Asarhaddon blijkt een Assyrische heerser lang, lang geleden. Het is tevens de naam van de Duitse tweemansformatie die atmosferische black metal maakt en dit al doet sinds 2014. Hun tweede plaat Êra komt nu uit via Vendetta Records maar de heren hebben de afgelopen jaren niet stilgezeten. Zo was er Reysa in 2020 en werd deze voorafgegaan en gevolgd door heel wat EP’s. Ik merk op dat het hoesontwerp vaak hetzelfde stramien volgt. Een bladerdek met daarop een schedel of overblijfselen van een dier. Zo maken de mannen altijd een connectie met de natuur en het verleden achter die natuur, als je dat zo maar even zou kunnen schrijven.
Ook nu is dit bijna zestig minuten durend werkstuk geënt op historische gronden en maakt Asarhaddon een link met een natuurelement, ditmaal een vogel. De schedels die je ziet zijn van bepaalde vogelsoorten afkomstig, althans dat is hetgeen de meegeleverde informatie mij tracht te leren. Het album vertelt het verhaal over vier koningen, elk geplaats in hun eigen tijdsgeest. Die verhalen worden in relatie gebracht met vier vogelsoorten elk afkomstig uit het land alwaar het verhaal van de desbetreffende koning zich afspeelt.
Im Tiefen Wald brengt je dichter bij het leven van Commius die heerste over het noordelijke deel van Gallië tussen 57 en 20 v.C. Hij wordt in relatie gebracht tot de Euraziatische wulp. De intro met de gevoelige gitaarpartij die wordt gekoppeld aan een mistroostig basspel brengt je, na een sleurend drumthema met toms, onmiddellijk in het hart van het diepe woud. Niets of niemand, geen levend wezen zal je er in terugvinden. Het gelaagde gitaarspel van de heer Koss, die ook de geile knotterende baspartijen zou ingespeeld hebben, zijn bijzonder geslaagd. Ik vergeet evenmin de drumpartijen die met zeer veel gevoel worden gedrapeerd op het geheel.
Het derde en voorlaatste nummer, Ein Letzter Frühling, brengt ons naar Japan. Meer precies naar keizer Suiko die leefde in Yamato van 554 tot 628 n.C. De Rode Gekroonde kraanvogel is hier de vogel die zijn leven symboliseert. Het is vooral de impressionante middenbeuk in dit dertien minuten durende epos dat de haren op je voorarmen zal doen rechten. Nova screamt alsof het een lieve lust is en dat op zowel de rustige als op de doorleefde blastpartijen. Deze laatste worden op typische wijze afgewisseld met drumpartijen op enkele kick, die het geheel zo een behoorlijk zompige drive meegeven.
Afgesloten wordt er met Die Roten Vogel en dan gaan we naar het Azteekse rijk en komen we terecht bij Nezahualcóyotl die de scepter zwaaide tussen 1402 en 1472 n.C. De bruine Ibis is hier de gevleugelde vriend van dienst. Wil je doorheen het levensverhaal van deze heer geloodst worden gedurende meer dan achttien minuten? Geen enkel probleem. Dit Duitse gezelschap doet dit op identieke wijze als in de vorige nummers. Sterk doorleefd, drupjes melancholie en pijn maar telkenmale wel met gedoseerde agressie en boosheid.
En zo zijn we na bijna één uur muziek toegekomen aan de slotconclusie. Ik kende dit Duitse Asarhaddon niet maar werd er attent op gemaakt door één van onze lezers en ik mag gerust schrijven: heerlijke plaat, jaarlijstmateriaal en dus ook aanschaf verplicht.
Score:
85/100
Label:
Vendetta Records, 2024
Tracklisting:
- Der Silberne Mond
- Im Tiefen Wald
- Ein Letzter Frühling
- Die Roten Vogel
Line-up:
- Christian Koss – Gitaar, bas
- Christian Kircher – Drum
- Nova – Zang (sessie)
Links: