Seks en geweld omdat dat nu eenmaal zo gaat
Spreken is zilver, zwijgen is goud. Dat treft, want Martin ‘Mart’ Soer en zijn Stahlmann heeft een zilveren huidskleur en had dus veel te zeggen over zijn tweede album op korte tijd Quecksilber. Daarop duwt de Nieuwste Duitse Hardheidsensatie de hydraulisch pompende riffs een millimetertje naar achteren ten voordele van de stompende electrobeat met punchy bassen en dieptezang. De zanger en bezieler had er net een weekendje touren opzitten.
“We zijn met Project Pitchwork onderweg en het is koek en ei. De dagen dat we effectief moeten optreden liggen allemaal in het weekend of op vrijdag, zodat we tussendoor gewoon vrije dagen hebben. We hebben voor drie eivolle venues gestaan, zeer degelijk gespeeld en we voelen echt dat we onder stoom komen.”
Wij zagen elkaar op Summerbreeze, hoe was het daar voor jou?
Zeer prettig. Het was onze eerste keer op zo’n reuzenfestival en het was indrukwekkend om te zien wat voor een organisatie dat is. Nadeel is natuurlijk dat je een beperktere speeltijd hebt en het voor en na niet op het gemakje kan opruimen. Maar als dat achter de rug is kan je zoveel dingen gaan bekijken, mensen ontmoeten, shops verkennen, ook backstage wat handjes schudden… dat maakt zo’n festival echt dolfijn.
Je klom daar in een lichtmast, doe je dat altijd?
Als die dingen er betrouwbaar en voldoende vastgemaakt uitzien moet er al veel gebeuren dat ik het niet doe. Uiteindelijk doe ik dat zeer spontaan, ik plan niet om daarin te klauteren. Ik balanceer ook wel eens op een dranghek, ik heb al gecrowdsurft… goh als je zo iets extras aan je act kan toevoegen doe je dat gewoon, weet je.
En dat is nog nooit misgegaan?
Ik ben al eens gevallen (lacht). Ik was tussen het podium en het publiek gestapt. Er stond een groepje mensen klaar om me op te vangen, maar het ging er nogal heftig aan toe en zij waren er blijkbaar niet in geslaagd om daar te blijven staan. Dus ben ik in het gewoel verzeild geraakt (lacht). Maar zonder erg hoor, ik heb nog niets ernstigs voorgehad en ik hoop dat dat zo blijft!
Ik zag wel dat jullie schmink vrij sterk afging op jullie kleren en instrumenten, hoe krijg je dat er weer af?
Die schmink bevat geen ingrediënt dat zware vlekken nalaat, het wast redelijk vlot af. Het volstaat om met een vodje over de instrumenten te gaan, dat doen artiesten altijd na hun optreden. Schade of kortsluitingen richt dat goedje niet aan, het is niet zo anders als zweet uiteindelijk. Het ziet er erger uit dan het is.
Hoe lang duurt het om jullie gezicht en armen in het zilver te zetten?
Voor ons alle vier neemt dat een drie kwartier in beslag. We hebben daar een soort spray voor gevonden en daarmee kunnen we nog een snellere tijd neerzetten. We hebben daar visagisten voor. Al wat zij nodig hebben is een stopcontact. Als dat er niet is, hangen we onze compressor even aan de autobatterij. Al het materiaal zoals borstels, de schmink, spiegels, een tafeltje… hebben zij altijd bij. Een backstageruimte is niet altijd vanzelfsprekend. Dan doen we dat gewoon tussen de toeschouwers of buiten (lacht). Douches? Die zijn er helaas niet altijd. Dan zorgen we altijd dat we in een naburig hotel of jeugdherberg terecht kunnen. In het slechtste geval rijden we wat rond of gaan we bij vrienden langs.
Wat is die opvolger zeer kort na dat debuut uitgekomen zeg! Ging het zo eenvoudig om de nieuwe songs te schrijven en op te nemen?
Dat mag je wel zeggen. Wij werken nu eenmaal supersnel samen. Het schrijfproces was op geen maand klaar en ook in de studio ging het vlug. We hebben erop los geschreven, zonder ons grote gedachten voor te houden als “oh jee, dit is ons tweede album, het moet beter of minstens even goed zijn dan het eerste”. We hebben ons er heel ontspannen en zelfzeker aan gezet. Met faalangst red je het niet. We hebben ons vanaf het begin voorgenomen om voltijds te gaan. Na ons eerste album zijn we er onmiddellijk weer ingevlogen om ons twee exemplaar te schrijven. Tussen dat schrijven door hebben we zo’n 120-130 optredens gedaan. Met de opbrengst daarvan zijn we naar de studio gegaan vorig najaar, zodat het tweede album er nu al kan komen.
Dat is het toch ontzettend snel, dat je daar nu al van leven kan!
Het is óverleven hoor (lacht)! Er verschijnt niet vanzelf brood op mijn bord. Nee, het is doenbaar als je jouw tijd dan ook daadwerkelijk aanwendt om met de band bezig te zijn. Tuurlijk zijn er momenten waarop ik het moeilijk heb om rond te komen. Die heb jij toch ook wel eens? Als je een onverwachte herstelling aan je auto moet laten doen of zoiets, dan is dat even een hap uit je budget. Dan leef je eens een maandje wat zuiniger of ga je eens niet op vakantie hé.
Stond er iets in het contract dat jullie twee albums op korte tijd moesten neerleggen?
Hoegenaamd niet. Zij stonden er ook van te kijken toen we drie maanden na ons eerste album vertelden dat het volgende al geschreven was. Je hoort vaak dat je twee jaar de tijd moet laten, zeker als je zoals wij meteen een andere richting uitwil. Maar ik denk dat we hier het tegendeel bewezen hebben: we zijn afgeweken van het vorige album, maar hebben die klus op korte tijd geklaard. We wisten zeer goed hoe het moest gaan klinken. Toen we het lieten horen was het label direct aan boord om de promotiemachine wat vroeger dan voorzien te starten.
Grootste verschil is dat de gitaren wat meer naar achteren staan, zodat de beats en de zang wat meer aanwezig zijn. Dat maakt van Quecksilber een dansbaardere plaat dan het debuut. Hoor je dat tijdens het componeren al of pas als je het eindproduct zelf beluistert?
Zoals je het net beschreven hebt, dat was precies wat we wilden. Het moest wat dansbaarder en melodieuzer. Melancholischer bedoel ik daarmee. Vooral om eens in een andere hoek naar deze stijl te kijken. We gaan proberen om altijd een koerswijziging voorop te stellen. Anders wordt het voor ons en voor de mensen te langdradig. Ik vind niets zo saai als bands die vijf keer dezelfde plaat maken. Er zijn bands die niet afwijken van hun oerstijl en daarmee wegkomen. Wij horen niet in dat rijtje. Al onze albums zullen momentopnames zijn van waar we op dat moment zin in hadden en ons goed bij voelden. Als je een nummer speelt moet je je ermee kunnen identificeren, dat is het criterium.
Je zei al dat het een meer melancholische plaat is, maakt jou dat dan een treurige man?
(Lacht) Een naar denkende man in elk geval. Naar denkend over de dingen in de wereld die mij slecht gezind maken of mij juist zo na aan het hart liggen dat ik erover wil schrijven. En dat vertaalt zich het best in melancholische muziek.
Sprekend voor elke heteroseksuele man moet ik zeggen dat de coverfoto wat op het randje is.
Wat bedoel je? Ha, naar het verleidelijke toe! Dat verrast me, ik heb dat zo niet bevonden, maar dat vind ik een interessante interpretatie (lacht). Euhm… dan vermoed ik dat het de meisjes alleszins beter zal bevallen. Als het ook bij de homoseksuele mannen hoge toppen scheert denk ik dat we ons werk naar behoren gedaan hebben (lacht)!
Nu we toch over imago bezig zijn. Jullie clip voor Stahlwittchen is toch sterk geïnspireerd op Pussy van Rammstein hé?
Eigenlijk niet. Toen we de mogelijkheden aan het aftasten waren, zijn we op een locatie gekomen in Bochum die Das Bizarre Stahlwerk heet. Dat is een Moulin Rouge-achtig pand waar je heen kan voor SM- of bondage. De eigenares van dat pand heet Caroline Von Stahl. Dat waren dus al twee treffers. De dames waren meteen gewonnen om in de clip mee te spelen en zijn tot op vandaag nog steeds goede vrienden van ons.
Wat vinden jullie vriendinnen daarvan?
Niemand heeft betrekkingen gehad met die dames, hoor. Als wij toevallig eens in Bochum zijn, spreken we met hen af voor een fijne avond. Meer stelt het echt niet voor. Ik wil wel even terugkomen op jouw vergelijking met Rammstein. Door hen is er hier in Duitsland een soort schandaal omtrent provocerende teksten en clips ontstaan en net toen kwam Stahlwittchen uit. Zo zijn wij ook in die discussie gerold. Het is niet dat wij wíllen provoceren. Het gaat er in de NDH nu eenmaal ludiek aan toe gaat. Men wil ons ook steeds met de bekendere bands in het genre vergelijken, terwijl wij net proberen om voldoende eigenheid te behouden. Ja, we horen bij het NDH-clubje en zijn daar best trots op, maar daar houdt de vergelijking op. Gegarandeerd kan je parallellen herkennen met andere bands, dat is onvermijdelijk. Jij weet dat ook hé Kris, als er een artikel over ons verschijnt komen altijd dezelfde namen terug. Hetzelfde met artikels over die andere bands. Van jou weet ik dat je dat probeert te vermijden, maar ik ben ermee gestopt me dat aan te trekken. Maar ik kan voor iedereen van die bands spreken als ik zeg dat niemand erop uit is om de ander na te apen. Het is me egaal waar het op gelijkt, wij hebben het geschreven, bedacht, gefilmd.
Ik las over plannen dat die domina’s jullie op het podium zouden vergezellen. Is dat doorgegaan?
Dat was inderdaad het plan, maar het is nog niet gelukt om de agenda’s op elkaar af te stemmen. Zij moeten hun job natuurlijk voorrang geven. Niettemin zagen ze het helemaal zitten, dus er wordt aan gewerkt.
Hoe was het eigenlijk om je zo te laten aftuigen door die dames?
(Lachend) Dat was zeer bitsig. Zoiets hadden we natuurlijk nog nooit gedaan, dus het was me wel een ervaring om zo behandeld te worden, maar het is me goed bevallen.
Is dat iets voor jou, die SM-toestanden?
Wat ik in mijn slaapkamer doe gaat jou niet aan (lacht)! Nee, het is zeer interessant geweest, maar ik ben heel braaf opgevoed en weet dat er nog wel andere dingen zijn dan seks en geweld. Het is niet omdat ik daar de hele tijd over zing dat ik niets anders doe.
Links: