Devin Townsend – Deconstruction
InsideOut, 2011
Aanvankelijk zouden de vier albums van The Devin Townsend Project in 2009 uitkomen. Niet helemaal volgens de planning verschijnen de laatste twee, Deconstruction en Ghost nu, halverwege 2011. Devin Townsend is ook maar een mens, blijkt maar weer eens. En voor de luisteraar is het toch de kwaliteit die telt. Lees hieronder het oordeel over het derde deel: Deconstruction, en hier het oordeel over Ghost.
Deconstruction is met afstand de hardste van de vier albums. De echte geestesziekheid van Strapping Young Lad is niet meer te horen (dat kunnen we ook maar beter niet meer verwachten), maar het tempo ligt soms zelfs hoger dan dat van de gemiddelde Strapping-song. Blastbeats zijn niet zeldzaam, en ook qua riffs wordt de liefhebber van het hardere Townsend-werk rijkelijk getrakteerd. Maar genoeg met Strapping Young Lad vergeleken nu.
Op Deconstruction is ook genoeg te beleven dat we nog nooit eerder hebben gehoord, ook niet op Devin’s eerdere solowerk. Als positief punt zijn onder meer de vele gastroptredens (Greg Puciato van The Dillinger Escape Plan, Floor Jansen van After Forever, Thomas Giles Rogers van Between the Buried and Me, Ihsahn, Mikael Åkerfeldt van Opeth, Joe Duplantier van Gojira, Paul Masvida van Cynic, Fredrik Thordendal van Meshuggah) en niet te vergeten het Prague Philharmonic Orchestra te noemen. Nu kun je met genoeg geld die namen ook wel afkopen, maar hoewel ze niet allen op het eerste gehoor opvallen weten ze stuk voor stuk op hun eigen manier invulling te geven zonder het Townsend-geluid te veranderen. Een ander punt is de enorme originaliteit. Deconstruction klinkt écht als een nieuw album; er zijn niet twee oudere Townsend-albums (of albums überhaupt) aan te wijzen die samen een beetje als Deconstruction klinken. Het is een originele mengelmoes van zo ongeveer alle albums uit zijn carrière en meer. Zacht, hard, strak, chaotisch, serieus, grappend, alles zit erin – van Colonial Boy-polka’s en Bad Devil-ritmes tot Synchestra-epiek en Physicist-achtige metal, bijna altijd met melodie maar toch onmiskenbaar metal.
Praise The Lowered begint al met een Ki-achtige sfeer op een spacy beat, en weet redelijk vloeiend over te gaan in een intens orkestraal metalspektakel, met krachtige blazers en al. Hier is het orkest al wel duidelijk aanwezig, maar nog niet doorslaggevend, waar deze in het opvolgende nummer Stand al aanzienlijk groter is. Het maakt van het al redelijk onconventionele metalnummer een heel aparte beleving die doet denken aan Infinity, Terria en Ziltoid The Omniscient tegelijk. Al in dit nummer, maar ook in ander stukken als The Mighty Masturbator valt op dat de drumpartijen (Dirk Verbeuren) redelijk technisch zijn, wat wil zeggen: vol originele fills en regelmatig gebruik makend van afwijkende maatsoorten. Een groot verschil met veel (niet alle) eerdere albums, met als top-, zo je wilt dieptepunt het poppy Addicted, waarop de drumpartijen vooral in dienst van de muziek stonden. Een nummer als Juular is dan weer redelijk straightforward (op Aftermath-tempo, dat wel), maar krijgt een bijzonder sfeertje mee door de orkest-/koorpartijen. Planet of the Apes, The Mighty Masturbator en Deconstruction, respectievelijk elf, zestien en negen minuten lang, zitten zo volgepropt met bijzondere instrumentatie, invloeden en stijlwisselingen dat een volledige beschrijving deze recensie nog veel meer langer zou maken dan eigenlijk de bedoeling is. Maar met de huidige beschrijving zou op zijn minst duidelijk moeten worden dat dit voor de avontuurlijke metalliefhebber op zijn minst geprobeerd zou moeten worden. Los van je oordeel erover.
Overigens verdient de metafoor van Deconstruction de aandacht, vooral in het kader van teksten over cheeseburgers en masturbeerders. Sprekende met Townsend wordt duidelijk dat Deconstruction (het nummer) geheel wat anders is dan een lofzang aan de cheeseburger. In het bijbehorende Interview kwam hier slechts een klein deel van aan de orde, maar wat duidelijk werd is dat weinig tot niets “zomaar” op het album terecht gekomen is.
Het kan wel een tijdje duren voordat het geheel overtuigend als een geheel overkomt. Tracks als The Mighty Masturbator en Deconstruction zijn op momenten nog hectischer dan Unexpect en Diablo Swing Orchestra bij elkaar. Een gestoorde kermis van invloeden is het sowieso, maar dat maakt het nog niet direct een plaat met een flow erin. Het progressieve metalgenre is vol van bands die in hun immense scala aan identiteiten vergeten dat ze één band zijn. Op Deconstruction zit die flow er echter wel in, en dat maakt het een waardige toevoeging aan Devin’s discografie, en misschien wel een perfecte samenvatting van zijn carrière tot zover. Een sluitstuk liever nog even niet, hoewel we voorlopig niets nieuws meer hoeven te verwachten. Geen ramp; Deconstruction is zodanig gedetailleerd dat we er nog wel even mee voort kunnen.
Tracklisting:
- Praise The Lowered
- Stand
- Juular
- Planet of the Apes
- Sumeria
- The Mighty Masturbator
- Pandemic
- Deconstruction
- Poltergeist
Line-up:
- Ryan Van Poederooyen – Drums (tracks 1, 2, 4, 6)
- Dirk Verbeuren – Drums (tracks 3, 5, 6, 7, 8, 9)
- Devin Townsend – Everything else
Links: