Blackbraid – Blackbraid III

Sommige artiesten hoeven niet lang na te denken over de titel van een nieuw album. Neem nu Sgah’gahsowáh, de bedenker van het eenmansblackmetalproject Blackbraid. Na Blackbraid I (2022) en Blackbraid II (2023) stond de titel van het derde album eigenlijk op voorhand al vast. Toch? Of wil je beweren dat je nog verrast wordt door de titel die het heeft meegekregen? Het werd … ta-da … Blackbraid III.

Lurking on the edge of time, you’ll find me there. Waiting, creeping in the shadows of the dusk.” (God of Black Blood)

Blackbraid zal inmiddels geen onbekende meer zijn, maar voor hen die toch behoefte aan een stoomcursus hebben: Blackbraid is een Native American black metal-soloproject uit het Adirondack-gebergte, in het noordoosten van de staat New York. De black metal van Blackbraid is een verbeten reflectie van de eenzaamheid van de wildernis van de Adirondack. Of om de woorden van Sgah’gahsowáh uit 2021 nog maar eens aan te halen: “Indigenous black metal as untamed as the mountains from whence it came.” Loyaal aan zijn afkomst, is het gehele project gericht op inheemse Amerikaanse mythologie. Sgah’gahsowáh schrijft alle muziek zelf en voert alles, met uitzondering van de drums die door vriend Neil Schneider worden ingespeeld, ook zelf uit. Schneider is ook verantwoordelijk voor het opnemen, de mix en mastering van het album. En net als op het vorige album is gitarist Randy Storm (Spiritworld) verantwoordelijk voor een solo (in Gold Of Black Blood). Daarnaast is artiest Adam Burke verantwoordelijk voor de cover art, waarin ook deze keer weer de focus op natuur en inheemse thema’s pakkend wordt gevangen.

The dream persists. A haze of memory cast adrift, to awaken the night.” (The Dying Breath of A Sacred Stag)

Het zal je vast ook niet verbazen dat ook dit Blackbraid III wederom geheel in eigen beheer wordt uitgegeven. Wolf Mountain Productions, een mediaontwikkelingsbedrijf dat zich specialiseert in het helpen van onafhankelijke artiesten, ondersteunt Sgah’gahsowáh daarbij. Maar verder heeft hij graag de touwtjes in handen. Of zoals het in de begeleidende tekst bij de promo van het album extra wordt benadrukt: “Blackbraid is an independent artist and is not contracted to or owned by any music label.” (“Blackbraid is een onafhankelijke artiest en heeft geen contract met of eigendom van een platenlabel.”)

Ook op zijn derde album blijft Blackbraid trouw aan zijn atmosferische black metal, met een opvallende balans tussen rauwe kracht en melodieuze schoonheid. Melodieuze gitaarlijnen, gitzwarte, meeslepende tremolo’s, razendsnelle, beukende drums en het intense, ongepolijste geschreeuw van Sgah’gahsowáh versterken het zware, duistere karakter van de nummers. Door het zo nu en dan gebruiken van een akoestische gitaar (The Dying Breath of a Sacred Stag, de instrumentale nummers) wordt een scherp contrast aangebracht met de verbetenheid van de agressieve instrumentatie en de zwartgeblakerde, verbeten vocalen. Het drumwerk gaat verder dan louter galopperende blastbeats; er is sprake van een dynamischere en meer genuanceerde benadering, die de melodieuze riffs fraai ondersteunt. Er wordt in de composities (bijvoorbeeld The Dying Breath of a Sacred Stag en God of Black Blood) voortdurend geschakeld in tempo en intensiteit, waardoor agressieve uitbarstingen afgewisseld worden met momenten van relatieve rust.

God of Black Blood opent met een ijzingwekkende, tergende krijs en ademt misschien wel de donkerste sfeer van het album. De vocalen zijn doordrenkt van verbeten agressie, terwijl een fluit als een bijna spirituele melodie door het nummer heen danst en contrasteert met de rauwheid. Tears of the Dawn beweegt zich aanvankelijk wat slepender, dreigender voort, tot Sgah’gahsowáh er na zo’n drieënhalve minuut een versnelling bovenop gooit, waarmee ook de intensiteit en verbetenheid van het nummer toenemen. Tegen het einde keert het wat lomere tempo weer terug, om helemaal tegen het einde weer de versnelling door het nummer te jagen, waarna het naar het einde weg fadet. Veel variatie in het tempo, wat de dreiging van de compositie alleen maar versterkt.

“The soft kiss of rain the night, swelling mists of petrichor bloom. Softly bleeding memories beckon, resplendent in the light of the moon.” (Tears of the Dawn)

Ook de weer veelvuldige aanwezige instrumentale, akoestische nummers creëren een contrast op het album. Al zijn ze veel meer dan slechts een moment van rust, een kleine adempauze, een tegenwicht tegenover de felheid. Ze vormen een essentieel element in de opbouw van de sfeer en mystiek op het album. Ze geven het album net even dat beetje extra diepte en bezieling. Intro Dusk (Eulogy) dompelt je direct onder in de mystieke, donkere ambiance van het album. Als daarna Wardrums at Dawn on the Day of my Death losbarst, is de zware, donkere toon van het album meteen helemaal gezet. De overige drie instrumentale nummers op het album, The Earth is Weeping, Traversing the Forest of Eternal Dusk en Like Wind Through The Reeds Making Waves Like Water, verdiepen de authentieke ambiance op het album. Getjirp (van sprinkhanen?), een akoestische gitaar en fluit leiden Traversing the Forest of Eternal Dusk in en The Earth is Weeping valt extra op doordat het de nodige authentieke geluiden herbergt, zoals een knetterend (kamp)vuur en de nachtelijke lokroepen van verschillende dieren. Deze authentieke accenten benadrukken het inheems-Amerikaanse karakter van Blackbraid III.

De verbindende functie en de meerwaarde voor de sfeer van het album die uitgaat van de instrumentale, akoestische tracks zijn niet alleen begrijpelijk, maar ook een meerwaarde. Al zullen er wellicht ook mensen zijn die vinden dat ze dat ze net even te veelvuldig voorkomen. Overdaad schaadt? Hoe mooi en sfeervol ze stuk voor stuk ook zijn? Dat is iets wat enkel jijzelf kunt bepalen.

Het album wordt afgesloten met Fleshbound, een cover van de Zweedse blackmetalband Lord Belial. De door Blackbraid aangebrachte toonzetting is wat donkerder, dieper, waardoor er nog meer kracht van het nummer uitgaat. Verder is de uitvoering eigenlijk geheel in overeenstemming met het origineel. Daarmee een meerwaarde of overbodig? Ook dat is helemaal aan jou om dat in te vullen.

Now the voice of the wind whispers softly. A eulogy in the silence of the dawn. And as my final visions become me, the eagles shall rise to carry me home.” (Wardrums at Dawn on the Day of my Death)

Blackbraid III borduurt probleemloos voort op het DNA van de voorgaande albums, maar ademt tegelijkertijd een zwaardere, donkerdere sfeer. De composities lijken daarnaast nog nadrukkelijker te leunen op de kracht en melodie van de gitaar. Een album waarop akoestische, instrumentale lagen niet alleen contrast en ademruimte bieden, maar ook de impact van de zwaardere nummers versterken. Spreekt dat jou aan? Dan levert dit derde album van Blackbraid niet alleen verzengende, brute kracht, maar ook intrigerende diepgang. Een fascinerend album.

Score:

88/100

Label:

Eigen beheer, 2025

Tracklisting:

  1. Dusk (Eulogy)
  2. Wardrums at Dawn on the Day of my Death
  3. The Dying Breath of a Sacred Stag
  4. The Earth is Weeping
  5. God of Black Blood
  6. Traversing the Forest of Eternal Dusk
  7. Tears of the Dawn
  8. Like Wind Through The Reeds Making Waves Like Water
  9. And He Became the Burning Stars…
  10. Fleshbound

Line-up:

  • Sgah’gahsowáh – Gitaar, basgitaar, fluit, zang, compositie
  • Neil Schneider – Drums (sessie drummer)

Links: