your Right. Het feest is daarmee geopend en Pitfest kan los! Het belooft veel goeds voor de rest van de dag. (RB)

Humiliation
Humiliation is de eerste Maleisische band die voet zet op het Pitfestfestivalterrein. De tent loopt al gauw vol na het optreden van Grindpad op het Ellert Stage en de band kickstart zijn optreden op de Brammert Stage met trage riffs en lompe polka’s als een oude dieseltractor. De muziek roept meteen een Unleashed-sfeer op. De kick zit zo hard in de mix dat hij mijn neusvleugels doet trillen. Misschien zelfs iets te hard waardoor hij de rest wat wegdrukt. Aan de andere kant voelt het dubbel om als rechtgeaarde metalliefhebber te klagen over een harde basdrum. Het lijkt erop dat drummer Mudon veel naar AC/DC heeft geluisterd, want Phil Rudd’s adagio ‘elke klap telt’ is duidelijk in zijn spel terug te horen. Hij speelt geen slag te veel. Humiliation’s muziek is primitief maar uiterst effectief. Deze proto-metal gaat er goed in bij het opstartende publiek. Misschien zou het publiek nog iets meer geactiveerd worden met wat meer variatie in tempo’s maar de uitgebeende composities luisteren lekker weg en iedereen knikt lekker mee. Buiten lijkt het zonnetje voorzichtig door te breken. De band speelt veel voltreffers van pakkende riffs en af en toe passeren er zelfs wat Bolt Thrower-achtige tankstukken.
Trouwens, donder even lekker op met dat opblaasspeelgoed bij sommige bands. Als ik daar behoefte aan had gehad was ik wel in bananenpak naar een partygrindfest gegaan. Maar dat terzijde. Zanger Bear Bee is naar Europese begrippen misschien klein van stuk maar blijkt een sympathieke frontman met een stevige strot. In al zijn droogheid doet het bandgeluid (gek genoeg) een beetje denken aan de Nederlandse school met bands als Sinister en Altar. Waar het publiek tijdens het optreden vooral meeknikt op alle grooves ontstaat er tegen het eind van Humiliation’s set uiteindelijk toch een mooie pit. De groep bewijst mede daarmee helemaal een gepaste band op Pitfest te zijn. (JS)

Downfall of Gaia
Even een tandje lager voor Downfall of Gaia. De Duitse blackened slugemetalband houdt het atmosferisch en op een lager tempo, al weten de mannen ook zwaardere stukken te produceren die dan net wat harder aankomen. Frontman Dominik Reis verzuimt zijn taken enigszins door niet degene te zijn die de meeste vocalen voor zijn rekening neemt. Als je in een statische opstelling staat en je staat in het midden dan moet je toch de meest aanwezige persoon zijn. Het is echter bassist Anton Lisovoj die het meest actief is met keelgeluiden vanaf de rechterflank. Ook een speciale vermelding naar drummer Michael Kadnar die superstrakke partijen neerzet. Dit was even drie kwartier genieten van duistere tonen. Dat ze goede platen konden maken wisten we hier op de redactie al, en ook live bewijzen ze nu te staan als een huis. (RB)

All Out War
Als we ons na Downfall Of Gaia weer richting Brammert Stage begeven heeft grijs inmiddels plaatsgemaakt voor bewolkt blauw. Vanaf de eerste noot van All Out War is er een moshpit. Het hardcore minnende publiek wordt op zijn wenken bediend met vette grooves en pompende ritmes. Zelf ben ik eigenlijk niet eens zo van de hardcore, maar All Out War klinkt als een klok. De energieke band weet het publiek stevig bij de kladden te grijpen met knappe tempowisseling en toffe vertragingen. Sommige loopjes hebben wel iets weg van Bolt Thrower maar vooral heel veel van Slayer. De tent staat tjokvol. Dankzij de centrale situering van het sanitair en korte rijen bij de bar hoef ik nauwelijks iets van de show te missen en kan ik weer vooruit met volle beker en lege blaas. All Out War schuwt ook de hogere tempo’s niet en de eerste tien meter voor het podium ontstaat een soort pit. Op het geluid valt deze editie wederom niets af te dingen. Drummer Jesse is lekker lomp aan het houthakken en de zanger roept het publiek op om te stagediven. Daar is helemaal geen stagedivepodium voor nodig want de eerste duikers zijn een feit. Zanger Mike geeft alles, gezien zijn pet die hij af en toe leeg giet. Ik moet het laatste stukje van All Out War helaas missen om weer tijdig aan te treden bij Carnivore A.D. maar ik kan het publiek in veilige handen (of vuisten) achterlaten bij de mannen van All Out War. (JS)

Carnivore A.D.
Om Peter Steele’s erfenis in ere te houden, richten de originele drummer en gitarist in 2017 Carnivore A.D. op en rekruteren ze bassist-zanger (en Peter Steel-look -a-like) Baron Misuraca om de rol van frontman te vervullen. De twee resterende oud-leden zijn inmiddels vervangen door andere veteranen. Bij aanvang is er meteen een flinke meute aanwezig. Het trio heeft er zichtbaar zin in en gaat goed los. Ook is er direct interactie met het publiek. Een beetje jammer misschien van de paal midden voor het podium van het Ellert Stage. Zolang er niemand met zijn zatte kloten in klimt vormt dit echter geen onoverkomelijk probleem. Het nuchtere karakter van het Pitfestpubliek geeft gelukkig nog geen enkele aanleiding om daarvoor te vrezen.

De zanger memoreert aan Pete Alexander (Peter Steele), die vijftien jaar geleden overleden is en wie de band vandaag eert. Er wordt een nummer van het eerste album in geknald en er ontstaat een ouderwetse pit. Hier is echter zeker geen sprake ouderwetse shit. Dit is thrash alom. Ook al zitten er inmiddels geen originele leden meer in de band, het is onzin om Carnivore A.D. af te doen als een veredelde coverband. De doorgewinterde muzikanten weten de muziek met zijn drieën overtuigend neer te zetten met een massieve sound en bedienen zowel metal-, hardcore- als punkadepten. Waar het soms wat dreigt te verzanden in midtempo’s, houden de muzikanten hun muziek met charisma en cultstatus goed overeind bij het publiek. Ook het nummer Jesus Hitler passeert de revue. Geen taboes hier maar simpelweg liefde voor de muziek. Meteen daarna volgt Race Wars (met maatschappijkritische tekst die ook nu nog actueel blijkt) dat talloze fans van het eerste uur activeert. Publiek met allerlei muzikale voorkeuren kan zich vinden in de muziek die Carnivore A.D. hier in de late namiddag ten gehore brengt. Soms doet de muziek zelfs denken aan Carcass. Vervolgens rijst de vraag wie wie heeft geïnspireerd? Ondanks wat technische problemen richting het eind laat gitarist Chuck zich niet kisten. Hij rondt de show af zoals hij het hele optreden deed: met volle overgave! Tijdens een adempauze voor de krijger (lees: salamanderen op de heuvel naast de tent) is er een buizerd die al foeragerend het festival van grote hoogte gadeslaat en zag dat het goed was. Niet de wolken maar het zonnetje neemt buiten inmiddels de honneurs waar. (JS)

Nashville Pussy
Tussen al het hardcoregeweld op de Brammert Stage door staat er ook ineens Nashville Pussy met hun mix van Southern hardrock en punk. Echtpaar Blaine Cartwright en Ruyter Suys zijn hier net zo goed om de boel op de kop te zetten. Vuige teksten en swingende gitaren zijn het handelsmerk van de uit Georgia afkomstige band. Met het eerste nummer Pussy’s Not a Dirty Word weet je al direct waar je aan toe bent. Slonzige country riffs en het zuidelijke accent van Cartwright zorgen voor een bijna stereotype beeld. Vermakelijk is het wel. Het viertal is getraind entertainment. Cartwright schenk een biertje in z’n zweterige cowboyhoed om het vervolgens over zijn gezicht te gieten en Suys spuugt bourbon over de eerste rij die er soms hun mond nog voor open doen ook. De bourbon is dan wel weer het enige dat echt uit de staat Tennessee komt. Ze brengen een flinke dosis rock-‘n-roll naar Emmen. De grote finale is Go Motherfucker Go en Suys trekt hierbij alle snaren uit haar gitaar. Dit was een optreden om niet snel te vergeten. (RB)

Conan
Conan klinkt vanaf de eerste slepend en zwaar. Ook deze band weet met slechts drie man sterk een geluidsmuur neer te zetten waar je u tegen zegt. Drummer Johnny weet met een minimaal drumkitje een superdegelijke basis neer te zetten. Elke klap is raak. De dissonante en duistere sfeer die Conan creëert komt goed binnen bij het publiek. Ik ken de band voornamelijk van de unheimische animatieclipjes. Conan blijkt deze visualisaties live helemaal niet te gebruiken en nodig te hebben. Al is de muziek aardig ondefinieerbaar, het publiek ondergaat het gedwee. Log en (mee)slepend, zo zou ik hun muziek beschrijven. Wederom een welkome afwisseling in de programmering. Eén riff doet me verrassend genoeg denken aan K3’s Oya Lélé, maar dat is misschien de alcohol die tot me spreekt… Hoe log ook, ook bij Conan ontstaat een bescheiden pit. Vanwege het ontoegankelijke karakter van de muziek had ik het niet per se verwacht, maar Conan weet me boven verwachting te boeien. (JS)

Wisdom in Chains
Wisdom in Chains heeft ergens Nederlandse roots, maar vandaag de dag bestaat de band volledig uit Amerikanen. Inmiddels met nieuwe frontman en grote vriendelijke reus Frankie Puopolo op de microfoon. De Oi!-invloeden spatten ervan af. Boze muziek voor de arbeidersklasse. Ze staan hier op beide dagen van het festival, maar vandaag hebben ze een grotendeels eigen setlist. We horen hier onder andere de nieuwe nummers The Gospel en Mindset. Deze songs leunen iets meer richting de punkkant, wat het geheel wat vrolijker laat klinken. Vermakelijke stampmuziek en stampen doet het publiek ook hier gretig, tot groot genoegen van Puopolo. Morgen doen ze een speciale Blood for Blood-set, zoals ze wel vaker doen, maar ook vandaag spelen ze daar ook een tweetal nummers van. En dan is het duo All Fucked Up en Still Fucked Up niet slecht om op te eindigen. De heren van Wisdom in Chains zijn goed warmgedraaid voor morgen en het publiek zal ook wel duizelig zijn van de pit. (RB)

Dödsrit
Een podiumbrede backdrop vult achter Dödsrit de Ellert Stage. Het blijft een ruig logo. Dödsrit begint aardig ‘stadionfähig’ te worden. Met de blastbeats vormt het geheel een lekker sonische blackmetalbrij. De band weet het publiek met de vakkundig opbouwende nummers in vervoering te brengen. Je zou het nieuwere, meer melodische werk kunnen omschrijven als Iron Maiden met blastbeats of een groovy versie van Ellende. De ‘wolf met zwaard-banner’ kon niet toepasselijker bij deze van epiek doordrenkte muziek. Voor mij wordt het soms wat te zoetsappig, ondanks dat het allemaal zeer overtuigend wordt uitgevoerd. Het zijn toch de ziedende blackmetalpassages waar ze volgens mij excelleren. Gelukkig komen ook die ruim aan bod! Mooi dat de linkerhelft van de tent inmiddels het lage avondzonnetje op de rug heeft met de ijzige blackmetal in hun smoel. Het nieuwe, meer stadionvriendelijke materiaal is goed te verteren maar heeft voor de doorgewinterde blackmetalliefhebber soms misschien wat te weinig pit. Voor mijn gevoel komt de muziek live wat minder overtuigend over dan op plaat en ik vraag me af of het de tand des tijds doorstaat. Maar wie ben ik? Dödsrit weet het publiek tenslotte te boeien en zonder veel pauzes gaan ze maar door. Het publiek vooraan lijkt inmiddels zelfs een beetje in trance geraakt. Met de zon nu tot midden in de tent is iedereen schijnbaar te comfortabel om agressief te bewegen: een echte pit blijft uit. (JS)

Nasty
De Duitsers van Nasty staan altijd garant voor geweld zowel op als voor het podium. Ook vandaag beginnen er al voor de eerste noten gespeeld zijn mensen wild om zich heen te slaan. Iets dat frontman Matthias Tarnath veelvuldig aanmoedigt tot het vervelende af. Dit publiek heeft geen aansporing nodig om los te gaan. De hele tent wordt gesloopt door de doorgedraaide pitgangers. Dit doet de naam Pitfest eer aan. Met Reality Check zet de band direct de toon van het optreden. De beatdowngroep speelt korte, explosieve nummers die elke keer inslaan als een bom. Iets waar het hondsdolle publiek alleen maar blij van word: de ene na de andere stagediver werpt zichzelf op de massa. Nieuwe EP Black My Heart lijkt hier niet aan bod te komen, maar favorieten als 666AM en Shokka natuurlijk wel.
Alle boosheid eruit geraasd kunnen we terugkijken op een smerig hard optreden van Nasty. De mannen hebben een reputatie die ze hier meer dan waarmaken. (RB)

Benediction
We zijn alweer meer dan zeven uur non-stop bands aan het kijken als het de beurt is aan de oudgedienden van Benediction. Hun oldschoolgeluid is direct herkenbaar. Voor nieuwkomers is de muziek misschien nog spannend ,maar ik vind het soms wat voorspelbaar. Het spelplezier van de mannen uit Birmingham druipt er wel vanaf. Het optreden wordt na een paar nummers stilgelegd. Zanger Dave doet een huwelijksaanzoek aan zijn vriendin Heidi (die ‘ja’ zegt). Hij brengt een toast uit en kondigt wat oud materiaal aan (waaraan hij grappend toevoegt ‘net als ik’) en we gaan met Transcend The Rubicon terug naar het begin van de jaren negentig. Heidi mag weer plaatsmaken want de deathmetalstoet moet door. Het klinkt allemaal te gek maar boeit het me genoeg? Beetje bij beetje slepen ze me toch het deathmetalmoeras in. Wat een strot heeft die gast! Na bijna acht uur non-stop bands kijken biedt de helling weer soelaas voor deze oude van dagen. Het blijkt ook lekker om de boel even van een afstandje binnen te laten komen. De laatste wolken druipen inmiddels ook af. Benediction blijkt nog steeds een band die er keihard voor knokt en een behoorlijke schare fans uit hun dak laat gaan. De nummers van het spiksplinternieuwe album Ravage Of Empires knallen heel lekker. Benediction is geen straf! (JS)

Ignite
Voor een beetje aaibare anarchie kunnen we aankloppen bij Ignite. De hardcorepoppunkband weet met licht gitaarwerk en cleane vocalen een toegankelijk geluid neer te zetten. Veel werk van het Our Darkest Days album komt voorbij en dat is echt een tijdscapsule voor 2006. Iets wat het jonge publiek diep in de ziel kan voelen, want iedereen is hier weer een vrolijke puppy. Alles kan weer vanavond, of je knieën het nou nog doen of niet. Aangemoedigd vanuit de coulissen door de mannen van Wisdom in Chains die ook graag wat achtergrondvocalen verzorgen, blijft de energie hoog in de tent. Een punkband moet protestliederen hebben en dus wordt Sunday Bloody Sunday van U2 gecoverd. Even het tempo omlaag voordat de korte popnummers weer terugslaan. Ook het nieuwere werk van hun meest recente zelfgetitelde plaat zoals Anti-Complicity Anthem en This Day laten het bekende geluid nog horen. De vrolijke noot van vandaag heeft duidelijk geklonken. Leuke herrie van de Amerikaanse groep, even terug in de tijd en toch helemaal in het moment zijn. (RB)

1914
Oekraïners die het over oorlog hebben is al een serieuze aangelegenheid, maar als ze dat dan ook nog eens als blackened doommetal doen wordt het wel een héél zwaarmoedig geheel. De zichtbaar getergde mannen van 1914 pompen al hun verdriet, boosheid en frustratie in de muziek die ze maken en je zou denken boze klanken te horen. Maar het blijft bij weemoedige, duistere tonen van doommetal. Geef ze ook eens ongelijk, hun eerdere drummer bevindt zich nog aan het front en de strijd tegen de Russen kost al jaren elke dag levens. Dat juist deze band met een oorlogsthema nu speelt schept een deprimerend beeld. Na een dankwoord van frontman Ditmar Kumarberg voor de Nederlandse steun aan hun thuisland hervat men de set. Deze bestaat grotendeels uit uit het meest recente album Where Fear and Weapons Meet. Een kneiter van een plaat die ook hier hoge ogen gooide. Hier ligt er toch echt wel een begrijpelijke domper op het werk van de heren. Het duurt tot ver in de set, als ze aan A7v Mephisto en Passchenhell van de voorlaatste plaat beginnen, dat er wat pit in komt. Kumarberg verdwijnt hierbij wel in de voorste rijen van het publiek en keert pas tegen het einde van de set weer terug op het podium. De zo eerbiedig luisterende toeschouwers hadden zo toch nog wat om enthousiast van te worden. Geen ‘Slava Ukraini’ aan het eind, maar wel een ‘fuck Putin’ van de frontman terwijl hij de Oekraïense vlag is zijn gebalde vuist vast houd. In de context van alle ellende aan het front was dit een zeer indrukwekkend optreden. (RB)

Lies!
Het is bijna middernacht als Lies! aantreedt. Het eerste wat opvalt is al het wit op het podium. De capuchons hoeven van mij niet, maar over smaak valt natuurlijk niet te twisten. Hier is een club oudgedienden aan het werk. De muziek die ze ten gehore brengen groovet als een malle en de death metal is nooit ver weg. Tent en band hebben er zin in. Zanger Rene weet goed contact te maken met het publiek eb de nummers van de kakelverse EP knallen hard. Met jonge knieën ging ik de pit in! Het optreden maakt nieuwsgierig naar wat deze band nog gaat brengen! Voor vandaag is het goed geweest. Moe maar voldaan ga ik horizontaal. Morgen hebben we nog een lange, muzikale zaterdag voor de boeg. (JS)

Sfeerfoto’s
We kunnen jullie natuurlijk niet de sfeerimpressies van het publiek onthouden. Frido heeft naast alle band ook de nodige hoeveelheid plaatsjes van de aanwezige bezoekers genomen. Was je er dit jaar bij? Overtuigen deze foto’s je van alle gezelligheid? Geniet nog even na van het gemoedelijke festival in Emmen. Morgen valt er nog veel meer te zien! (RB)


Datum en locatie
11 juli 2025, Pitfest Festival, Emmen
Foto's:
Frido Stolte (The View Photography)
Link:


