Dubbel zo progressief, dubbel zo gelaagd, dubbel zoveel grunts. Dat is onze rubriek Dubbel Zo Zwaar. Een nieuwe, zeer conceptuele, ingenieuze plaat, die simpelweg schreeuwt om van meer dan één kant bekeken te worden. Al was het maar omdat er zo ontzettend veel gebeurt op het album. Daarnaast zouden de redacteuren elkaar de tent uitvechten om te bepalen wie uiteindelijk het laatste testament in handen krijgt. MrJingles (favoriete genre: death met alle mogelijke voorzetsels, met een extra voorliefde voor progressieve varianten) en Michiel Hoogkamer (favoriete genre: teveel om op te noemen, gaat van Prince tot Napalm Death) zijn deze keer de gelukkigen. Dit keer bespreken we The Last Will And Testament van Opeth.
”The grunts are back!”. We kunnen er niet omheen natuurlijk. Na het uitbrengen van §1 buitelden de digitale media en toetsenbordhelden over elkaar heen om hun enthousiasme uit te spreken. Tot enige irritatie van Mikael Åkerfeldt (want is dat waar de band dan blijkbaar tot gereduceerd wordt?), maar ook niet geheel onbegrijpelijk natuurlijk. Opeth is nu eenmaal groot geworden met hun kenmerkende progressieve death metal, waar de ruwe stembanden van de zanger en muziekschrijver een belangrijk onderdeel van zijn. Still Life, Ghost Reveries en toch zeker Blackwater Park mogen tot het beste materiaal van de band én de progressieve death metal in het algemeen gerekend worden. Opeth besloot echter een andere richting te kiezen, waarbij de focus kwam te liggen op het progressieve aspect en minder op het stevige tegenwicht. De grunts verdwenen en de jazzy invloeden werden talrijker. Met vier albums in ”het nieuwe tijdperk”, lag een koerswijziging met een terugkeer naar een steviger geluid wellicht niet direct in de lijn der verwachting. Volgens Åkerfeldt juist hét moment – waarop men het niet meer verwacht – om de oude elementen weer toe te laten.
The Last Will And Testament is een conceptueel album dat zich ontvouwt in een tijdperk na de Eerste Wereldoorlog. Het verhaal speelt zich af rondom een rijke patriarch en zijn (al dan niet) erfgenamen. De nummers verwijzen naar de verschillende paragrafen van het testament van de betreffende man, waarin schokkende onthullingen naar voren komen. Daarin hebben we (zonder al te veel prijs te geven) te maken met onvruchtbaarheid, een dienstmeid, een tweeling en een meisje in een rolstoel met polio. Alleen het idee al druipt van de kunstzinnige creativiteit. De hoogste tijd om de muziek van een dubbel oordeel te voorzien!
Ook wij kunnen er natuurlijk niet omheen: de grunts zijn terug! Hoe klinken deze na de afwezigheid op de afgelopen vier albums?
MrJingles: Écht afwezig zijn de grunts natuurlijk nooit geweest. Althans, tijdens de live opvoeringen werden de doodsgrommen nog altijd met verve gebracht. Zeker gedurende de Evolution XXX ‘By Request’ Tour in 2022 was het smullen geblazen (met onder andere het weergaloze Black Rose Immortal). Dat vond ook Åkerfeldt zelf, waarmee het idee om dit op studiomateriaal weer toe te passen ook begon te groeien. En dat pakt zondermeer ouderwets lekker uit. Wat mij betreft behoren zijn oervocalen tot één van de beste in de gehele metalen wereld. De beheersing en hoge mate van verstaanbaarheid zijn hier onderscheidende factoren in. Inmiddels enigszins gerijpt, dat zeker, maar bovenal beter geplaatst en gebruikt vanwege de uiterste noodzaak omwille van de graviteit van het album. De zware thema’s, muzikale composities en naargeestige sfeer schreeuwen werkelijk om de toevoeging van de extreme vocalen.
