Pitfest 2018, dag 1

In the middle of nowhere en daar nog een stukje verder, staan op een stuk gras twee circustenten. Ze heten Skullcrusher en Punkhol en samen met een aantal eettentjes om zich heen, vormen ze het terrein van Pitfest 2018. Voor het eerst twee dagen (27 en 28 april), voor het eerst buiten en voor het eerst met een flinke afvaardiging van Zware Metalen. Clemens Schaap (CS), Black Swan (BS) en Ghostwriter (GW) bekeken de bands, Christel Janssen en Frido Stolte (alleen vrijdag) schoten de plaatjes.

Mass Worship

Grade 2

De klanken van het Zweedse Mass Worship en het Britse Grade 2, zorgen voor de muzikale omlijsting van de verkenning van het festivalterrein. En voor het bijkomen, want mensen: wát ligt het Pitfest-terrein een teringeind weg van de bewoonde wereld. Ver buiten Erica en dat is al een onbeduidend dorp met nog geen vijfduizend inwoners. Implore vormt daarom de eerste échte kennismaking met Pitfest 2018 en onder leiding van een tot op de vierkante millimeter vol getatoeëerde zingende bassist Gabriel ‘Gabbo’ Dubko, brengt deze van oorsprong Duitse band een lekkere mix van zwarte deathmetal met de nodige crust- en gore-invloeden.

Implore

Dat doen de mannen met passie. Heel veel passie. Sjezus, wat zijn deze mannen boos. En wat doen ze goed hun best. Het publiek is nog niet massaal aanwezig en nog helemaal niet warmgedraaid, maar op de eerste rijen bangt men al snel vlijtig mee. En terecht, want dit Implore is best een lekker bandje en krijgt na een half uurtje spelen een verdiend applaus.

Chain Reaction

Chain Reaction uit België is een nieuwe hardcoreband, maar met leden die hun sporen hebben verdiend in gezelschappen als Rise and Fall, Spirit of Youth en Kingpin. En dat de heren ervaring hebben is duidelijk hoorbaar. De hardcore rolt soepeltjes van het podium af en zanger Bjorn Dossche doet zijn uiterste best het publiek mee te krijgen. Dat lukt ten dele. (GW)

Als de punkrockers van  I against I de eerste akkoorden aanslaan is de Skullcrusher-tent nog vrijwel leeg. Deze heren afkomstig uit Dordrecht, begonnen in 1994 en tekenden bovendien als eerste Europese band een contract bij Epitaph Records. Na een pauze van enkele jaren is I against I sinds 2017 echter weer helemaal back in business. Het enthousiasme bij de mannen is alom tegenwoordig en de korte, catchy, uptempo nummers gaan er in vliegende vaart doorheen. Intussen zijn er ook wat meer luisteraars binnengedruppeld die zich verspreiden tot halverwege de tent.

I against I

Tijdens het optreden laat I against I weten nog dit najaar met een nieuw album te komen. En uiteraard worden er vervolgens ook een paar nieuwe nummers ten gehore gebracht. Het nieuwe werk ligt echter grotendeels in lijn met de ‘oudjes’ die vanmiddag gespeeld worden: het klinkt grotendeels inwisselbaar. Uw anonieme verslaggeefster krijgt bij deze band vooral visioenen die teruggaan tot de middelbare school, naar avondjes punkrock in de Melkweg te Amsterdam bijvoorbeeld. De heren kunnen het nog, absoluut, en het swingt, maar gek genoeg weet het geheel nergens écht te pakken.

Bishops Green

Dan maar schuin oversteken naar het Punkhol voor wat grover werk: Bishops Green uit het Canadese Vancouver staat in de startblokken. Deze hardcoreformatie laat er geen gras over groeien en zorgt dat er vanaf het eerste nummer gemosht wordt, zelfs al is het aantal luisteraars opnieuw in eerste instantie wat mager. Uiteindelijk zwelt de belangstelling aan en komen steeds meer bezoekers op het lompe, doffe geluid af dat uit de tent knalt. De rauwe, schorre vocals van Greg Huff zijn niet altijd even goed verstaanbaar, maar wel krachtig. (BS)

Evil Invaders

Evil Invaders heeft twee uitstekende cd’s uitgebracht en kan vandaag, in de drie kwartier die de band is toebedeeld, uit het beste daarvan putten. Energiek als altijd springen de bandleden van voor naar achter en van links naar rechts over het podium. Na anderhalf nummer ontstaat er al een pit en geheel tegen de huisregels van Pitfest in, wordt er gestagedived en gecrowdsurfed. Voeg daaraan de headbangers op de eerste rij aan toe en menig bezoeker waant zich terug in de jaren ’90. De band ontvangt de energie uit het publiek maar al te graag en zet zelf ook nog maar eens een tandje bij. Vanaf Mental Penitentiary wordt het geluid beter en zijn de gitaren zowaar te horen. Van het meest recente album krijgen we vandaag het titelnummer Feed Me Violence en Oblivion voorgeschoteld. Een krachtig optreden dat er ongetwijfeld voor zorgt dat er vandaag weer wat zieltjes door Evil Invaders zijn gewonnen.

Broken Teeth

Daarna ga ik snel door naar de andere tent om Broken Teeth te aanschouwen zodat Ghostwriter en Black Swan zich tegoed kunnen doen aan een vegetarische hap en/of een frietje (het werd naast de vegetarische wrap ook een prima hamburger van Black Angusvlees – GW.). Haast blijkt niet geboden, want de band begint tien minuten te laat. De Britten uit Manchester weten de tent voor nog geen kwart te vullen maar gaan er toch energiek tegenaan. Het shirtje van zanger Dale Graham gaat al snel uit en met ontbloot bovenlijf gaat hij als een aan cocaïne verslaafde hamster in een opgevoerde tredmolen over het podium tekeer. De vele tempowisselingen die de band in haar muziek verweeft, komen niet altijd goed uit de verf en zijn ook niet altijd even strak.

Rotten Sound

De vier Finnen van Rotten Sound beklimmen aan het begin van de avond rustig het podium. Die rust is echter al snel verdwenen als ze aan hun set beginnen. Het klinkt als een op hol geslagen bulldozer en heeft een zelfde effect. Denk aan een mix van Impaled Nazarene, Cannibal Corpse en Nasum. Mede door de basgitaar, die veel te hard in de mix staat, is het geluid moddervet en allesverwoestend. Tussen de nummers door wordt er nèt iets te lang gepauzeerd maar zanger G vult die door op een sympathieke manier contact te zoeken met het publiek. De rest van Rotten Sound staat er wat statisch bij en laat de muziek haar werk doen. Doordat er af en toe even gas terug wordt genomen om er daarna weer vol tegenaan te gaan, ontstaat een muzikale chaos die zeer in de smaak valt. Beste optreden van vandaag wat mij betreft. (CS)

‘Hardcore music from the streets of London for Pitfest’ kondigt zanger Pelbu zijn Knuckledust aan en daar is geen letter van gelogen. Ook niet gelogen: de enorme energie die deze band voortbrengt. Het spat ervan af en in de kleine tent die Punkhol heet, ontstaat een indrukwekkende pit. Nog best lastig, gezien de enorme paal die in de weg staat. In ieder geval: Knuckledust speelt dat type hardcore waar de niet-per-definitie-liefhebber-van-het-genre-die-dit-stukje-schrijft enthousiast van kan worden.

Knuckledust

Alles klopt aan deze band. De muziek (eenvoudig maar toch gevarieerd), de samenzang tussen Pelbu en zijn snarenplukkers (bassist Nic en vooral gitarist Wema is erg prettig) en de uitstraling van de band in het geheeld. Rauw. Direct afkomstig van die Londense straten waar de gemiddelde toerist niet komt. Stagediven is verboden, maar nu even niet. Zelfs Pelbu waagt een sprong van het podium en als hij de weg heeft teruggevonden is hij plots een iPhone rijker. Knuckledust staat maar veertig minuten geprogrammeerd, maar deze band laat een diepe indruk achter. De tweede verrassing van Pitfest dag 1, na Rotten Sound. (GW)

Als Zeke eenmaal de snelheidsregisters opengooit, worden deze tot de laatste noot van het optreden niet meer gesloten. De zeer snelle punkrock van de Amerikanen gaat zo rap, dat zelfs op zichzelf staande nummers moeilijk te onderscheiden zijn in al dat geweld – een enkele welluidende gitaarsolo daargelaten. De set als geheel heeft daarbij wel wat weg van één lange mantra.

Zeke

Ook de eenvoud van de nummers zal hierin een rol spelen. De schreeuwende zangstem van frontman ‘Blind’ Marky Felchtone is gelukkig onvermoeibaar en het uithoudingsvermogen van de overige bandleden is al even bewonderingswaardig. Het snelle tempo blijft gehandhaafd en voor de liefhebber moet dit ronduit een geweldig optreden zijn. Uw verslaggeefster van dienst redt het echter niet om haar aandacht er een volle set bij te houden, en besluit tot een rondje over het terrein, waar  – bij nader inzien – nergens aan het geweld van Zeke te ontkomen valt. (BS)

Bij Blacklisted klinkt het geluid van gitarist Jon Nean erg schel en dat wordt na het eerste nummer alleen maar erger. Sterker nog: het lijkt wel alsof de drie overige Amerikanen er alleen voor spek en bonen staan. De inspanningen van George Hirsh gaan volledig verloren en dat zorgt voor spitstuur bij het mengpaneel. Dat heeft effect: plots komt Hirsh luid en duidelijk door, wat weer leidt tot gejuich van het publiek.

Blacklisted

Dat hoort nu een gevarieerd bandje dat agressie weet te mengen met melodie en Nean zijn gitaar opeens ziet bespelen met een fles water. De langzame stukken van Blacklisted doen mij vrij weinig, maar als het gas erop gaat is dit prima te doen. Het leidt zelfs tot crowdsufers die zich met gevaar voor eigen leven van het podium af storten, want zo druk is het niet in het Punkhol. Overigens was het optreden op Pitfest het laatste optreden op Europese bodem voor de band. (GW)

Exhumed heeft vandaag met Death Revenge een nieuw album te promoten en er wordt derhalve veel van gespeeld. De drieweekse toer met Rotten Sound zit er na vandaag bijna op en we krijgen dus een band te zien die goed op elkaar is ingespeeld. De tent wordt compleet plat gespeeld als Necromaniac wordt ingezet. Van het nieuwe album wordt onder andere Unspeakable gespeeld en dan wordt duidelijk dat dit nummer goed aanslaat bij een ouder nummer als Distorted And Twisted To Form of Open The Abscess van het eerste album.

Exhumed

Halverwege het optreden verschijnt er een ziekelijke uitziende halve chirurg op het podium die met een kettingzaag rondslingert. Wanneer hij het voorbeeld van de vele stagedivers volgt houd ik mijn hart even vast maar er vallen geen gewonden. Exhumed en organisatie laten de stagedivers lekker met rust. Iets waar enig festival en band lering uit kan trekken. Hoewel zanger Matt Harvey zijn best doet het publiek te betrekken, eist bassist Ross Sewage de hoofdprijs op voor meest charismatische muzikant van de dag. Zijn stoïcijnse uitstraling is dermate evil dat Glen Benton ervan in zijn broek zou pissen. Kortom, het optreden van Exhmumed bevat alle ingrediënten voor een goed death metal concert en een prima inleiding voor Vader. (CS)

No Fun At All

Dat zal best, maar eerst is het nog tijd voor No Fun At All en diens vrolijke punkrock. Voorzien van een zanger met een stem waar je van moet houden. Zo’n krijsende, zeurende, die in je hoofd blijft hangen. Alsof die vervelende tante die je eens per jaar op je verjaardag ziet is langs geweest en je haar geklaag uren later nog voorbij hoort komen. De band heeft vroeg in de set wat technische problemen, maar uiteindelijk blijkt een stuk duct tape wonderen te doen en kunnen we verder. Voor het podium ontstaat een vrolijke huppelpit. Gezellig!

Met een hele flinke vertraging komt Vader het podium op wandelen. ‘Hello Holland, are you ready godverdomme’ roept bandleider Peter grijnzend. Om vervolgens een masterclass death metal af te trappen. De band staat tijdens de World Incantation Tour 1993-2018 stil bij debuutplaat The Ultimate Incantation waar alleen Peter op mee speelde, maar dat mag de pret natuurlijk niet drukken. Dat het geluid aan de schelle kant staat, wordt ook door de vingers gezien als er een heerlijke deathmetaldinosaurus als Vader acte de présence geeft.

Vader

Gelukkig is Peter uitstekend bij stem (de beste man is toch ook alweer 52), bevingert Spider vliegensvlug zijn gitaar en zijn bassist Hal en drummer James Stewart net zo degelijk als die Poolse klusjesman die laatst je muurtje heeft gestuukt. En als er nummers als Testimony, Chaos, Decapitated Saints en Breath of Centuries voorbij komen is het feest compleet. Wat een fijne afsluiter van een fijne eerste dag.

Lees ook het verslag van Pitfest dag 2.

Foto’s:

Datum en locatie:

27 april 2018, Erica

Link:

Pitfest