MichielH: Lekker! Het is altijd bewonderenswaardig hoe gemakkelijk die bij de beste man lijken te komen. Zonder enig teken van overdreven aanspannen van luchtwegen of stembanden glijden ze soepeltjes de microfoon in, zoals ze dat al veel vaker deden, niet in het minst bij Bloodbath waar zijn opvolger, de ook niet misselijke Nick Holmes (Paradise Lost) ze toch van veel verder moet halen. Tegelijkertijd moeten we ook niet overdrijven, want hoewel ze terug zijn, voeren ze niet altijd de boventoon. Soms (§1) worden ze zelfs direct gecounterd door een (bijna) falsetto. Ze blijken ook niet de aankondiging van een totale terugkeer naar de muzikale dagen van Blackwater Park. De meer progressieve geluiden van de vier laatste albums zijn gebleven en krijgen her en der zelfs meer ruimte (Jethro Tull’s Ian Anderson op fluit in paragrafen 4 en 7 iemand?). Ik snap de lichte irritatie van Mikael over het rumoer van de grunts dan ook wel. Die zag de bui (lees kritiek van de oudschoolse fan die 2002 zag opdoemen) misschien al ietwat hangen. Wat de terugkeer van de doodskreten wel brengt, is een nog breder pallet aan mogelijkheden. En zo heeft The Last Will And Testament misschien wel de meeste inhoud en “reach” van alle Opeth-albums.
Over de muzikale invulling geeft Åkerfeldt zelf aan dat de inspiratiebronnen nog grotendeels hetzelfde zijn en dat het album dan ook als Opeth zal klinken. Weet Opeth nog te verrassen?
MrJingles: Alle klanken op het album klinken ontegenzeggelijk als Opeth. Net als die – door de fans gekozen – tour in 2022, lijkt de band echter het beste van de afgelopen dertig jaar uit te kiezen en dit als een zeer ingewikkelde puzzel in elkaar te leggen. De overheersende lichtere progrock van de afgelopen albums wordt hiermee grotendeels aan de kant geschoven en krijgt een fors zwaarder thema over zich gedrapeerd. Dat mag wellicht toch als de grootste verrassing genoemd worden. Het album is echter zondermeer zeer progressief van aard. Sterker nog, op enkele momenten krijgen deze alle ruimte om tot grootse virtuoze wasdom te komen (hoorde ik iemand harpsolo zeggen?). Hiermee worden enkele fans van het eerste uur mogelijk toch nog teleurgesteld.
MichielH: Toch wel, want hoewel de inspiratiebronnen mogelijk niet veranderd zijn, worden ze her en der wel anders voor het voetlicht geduwd. Je hoort het eigenlijk direct al in de opener, waar de progressieve klanken van de voorbije platen – na een korte hint van Tool in de baslijn – in een meer mathematisch metalen harnas worden geduwd, waardoor een wat killer geluid ontstaat dat de melancholische kant van Opeth wat buiten de deur zet. Het zal niet per ongeluk zijn. §1 is de voorbode van een koude douche voor een aantal personen in het verhaal. Niet iets wat een vader zijn kinderen (?) direct wil aandoen natuurlijk. Genoeg reden om de song af te sluiten met een stuk warme klassieke muziek, zoals Opeth die niet vaak eerder zo op de voorgrond heeft gezet.
MrJingles: Conceptalbums draaien natuurlijk om een centrale thematiek, die wordt doorgevoerd op het gehele album. In veel gevallen is dat met name een tekstuele invulling, die de individuele nummers aan elkaar verbindt. Op dit The Last Will And Testament wordt dit echter veel verder doorgetrokken. Het verhaal is een stuwende factor in de invulling van de muzikale composities. Zo hoor je de verontrustende onthullingen goed terug in de chaotische passages die het eerste deel van het album deels kenmerken. Vervolgens krijgen we een emotionele reis, waarbij de boosheid en schaamte van de patriarch op de voorgrond treden. Natuurlijk moeten we de verteller (in de vorm van Ian Anderson) nog benoemen, die af en toe de kop opsteekt om enkele korte passages uit het testament voor te lezen. Daarnaast zorgen de subtiele toevoegingen (zoals de voetstappen waar het album mee opent, een tikkende klok en stemmen die tegen elkaar lijken te schreeuwen) ervoor dat de luisteraar in een heus muzikaal hoorspel wordt meegezogen dat zeer overtuigend wordt gebracht. Hiermee kan gesteld worden dat The Last Will And Testament het meest ambitieuze werk van Opeth is in de lange discografie.
MichielH: Het komt vooral goed naar voren in teksten en artwork. Tegelijkertijd denk ik dat het concept de luisteraar die lak heeft aan verhalen, concepten en andere thema’s dan muzikale niet in de weg zal staan. Reden is dat het verhaal voor een groot deel in de zanglijnen verteld wordt, zodat er niet de hele tijd een verteller doorheen zit te emmeren. Wanneer de verteller (eerder genoemde Ian Anderson) wel aan het verhalen gaat, gebeurt daaromheen zowel muzikaal als vocaal vaak van alles (horen we hier in §2 Europe‘s Joey Tempest rouwen?). Zijn inbreng zit daar prima in ingebed. Noodzakelijk ook natuurlijk, want anders zou je de plaat op enig moment “uitgelezen” hebben. Ook hier slimme keuzes dus (misschien met een kleine uitzondering voor de wel zeer naar voren geschoven vertelstem in §7, blij dat Mikael die kapot schreeuwt)!
Wat zijn de meest memorabele momenten van het album?
MrJingles: Hoorde ik nu iemand harpsolo zeggen? Deze vinden we terug op §4, die samen met de hoge kopstem van Åkerfeldt een wonderschoon en emotioneel rustpunt vormt in het nummer en het startpunt is voor nog meer experimenteerdrang. Het is één van de meest onverwachte passages op het album, maar ook eentje waar ik iedere luisterbeurt weer reikhalzend naar uitkijk.
Verder zijn het eigenlijk alle verstopte schatten in de nummers, die het album over de gehele linie memorabel maken en bovenal zorgen voor een grote herbeluisterwaarde. Iedere luisterbeurt opent weer een nieuw schuifje, waarmee weer een wonderlijke ontdekking wordt getoond. Het benoemen van die momenten op het album zou een epistel op zich vormen. Ik spoor je vooral aan om die ontdekkingstocht zelf te ondernemen.
MichielH: Oeh, ik vind de “dreadful daughter”-passage rond de minuut in §2 wel mooi. Een gevoelig gezongen afscheid geschreven door een man op zijn sterfbed die vol liefde treurt om het ongeluk van zijn dochter. De zware grunts die volgen geven de boodschap nog meer reliëf. Het vergelijkbare thema rond minuut vier lijkt zo weggelopen uit een wereldhit van een van de grotere (prog)rockbands uit de jaren ’70. Alsof je het altijd al gekend hebt!
Dat laatste geldt eigenlijk ook voor de opening van het behoorlijk progressieve §3. Het bijna sprekend gezongen “All was still, When I broke the seal” grijpt al bij de eerste luisterbeurt en is daarmee één van die haakjes die je nodig hebt om dit rijke album keer na keer verder te doorgronden. Noem ik hier nog even de zware keeluitspattingen van Mikael in §5 die me – hij houdt me niet tegen – toch doen roepen: De grunt is terug! Heerlijk! Ten slotte mag het duel tussen toetsen en gitaar in §6 nog benoemd worden, omdat hierin de grauwe wereld van het verhaal en de weergegeven tijden even hoopvol ontstegen wordt. Altijd lekker, een beetje hoop in donkere dagen.
MrJingles: Väyrynen zou je kunnen kennen als deathmetaldrummer, van bands als Vallenfyre, Bodom After Midnight en Abhorrence. Wellicht staat hij nog beter bekend als de voormalige drummer van gothic doomdeathlegende Paradise Lost. Een veelzijdige drummer, die van alle markten thuis is. Iets dat zeker terug te horen is op het album, waar op meerdere momenten de swingende, jazzy drumsalvo’s een prominente rol opeisen. Of hij zich hiermee in het rijtje mag voegen van prominente voorgangers als Martin Lopez en Martin Axenrot (de voornaam heeft hij wel tegen zich), dat moet nog blijken. Het enige puntje van kritiek (meer op de productie en niet op de trommelpraktijken) is dat de drums soms iets te prominent en scherp naar voren komen in de mix.
MichielH: Volgens Mikael zeker! Hij geeft aan dat hij en de andere “older cats” zich vertwijfeld hebben afgevraagd hoe een mens de partijen kan spelen die “youngster” Väyrynen even neerlegde. De plaat beluisterend snap ik dat wel. Luister alleen maar eens even naar de subtiele, afwisselende, bijna groovy drumpatronen aan het begin van §3. Nu moet daar natuurlijk direct bij gezegd worden dat degene die voor hem de met Opeth-embleem ingelegde drumkruk bezette verre van een prutser was. Zeker live heb ik vele malen mogen genieten van het fraaie drumwerk van Martin Axenrot dat daar vaak een verhaal in een verhaal vertelde. Dus ja, Väyrynen heeft een ontzettend goede job gedaan, maar – voor een niet-drummer als ik – ligt daar niet het grootste verschil met de vorige platen.
Wat is de beste paragraaf op The Last Will And Testament?
MrJingles: Dit is toch een gevalletje van ”kill your darlings”. Eigenlijk is het het hele album van een hoog niveau, waarbij de middensectie van §3 tot en met §6 in aanmerking zou kunnen komen voor de nominatie van beste schrijfsel. Met de ogen dicht (en oren open) gooien we een dartpijl naar het bord en die valt deze keer binnen op §5. De verleidelijke basloopjes en swingende gitaarmelodieën zorgen voor een zeer vriendelijk opening (let ook nog even op het handjesklappen). Dat is allemaal pure schijn als de brute riffs en grunts de oude gloriedagen toch volledig doen herleven. De oosterse klanken zorgen maar eens voor een exotische toets aan het geheel. Als Åkerfeldt met een haast frivole ”Hey!” de zwaarte weer terugbrengt is het genieten compleet. Waanzinnig lekker!
MichielH: Dan valt de slottrack al af, want die – overigens fraaie ballad – heeft een gewone titel! De rappe, springerige riffs maken van §3 een progkrachttoer, zoals niet velen kunnen brengen en zeker niet velen dit jaar hebben gebracht (ik sta open voor suggesties). Toch ga ik (let op: op dit moment) voor §4 omdat die track alles lijkt te omvatten waar Opeth op The Last Will And Testament voor wil staan. Aftrappen met rustig duwende bas om aangevuurd door een ruwe grunt het proggy gitaarthema steeds iets harder te laten bijten, tot een melancholisch mijmerende gitaar het gesprek aangaat met de fluit van Anderson (niet grinniken nu hè!). Er wordt geen woord gesproken, maar je verstaat elke letter van de melodie. Dat is misschien wat moeilijker met de diepe, maar herkenbare grunt die Åkerfeldt daarop in een veel zwaarder stuk laat horen, maar die is altijd nog een stuk leesbaarder dan de muzikale complexiteit die volgt. Daar hebben we het: melancholie, melodie, verpletterende zwaartekracht en complexiteit. Klaar! Overigens doet §5 met zijn mooie strijkpartijen, heftige grunt, strakke gitaaraanslagen en oosters thema er niet voor onder, maar ik moet oppassen hier niet alle tracks te gaan noemen.
Eindconclusie: waar kunnen we dit nieuwe werk plaatsen in het lange bestaan van Opeth?
MrJingles: In eerste instantie vond ik dit een lastige vraag voor een band met een palmares als dat van deze progressieve Zweden. Hoe ga je dit in vredesnaam plaatsen tussen de meesterwerken uit het verleden? In tweede instantie – na wat denktijd – was de conclusie eigenlijk makkelijk te maken. Dit is namelijk simpelweg een modern progressief meesterwerk, dat zich door het grote vakmanschap en de muzikale veelzijdigheid met gemak kan meten met het beste werk dat Opeth in zijn ruim dertigjarige bestaan heeft uitgebracht. Moeten we het nog noemen? Album van het jaar! Bij dezen.
MichielH: Het is zonder meer één van de veertien albums van de band. Oké, te flauw, maar het is nogal een opgaaf om de plaat een plek te geven in een discografie die nauwelijks (of eigenlijk geen, hooguit een wat mindere her en der) zwakke broeders bevat. Nou vooruit, vanwege de rijkdom van de instrumentatie, de sterke songschrijverij, de manier waarop het verhaal en de muziek in elkaar opgaan en – ook ik ontkom er niet aan – de terugkeer van “De Grunt” vermoedelijk top vijf . Misschien zelfs wel hoger, maar op dit moment – zelfs na behoorlijk wat draaibeurten – lijkt het album nog wat kaarten tegen de borst te houden. Benieuwd welke inzichten die nog geven wanneer ze alsnog achteloos op tafel gegooid worden. Of zoals Åkerfeldt zelf zegt: “a nice little morsel of information for you to nibble on when it’s raining out.” Wat een heerlijk herfstige plaat!
Score MrJingles: 94
Score MichielH: 90
Score:
92/100
Label:
Reigning Phoenix Music, 2024
Tracklisting:
- §1
- §2
- §3
- §4
- §5
- §6
- §7
- A Story Never Told
Line-up:
- Mikael Åkerfeldt – Zang, gitaar
- Fredrik Åkessson – Gitaar
- Martin Mendez – Basgitaar
- Joakim Svalberg – Keyboard
- Waltteri Vayrynen – Drums
Links: